76 adressen van andere belanghebbenden zijn de volgende: 1° een adres van L. H. P. Smulders e. a., die, als bewoners der Boom- markt, zich verzetten tegen eene verplaatsing daarheen van deze markten, omdat zij daarvan benadeeling duchten in hun bedrijf en verminderde rentabiliteit hunner perceelen; 2° een adres van W. Zandbergen e. a.allen tuinders te Oegstgeest, Rhijnsburg en Katwijk, die zonder nadere opgaaf van redenen, de door de in de eerste plaats vermelde adressanten begeerde verplaatsing der markten beschouwen als opleverende een «ongerief voor het algemeen en voor den handel in het bij zonder." Beze beide adressen hebben in ons vorengemeld ge voelen geen wijziging kunnen brengen. De bezwaren toch in het adres-Smulders ontwikkeld, zijn of ongegrond of zeer over dreven gebleken. Immers, gelijke bezwaren, voortvloeiend uit het door de markten veroorzaakte rumoer, zouden zich aan den Ouden Singel hebben kunnen doen geldenwat echter nimmer is geschiedde gevreesde verontreiniging van het water kan en zal door den reinigingsdienst voorkomen of al thans spoedig verwijderd worden en eindelijk de hinder door de veilingen veroorzaakt aan het onderwijs op de Meisjesschool is uitgeslotenomdat die veilingen plaats vinden tusschen 5 en 8 uren des morgens en 58 uren des avonds, tijdstippen, waarop aan die inrichting geen onderwijs gegeven wordt. Het 2de adres, dat van W. Zandbergen c.s., beoogt eigenlijk meer de thans gescheiden markten saam te brengen, dan dat vooral tegen hunne overbrenging naar Boommarkt en Apothe- kersdijk, mits slechts vereenigd, het hoofdbezwaar zich richt. Sommigen der onderteekenaars hebben zich dan ook, volgens den Marktmeester, in dien zin uitgesproken. En is dit alzoo, dan blijkt niet meer van een wezenlijk verschilpunt tusschen dit adres en ons voorstel, daar immers ook onzerzijds een vereenigd marktterrein voor ooft, groenten en aardappelen wordt beoogd. En hiertoe nu wij herhalen het biedt de vrij ruime oppervlakte aan Boommarkt en Apothekersdijk een begeerlijk terrein, alleszins geschikt voor het doel, ook door de nabijheid van vaarwater, terwijl ook de ligging in het mid delpunt van het verkeer der stad, deze teireinen als markt plaats zeer bijzonder aanbeveelt. II. Vereeniging aan Boommarkt en Apothekersdijk derver- eenigde markten van ooftgroenten en aardappelen dunkt ons doeltreffend. Hetzelfde bedoelt het adres van E. Kwaadgras c.s., daar in dat stuk aangedrongen wordt op verplaatsing der aardappelmarkt om die te vereenigen met de beide andere markten, wat in de beide eerste adressen niet bepaald werd gevraagd. Toch is ook dit o. i. gewenscht. Die markt toch, waarvoor thans de Volmolengracht is aangewezen, beteekent meestal niet zeer veel; alleen gedurende den korten tijd van den aanvoer van het nieuwe gewas is de toevoer meer belang rijk, maar dan zal ook op het nieuwe marktterrein hiervoor nog wel plaats kunnen gevonden worden. En bovenal, gaat men er toe over om, gelijk wij voorstellen, gelegenheid te geven tot het houden van veilingendan is het voor het welslagen daarvan van het hoogste belang, dat al de onderscheidene, door eenzelfden verkooper ter markt aangevoerde producten ook terzelfder plaatse kunnen worden uitgeveild. En dat hiertoe dienstig is de vereeniging ook van de aardappelmarkt met de ooft- en groentenmarkt, behoeft wel geen betoog. III. De inrichting der markt. Hoe langs zoo meer komen groenten- en ooftveilingen in zwang, omdat wordt ingezien dat zij strekken zoowel in het belang van koopers als van verkoopers, door de vaststelling van een behoorlijken marktprijs. Andere, meestal kleinere gemeenten en met name Loosduinen, gingen hierin reeds met goed succès voor en ook de proef neming alhier sedert eenigen tijd door de «Leidsche Tuinders- Patroonsvereeniging" genomen bleef niet zonder goed gevolg, ongeacht verschillende omstandigheden aan het welslagen van deze veilingen niet bevorderlijk waren. Adressanten Doeve c.s. stellen zich van het optreden der gemeente in deze veel, ja te veel voor en verlangen daarom, dat de veilingen door een gemeente-ambtenaar geschieden zullen en ook dat het aange voerde door een gemeentelijken keurmeester zal behooren te worden gekeurd. Wij meenen echter dat de gemeente als zoo danig zich, wat veiling en keuring betreft, van rechtstreeksche bemoeiing dient te onthouden en alleen zoodanige op zich zelf nuttige regelingen, waar zij uit particulier iniatief voortkomen, behoort te beschermen. Keuring toch der aangevoerde pro ducten, waarmede dan bedoeld wordt het vaststellen van de mate der deugdelijkheid van de aangeboden waar (eerste of tweede kwaliteit) kan bezwaarlijk verplichtend worden gesteld, en alleen dan toch zoude gemeentelijke keuring zin hebben, gezwegen nog van de tallooze geschillen, die daarover zouden kunnen rijzen. De koopers kunnen dit alles zelf beoordeelen