JoigfnTSMaS," d8r<len °m,erWijZer aa" "6 0[,enbare
rjulM901. tO0g nd Van fim 'SjaarS' met ingang van
DONDERDAG 24 OCTOBER 1901.
Zitting van Donderdag 24t October 1901.
Geopend des namiddags te een uur.
Voorzitter: de heer Mr. F. WAS, Burgemeester.
Te behandelen onderwerpen:
1°. Benoeming van een derden onderwijzer aan de openbare
Jongensschool 2e klasse. (249)
20. Verzoek van W. H. Doorman, om terugbetaling van school
geld, Lager Onderwijs. (248)
30. Voorstel tot toekenning van eene personeele toelage aan
den Rector van het Gymnasium en tot verhooging der
jaarvyedden van de leeraren in het Engelsch en in de Wis
kunde aan die inrichting. (247)
4°. Begrooting van inkomsten en uitgaven der gemeente voor
den dienst 1902. (225)
Tegenwoordig zijn 29 leden, als de heerenKaiser, de Goeie,
Sijtsma, Bosch, van Kempen, Bots, van Tol, Witmans, van
Lidth de Jeude, A. J. van Hoeken J.Jzn, J. P. Driessen, L.
Dnessen, Ihmp, Kroon, Korevaar, A. Mulder, de Lange,
Fockema Andrem Drucker, van Hamel, Zaaijer, van Dissel
de Vries, 1 era, Aalberse, Hasseibach, P. J. van Hoeken, Ker-
stens, P. J. Mulder, alsmede de Burgemeester, Voorzitter.
Afwezig zijn de heer Juta wegens ongesteldheid en de heer
Dekhuyzen wegens uitstedigheid.
De Notulen van het verhandelde in de vorige Vergadering
van 17 October wórden gelezen en goedgekeurd.
De Voorzitter deelt mede dat is ingekomen
Missive van de Ged. Staten, houdende mededeeling dat bij
A?.?, besluit van 28 September j.l. aan den heer ,1. D. Van
Wijk, eervol ontslagen hoofd der Jongensschool 2e klasse, een
Wordt voor kennisgeving aangenomen.
De Voorzitter legt vervolgens over: 1
1° Verzoek van den heer A. P. M. Van Oordt om ontslag
als Regent van het Heilige Geest- of Arme Wees- en Kin
derhuis.
2°. Adres van den Leidschen Bestuurdersbond, waarbij ver
schillende vereenigingen zijn aangesloten, houdende verzoek
om aan de vereemging Schoolkindervoeding een flinke subsidie
uit de gemeentekas te verleenen.
Worden gesteld in handen van Burg. en Weth.
Aan de orde is:
(Zie Ing. St. n°. 249).
De Voorzitter. Mag ik den heeren A. J. van Hoeken, Zaaijer
en de Vries verzoeken met mij het stembureau uit te maken
De uitslag der stemming is, dat met algemeene stemmen
wordt benoemd de heer L. F. van Zoest.
De Voorzitter. Ik dank de heeren stemopnemers voor
hunne welwillende medewerking.
II. Verzoek van W. H. Doorman, om terugbetaling van
schoolgeld, Lager Onderwijs.
(Zie lng. St. n<>. 248).
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming gun
stig op beschikt.
HL Voorstel tot toekenning van eene personeele toelage aan
den Rector van het Gymnasium en tot verhooging der jaar
wedden van de leeraren in het Engelsch en in de Wiskunde
aan die inrichting.
(Zie Ing. St. n». 247).
De heer Fockema Andrew. M. d. V. Het komt mij beter
voor de verhoogingen toe te kennen zooals die door Curatoren
zijn voorgesteld en die derhalve uit te trekken tot een bedrao-
van f 28°.— boven hetgeen door Burg. en Weth. is voorge
steld. Ik stel dus voor om inplaats van f 420.— te lezen f 700.
Het amendement wordt voldoende ondersteundzoodat het
een onderwerp van beraadslaging kan uitmaken.
De Voorzitter. Naar aanleiding van dit amendement zou
ik wel in overweging willen geven het voorstel, voor zoover
betreft de regeling van het salaris van den heer Vogelesang,
uit te stellen tot nader, omdat ik vrees, dat daarvan uitvoerige
debatten het gevolg zullen zijn. Door een der leden is reeds
129
aangekondigd, dat Wanneer dit punt behandpM a
geheime zitting door hem zou Deiianc,eld werd, eene
oog op de behandeling der begrootto» hot
is die zaak later te bekijken in eenp&vnf a ter
niet zoo druk is; terwijl ik zou willen Pu8' waarin het
te gaan met het andere gedeeïte vanWt& Ie,n Wel voort
wel geen bezwaar zal Instaan nl de tnet" waarte8en
personeele toelage aan den rector en de van eene
jaarwedde van den leeraar in de wiskunde nL?? T(fo d6
Verlangt een van de leden over mijn yoSS/bT^oord?
