165 b. ongekeurd, of afgekeurd vleesch c. voor zoover het betreft de deelen waarop naar de arti kelen 21 en 24 stempels worden gezet, vleesch zonder goed- keuringsmerk d. vleesch, afkomstig van de dieren, bedoeld in de artikelen 3 en 17. Artikel 29. Het is aan vleeschverkoopers, hotelhouders, herbergiers, restaurateurs, koks of tafelhouders verboden vleesch, als in artikel 28 a, b, c en d omschreven, zoomede het vleesch in artikel 39 bedoeld, voorhanden te hebben. Artikel 30. Vleesch verkoopers en vleesch vervoerders dragen zorg, dat het vleesch tot aan de aflevering voorzien blij ve van de daarop geplaatste merken, zooals die door of op last van de ambte naren werden aangebracht. Artikel 31. Hij, wiens vleesch, volgens deze verordening is afgekeurd, in beslag genomen, of aan een onderzoek moet worden onderworpen, is verplicht dit onmiddellijk op de eerste aan maning van de ambtenaren, met de tenuitvoerlegging van deze verordening belast, af te geven of op hunne vordering over te brengen of te doen overbrengen naar het Openbaar Slachthuis. Bij weigering zal de overbrenging op zijn kosten geschieden, onverminderd de strafvervolging ter zake van de weigering. Ieder is verplicht al het vleesch, dat zich in zijn bezit of onder zijn beheer bevindt, aan de ambtenaren, genoemd in de artikelen 32 en 33 op hun vordering onmiddellijk aan te wijzen en door hen te laten onderzoeken. iv. Uitvoering en strafbepalingen. Artikel 32. Met de keuring en het onderzoek van vee en vleesch zijn belast de Directeur en, onder zijne leiding, de keuringsveearts, tevens adjunct-directeur, en de keurmeesters-opzichters van het Openbaar Slachthuis. Artikel 33. Met de opsporing van overtredingen van deze verordening en het opmaken van proces- verbaal deswege zijn in het bijzonder belast de ambtenaren der gemeente-politie en die genoemd in artikel 32. Artikel 34. Van elk proces-verbaal wegens overtreding dezer verorde ning, waarop een veroordeeling gevolgd is, wordt bij uittreksel melding gemaakt in een der plaatselijke nieuwsbladen. Het uittreksel bevat den naam, de voornamen en de woonplaats van den overtreder, den aard der overtreding en de dagtee- kening van het proces-verbaal en het vonnis. Artikel 35. Alle ambtenaren, in de artikelen 32 en 33 genoemd, zijn bevoegd, ter handhaving van de bepalingen dezer verordening, weiden, erven, schuren, stallen, winkels, verkooplokalen en berg- of bewaarplaatsen binnen te treden. Voor zooveel het woningen betreft, wordt hun de last ver strekt, deze, zoo noodig ook tegen den wil der bewoners, binnen te treden, mits met, inachtneming der bepalingen van de wet van 31 Augustus 1853 (Staatsblad n°. 83). Artikel 36. Het is verboden de ambtenaren, in de artikelen 32 en 33 genoemd, in de uitoefening van hunne werkzaamheden of plichten ter uitvoering van deze verordening te hinderen of te bemoeilijken. Artikel 37. Alle vleesch, waarvan de ambtenaren vermoeden, dat het in strijd met de verordening wordt ingevoerdvervoerdvoor handen gehouden, te koop geboden, verkocht of afgeleverd, zal worden in beslag genomen en naar het Openbaar Slachthuis gevoerd. Indien het ongekeurd is, zal het alsnog op kosten van hem, onder wien het in beslag genomen is, zoo spoedig mogelijk gekeurd worden. Indien het wordt goedgekeurd, zal het worden teruggegeven aan hem, onder wien het in beslag genomen is. Indien het afgekeurd is of wordt, zal er mede gehandeld worden, zooals voor afgekeurd vleesch in het algemeen is voorgeschreven. Artikel 38. Wordt vleesch of een dier bij de keuring na de slachting afgekeurd dan zal het door of vanwege den Directeur worden vernietigd of onschadelijk gemaakt, zonder dat de eigenaar of belanghebbende op schadevergoeding of teruggaaf van eenig deel kan aanspraak maken, Is echter