90
kenning van eene rentegarantie van een bepaald kapitaal over
een bepaald aantal jaren de voorkeur verdient boven de
bijdrage van een kapitaal ineens. In dat geval toch blijft
men bij voortduring in de gelegenheid om controle op den
gang der zaken uit te oefenen en kan de uitkeering der
garantie des noods worden gestaakt, wanneer de daaraan
verbonden voorwaarden niet mochten worden nageleefdterwijl
bovendien de mogelijkheid niet is uitgesloten, dat de maat
schappij onder zoo gunstige omstandigheden zal worden ge
ëxploiteerd dat zij na verloop van eenige jaren niet of niet
ten volle van die garantie zal behoeven gebruik te maken.
Het kapitaal, waarvan de rente wordt gegarandeerd, zou dan
naar wij meenen behooren te worden bepaald op f 60,000.
de rente op 4% en het aantal jaren, waarover de garantie
zich zal uitstrekken, op 20. Door de gemeente Leiden wordt
dan de rente gegarandeerd van een kapitaal, dat nog f 10,000.
hooger is dan dat, waarvan de gemeente Haarlemmermeer de
rente heeft gewaarborgd, eene gemeente, wier bevolking wel
is waar slechts ongeveer gedeelte bedraagt van die van
Leiden, maar wier belangen bij het tot stand komen van het
net oneindig grooter zijn dan de onze. Uit den aard der zaak
zal evenwel de rentegarantie van Leiden zich behooren te
bepalen tot het kapitaal, benoodigd voor den aanleg van het
net, voor zoover' dit in de provincie Zuid-Holland zal zijn ge
legen. door de maatschappij blijkens haar adres geschat op
f 1,885,000.—.
En wat eindelijk de voorwaarden betreft aan het toekennen
der subsidie te verbinden, deze laten zich, voor zoover zij niet
reeds uit het bovenaangevoerde voor tvloeienin het kort aldus
samenvatten: goedkeuring der definitieve plannen voor de lijn
HoofddorpLeiden, voor zoover in de provincie Zuid-Holland
gelegen, alvorens tot den aanleg zal worden overgegaan; be
paling van het minimum aantal treinen, dat dagelijks in beide
richtingen zal moeten loopen; goedkeuring der tarieven voor
personen- en goederenvervoer; bepaling, dat alle treinen
rechtstreeks zullen moeten doorloopen tot het eindpunt bij de
Schrij versbrugnakoming van alle voorschriften, door ons col
lege in het belang der openbare veiligheid of van het verkeer
of ter beveiliging van de eigendommen van derden gegeven;
verplichting der Maatschappij tot het gedoogen van alle werken,
ten behoeve der gemeente of ten behoeve van particulieren
met toestemming der gemeente uit te voeren, wanneer daartoe
van het terrein der Maatschappij moet worden gebruik gemaakt;
bepaling van den aanvang der garantie op het tijdstip, waarop
de lijn HoofddorpLeiden in volledige exploitatie zal zijn
gebracht; bepaling dat de garantie vervalt, wanneer niet binnen
5 jaren na hare toekenning tot de exploitatie der lijn Hoofd
dorpLeiden is overgegaan, of wel wanneer de concessie op
anderen wordt overgedragen, tenzij de Gemeenteraad in laatst
bedoeld geval besluite, dat zij zal worden gehandhaafd.
Op grond van het bovenstaande geven wij Uwe Vergadering
thans in overweging te besluiten: Aan de Hollandsche Elec-
triscbe Spoorweg Maatschappij, gevestigd te Amsterdam, voor
den aanleg en exploitatie van een net van tramwegen in de
Haarlemmermeer en omgeving en van een tramweg van
Amsterdam naar Alphen, voor zoover dit net gelegen is in de
provincie Zuid-Hollandte verleenen eene rentegarantie van
4% van een kapitaal, groot f60,000.gedurende den tijd
van 20 achtereenvolgende jaren, ingaande op den dag, waarop
de lijn HoofddorpLeiden in volledige exploitatie zal zijn
gebrachten voorts onder de navolgende voorwaarden
1° dat het eindstation te Leiden zal worden gevestigd in
de onmiddellijke nabijheid van de Schrij versbrug, alwaar een
personen- en goederenstation zal worden opgericht en dat ter
plaatse, waar de lijn den Hoogen Rijndijk kruist, een wacht
lokaal voor personen zal worden geplaatst;
2° dat, onafhankelijk van het sub 1° bepaalde, de definitieve
plannen voor den aanleg van de lijn HoofddorpLeiden, voor
zoover in de provincie Zuid-Holland gelegen, alvorens tot de
uitvoering worde overgegaande goedkeuring van ons College
zullen moeten verwerven;
3° dat over de lijn HoofddorpLeiden dagelijks in beide
richtingen ten minste 6, en op marktdagen ten minste 8
treinen zullen loopen, die aan alle tusschenstations personen
en goederen opnemen en afzetten;
