30 art. 194 oud. Strafbepaling. Art. 7. De overtreding van de artikelen 1,2, 3, 4 en 5 wordt gestraft met eene geldboete van ten hoogste vijfentwintig gulden. Slotbepaling. Art. 8. Bij het in werking treden van deze verordening worden buiten werking gesteld de artikelen '189 tot en met 493 van de Algemeene Politieverordening van den Oden November 1879. VERORDENING, houdende wijziging van de Verordening op de Straatpolitie van den lsten April 1S97 (Gemeente blad N°. 6), zooals zij is gewijzigd bij de Verordening van den 19den September 1898 (Gemeenteblad N°. 12). Art. 1. Tusschen de artikelen 65 en 66 van de Verordening op de Straatpolitie wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende: Art. 05a. Het is verboden a) aan personen beneden den leeftijd van achttien jaren voertuigen, door mechanische kracht voortbewogenop den openbaren weg te besturen; b) voertuigen, door mechanische kracht voortbewogen, op den openbaren weg door personen beneden den leeftijd van achttien jaren te doen besturen. Art. 2. In het tweede lid van artikel 66 worden achter «wielrijders" ingevoegd de woorden: Den bestuurders van door mechanische kracht voortbewogen voertuigen." Art. 3. In artikel 68 vervallen de woorden »de Ketelboeterssteeg". Art. 4. In art. 69 sub b worden achter «Paardensteeg" ingevoegd de woorden Dde Schapensteeg"en vervallen de woorden »de Ketel boeterssteeg". Art. 5. Tusschen de artikelen 69 en 70 worden twee nieuwe arti kelen ingevoegd, luidende: Art. 09a. Het is den bestuurders van door mechanische kracht voort bewogen voertuigen verboden te rijden: a) op plaatsen, waar zich een volksmenigte bevindt; b) op marktplaatsen, gedurende de markt; c) door de Schapensteeg, de Mooi-Japiksteeg, de beide Vrou- wenstegen tusschen de Breestraat en de Haarlemmerstraat de Brandewijnsteeg, de Koddesteeg, de Mandenmakerssteeg, de Maarsmanssteeg, de Donkersteeg, de Hooglandsche Kerk steeg, het gedeelte van de Groenesteeg, dat begrepen is tusschen de Hooigracht en de Heerengracht, de Bakkersteeg tusschen de Oude Vest en den Ouden Rijn, en op het Kort Galgewater. Art. 09b. Het is den bestuurders van door mechanische kracht voort bewogen voertuigen verboden door de Paardensteeg, de Koorn- brugsteeg, de Burgsteeg en de Watersteeg te rijden met grootere snelheid dan die van een in den gewonen pas voortschrijden den voetganger. Art. 6. In de vierde zinsnede van art. 70 vervallen de woorden »en de Ketelboeterssteeg" en wordt achter Vrouwenstegen" het woord Den" ingevoegd. Art. 7. In artikel 71 sub a wordt het woord »en" vervangen door eene komma en worden achter Gangetje ingevoegd de woorden Den door de Ketelboeterssteeg" Art. 8. In artikel 72 worden achter «rijtuigen" ingevoegd de woorden Ddoor mechanische kracht voortbewogen voertuigen" Art. 9. In de eerste zinsnede van artikel 74 worden achter «uitge zonderd" ingevoegd de woorden «en van door mechanische kracht voortbeiuogen voertuigen" Aan artikel 74 wordt eene nieuwe alinea toegevoegd, luidende: De bestuurders van door mechanische kracht voortbewogen voertuigen zijn bovendien verplicht bij het ontmoeten of achterop rijden van paarden of vee de snelheid te verminderen of te stoppen, zoodra zij bemerken dat die dieren onrustig worden of hun bestuurder of geleider een waarschuwend teeken geeft. Art. 10. In het eerste lid van artikel 80 wordt in plaats van «rij tuigen" gelezen Dvoertuigen" In het tweede lid van dat artikel wordt in plaats van «voer lieden" gelezenDbestuurders van voertuigen" Art. 11. Artikel 81 wordt gelezen als volgt: Het is verboden op den openbaren weg: a) met twee of meer aan elkander verbonden voertuigen te rijden b) voertuigen, door mechanische kracht voortbewogen, te bezigen tot het trekken van eenig ander voertuig, tenzij beide deelen zoodanig zijn gekoppeld dat het geheel als één voertuig kan worden beschouwd en de lengte der twee deelen te zamen niet meer bedraagt dan drie Meter, gemeten tusschen de uiterste assen. De verbodsbepalingen van dit artikel gelden niet voor de rijtuigen en locomotieven van de stoomtram. Art. 12. Tusschen de artikelen 83 en 84 wordt een nieuw artikel ingevoegd luidende: Art. 83a. Het is den bestuurders van door mechanische kracht voort bewogen voertuigen verboden op den openbaren weg te rijden wanneer die voertuigen niet voorzien zijn van een luid klinkende bel of signaalhoorn. Art. 13. In artikel 84 worden achter «rijwielen" ingevoegd de woorden «en driewielige motorcyclesterwijl aan dat artikel een nieuwe alinea wordt toegevoegd, luidende: Het is den bestuurders van door mechanische kracht voort bewogen voertuigen, uitgezonderd driewielige motorcycles, verboden op den openbaren weg tusschen een uur na zonsonder gang en een uur vóór zonsopgang te rijden, wanneer die voer tuigen niet aan de voorzijde van twee helder licht gevende lantarens zijn voorzien. Art. '14. Aan de strafbepaling van artikel 86 wordt eene nieuwe zinsnede toegevoegdluidende De, overtreding, begaan door bestuurders van door mecha nische kracht voortbewogen voertuigen, van de artikelen 66 tweede lid, 71, 72, 73 litt. a, b en c, 74, 80, 81 en 84 en de overtreding van de artikelen 65a, 69a, 69en 83a wordt gestraft met eene geldboete van ten hoogste vijfentwintig gulden. Te Leiden, ter Boekdrukkerij van J. J. Groen Zoon.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1899 | | pagina 2