50
DONDÊRDAG 14 JUNI 1900,
X. Voorstel tot verhooging van eenige posten op de begroo
ting voor den dienst van 1900.
(Zie Ing. St. n°. 141).
Wordt zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming
goedgekeurd.
XI. Verzoek van het Bestuur der Christelijke Vereeniging
voor ziekenverpleging »het Diaconessenhuis", om vergunning
tot het dempen van een gedeelte sloot langs den Witten
Singel vóór het terrein kadastraal bekend Sectie M. n°. 1635
en 1636, gemeente Leiden.
(Zie Ing. St. n°. 109 en 139).
De Voorzitter. Aangezien de heer van Kempen door ambts
bezigheden is verhinderd tegenwoordig te zijn, stel ik voor
de behandeling van dit punt uit te stellen en aan te houden
tot eene volgende vergadering.
Aldus wordt zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke
stemming besloten.
XII. Voorstel tot aankoop van een nieuwe stoombrandspuit
en uitbreiding van het bestaande brandspuithuis aan de
St. Jacobsgracht.
(Zie Ing. St. n°. 136).
De heer de Lange. M. d. V. Naar aanleiding van de clausule
in het voorstel van Burg. en Weth., inhoudende dat in over
weging gegeven wordt een bedrag van f 6800.— ter 'be
schikking van Burg. en Weth. te stellen, ongerekend de
eventueele hef [ing van invoerrechten, wenschte ik te vragen
of het aan Burg. en Weth. nu reeds bekend is waar die
nieuwe spuit zal worden gekocht.
De Voorzitter. Neen, doch wij vragen machtiging tot
aankoop, terwijl het onzeker is dat er invoerrechten zullen
worden geheven of niet. Wij deelen dit daarom aan den Raad
mede, zonder er echter een bedrag voor te kunnen uittrekken.
De heer de Lange. Ik wenschte slechts te vragen of Burg.
en Weth. voornemens zijn de spuit in ons land of in het
buitenland te koopen.
De Voorzitter. Wanneer de fabrikant, die de spuit levert,
deze uit het buitenland betrekt, dan zou het mogelijk zijn
dat er invoerrecht van wordt geheven. Mijn vermoeden is
dat het hier een stoomspuit geldt, die niet hier te lande ge
maakt wordt Doch in ieder geval wordt zij hier te lande
gekocht. Burg. en Weth. zullen geen bestelling doen in het
buitenland. Een inlandsche fabrikant zal de spuit leveren.
Waar die fabrikant deze laat maken, weet ik niet. Het is
mogelijk dat sommige deelen of zelfs de geheele spuit door
hem in het buitenland worden gekocht. En in dat geval
kunnen invoerrechten verschuldigd zijn.
De heer Korevaar. Ik kan den heer de Lange nog mede-
deelen, dat wanneer die stoombrandspuit direct geleverd kon
worden, er zeker geen invoerrecht zou verschuldigd zijn.
Maar met de levering gaat ongeveer 3 maanden heen, en in
dien tijd kan de wet gewijzigd zijn. Voor alle zekerheid is
dus in de clausule van Burg. en Weth. het eventueel te
heffen invoerrecht opgenomen.
Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
XIII. Voorstel tot het leggen van eene rijbrug over de Witte
Singelgracht tegenover de Kaiserstraat.
(Zie Ing. St. n°. 143).
De heer L. Driessen. De plaats waar de brug zal gebouwd
worden is in den winter een gelief koosd plekje voor schaatsen
rijders mag ik dus vragenwordt ze hoog genoeg gelegd dat
de liefhebbers er onder door kunnen?
De Voorzitter. Ik denk, dat dezen wel wat zullen moeten
bukken. Het is mij niet bekend, dat daar ter plaatse geregeld
een ijsbaan is. Het pontje, dat er nu is, houdt het water
heel lang open, en of er sedert het pontje daar ligt, eèn
goede baan is, weet ik niet. De schaatsenrijders zullen, als
de brug er is, misschien moeten overstappen, maar ik kan
dat niet met zekerheid zeggen.
De heer A. J. van Hoeken J.Jz. M. d. V. Zoo ver ik heb
kunnen nagaan zal deze brug niet lager worden dan die,
welke over den singel tusschen Doeza- en Heerenstraat ligt.
De scheepvaart zal er niet belemmerd worden, omdat op het
gedeelte tusschen Kaiserstraat en Noordeindsbrug bijna niet
gevaren wordt.
Ook meen ik, dat op de teekening de waterlijn is aange
geven en is het zeer gemakkelijk even de hoogte van de
brug na te meten.
De heer P. J. van Hoeken. Ik zoude gaarne vernemen, of
het het voornemen van Burg. en Weth. is het pontje te ver
plaatsen.
De Voorzitter. Neen, het voornemen van Burg. en Weth.
is, het pontje daar ter plaatse op te heffen en het te gebruiken,
wanneer er te eeniger tijd ergens een dergelijk hulpmiddel
noodig is.
De heer P. J. van Hoeken. Ik dacht, dat het in de be
doeling lag van Burg. en Weth. het pontje over te brengen
naar het Plantsoen.
De Voorzitter. Op dit oogenblik is dit niet het plan van
Burg. en Weth., maar wij zullen dit denkbeeld in over
weging nemen.
Het voorstel van Burg. en Weth. wordt hierop zonder
hoofdelijke stemming aangenomen.
De Voorzitter. Ik kan nog mededeelen, dat bij gelegenheid
der Maskerade gelegenheid zal worden gegeven voor de leden
van den Raad met dames gebruik te maken van de tribune
voor het stadhuis, voor zoover er plaats is beneden en anders
van deze zaal en wellicht ook van de zaal hiernaast.
Niets meer aan de orde zijnde, wordt de vergadering dooi
den Voorzitter gesloten.
Te Leiden, ter Boekdrukkerij van J. J. Groen Zoon.