4° dat de tarieven van het personen- en goederenvervoer op
de lijn HoofddorpLeiden nooit hooger zullen mogen zijn,
dan op eenig ander deel van het ontworpen net;
5° dat alle treinenwelke de gemeente binnenkomen, recht
streeks zullen doorloopen tot het eindpunt bij de Schrij versbrug
en die, welke de gemeente verlaten, van daar zullen vertrekken;
0° dat in de onmiddellijke nabijheid van het eindpunt een
voor schepen goed bereikbare losplaats voor overlading der
goederen te water zal worden aangelegd;
7° dat de maatschappij de uren van aankomst harer treinen
aan het station Alphen zooveel mogelijk zóó regele, dat deze
onmiddellijk aansluiten aan de van daar naar Leiden vertrek
kende treinen van de Staats-Spoorwegmaatschappij
8° dat alle voorschriften, door ons college in het belang der
openbare veiligheid of van het verkeer of ter beveiliging van
de eigendommen van derden gegeven, door de maatschappij
worden nagekomen;
9'1 dat de maatschappij de uitvoering van alle werken op
Leidsch grondgebied ten behoeve der gemeente of ten behoeve
van particulieren met toestemming der gemeente gedooge,
wanneer daartoe van haar terrein moet worden gebruik ge
maakt
10° dat zij, bij de uitvoering van werken voor gas en water
leidingen, riolen en electriciteitsgeleidingenaan de gemeente
de meerdere kosten vergoede, welke uit het bestaan der tram-
werken voortvloeien;
11° dat de garantie vervalt:
awanneer de lijn Hoofddorp—Leiden niet binnen 5 jaren
na het besluit van den Raad tot toekenning der garantie, in
volledige exploitatie is gebracht;
bwanneer de exploitatie in andere handen overgaat, tenzij
de Raad in laatstbedoeld geval tot hare handhaving besluite;
c) wanneer, ter beoordeeling en beslissing van den Gemeente
raad, de maatschappij in strijd handelt met de voorwaarden,
waaronder de garantie is toegekend.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Aan den Gemeenteraad van Leiden.
geeft met verschuldigden eerbied te kennen de Hollandsche
Electrische-Spoor weg-Maatschappij
dat zij subsidie vraagt voor den aanleg en de exploitatie
van een net van tramwegen in de Haarlemtr ermeer en om
geving, en van een tramweg van Amsterdam naar Alfen,
volgens bijgaande kaart en omschrijving.
üe kosten van aanleg bedragen, voor zoover de Provincie
Zuid-Holland betreft, f 1.885.000.en de Maatschappij ver
bindt zich om, zoo f van het aanlegkapitaal door subsidies
verkregen zijn, tot den aanleg over te gaan en de exploitatie
zoo spoedig mogelijk aan te vangen.
Hetwelk doende, enz.
Hollandsche Electrise he-Spoorweg-Maatschappij,
üe Raad van Beheer
T. Sanders.
Amsterdam11 April 1899.
(Met twee bijlagen: 1° kaart; 2° algcmeene omschrijving).
N°. 184. Leiden, 19 September 1899.
Naar aanleiding van nevensgaand adres van P. Th. Waasdorp
en 17 andere bewoners van de Waardstraat, houdende verzoek
om een lantaarn te doen plaatsen in die straat, hebben wij
de eer U mede te deelen, dat de Waardstraat het bijzonder
eigendom is van H. Smittenaar en cons, te Leiden en van
A. Smittenaar te Leiderdorp. Dientengevolge zijn geen termen
aanwezig om van gemeentewege voor de verlichting dier straat
zorg te dragen, maar zal door ons overeenkomstig het bepaalde
bij de artt. 6 en 7 der Verordening van den Oen Juli van dit
jaar, op de aan bijzondere personen toebehoorende wegen en
wateren, aan de eigenaren worden last gegeven voor een be
hoorlijke verlichting der straat zorg te dragen.
Wij geven Uwe Vergadering mitsdien in overweging afwij
zend op het verzoek te beschikken.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Aan den EdelAchtbaren Raad der gemeente Leiden.
Geeft met verschuldigden eerbied te kennen: Orulergetee-
kenden, bewoners van de Waardstraat b/d Zijlsingel, dat zij
geheel verstoken zijn van straatverlichting. Niet alleen voor
de bewoners zelve is deze bestaande toestand ongerieflijk en
gevaarlijk, maar vooral ook voor vreemdelingen die met de
plaatselijke gelegenheid niet bekend zijn. Te meer. daar op
het einde der straat een sloot gelegen is, welke niet afgeheind
is, en waar men zeer gemakkelijk in loopen kan, wat de vorige
week bijna het geval was.
Redenen, waarom zij de vrijheid nemen zich tot UEdelAcht-
baren Raad te wenden met het eerbiedig verzoek in boven
genoemde straat een lantaarn te willen plaatsen.
't Welk doende enz.
P. Th. Waasdorp.
(Volgen de namen van nog 17 adressanten).