De heer Fockema Andreae. Ik wil alleen zeuren m a v
dat ik daartegen geen bezwaar heb.
hn?faemink°TStig -het ,voorstel van den Voorzitter wordt zonder
hoofdelijke stemming besloten de behandeling van het voor-
Sf*«iï£ZTg der Wedde van den 'oeraa^iu het Engelsch
De Voorzitter. Verlangt over het andere gedeelte van
het voorstel iemand nog het woord
De heer Pera. De nieuwe titularis zal niet de plaats kunnen
Zlmen, Van /Ijn voorgangcr, zoodat een gedeelte van zijn
wiskunde 'du? W°J fn °Pgedragen aan den leeraar in de
skunde, die voor dat meerdere werk eene verhoomne zal
ontvangen van f 100.— Behoudt nu de titularis voor de
aardrijkskunde dezelfde bezoldiging, of zal hij minder ont-
nietPkan^verrichten krijg6n' °mdat hiJ dat werk
r-oPr ^°0RZITTER' Hij behoudt dezelfde jaarwedde. De docto
randi of gepromoveerden, die daarvoor in aanmerking komen
zijn opgeroepen op de wedde, aan die betrekking verbonden.'
Dat is immers ook het oordeel van curatoren?
M Dd veLZ hAUER' +ïIag ik Tn in het midden brengen,
M. d. V. dat de opvatting van den heer Pera niet geheel en
al juist is. De zaak is niet, dat geen van de heeren in staat
zou zijn om het bedoelde onderwijs te geven, zooals dat tot
J-?"-door den Wjeringa en anderen Ts gedaan
zbntpit ueen6n\ ?uan dat onderwijs bepaalde eischen
zijn te stellen wat mathematische ontwikkeling aangaat
di'„£;,™lader van een doctor in de Nederlandsche letteren ge-
eischt kan worden. Nu is de zaak eenvoudig deze, dat men
be?"g van het. onderwys die lessen wenscht op te
dragen aan den leeraar in de wiskunde terwijl de leeraar in
geschiedenis en aardrijkskunde toch zou behooren te blijven
in het genot van het traktement, waarvoor hij is opgeroepen
onder Hp r1J °ProePinS ls vermeld - natuurlijk altijd
in- I/, r verplichting om een zeker aantal lesuren, ik meen
tot 24 toe, te geven.
De heer Pera. Het komt in elk geval hierop neer, dat een
zeker werk wordt opgedragen aan een ander, die daarvoor zal
loon5tei-wijl degeen, die van dat werk wordt
ontlast, behoudt wat hij vroeger had.
De Voorzitter. Ja, dat is zoo; maar het voorstel van cura
toren is in het belang van het onderwijs.
De heer Pera. Ja, dat is wel mogelijk; maar in elk geval
wilde ik de vraag laten volgen: is dat nóodig, wanneer het
salaris?11 16mand minder wordt' dat bij dan behoudt hetzelfde
De Voorzitter. De verordening regelt de traktementen,
en de heer Wiennga had een traktement van f 2400.—
De heer de Goeje. Zou het niet wenschelijk wezen, M. d. V
ook dit punt aan te houden? Want het is toch wel mogeiijk!
dat de man, die eventueel zal benoemd worden, wel degelijk
bevoegd en ook geschikt is het onderwijs in dat vak te geven,
evenals de heer Wieringa dit gedaan heeft. In dit geval be
hoeft die verschikking niet plaats te hebben. Ik weet stellig
dat er onder de sollicitanten één is, die gewoon is dat onder
wijs te geven.
De Voorzitter. Ik heb tegen uitstel geen bezwaar. Hieraan
wensen ik nog toe te voegen, dat wanneer tot uitstel van
behandeling wordt besloten, de heeren die het hier geldt
daarvan geen nadeel zullen ondervinden. Want ook al mocht
voor I Januari a. s. nog geen beslissing zijn genomen, dan
zouden wij toch voorstellen om de regeling der jaarwedden
te doen ingaan met 1 Januari 1902. Kunnen de heeren zich
dus vereenigen met het denkbeeld om de regeling van de
jaarwedde van den heer Gleuns uit te stellen tot later.
Daartoe wordt bij acclamatie besloten.
De Voorzitter. Er blijft dus nu alleen over het voorstel
om den rector eene personeele toelage van f 200, ingaande
1 Januari 1902, te verleenen.
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming daartoe
oesioten.
(De heer Hasseibach komt ter vergadering.)