vleesch, hetwelk werd afgekeurd, naar het oordeel van den Directeur nog door eene bepaalde bewerking voor menschelijk gebruik, geschikt te maken, dan kan de Directeur toelaten, dat het bedoelde vleesch de bewerking op kosten van den eigenaar of den belanghebbende ondergaat en op diens kosten aan het Openbaar Slachthuis verkocht wordt. Wenscht de eigenaar of de belanghebbende niet van de vergunning tot het doen ondergaan der bewerking gebruik te makendan kan de Directeur de bewerking op kosten der gemeente doen geschiedenin welk geval de opbrengst van het verkochte vleesch in de gemeentekas vloeit. Artikel 39. De Directeur kan bevelen, dat goedgekeurd vleesch, afkom- tig van dieren, door bepaalde ziekten aangetast, of hetwelk om andere redenen niet geschikt is om in winkels van vleesch- verkoopers verkocht te worden, verkocht worde, onder be taling van de kosten door den belanghebbende, aan het Openbaar Slachthuis onder vermelding der redenen aan de koopers, waarom de verkoop daar moet geschieden en van de voorzorgsmaatregelen bij het gebruik te nemen, alles op door den Directeur te bepalen wijze. Dergelijk vleesch wordt van bijzondere door Burgemeester en Wethouders vast te stellen stempelmerken voorzien. Artikel 40. De overtreding van de artikelen 2, 3, voorlaatste lid; 4, eerste lid; 5, 6, 7, laatste lid; 9, 11, 12, 13, 14, eerste lid; 15, 16, eerste lid; 19, tweede, derdevijfde, zesde, zevende en laatste lid; 20, 22, tweede lid; 26 laatste lid; 27, eerste, tweede, derde en vijfde lid; 28, 29, 30,31 eerste en laatste lid; en 36 wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste zes dagen of geldboete van ten hoogste vijf en twintig gulden. Ook indien de overtreding van art. 3 voorlaatste lid, ge pleegd wordt ten aanzien van vee, als bedoeld in het laatste lid van dat artikel of ten aanzien van vee en vleesch, als be doeld in het laatste lid van art. 17, wordt zij gestraft met hechtenis van ten hoogste zes dagen of geldboete van ten hoogste vijf en twintig gulden. Artikel 41. Deze verordening treedt in werking op den dag der opening van het Openbaar Slachthuis. Op dat tijdstip vervalt de verordening van den 8en November 1894 (Gem. Blad N°. 10) op den invoer, het vervoer en de keuring van vee en vleesch en den handel in vleesch in de gemeente Leiden. VERORDENING, houdende wijziging van de verordening op de Markten van den 26sten Mei 1898 (Gemeente blad n°. 10), zooals deze is gewijzigd bij de Ver ordening van den 23sten October 1902 (Gemeente blad n°. Art. 1. In artikel 42 der Verordening op de Markten wordt in plaats van »van den algemeenen Marktmeester of van den Gemeente veearts" gelezen»van den algemeenen Marktmeester, van den Directeur of van den Keuringsveearts van het openbaar slachthuis". Art. 2. In artikel 54 dier verordening wordt in plaatst van »de gemeente-veearts" gelezen: »de Directeur en de Keurings veearts van het openbaar slachthuis". Art. 3. Deze verordening treedt in werking tegelijk met de ver ordening op den invoer, het vervoer, den doorvoer, de keuring van vee en vleesch en den handel in vleesch in de gemeente Leiden. N°. 286. Leiden, 14 November 1902. Tegen de goedkeuring van het bij nevensgaand adres door B. L. Grüpstra ingediend stratenplan bestaat noch bij de commissie van fabricage, noch bij ons college bezwaar. Ligging en richting der straat geven geen aanleiding tot bedenkingen en ook de ontworpen straatbreedte van IOmeter mag voldoende worden geacht. Ook zal de Bloemistenlaan, ter plaatse waar de ontworpen straat daarin zal uitkomen, een breedte van 10 meter erlangen. Eindelijk kan ook het bij art. 28 der woningwet gevorderde algemeene uitbreidingsplan, zooals de commissie van fabricage

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1902 | | pagina 5