171
Leiden, den 24sten November 1902.
Edelachtbare Heeren
Geeft met verschuldigden eerbied te kennen Johan J. Lecker,
dat hij wegens zijne benoeming tot leeraar in het Duitsch
aan de H. B. S. te Zierikzee uit zijne tegenwoordige betrekking
van derden onderwijzer aan de Openbare Jongensschool 2e kl.
eervol ontslag verzoekt, ingaande den 15den Januari 1903 of
zooveel eerder als in de vacature zal zijn voorzien.
't Welk doende enz.
J. J. Lecker.
Aan den Gemeenteraad.
N°. 297. Leiden, 28 November 1902.
Ingevolge het bepaalde bij art. 10 der Verordening van
den 2den October 1.1. houdende reglement op het beheer en
bestuur van het krankzinnigengesticht »Endegeest" en het
sanatorium voor zenuwlijders »Rijngeest", hebben wij de eer
IJ hiernevens ter vaststelling aan te bieden de door de com
missie van beheer ontworpen instructie voor den geneesheer
op Rhijngeest, met welker inhoud wij ons volkomen kunnen
vereenigen.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Instructie voor den Geneesheer op Rhijngeest.
Art. 1.
De geneesheer op Rhijngeest is aangesteld bij het sanatorium
voor zenuwlijders Rhijngeest en bij het krankzinnigengesticht
Endegeest.
Hij is, onverminderd het bepaalde bij artikel 3, ondergeschikt
aan den Geneesheer-Directeur en verplicht in alles wat betreft
de administratie of den hnishoudelijken dienst diens voor
schriften op te volgen.
Art. 2.
«ij is meer in het bijzonder belast met de geneeskundige
behandeling van de verpleegden in het sanatorium en van het
verplegend- en het huisdienstpersoneel, dat aldaar werkzaam is.
Art. 3.
Hij gedraagt zich in alles wat der» geneeskundigen dienst
in het sanatorium betreft naar de voorschriften, door den
hoogleeraar in de psychiatrie gegevenonverminderd zijne
verantwoordelijkheid als gemeente-ambtenaar.
Art. 4.
Hij ziet toe op de naleving van de voorschriften, welke door
den Geneesheer-Directeur met betrekking tot de huisorde
gegeven worden.
Ilij handhaaft de orde en tucht onder het verplegend- en
het huisdienstpersoneel, dat in het sanatorium werkzaam is, en
is verplicht van overtredingen en tekortkomingen van dit
personeel onmiddellijk kennis te geven aan den Geneesheer-
Directeur.
Art. 5.
Hij is verplicht den Geneesheer-Directeur geregeld op de
hoogte te houden van den gang van zaken in het sanatorium.
Art. 6.
Hij vervult den wachtdienst om beurten met de overige
geneesheeren van Endegeest en Rhijngeest.
Voorts kan hij door den Geneesheer-Directeur bij verhindering
of ontstentenis van een dier geneesheeren tijdelijk met de
behandeling van verpleegden in Endegeest belast worden.
Art. 7.
Hij is verplicht de voor hem bestemde woning op het
landgoed Rhijngeest te bewonen.
N°. 298. Leiden, 28 November 1902.
Tegen den door het College van Vrouwen Kraammoeders
ingedienden suppletoiren staat van begrooting voor het jaar
1901 heeft de Commissie van Financiën geen bezwaar. Zij
stelt U voor dien staat goed te keuren.
Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën.
N°. 299. Leiden, 28 November 1902.
De Commissie van Financiën heeft de eer U mede te deelen
dat zij tegen de in hare handen gestelde rekening van het
College van Vrouwen Kraammoeders over het dienstjaar
1901 geene bedenkingen heeft.
Zij stelt U derhalve voor die rekening goed te keuren
in ontvangst adf 2499 40
uitgaaf ad2218.36s
sluitende met een batig saldo van 281.03s
Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën.
No. ,300. Leiden, 28 Nov. 1902.
De Commissie van Financiën deelt U mede, dat zij tegen
den door het Bestuur van het Geref. Minne- of Arme Oude
Mannen- en Vrouwenhuis ingedienden suppletoiren staat van
begrooting, voor het dienstjaar 1902, en tegen de begrooting
dier instelling voor het jaar 1903, geene bedenkingen heeft.
Zij stelt U mitsdien voor dien staat en die begrooting goed
te keuren.
Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën.
N°. 30J. Leiden, 28 Nov. 1902.
De Commissie van Financiën heeft tegen de in hare handen
gestelde begrootingen van het R. K. Wees- en Oudelieden-
huis en van het R. K. Armbestuur, beide voor den dienst
1903, geene bedenkingen.
Zij adviseert U derhalve tot goedkeuring van beide begroo
tingen te besluiten.
Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën.
Te Leiden, ter Boekdrukkerij van J. J. Groen Zoon.