89
samen f 515332®
Transport,
werden ruimschoots gedekt
door overschotten op de onderdeelen straatwerk
en aanschaldng van hout- en ijzerwaren, te zamen
6136.55®, zoodat uit dien hoofde de post een
overschot van 1983.23 opleverde Bovendien bleef
onbetaald de tegemoetkoming in de bestratings-
en r'ioleeringskosten van een gedeelte sloot aan
den Lagen Rijndijk ten bedrage van 217.66.
Volgn. 92. Onderhoud van wandelplaatsen en
plantsoenen
Volgn. 93. Onderhoud van bruggen en overzet
veren
Volgn. 94. Onderhoud van kolken en riolen.
Volgn. 95 Onderhoud van havens, vaarten, kaai
muren, sluizen en andere waterwerken
Het overschot op dezen post is het gevolg van
de lagere onderhoudskosten van de wallen.
Volgn. 97. Kosten van aanleg en onderhoud der
algemeene begraafplaats
Volgn. 98. Onderhoud van vaartuigen
Volgn. 99. Kosten van het verstrekken van en
aanleg voor duinwater
Volgn. iOO. Kosten der gemeentereiniging
Volgn. 400a. Kosten van het leggen van een
dam met rijbrug over de Zoeterwoudsche Singel
gracht
De onverwerkt gebleven bouwkosten worden op
de begrooting voor 1903 overgebracht. (Zie lngek.
Stukken n°. 227).
Volgn. 104. Onderhoud van huizen, torens,
poorten en dergelijke
Zoowel de onderhoudskosten van de talrijke
gemeente-gebouwen als de kosten van verlichting
en verwarming bleven beneden de geraamde som
men en leverden gezamenlijk een overschot van
1600.30 op.
Volgn. 404. Dijk- en polderlasten
Volgn. 405. Kosten ter zake van het innen van
renten wegens inschrijvingen op de grootboeken
der Nationale Schuld
Volgn. 406. Kosten van toezicht op de Vroon
wateren
Volgn. 406b. Kosten van op- en inrichting van
een openbaar slachthuis
De onverwerkt gebleven op- en inrichtingskosten
worden op de begrooting voor 1903 overgebracht.
(Zie Ingek. St. n°. 227).
Volgn. 406c. Kosten van op- en inrichting van
een sanatorium op het landgoed »Rhijngeest"
De onverwerkte bouwkosten worden op de be
grooting voor 1903 overgebracht (Zie Ing. St. n°. 227)
Volgn. 407. Kosten van toezicht en van invor
dering der plaatselijke belastingen
Volgn. 408. Vergoeding van het Rijk van 2| ten
honderd van het onzuivere bedrag der opcenten
ten behoeve der Gemeente geheven op de grond
lasten en op de personeele belasting
Volgn. 440. Belooning van de Inspecteurs, die
naars en verdere beambten van politie, mitsga
ders van de veldwachters
Volgn. 444. Kleeding en wapening der politie
dienaars en veldwachters
Volgn. 444. Onderhoud der brandspuiten
Volgn. 446. Kosten der Schutterij
De Schuttersraad beschikte over een bedrag
van 10000.d i 874.minder dan de raming,
als gevolg van de mindere kosten van aanschaffing
en onderhoud van uniformkleeding.
Volgn. 424. Kosten van toezicht en onderzoek
4343 76
der openbare huizen
Volgn. 422. Kosten
behoeftigen
voor het vaccineeren van
Aan
bezoldigingen
werd uitgekeerd 600.
de overige kt sten bedroegen 361.54.
Volgn. 423. Kosten voortvloeiende uit het nemen
van maatregelen ten behoeve van den openbaren
gezondheidstoestand
Gedurende het jaar 1902 behoefden geene bijzon
dere ontsmettingsmaatregelen genomen te worden.
Volgn. 424. Algemeene keuringsdienst van
levensmiddelen
Volgn. 425. Kosten voor de Latijnsche Scholen
II. Kosten van schoolboekenen schoolbe'noeften.
Hl. Vuur en licht in de scholen
IV. Onderhoud der gebouwen, meubelen, enz.
109.72
218.34=
357.27
953.91
35-
342.85=
827.35=
487.85=
9534.48
1600.30
1.93=
4.42
30 68=
63458.40
0334.76
522.75=
5.62
62.01
335.-
316.03=
874.—
150. -
838.46
1006.98=
231.72
74.17=
17.—
96 89=
Ti ansporteeren
90177.71
Transport.
