84
voor de installatie dezer bureaux een bedrag van f 700.—
noodig.
Wij geven Uwe Vergadering daarom in overweging voor
dat doel een bedrag van f 70J.ter onzer beschikking te
stellen en tot de vaststelling van de hierbij overgelegde staten
van af- en overschrijving over te gaan.
Op den post voor Onvoorziene Uitgaven zijn thans nog
f 16716.833 beschikbaar.
Aan den Gemeenteraad, Burg. en Wetli. van Leiden.
N°. 209. Leiden, 3 September 1900.
Ter vervulling der beide vacatures van 3en onderwijzer aan
de Openbare Jongensschool der 2e klasse en aan de school
der 3e klasse n° 3, hebben wij de eer U in overleg met den
Arrondissements-Schoolopzienerna ingewonnen bericht van
de Hoofden der betrokken Scholende volgende voordrachten
aan te bieden
Voor de Jongensschool 2e klasse:
1°. J. Th. R1NKEMA.
2°. L. F. VAN ZOEST.
beiden onderwijzers te Leiden, en
3°. J. L. VAN LEEUWENonderwijzer te
Hilversum.
Voor de School der 3e klasse, n°. 3.
1°. P. C. G. A. WIJKMANS.
2°. G. H. NUESINK.
beiden adspirant onderwijzers in deze gemeente, en
3°. A. B. DE ZEEUW, adspirant-onderwijzer
te Rijsoord.
Onder mededeeling dat de desbetreffende stukken in de
Leeskamer ter inzage zijn nedergelegd, verzoeken wij U tot
deze benoemingen over te gaan.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 210. Leiden, 4 September 1900.
Onder overlegging van nevensgaand verzoek van Gebr. P.
en J. Van Ulden hebben wij de eer Uwe Vergadering mede
te deelen, dat tegen den bouw van de door adressanten ge-
gewenschte schuur bij ons geenerlei bezwaar bestaat.
Wij geven U mitsdien in overweging aan Gebrs. Van Ulden de
bij art 3b der bouwverordening vereischte vergunning te ver-
leenen tot het bouwen van een houten schuur op het perceel
aan den Hoogen Rijndijk, Sectie M. n°. 981, overeenkomstig
de overgelegde teekening.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Aan den Raad der Gemeente Leiden.
Geven met verschuldigde eerbied te kennen Petrus en
Johannes van Ulden, stadspachters van vuilnis, etc. alhier,
dat zij wenschen vergunning tot het bouwen van een schuur
tot berging van allerlei, op hun perceel aan de Hooge Rijn
dijk Sectie M. Nomrner 981 en wel ter grootte van 100 M2.
't Welk doende,
P. Van Ulden,
J. Van Ulden.
N°. 211. Leiden, 7 September 1900.
Ter vervulling der vacature van 3e onderwijzeres aan de
School aan de Heerenstraat, hebben wij de eer U in overleg
met den Arrondissements-Schoolopziener, na ingewonnen
bericht van het Hoofd der School, de volgende voordracht
aan te bieden
lo. Mej. A. M. HOEK, tijdelijk onderwijzeres aan die school
2°. Mej. M. K. VAN WIJK; en
3». Mej. C. A. ROEPER BOSCH, beiden eveneens tijdelijk
onderwijzeres in deze gemeente.
Onder mededeeling dat de desbetreffende stukken in de
Leeskamer ter inzage zijn nedergelegd, verzoeken wij U tot
eene benoeming over te gaan.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Te Leiden, ter Boekdrukkerij van J. J. Groen Zoon.