ERRATUM.
116
DONDERDAG 21 AUGUSTUS 1902.
De heer van Dissel. M. d. V., het komt mij voor dat die
prijs, die jaarlijksche vergoeding van 0.25 per M2 voor
water veel te hoog is. "Wij hebben zoo even aangenomen, dat
aan hen, die een gedeelte sloot aan den Witten Singel zullen
dempen, eene vergoeding van 5 cents per M- zal worden
opgelegddat vind ik een voldoenden prijs en stel daarom
voor, ook hier in dit geval in plaats van ƒ0.25 de vergoeding
te bepalen op 0.05 per vierkanten meter.
De Voorzitter. Mijnheer van Dissel, die vergelijking gaat
niet geheel op. De bewoners aan den Singel moeten eene groote
uitgave doen om een goeden toestand in het leven te roepen
van het zeer kleine stukje grond dat voor hun huis ligt, terwijl
bovendien volgens de recognitieverordening voor het gebruik
van water, zooals hier wordt gevraagdveel meer moet worden
opgebracht dan U voorstelt, namelijk 0.45 per M.2, maar dat
is dan nog voor openbaar gemeentewater, terwijl wij bier gaan
verhuren een gedeelte water, dat privaat eigendom van de
Gemeente is, waarom wij ook niet gebonden zijn aan de re
cognitieverordening. Maar om nu zoo ver beneden het bedrag
te gaan dat wij van andere personen volgens recognitiever
ordening moeten heffen, vind ik wel wat bedenkelijk.
Bovendien, wanneer de heer van Waveren met gebruikma
king van gemeentewater eène inrichting wil tot stand brengen,
om daarmede eene andere inrichting van hem, hij heeft daar
ter plaatse n.l. ook een koffiehuis, tot meerderen bloei te
brengen, dan mag hij ook wel iets meer betalen.
De heer van Dissel. M. d. V. Wanneer wij aan eene ver
ordening gebonden zijn, is het wat anders, maar zijn wij in
die bepaling vrij, dan zou ik het eischen van een huur van
0.25 per M2 of 2500.per Hectare en per jaar voor water
dat niets opbrengt, eigenlijk afzetterij vinden.
De Voorzitter. Ja, wanneer het een Hectare was, zouden
Burg. en Weth. er nog wel eens over denken om 25 ct. per
M2 te vragen, maar daaraan ontbreekt nog al iets. Maar doet
u een bepaald voorstel?
De heer van Dissel. Ja, M. d. V., ik stel voor den prijs te
bepalen op 5 cents per M2.
De Voorzitter. Ik zou u toch in overweging geven om de
huur niet lager te stellen dan de recognitieverordening voor
schrijft, n.l. 15 cents per M2. Wij kunnen toch moeielijk lager
gaan dan de verordening voorschrijft.
De heer van Dissel. Dan stel ik voor den prijs te bepalen
op 15 cents per M2, het minste wat wij volgens de verorde
ning kunnen nemen.
Het voorstel wordt voldoende ondersteund en maakt der
halve een onderwerp van beraadslaging uit.
De heer A. J. van Hoeken J.Jzn. M.d. V. Wanneer ik het
goed begrepen heb, stellen Burg. en Weth. voor 25 cents per
M2 dus 10 cents meer dan de verordening eischt, omdat het
water privaat eigendom is van de gemeente en wij derhalve
in dit geval niet aan de verordening gebonden zijn. Nu zou
ik echter wel willen vragen of de gemeente ook niet publiek
rechtelijk eigenares is van het water. Zou er bijv. wanneer
aan den kant door schuiten gelost werd, geen havengeld
geheven worden?
De Voorzitter. De eerste maal dat dit voorkomt, zal deze
quaestie stellig worden overwogen en vermoedelijk zal er dan
wel havengeld worden geheven.
De heer A. J. van Hoeken J.Jzn. Maar dan is het ook
publiek-rechtelijk eigendom van de gemeente.
De beraadslaging wordt gesloten.
Het amendement van den heer van'Dissel wordt in stem
ming gebracht en met 20 tegen 6 stemmen verworpen.
Tegen stemden de heeren: Bots, J. P. Driessen, van Kempen,
de Goeje, Hasselbach, van Hamel, Timp, van Tol, Bosch,
Pera, Korevaar, Aalberse, Kerstens, P. J. van Hoeken, Kroon,
Dekhuyzen, Zaaijer, A. Mulder, A. J. van Hoeken J.Jzn. en de
Voorzitter.
Voor stemden de heerenL. Driessen, van Lidth de Jeude,
P. J. Mulder, Sijtsma, de Vries en van Dissel.
De heer Sijtsma. M. d. V. Ik heb met belangstelling van
deze aanvrage kennis genomen. Dat reinheid op het lichaam
een groote voorwaarde voor gezondheid is, dit besef wordt
hoe langer hoe levendiger, en baden en zwemmen behoort
daartoe tot een der middelen. Bij de behandeling van de
begrooting in de sectiën heb ik de vraag gedaan, of er
geen kans zou zijn van gemeentewege een zweminrichting in
het leven te roepen, speciaal voor de burgerklasse. Toen heb
ik ook aangetoond, dat er naar de bestaande inrichting aan
de Heerenpoort geen burgers gaan, evenmin als naar de in
richting Rhijnzicht, die te duur is voor den burgerman.