en wil nu eene vereeniging een keurmeester aan hare veilingen verbinden en hare leden die verkoopen verplichten vooraf de producten door haren keurmeester te doen keuren des te beter. Zóó geschiedt dat ook te Loosduinen vanwege de ver eeniging «Loosduinsche Groenten veiling", die, in art. 11 van het Reglement, met keuring belast een der bestuursleden, maar daarentegen slechts in veiling brengt producten, geschikt voor export. Wierd dit aldus te Leiden ingevoerd door een particuliere vereeniging, dan bleef toch bestaan de mogelijkheid en zelfs de verplichting der gemeente om, krachtens de bestaande verordening, producten, voor de consumptie ondeugdelijk te doen afkeuren. Verder echter moet o. i. de gemeente niet gaan en, zooals we reeds schreven, eene keuring wat de kwaliteit betreft aan particulieren overlaten. Ook het houden der veiling (wel te verstaan niet dan bij afslag) behoort buiten de gemeentelijke bemoeiing te worden gehouden. Zij behooren o. i. ten einde regelmatig behandeld te worden, slechts uit te gaan van en geleid te worden door bestuurders van Vereenigingen die rechtspersoonlijkheid be zitten. Aldus ook de Loosduinsche Vereeniging, die, in art. 12 van het voormeld reglement, aan hare leden het recht geeft producten ter veiling aan te bieden en die veilingen uitvoerig regelt. Hierop gaan wij dus niet verder in, omdat die rege lingen o. i. van particulieren behooren uit te gaan en wij doen nog alleen uitkomen, dat, waar de gemeente zich ont houdt van bemoeiing met de leiding der veilingen, hieruit voortvloeit dat, eenerzijds, aan geen enkele vereeniging het monopolie in deze wordt verleend, maar anderzijds, dat regeling dezer markt en de veilingen in t belang der orde uitteraard wèl binnen den kring der gemeentelijke bemoeiing valt, te eerder waar de gemeente lokaliteit beschikbaar stelt voor het houden dezer veilingen. Wij stellen toch voor een eenvoudige houten tent op te richten, waaraan ter weerszijden afdaken, onder welke geveild worden kan en in het midden een of meer kantoortjes be vattende, bestemd voor de noodige afrekeningen. Dit gebouwtje zoude zeer geschikt op de Boommarkt aan den walkant kunnen worden daargesteld. De kosten worden op ongeveer f 600 begroot. Met het oog op deze en eventueele andere kosten komt het billijk voor, tegenover het gerief dat de ge meente dus doende aan belanghebbenden biedt, van hen, die de aangevoerde producten willen doen veilen, en dit zal dan alleen in het veilingslokaal mogen geschiedeneenige retributie, bij wijze van marktgeld, te heffen. Dientengevolge zullen de ver ordeningen van 6 Juli 1899 (Gem.bl n°.20) en 30 November 1899 Gem.bl. n°. 26), alsmede die van 9 Mei 1895 (Gem.bl. n°. 4) eenige wijziging moeten ondergaan, welke wijzigingen wij, wanneer Ewe Vergadering zich met onze hierna volgende voordracht zal hebben vereenigd, indienen zullen, na, voor zoo veel noodig, hierop ingewonnen advies der Commissie van Financiën. Als slotsom van onze beschouwingen geven wij alsnu den Raad in overweging om te besluiten overeenkomstig de navol gende conclusiën. I. De bestaande groenten-, ooft- en aardappelmarkten wor den vereenigd en overgebracht naar de Boommarkt en Apo thekersdijk. II. Tot het houden van veilingen der aldaar aangevoerde marktproducten, wordt op de Boommarkt aan den walkant een eenvoudig ingericht houten gebouw gesticht. Deze veilingen zullen elders ter markt niet mogen worden gehouden. III. De veilingen zijn vrij en aan geen ander toezicht on derworpen dan dat, hetwelk de Raad of Burg. en Weth. in het belang der orde in het lokaal en op het marktterrein, bij speciale regeling, zullen meenen te moeten vaststellen. IV. De regeling der marktgelden en derg. wordt herzien in dien zin, dat, wegens de kosten van inrichting, eene matige heffing zal gevorderd worden. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 221. Leiden, 14 Juli 1903. Onder overlegging van bijgaand adres van H. Eekhout, hou dende verzoek om vrijstelling van de betaling van schoolgeld, geven wij Uwe Vergadering in overweging aan adressant vrij stelling van de betaling van schoolgeld te verleenen over de eerste drie kwartalen van den loopenden cursus, aangezien zijne dochter, wegens vestiging in de gemeente, eerst sedert 1 Juni j.l. de lessen aan de TToogere Burgerschool voor Jongens volgt. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Aan den Gemeenteraad te Leiden. Geeft met verschuldigden eerbied te kennen, de onderge- teekende H. Eekhout, Directeur van het Postkantoor te Leiden, dat zijne dochter Albertine Maria eerst sedert 1 Juni 1903 de cursus volgt op de Hoogere Burgerschool voor Jongens alhier, om welke reden hij beleefd verzoekt afschrijving te ontvangen van 3 kwartalen verschuldigd schoolgeld. Leiden, 7 Juli 1903. II. Eekhout.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1903 | | pagina 4