V. Diverse uitgave tot dit artikel behoorende
Volgn. 126. Kosten voor de middelbare scholen
II. Kosten van schoolboeken en school behoeften.
III. Onderhoud der gebouwen, meubelen, enz.
VI. Kosten der parallelklassen
Volgn. 130. Toelagen en bijdragen tot opleiding
van onderwijzers
Volgn. 434. Kosten van het herhalings-onderwijs.
Volgn. 434. Kosten van het aanschaffen en
onderhouden van schoolmeubelen
Volgn. 137. Kosten van het plaatselijk school
toezicht op het lager onderwijs
Volgn. 439. Kosten van advertentiën
Volgn. 440. Kosten van de schoolbibliotheken
Volgn. 442. Kosten der bewaarscholen
Het overschot betreft: de bezoldigingen van
het hulppersoneel en de toelagen der kweekelingen
met 1343.74® ten gevolge van mutatiën in het
personeel en doordien verscheidene onderwijze
ressen het maximum harer wedde nog niet heb
ben bereikt en de onderhoudskosten met
226.15®, te zamen 1569.89.
Volgn. 443. Kosten der kweeksc hool voor onder
wijzers en onderwijzeressen
Volgn. 445. Terugbetaling van schoolgelden
(hooger- middelbaar en lager onderwijs)
Volgn. 446a. Kosten van uitbreiding van de
openbare lagere school a. d. Heerenstraat
Volgn. 446b. Kosten van op-en inrichting eener
openbare lagere school der 3e klasse n°. 6.
Dit niet verwerkte overschot wordt op de be
grooting voor 1903 overgebracht. (Zie Ing. St.
96177.71
32.42=
116 24®
48010
16.66®
199.98
25
40.87
154.50
55.70
107.78
1569.89
n<>. 227).
Volgn.
Volgn.
vincie in
337.56=
50.29
166.11
19905.94=
643 88
2096.25
78.65
29.22
294.18
449. Kosten van de Gemeente-apotheek
154. Aandeel van het Rijk en de Pro-
de bijdragen van particulieren wegens
verplegingskosten van arme krankzinnigen. 55.09=
Volgn. 453. Onderstandvervoer- en verple
gingskosten mitsgaders die van geneeskundige
hulp aan arme en doortrekkende personen. 94.25=
Volgn. 456. Kosten van verpleging in het zieken
huis der Rijks-Universiteit
Het totaal aantal verpleegdagen bedroeg belang
rijk minder dan het vorige jaar.
Volgn. 457. Begrafeniskosten van behoeftigen
Volgn. 458. Schadeloosstelling aan armbesturen
en Godshuizen, voor het verlies dat zij door de
opheffing der armbakkerij als stedelijke inrichting,
kunnen lijden
Volgn. 460. Renten van de tijdelijke geldleening
ter voorziening in de behoefte aan kasgeld
Het te dezer zake uitgegeven bedrag betrof
rente voor in het najaar van 1901 opgenomen kas
geld voor zoover die rente op 1902 was te boeken.
Volgn. 464. Renten van de bijzondere geldlee-
ningen ter voorziening in de kosten van buiten
gewone werken6638.33
Bij de raming van dit artikel was gerekend op
het aangaan eener 4 geldleening groot ƒ480000.
terwijl bij R.B. dd. 17 October 1901 besloten werd tot
het sluiten eener 31/a leening groot 500000.
Voorts is de lagere uitgaaf op dit artikel het ge
volg van de groote tijdsruimten tusschen de par-
tiëele opnemingen der gelden.
Volgn. 462. Aflossing van de tijdelijke geldlee
ning ter voorziening in de behoefte aan kasgeld. 100000.
Aangezien geen kasgeld behoefde opgenomen
te worden had ook geen aflossing plaats. (Zie
Volgn. 49 der ontvangsten).
Volgn. 465. Bijdrage aan het Pensioenfonds voor
weduwen en kinderen van gemeente-ambtenaren 2500.
Als bijdrage is gestort ƒ10500.berekend over
het tijdvak van 1 April—31 December tegen
ƒ14000.'sjaars.
Volgn. 466. Kosten der kamer van koophandel
en fabrieken49.77
Volgn. 467. Kosten vallende op het houden der
lotingen voor de Nationale Militie en Schutterij 141.80
Volgn. 468. Bij voorschot te verstrekken reis
kosten aan militieplichtigen43.25
Volgn. 469. Kosten van justeerloon in zake den
ijk en herijk der maten en gewichten 10.
Volgn. 470. Kosten voor openbare vermakelijk
heden en feesten en voor het uitsteken van vlaggen 244.24
Transporteeren
232355.70®
Minder uitgeg.
Minder uitgeg.
