DONDERDAG 8 SEPTEMBER 1898. 69 a. drie leden van de Commissie van financiën, en uit dezen van den Voorzitter (aftredende leden de HH.: Mr. H. L. Drucker, voorzitter; P. L. C. Driessen en Mr E. De Vries. De heer De Vries. M. d. V.! Mag ik voor dat'de Raad overgaat tot het benoemen van leden van de Commissie van Financiën eene kleine opmerking maken. Ik wensch nl. die leden van den Raad, welke voornemens mochten zijn hunne stem op mij uit te brengen vriendelijk te verzoeken zulks ditmaal niet te doen, omdat ik eene eventueele her benoeming als lid van de Commissie van Financiën niet kan aan nemen, om redenen die, voor mij althans, overwegend zijn, hoezeer ik overigens het in mij gestelde vertrouwen op prijs zoude stellen. De Voorzitter. De leden van den Raad kunnen met uw wensch rekening houden. Achtereenvolgens worden nu benoemd: De heer Drucker met 12 stemmen; op den heer P. J. van Hoeken waren uitgebracht 5 stemmen; op den heer P. L. C. Driessen 1 stem, terwijl 1 briefje in blanco was. De heer P. L. C. Driessen met 15 stemmen; de heer P. J. Van Hoeken verkreeg 4 stemmen. Voor de verkiezing van een derde lid worden uitgebracht op de heeren: P. J. Van Hoeken 7, Van Lidth de Jeude 7, Van Hamel 2, Siegenbeek van Heukelom 2 stemmen, Eerstens 1 stem. Niemand de volstrekte meerderheid verkregen hebbende, wordt tot eene tweede stemming overgegaan. Benoemd wordt alsnu de heer Van Lidth de Jeude met 10 stemmen. De heer Van Hoeken verkreeg 9 stemmen. Tot Voorzitter van de Commissie wordt benoemd de heer Drucker met 14 stemmen. De heer P. L. C. Driessen verkreeg 1 stem en 4 briefjes waren in blanco. De heeren Drucker en Van Lidth de Jeude verklaren zich bereid hunne benoeming aan te nemen. Den heer P. L C. Driessen zal van zijne benoeming worden kennis gegeven. b. twee leden van de Commissie voor de strafverordeningen (aftredende leden de HH.: Mr. S. J. Fockema Andrea) en Mr. E. De Vries). Achtereenvolgens worden benoemd de heeren: Fockema Andrea) met 13 stemmen. De heer Eerstens ver kreeg 4 stemmen en de heer Drucker 1 stem, terwijl 1 briefje in blanco was. De Vries met 12 stemmen; de heer Eerstens verkreeg 5 stemmen, terwijl 2 briefjes in blanco waren. Beide heeren verklaren zich bereid de benoeming aan te nemen. c. drie leden van de Commissie voor de huishoudelijke ver ordeningen en uit dezen van den Voorzttter (aftredende leden de HH.: Mr. S. J. Fockema Andrea), voorzitter, Dr. T. Zaaijer en Dr. Th. W. Van Lidth de Jeude). Achtereenvolgens worden benoemd de heeren: Fockema Andrea) met 13 stemmen; de heer Van Eempen verkreeg 5 stemmen, terwijl 1 briefje in blanco was. Zaaijer met 13 stemmen; de heer Van Eempen verkreeg 6 stemmen t Van Lidth de Jeude met 12 stemmende heer Van Eempen verkreeg 6 stemmen, terwijl 1 briefje in blanco was. Als Voorzitter van de Commissie wordt benoemd de heer fockema Andrem met 14 stemmen; 5 briefjes waren in blanco. De heeren Fockema Andrea1 en Van Lidth de Jeude ver klaren zich bereid de benoeming aan te nemen Den heer Zaaijer zal van zijne benoeming worden kennis gegeven. d. twee leden van de Commissie van fabricage (aftredende leden de HH.: J. J. Hasselbach en N. Stadhouder); Als eerste lid wordt benoemd de heer' Hasselbach met 12 stemmen. Up den heer A. J. Van Hoeken waren uitgebracht 5 stem men, op den heer Stadhouder 1 stem, terwijl 1 briefje in blanco was. De VooRziTTER. Is de heer Hasselbach bereid de benoeming aan te nemen? De heer Hasselbach. Ja, M. d. V.! Voorloopig althans, wanneer binnen korten tijd ons reglement herzien wordt. Wij hebben een oud reglement, ik geloof van 1852, waar mede wij gedurig in conllict komen. Een nieuw reglement is derhalve noodig, ten einde de bevoegdheid van de Com missie beter aan te geven. De Voorzitter. Ik zal gaarne het betrekkelijk voorstel van de Commissie van Fabricage afwachten, om het daarna te stellen in handen van de Commissie voor de Huishoudelijke Verordeningen. Als tweede lid wordt benoemd de heer Stadhouder met 14 