GEMEENTERAAD VAN LEIDEN. 89 IH'SEKOXEH STIIKKEJf. N°. 196. Leiden, 2 Augustus 1901. Bij nevensgaand adres verzoekt J. Botermans, alhier, ver gunning tot demping van de sloot, gelegen tusschen deNip- ponstraat en de Bloemstraat en van een gedeelte der sloot langs den Lagen Rijndijk in het verlengde van het reeds vroeger gedempte gedeelte vóór de voormalige buitenplaats Nippon. Voor zoover dit verzoek de eerste sloot betrelt, is daarop reeds door ons college beschikt, aangezien die sloot geheel bijzonder eigendom is. Voor de demping van het gedeelte der sloot langs den Lagen Rijndijkdie voor de helft eigendom der gemeente is, is echter de vergunning van CJvve Verga dering noodig. Intusschen heeft adressant, zooals uit de in de Leeskamer ter inzage liggende rapporten van den Directeur der Ge meente-werken blijkt, reeds zonder die vergunning gevraagd en verkregen te hebben met de demping een aanvang ge maakt, in de meening verkeerende, dat hij met de hem door het hoogheemraadschap van Rijnland verleende vergunning tot demping kon volstaan. Waar evenwel de door hem ge pleegde omissie niet aan opzet moet worden toegeschreven en de toestand ter plaatse door de demping, mits daaraan de door Uwe Vergadering te verbinden voorwaarden behoorlijk worden nageleefd, belangrijk zal worden verbeterd, hebben wij gemeend voorloopig in de demping, voor zoover reeds geschied, te kunnen berusten en ons te moeten onthouden van maatre gelen om adressant te dwingen den vroege ren toestand te her stellen. Indien toch de demping van de sloot en de rioleering van het gedempte gedeelte op de door U voor te schrijven wijze plaats vindt en indien de door demping verkregen grond behoorlijk bestraat aan de gemeente in eigendom wordt overgedragen, evenals dit bij uw besluit van 12 October 1899 (Zie Ing. Stukken n°. 188) ten aanzien van het aangrenzende gedeelte sloot is voorgeschrevendan zal de verbreeding van dezen belangrijken toegangsweg der gemeente weer een schrede nader komen tot hare voltooiing. Eene bijdrage van de gemeente in de kosten der bestrating en rioleering ten bedrage van 50.door den Directeur der Gemeentewerken voorgesteld in navolging van uw bovenver meld besluit van 42 October 1899, schijnt ons dan ook in allen deele billijk. Op grond van het bovenstaande en onder mededeeling dat de Commissie van Fabricage zich geheel met deze voor dracht kan vereenigen, geven wij Uwe Vergadering dus in overweging aan Jan Botermans, alhier, behoudens de rechten van derden, vergunning te verleenen tot demping van een gedeelte sloot langs den Lagen Rijndijk, ter lengte van 5 Meter, oostwaarts aansluitend aan het reeds door J. N. Botermans gedempte gedee'te, onder de navolgende voorwaarden 1°. dat de sloot worde ontdaan van bodem en drijfvuil en aangevuld met zuiver zand tot nader door ons aan te geven hoogte 2°. dat de bestaande schoeiing aan het oostelijk einde van het reeds gedempte gedeelte der sloot worde weggenomen en een nieuwe schoeiing ten onzen genoegen worde aangebracht aan het oostelijk einde van het thans te dempen gedeelte; 3°. dat deze schoeiing voorzien worde van een voldoend stevig ijzeren of houten hek, ter onzer beoordeeling, waarvan de teekening vooraf door ons moet worden goedgekeurd. 4°. dat over de volle lengte in aansluiting aan het bestaande riool een cementen riool worde gelegd, inwendig wijd 60 bij 40 cM., op een doorgaande grondplank en met de kruin ter hoogte van 90 cM. A. P. en 5°. dat de door demping verkregen grond, behoorlijk ten onzen genoegen met klinkers bestraat en op de boven aange geven wijze gerioleerd, aan de gemeente in eigendom en onderhoud worde overgedragen, ten einde tot openbare straat te worden bestemd, tegen betaling door de gemeente van een som van 50,— als bijdrage in de kosten van bestrating en rioleering. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Aan Edelachtbare Heeren Burgemeester en Wethouders der Gemeente Leiden. Edelachtbare Heeren Met verschuldigden eerbied verzoekt ondergeteekende hem vergunning te verleenen tot het dempen der particuliere sloot, liggende tusschen de Nippon- en Bloemstraat, en het dempen en rioleeren van een eindje sloot, lang 5 Meter van de schei- dingssloot, even voorbij de Nipponstraat aan den Lagen Rijn dijk. Voor de laatst aangevraagde demping verzoekt onder geteekende vergoeding van de Gemeente, evenals zijn broeder heeft mogen ontvangen bij demping van het andere gedeelte sloot. Uw onderdanige dienaar Leiden, 8 Juli 1901. Jan Botermans c. s. Te Leiden, ter Boekdrukkerij van J. J. Groen Zoon. r

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1901 | | pagina 1