94
No. 22
Leiden, 25 September 1900.
Wij hebben de eer U mede te deelen, dat het adres van
A. C. van den Akker, veehandelaar te Hazerswoude, en 72
anderen, houdende verzoek om vergrooting der veemarkt,
benevens het daaromtrent door de Kamer van Koophandel en
Fabrieken uitgebracht advies met bijbehoorende plannenin
de Leeskamer ter inzage van de leden van den Gemeenteraad
zijn neergelegd.
Nadat door u van den inhoud .van een en ander zal zijn ken
nis genomen, is het ons voornemen in een besloten verga
dering van uw college allereerst de vraag te bespreken, of
uitbreiding der markt al dan niet noodzakelijk moet worden
geacht, en indien het antwoord op die vraag bevestigend luidt,
nader te overwegen, welk der verschillende overgelegde plan
nen het meest aanbeveling verdient, in verband met de
kosten, welke aan de uitvoering van ieder dier plannen op
zich zelve zullen zijn verbonden.
Aan den Gemeenteraad.
Burg. en Weth. van Leiden
No. 228.
Leiden, 25 September 1900.
De Commissie van Financiën beeft de eer u mede te dee
len, dat zij tegen de in hare handen gestelde rekeningen van
het R. C. Weeshuis en van het R. C. Armbestuur, dienst 1899,
geene bedenkingen heeft
Zij stelt u voor beide rekeningen goed te keuren, die van
het Weeshuis:
in ontvangst ad f "21747,39
in uitgaaf ad 21522,69
sluitende met een batig saldo van f
en die van het armbestuur:
224,70
in ontvangst ad 7644,22®
in uitgaaf ad 7592,95®
sluitende met een batig saldo van f
Aan den Gemeenteraad.
51,27
De Commissie van Financiën.
No. 229.
Leiden, 2G September 1900.
Bij Raadsbesluit van 21 September 1899 werd besloten
tot den aankoop van het buitengoed «Rhijngeest", eensdeels
om der gemeente de beschikking over de onmiddellijke om
geving van het krankzinnigengesticht «Endegeest" te verze
keren, anderdeels om de schoone wandeling langs Rhijn- en
Endegeest voor de gemeente te behouden, eindelijk ook met
het denkbeeld dat het buitengoed wellicht eenmaal zou kun
nen worden bestemd voor de oprichting van een Sanatorium
voor Zenuwlijders.
Vervolgens werden wij eenigen tijd later door Uwe Ver
gadering uitgenoodigd bij den Gemeenteraad definitieve plan
nen voor de op- en inrichting van een Sanatorium voor
zenuwlijders op het landgoed «Rhijngeest" in te dienen.
Gevolg gevende aan die uitnoodiging hebben wij thans de eer
die plannen aan Uwe Vergadering over te leggen en deze te
doen vergezeld gaan van een raming der stichtingskosten,
van een overzicht omtrent de wijze, waarop het Sanatorium
«Rhijngeest" zal behooren te worden geëxploiteerd en van de
financieele gevolgen dier exploitatie voor de gemeente.
Volgens dit ontwerp, dat is opgemaakt ingevolge de aan
wijzing van den voormaligen Geneesheer-Directeur van «Ende-
gêest", zal het Sanatorium bestemd zijn voor 60 patiënten,
welk aantal echter met het oog op de beschikbare ruimte
gevoegelijk tot 74 patiënten kan worden uitgebreid. Er zullen
zoowel mannelijke als vrouwelijke patiënten worden verpleegd
in afzonderlijke van elkander gescheiden afdeelingen. Terwijl
op den beganen grond de wachtkamer, conversatiezalen, bad
kamers en localiteiten voor den huishoudelijken dienst zijn
ontworpen, vindt men op de le verdieping gemeenschappe
lijke slaapzalen, badkamers en een zit- en slaapkamer voor
den inwonenden geneesheer en op de 2e verdieping slaap
kamers voor de patiënten, die een afzonderlijke slaapkamer
verlangen of behoeven, benevens zit- en slaapkamer voor de
hoofdverpleegster.
Het gebouw zal centraal verwarmd worden en van gas- en
waterleiding- worden voorzien.
