GEMEENTERAAD VAN LEIDEN. 97 IStiEKOlIEIi STUKKEN". N°. 257. Leiden, 27 Augustus 1903. Bij raadsbesluit van 18 Juni j.l. werd, ingevolge onze des betreffende voordracht de begrootingspost ad ƒ200000 wegens op te nemen kasgeld verhoogd met 70.000. Meenden wij toen te kunnen verwachten, dat met die ver hooging gedurende het loopende dienstjaar volledig in de be hoefte aan kasgeld zou kunnen worden voorzien, die ver wachting is niet verwezenlijkt, daar het toegestane bedrag alreeds ten volle is moeten worden opgenomen. Wij zien ons daarom genoodzaakt, U voor te stellen ons te machtigen om, ter voorziening in de behoefte aan kasgeld voor den loopenden dienst, alsnog ƒ55.000 op te nemen. De daartoe strekkende suppletoire begrooting dienst 1903, wordt U hierbij ter vaststelling aangeboden. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 258. Leiden, 29 Augustus 1903. Bij de indiening der begrooting voor het jaar 1904 komt het ons wenschelijk voor, naast de gewone memorie van toe lichting, op enkele artikelen dier begrooting alsnog een af zonderlijke toelichting te verstrekken, teneinde daardoor het verband tusschen die artikelen duidelijker te doen uitkomen en het overzicht over de geheele raming van ontvangsten en uitgaven gemakkelijker te maken. Wij vinden daartoe aanleiding, omdat verschillende ontvangst- posten der concept-begrooting een vrij belangrijke afwijking van de thans loopende begrooting aanwijzen. Zoo wijst Volgn. 29 een vermeerdering van bijna 40000. aan in de ontvangsten van de Stedelijke Gasfabriek; op Volgn. 35 zijn 17000, meer uitgetrokken als opbrengst van de opcenten op de hoofd som der belasting op het personeel, terwijl eindelijk ook Volgn. 30, de opbrengst der hoofdelijke omslag, een verhooging van omstreeks 5700.moest ondergaan. De meerdere opbrengst van ƒ40000.van de Stedelijke Gas fabriek wordt voor ongeveer ƒ6000.verkregen door het hoo- ger batig saldo, door Commissarissen der fabriek voor 1904 in uitzicht gesteld; de overige 34000 zullen, meenen wij, moeten worden gevonden door den prijs van het gas met in gang van 1 Januari 1904 voorloopig voor den tijd van één jaar met cent per M.s te verhoogen. De opbrengst der opcenten op het personeel zou, indien in de desbetreffende verordening geene wijziging werd gebracht, van f79000 op ƒ78000.moeten worden teruggebracht en dus eene vermindering moeten ondergaan van 1000. Wij zullen U echter weldra een voorstel tot wijziging dier verordening ter goedkeuring aanbieden, tengevolge waarvan een hoogere opbrengst der belasting van 18000.mag wor den verwacht, zoodat een hooger bedrag dan verleden jaar van 17000.zal worden verkregen. Wij komen straks nader op dit voorstel terug. Eindelijk zal de hoogere raming van de opbrengst van den hoofdelijken omslag een geringe verhooging van het percen tage van de plaatselijke directe belasting noodig maken. Wij zien ons tot ons leedwezen tot deze zeer ingrijpende voorstellen genoodzaakt ten einde het evenwicht tusschen ontvangsten en uitgaven der begrooting te handhaven. Terwijl toch aan den eenen kant het totaal der ontvangsten geen noemenswaardige vermeerdering bij verleden jaar aan wijst, moesten de uitgaven, ook waar men zich voorstelt op de meest zuinige wijze te beheeren en bij vermijding van alle niet strikt noodzakelijke uitgavenmet ruim 58000. worden verhoogd. Beginnen wij met de ontvangsten aan een nadere beschou wing te onderwerpen. Het batig saldo ad 19177.— is 2350.hooger dan ver leden jaar; de inkomsten uit bezittingen (Hoofdstuk II) kunnen 5600.hooger worden geraamd (waaronder de hoogere opbrengst van ijs en mest van het slachthuis met ƒ1150.—); de opbrengst der heffingen (Aid. 1 van Hoofdstuk III) is 3200.hooger uitgetrokkendaaronder komt echter de hoogere opbrengst der aan het slachthuis geheven rechten voor met 4300,zoodat de andere heffingen te zamen (inzonderheid de recognities en de schoolgelden) 1100.— lager moesten worden geraamdZooals reeds gezegdwerd het batig saldo der gasfabriek door commissarissen bijna 6000.hooger geraamd; terwijl eindelijk ook de uitkee- ringen van het Rijk (Hoofdstuk V) 000.— hooger konden worden uitgetrokken. Al deze posten tezamen zouden dus voor de ontvangsten een vermeerdering aanwijzen van bijna 18000.—. Daartegenover staat evenwel dat op deze begrooting gemist wordt de buitengewone ontvangstpost ad 15975.welke verleden jaar onder Volgnr. 