38
N°. 101. Leiden20 Mei 1809.
Wij geven Uwe Vergadering in overweging gunstig te be
schikken op het hierbij overgelegd verzoekschrift van Mevrouw
C. J. Leevan Wijk, die zich op 1 Mei j.l. in deze gemeente
heeft gevestigd en stellen u voor aan adressante restitutie te
verleenen van het voor hare beide kinderen en haar nichtje
betaald schoolgeld over de maand April ten bedrage van 12.50
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Aan den Raad der gemeente Leiden.
Geeft met versehuldigden eerbied te kennen:
Mevrouw C. J. Lee—van Wijk, komende van Batavia,
dat zij zich met 1 Mei in deze gemeente gevestigd heeft
en drie kinderen genaamd: Christina Johanna Lee, Johan
Christiaan Lee en Sientje Poan Kokals leerlingen op de
Openbare Scholen der eerste klasse heeft geplaatst; dat zij
het schoolgeld over het geheele kwartaalloopende van 1
April tot 30 Juni heeft betaald:
dat zij bij dezen de vrijheid neemt zich tot U te wenden
met het verzoek, dat haar het te veel betaalde schoolgeld
(over de maand April) worde gerestitueerd.
Mevrouw C. J. LeeVan Wijk.
Leiden, 15 Mei 1899.
1 Bij de vaststelling van dit bedrag is rekening gehouden
met de mogelijkheid, dat de tijdelijk aan te stellen onder
wijzer ook nog tijdens den wintercursuswelke den len Sep
tember aanvangt, noodig zal zijn, zoodat het salaris over
den tijd van 7 maanden (met ingang van 1 Juni a. s.) is
uitgetrokken.
Op den post voor Onvoorziene Uitgaven zijn thans nog
12508.beschikbaar.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 104. Leiden, 24 Mei 1899.
Ter voorkoming van de met het oog op de geringe opbrengst
betrekkelijk hooge kosten eener openbare verpachting hebben
wij de eer U voor te stellen, evenals in vorige jaren, de
aardappelentiend van de onder de gemeente Leiderdorp te
veld staande aardappelen onder de hand volgens taxatie van
twee deskundigen aan de tiendplichtigen af te staan.
Blijkens het overgelegd schrijven van den rentmeester van
het Kroondomein, rentambt Leiden, kan de administratie
van het Kroondomein zich geheel met deze regeling vereenigen.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden
N°. 102. Leiden20 Mei 1899.
Ter vervulling der vacatureontstaan door het met ingang
van 1 Juni a s. aan A. J. Leget verleend eervol ontslag als
concierge van het stedelijk museum „de Lakenhal," hebben
wij de eer Uwe Vergadering overeenkomstig het advies van
de »Commissie voor de bewaring van voorwerpen van waarde
of belangrijk voor de Oudhejdkunde en de geschiedenis der
Kunst", aan te bevelen J. W. BROEKHUIZEN alhier, sinds
9 jaren als amanuensis in het museum werkzaam.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Leiden, 17 Mei 1899.
Aan Burgemeester en Wethouders der Gemeente Leiden.
Bij schrijven van 19 April jl. werd onze Commissie doorU
uitgenoodigd aan Uw College een voordracht te doen toekomen
voor de vervulling der vacature van concierge van het Stedelijk
Museum, ontstaan door het eervol ontslag verleend aan
A. J. Leget.
Onder terugzending der verschillende door U om bericht
en raad in onze handen gestelde rekesten hebben wij de eer
U ter vervanging van genoemden A. J. Leget voor te dragen
J. W. BROEKHUIZEN.
Sedert negen jaren is deze tot onze groote tevredenheid aan
het Museum werkzaam geweest; wij kennen hem als een
ijverig, accuraat en net werkman. Is hij volkomen op de hoogte
van de inrichting van het Museum, ook het onderhoud der
voorwerpen en eventueele reparatie zijn hem zeer toevertrouwd.
De Commissie vindt hierin overwegende reden hem voor de
door hem gewenschte betrekking van concierge aan te bevelen,
daar zij van meening is, dat het bezoek in de week van het
Museum niet van dien aard is, dat hij hetgeen hij tot dusver
aldaar deed, niet als concierge zou kunnen blijven verrichten.
De Commissie voor de bewaring van voorwerpen van waarde
of belangrijk voor de oudheidkunde en de geschiedenis
der Kunst
J. Korevaar, Voorzitter.
Cii. M. Dozy, waarn Secretaris.
N°. 103. Leiden24 Mei 1899.