Nu komt hier eene zweminrichting; is 't nu niet mogelijk,
zou ik willen vragen, dat de gemeente de bepaling maakt,
dat de prijs een zeker bedrag niet te boven gaat, bijvoorbeeld
een maximum van ƒ2.50 voor het zwemseizoen. Dan kan van
zulk een inrichting gebruik gemaakt worden door den burger
man, 8.a 10.is te veel. De vraag is echter, kan de
gemeente zulk eene bepaling maken, en zoo ja, is er dan
mogelijkheid, dat wij zulks van den heer van Waveren kunnen
eischen? Dit zou ik wel eens willen weten.
De Voorzitter. Wij kunnen alles eischen, maar ik betwijfel
het zeer of de heer van Waveren dien eisch zal willen inwilligen.
Mij dunkt, de voorwaarden die nu worden opgelegd zijn
zwaar genoeg. Als de heer van Waveren deze voorwaarden
aanneemt, moeten wij hem verder vrij laten in de exploitatie.
De heer van Waveren is ondernemend man genoeg om te
begrijpen, dat het niet verstandig zou zijn, den prijs zoo hoog
te stellen, dat maar een klein deel van de burgerij er gebruik
van zou kunnen maken.
Ik geloof dat dit best aan hem kan worden overgelaten.
De heer Sijtsma. Ik zal nu geen amendement indienen,
maar ik hoop dat de voorwaarden voor het bezoek der zwem
inrichting te stellen zóó zullen zijndat iedereen er gebruik
van zal kunnen maken. Tegenover de verplichting van een laag
tarief, had de gemeente anders ook kunnen laten vallen den
eisch van 0.25 per M.2 recognitie. Ik heb daar straks gestemd
vóór het amendement van den heer van Dissel om de recognitie
zoo laag mogelijk te stellen, maar tegenover den op te leggen
dwang een laag entree te heffen had men den heer van Waveren
dan ook geheel vrij gebruik van water kunnen toestaan.
De Voorzitter. Het zal toch wel uwe bedoeling niet zijn
om terug te komen op het resultaat van de stemming over
het amendement van den heer van Dissel.
Overigens zou ik zeggen: hoe meer concurrentie, hoe meer
kans dat uw doel zal verwezenlijkt worden, omdat dan de
toegangsprijs vanzelf laag gesteld zal worden.
De beraadslaging wordt gesloten.
Het als boven gewijzigde voorstel van Burg. en Weth. wordt
zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
XXV. Rekening van de ontvangsten en uitgaven der gemeente
over 4901.
(Zie lng. St n°. 195, 211 en 213).
Wordt met algemeene stemmen goedgekeurd en voorloopig
vastgesteld,waarbij de Wethouders zich buiten stemming houden.
De Voorzitter. Verlangt nu nog iemand het woord?
De heer Sijtsma, M. d. V. Ik zou gaarne eene enkele vraag
willen doen aan de Commissie voor Endegeest.
Naar mij n.l. is medegedeeld heeft op Endegeest een tuin
knecht, Turenhout, zijn ontslag gekregen, op grond dat een
jonger werkman het werk beter kon doen, hoewel de man
nog niet zoo oud is, eerst 58 jaar, en mij nog vrij kras voorkomt.
Ik kan evenwel verkeerd ingelicht zijn en daarom wensch
ik eenige inlichting van de Commissie.
De Voorzitter. Is de Commissie bereid nu reeds dadelijk
te antwoorden, of wenscht zij dit liever uit te. stellen tot de
volgende vergadering.
De heer Zaaijer. M. d. V. Ik zou de gevraagde inlichting
liever in eene volgende vergadering geven. Ik herinner mij
wel dat er over het ontslag gesproken is, maar de bijzonder
heden staan mij niet duidelijk genoeg voor den geest. Aan
gezien er niet zoo groote haast bij de zaak is, zou ik het
geven van een antwoord liever uitstellen.
De heer Sijtsma. M. d. V. Ik kan mij met dit uitstel wel
vereenigen.
Niemand meer het woord verlangende wordt de vergadering
gesloten.
In het verslag van de Raadszitting van Donderdag 10 Juli is van het gesprokene
door den Voorzitter, in de 3e alinea van onderen van de le kolom van pag. 104,
het laatste gedeelte achter de woorden »ter vervulling van- de vacature" onafgedrukt
gebleven. Die zinsnede had in zijn geheel als volgt moeten luiden: »ter vervulling
van de vacature voor »handwerken" aan de hoogere burgerschool voor meisjes heb
ik de eer, mede gelet op inlichtingen mij verstrekt door de directrice dier inrichting,
de aandacht te vestigen op de dames enz."
Te Leiden, ter Boekdrukkerij van J. J. Groen Zoon.