56a aan de begrooting kon worden toegevoegd. Dit bedrag, uit leening gevonden, kwam namelijk aan de gewone ontvangsten van de toen opgemaakte begrooting ten goede, omdat daaruit werden terugbetaald de vroeger gedurende den bouw uit de gewone middelen betaalde renten van de voor op- en inrichting van slachthuis en sana torium opgenomen gelden. En bedenkt men dan verder, dat het vergunningsrecht geleidelijk minder opbrengt en voor 1904 een teruggang aan wijst van ƒ950.terwijl ook de verschillende opcenten, zonder de door ons voor te stellen verhooging der opcenten op het personeel, 500.lager zouden moeten worden uit getrokken, dan blijkt hieruit dat de ontvangsten geen noe menswaardige vermeerdering hebben ondergaan. Daarentegen zullen verschillende uitgaafposten meer of minder belangrijk moeten worden verhoogd. De afdeeling «Personeel en bureauonkosten" van het algemeen bestuur dei- gemeente eischt eene hoogere uitgave van ƒ1500.— de toe lage aan de gezondheidscommissie van 800.— de uitgaven voor het slachthuis zijn ƒ5300.hooger (waar tegenover echter, gelijk wij boven uiteen zetten, eene vermeerdering in de ontvangsten staat van ƒ5450 zoodat de exploitatie van het slachthuis op zichzelf geen ongunstigen invloed heeft op de begrooting); onder Hoofdstuk V moest voor «havens, vaarten, kaaimuren, enz." (Volgn. 126) een verhooging van 4300.worden uitgetrokken, terwijl de andere onderdeelen van dat hoofdstuk een hoogere uitgave zullen meebrengen van 800.de uitgaven voor het Lager Onderwijs zullen, hoofdzakelijk tengevolge van de opening der nieuwe school aan de Paul Krugerstraat, ƒ3300.meer bedragende kosten van het armwezen worden ƒ600.hooger geraamd en die van het onderhoud van bezittingen ƒ950.voor rente van kasgeld moest (nu reeds weer een leening van ruim 2^2 ton zou kunnen worden gesloten) een hooger bedrag van ƒ9900.— worden uitgetrokkenterwijl de post pensioenen en wacht gelden eene vermeerdering aanwijst van 3000Voorts is thans op deze begrooting eene som uitgetrokken van ƒ3000.— voor premies aan de Rijksverzekeringsbank (welk bedrag verleden jaar onder de Onvoorziene Uitgaven was begrepen) terwijl eindelijk de post «Kosten der gemeente reiniging" (Volgn. 133), in verband met het afloopen op 31 December a.s. van het thans loopend contract, met 25000.— moest worden verhoogd. Een zeker zeer hoog bedrag*, maar waarvoor de gemeente, indien onderhandsche of openbare aanbesteding onverhoopt niet met den gewenschten uitslag mocht worden bekroond, zonder twijfel zelf het reinigings- werk op deugdelijke en afdoende wijze zou kunnen ter hand nemen. Een afzonderlijk voorstel te dezer zake zal u, hopen wijbinnen niet te langen tijd kunnen bereiken. De hoogere uitgaven van f 800.— voor de politie zullen worden opgewogen door een besparing van ruim ƒ800.op de schutterij. Alles tezamen genomen zullen dus de uitgaven ruim 58000. hooger zijn dan op de thans loopende begrooting zonder dat ook maar op één enkele post van een niet strikt n oodige of te hoog opgevoerde uitgaaf sprake kan zijn. Geen enkel nieuw werk komt op de begrooting voor en bij de raming der onderhoudswerken en van de overige kosten der ge meentelijke huishouding werd de meest mogelijke zuinigheid betracht. De vraag was dus: op welke wijze zullen de middelen tot dekking dezer verhoogde lasten worden gevonden En dan scheen ons een verhooging van den gasprijs met 2 cent per M3. in de eerste plaats als aangewezen. De prijs toch van het gas is in deze gemeente, vergeleken bij de meeste andere groote gemeenten, bijzonder laag en door dezen prijs van 5 cent tot 51/2 cent te verhoogen, zal de niet onaanzienlijke bate van ƒ34000.— worden verkregen. Bij Commissarissen van de gasfabriek bestaat daartegen dan ook geen bezwaar. In de tweede plaats meenden wij, dat de opcenten op het personeel voor eene verhooging in aanmerking mochten komen. Ook deze toch zijn in onze gemeente betrekkelijk niet hoog en kunnen, ook zonder dat daarom nog van een overmatigen druk sprake zal kunnen zijn, gemakkelijk zoodanig worden verhoogd, dat daarvan een hoogere opbrengst van 18000.— mag worden tegemoetgezien. Uit den aard der zaak zal U, indien Uwe Vergadering in beginsel met ons medegaat, dat tot deze belastingverhooging behoort te worden overgegaan, een nader breedvoerig toegelicht voorstel te dier zake bereiken. Reeds thans echter wenschen wij U in grove trekken te laten zien, welke wijzigingen deze heffing 0. i zou moeten onder gaan. Thans worden geheven 50 opcenten van de perceelen, die een huurwaarde hebben van niet meer dan 175.—56 opcenten van die, wier huurwaarde meer dan 175.—doch niet meer dan ƒ262.50 bedraagt; 62 opcenten van die boven de

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1903 | | pagina 1