Ten gevolge van het steeds toenemen der leerlingen aan
de afdeeling „Jongens" van de openbare herhalingsschool
(bij de inschrijving in Maart werden niet minder dan 54
nieuwe leerlingen ingeschreven), waardoor thans het aantal
leerlingen in de verschillende klassen bedraagt: in klasse A
43 leerlingen, in klasse AA 37 leerlingen, in klasse B 33
leerlingen en in klasse C 29 leerlingen, is het in het belang
van het onderwijs noodzakelijk het onderwijzend personeel
aan die afdeeling met een tijdelijk onderwijzer uit te breiden.
Onder verwijzing naar bet desbetreffend in de Leeskamer
ter inzage liggend rapport van het hoofd der school geven
wij Uwe Vergadering mitsdien in overweging de daarvoor
noodige gelden, ten bedrage van f\ 17.— ter onzer beschik
king te stellen en tot de vaststelling van den hierbij overge-
legden staat van af- en overschrijving, dienst 1899; over te
gaan.
N°. 105. Leiden24 Mei 1899.
Wij hebben de eer U hierbij over te leggen een staat van
af- en overschrijving op de gemeentebegrootingdienst 1898,
strekkende tot aanvulling van de navolgende uitgaafposten
waarvan de raming niet toereikende is gebleken.
Volgn. 69. Reis- en verblijfkostenf 42.73
Uit het geraamde bedrag van f 150.konden in het afge-
loopen jaar de noodig gebleken uitgaven niet worden bestreden.
Met name vorderden de voorbereiding en uitvoering van
gemeentewerken in dit jaar hoogere uitgaven voor reiskosten
dan ten vorige jare.
Volgn. 75. Onderhoud en aankoop van meubelen voor hel
Raadhuisf 464.73'.
Bij de raming van het bij Raadsbesluit van 28 April 1898
toegestaan bedrag van 1807.voor de veranderingen aan
de Secretarie en de kamer van den Secretaris, is de verdee
ling dier gelden over dit volgnummer en Volgn. 74 «Onder
houd gebouw" minder juist geweest. Bij de uitvoering moest
dan ook dit artikel worden bezwaard met sommige kosten,
waarvoor volgn. 74 ten onrechte was verhoogd gewor
den. Laatstgenoemd artikel wijst dan ook een beduidend
grooter overschot aan dan anders het geval zou zijn geweest.
Volgn. 79. Kosten van de Kiezerslijsten en van het uitoefe
nen der kiesverrichtingenf 100.335.
De uitgaven bedroegen: voor het drukken en opmaken der
kiezerslijsten ƒ573.75 (waarvoor ƒ700.was geraamd), voor
het drukken van aangiften, oproepingskaartenstembiljetten,
enz. 340.325 (raming ƒ300.en voor de kosten aan de
stemmingen verbonden ƒ386.26 (waarvoor ƒ200.op de be
grooting was uitgetrokken). Voor de verkiezing van een lid
der Provinciale Staten was eene herstemming noodig, wat
noodwendig de kosten verhoogde.
Volgn. 81. Kosten van uitgifte van het Gemeente- Nieuws-
of Dagblad f 14.50.
De kosten van het Verslag der Handelingen van den Ge
meenteraad en van de Ingekomen Stukken bedroegen 1414.50.
Op de begrooting was daarvoor ƒ1400.uitgetrokken.
Volgn. 88. Onderhoud van wegen en voetpaden f 674 10
Onder de uitgaven op dit artikel komen voor: ƒ200 wegens
hoogere aannemingskosten van het onderhoud der Sparijaards-
brug dan bij de begrooting was geraamd; ƒ300.als buiten
gewone herstellingskosten van de Leiderdorpsche brug, waar
voor de Raad in zijne Vergadering van 30 Dec. 1897 een
crediet toestond; (00.voor noodzakelijk gebleken vernieu
wing van de landhekken in den Boschhuizerpolder.
Volgn. 89. Onderhoud van Wandelplaatsen en Plant
soenen 467.725
De kosten voor de plantsoenen bedroegen ƒ3794 355, die
voor het Park 1998.37.
In hoofdzaak is de hoogere uitgaaf op dit artikel toe te
schrijven aan de groote kosten van de Plantsoenwachten.
Volgn. 91. Onderhoud van kolken en riolen. f 141.235
Op dit artikel zijn belaald de teekenloonen voor het ont
worpen rioleeringsplanwelke niet in de raming van den be-
grootingspost waren opgenomen Eene aanvulling met 141.23s
is voldoende.
Volgn. 92. Onderhoud van havensvaarten, kaaimuren
sluizen en andere waterwerken310.685