stemmen; de heer P. J. Van Hoeken verkreeg 3 stemmen, de heer Van Dissel 1 stem, en 1 briefje was in blanco. De Voorzitter. Is de heer Stadhouder bereid de benoeming aan te nemen? De heer Stadhouder. Jawel, M. d. V.maar onder dezelfde voorwaarde als de heer Hasselbach: e. twee leden van de Commissie voor het oud-archief (aftredende leden de HH Mr. S. J. Fockema Andrea) en Dr. E. F. Van Dissel). Benoemd worden achtereenvolgens de heeren Fockema Andrese met 12 stemmen; de heer J. P. J. Driessen verkreeg 4 stemmende heeren P. L. C. Driessen en Den Houter ieder 1 stemen 1 briefje was in blanco. Van Dissel met 12 stemmen; de heer J. P. J. Driessen verkreeg 4 stemmende heer Den Houter 2 stemmende heer Pera 1 stem. De heeren Fockema Andrese en Van Dissel verklaren zich bereid de benoeming aan te nemen. II. Benoeming van een lid der Commissie van Beheer over het Erankzinnigengesticht »Endegeest" (aftredend lid de heer Mr. E. de Vries). De Voorzitter. Hierbij is verzuimd aan den Raad over te leggen eene aanbeveling van twee personen, zooals het Regle ment vordert. Die aanbeveling, opgemaakt in overleg met de Commissie van beheer, bestaat uit de heeren Mr. E. de Vries en Mr. Eerstens. Verlangt de Raad die voordracht nader te overwegen en de benoeming uit te stellen tot eene volgende Vergadering? Zo.) niet, dan stel ik voor tot de dadelijke benoeming over te gaan. Hiertoe wordt bij acclamatie besloten. Benoemd wordt alsnu de heer De Vries met 12 stemmen. De heer Eerstens verkreeg 3 stemmen, de heer Pera 2 stemmen en 2 briefjes waren in blanco. De Voorzitter. Ik dank de heeren stemopnemers voor hunne welwillende medewerking. III. Voorstel tot wijziging der Verordening van 11 November 1889, regelende het getal en de jaarwedden van deleerarenen leeraressen aan de H< ogere Burgerschool voor Meisjes. (Zie Ing. St. n°. 199) IV. Voorstel tot verkoop van voorwerpen, aanwezig aan de Stadstimmerwerf, welke buiten gebruik zijn gesteld. (Zie Ing. St. n°. 200). V. Suppletoire staat van begrooting, dienst 1898 (verhooging volgnummer 152, rente van geldleening). (Zie Ing St. n°. 201). VI. Voorstel tot uitbreiding van het onderwijs in de Natuur lijke Historie en in den zang aan de Eweekschool voor Onder wijzers en Onderwijzeressen. (Zie Ing. St. n«. 203). Al deze punten worden achtereenvolgens zonder beraad slaging of hoofdelijke stemming goedgekeurd. MI Verdeeling van den Raad in sectiën. Bij loting worden de sectiën als volgt samengesteld Eerste Sectie. Voorzitter: de wethouder Juta; lid van de Commissie van Financiën de heer Van Lidth de Jeude; lid van de Commissie van Fabricage de heer Hasselbach; en verder als leden de heerenA. J. Van HoekenZillesen, Fockema Andrete, De Goeje, Verster van Wulverhorst en Zaaijer. Tweede Sectie: Voorzitter: de Wethouder Dekhuyzen, tevens Voorzitter van de Comm. van Fabricage; lid van de Comm. van Financiën de heer Drucker en verder als leden de heeren Eaiser, J. P. J. Driessen, Van Hamel, De Vries, Siegenbeek vari Heukelom, Eroon en Pera. Derde Sectie: Voorzitter: de Wethouder Eorevaar; lid van de Comm. van Financiën de heer P. L. C. Driessen; lid van de Comm. van Fabricage de heer Stadhouder, en verder als leden de heerenVan Dissel, P. J. Van Hoeken, Den Houter, Eerstens, Van Rhijn en Van Eempen. De Voorzitter. Ten aanzien van de behandeling der begroo ting wensch ik iets aan het oordeel van de Vergadering te onderwerpen. Met al de feesten wordt het werk in de maand September wel wat in de war gestuurd Intusschen is het dringend noodig, dat de begrooting in de sectiën behandeld wordt omstreeks de helft van September. Als regel wordt aan de leden van den Raad een 10, 14 dagen tijd gelaten om de begrooting op hun gemak en nauwkeurig té bestudeeren. Nu is de vraag of de heeren dit jaar niet met 8 dagen genoegen willen nemen. Dari zou ik willen voorstellen om het afdeelirigsonderzoek te doen plaats hebben op 15. 16 en 17

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1898 | | pagina 7