Terwijl dit gebouw voornamelijk bestemd zal zijn voor
minder bemiddelde verpleegdenhebben wij ons het bestaande
woonhuis op Rhijngeest gedacht als een zelfstandig paviljoen
voor 8 patiënten uit de meer gegoede klasse. Het zal daarvoor
zonder verbouwingen van eenig aanbelang kunnen worden
ingericht, en, aldus geëxploiteerd, ongetwijfeld aan de exploi
tatie van het geheel financieel ten goede komen.
Voorts zal een eenvoudige woning moeten worden gebouwd
voor den vasten geneesheer der inrichting. Wèl zal, zoolang
het aantal patiënten niet groot is, met één inwonend genees
heer kunnen worden volstaan, maar zoodra hun aantal tot
40 a 60 klimt, zal aan de inrichting tevens een blijvende ge
neesheer, die op het terrein woontmoeten worden verbonden.
Wij laten hier thans een raming volgen van de kosten,
aan de op- en inrichting van het Sanatorium verbonden
daarbij vooropstellende, dat op de plaats, waar het gebouw
ontworpen is, niet behoeft te worden geheid. Het meubilair
is berekend voor 60 patiënten, een inwonend geneesheer, één
hoofdverpleegster en acht verpleegsters, terwijl de stoombad
ketels begrepen zijn onder de aanlegkosten voor de centrale
verwarming.
Bij de raming van het aantal verpleegden in het hoofd
gebouw op zestig, meenen wij niet te optimistisch te zijn,
wanneer men bedenkt, dat eene inrichting waarin zenuw
zieken voor f 400.a f 500.— per jaar verpleegd worden,
in ons land tot dusverre niet bestaat(ongerekend enkele
particuliere inrichtingen, waarin slechts enkele patiënten
kunnen worden ondergebracht) en van deskundige zijde vrij
algemeen verzekerd wordt, dat aan een dergelijke inrichting
dringend behoefte bestaat.
Waar het voornemen bestaat de uitwerking der plannen en
het toezicht op den bouw aan den Directeur van Gemeente
werken op te dragen, is voor den bouwmeester geen afzonder
lijke belooning uitgetrokken.
Bcgrooting' der stichtiiigskosten.
Bouwkostenf 65000.
Aanleg centrale verwarming5000.
Aanleg gas- en waterleiding3000.
Decau vil le-baantje van «Endegeest" naar
«Rhijngeest", met wagen500.
Instrumenten800.
Woning van den uitwonenden geneesheer 12000.
Meubilair voor het hoofdgebouw y> 10000.
Onvoorzien3700.
f 100000.—
Inrichting van het paviljoen10000.
Aankoop «Rhijngeest"35000.
Totaal. f 145000.—
of in ronde cijfers 150 000 waarbij evenwel zij opge
merkt dat het meubilair voor het paviljoen voor meergegoeden
niet dadelijk zal behoeven te worden aangeschaft, maar naar
gelang de behoefte zich daaraan zal doen gevoelen.
Bij de thans volgende exploitatierekening gaan wij uit van
do onderstelling, dat in het eigenlijke sanatorium 60 patiën
ten zullen worden verpleegd.
Exploitatierekening.
A. Van het Hoofdgebouw.
Inkomsten.
40 patiënten a f 400.f 16000.
15 500.7500.
5 700.3500.
f 27000.—
Met de 5 laatsten zijn bedoeld patiënten, die slechts korten
tijd in de inrichting zullen vertoeven voor het stellen eener
nauwkeurige diagnose, en die daarom meer, f 15.'s weeks,
zullen betalen.
Uitgaven.
Jaarwedde van den uitwonenden geneesheer f 2500.
Hoofdverpleegster400.—
8 verpleegsters f 150 a 250)1600.
1 badknecht200.
1 portier200.
1 tuinman350.—
4 dienstboden500.—
Verwarming, verlichting, water2000.
Voeding van patiënten, inwonend-genees
heer en personeel13000.—
Onderhoud meubelen250.
Onderhoud gebouwen700.—
Onvoorzien500.—
Vermeerdering personeel op Endegeest:
1 keukenmeidf 150.
1 waschvrouw 150.
1 loopknecht150.
Voeding350.—
800.—
f 23000.—