56
DONDERDAG
16 JUNI 1898.
kunnen zeggen. Het is natuurlijk een vrij groote lijst, waarop
allerlei kleine postjes voorkomen, hetgeen vanzelf spreekt op
eene dergelijke groote fabriek met zooveel afnemers als de gas
fabriek. Ik wil wel de toezegging doen te onderzoeken of het
wenschelijk is in die postjes nog eene splitsing te maken, door
onder ééne rubriek te plaatsen alle schadepostjes., die b. v.
het gevolg zijn van faillissementen, en in eene andere rubriek
b. v. de schadepostjes, die het gevolg zijn van vertrek naar
elders of van overlijden, opdat dan de namen van deze laatste
personen en van hen, die b. v. eene kleine vergoeding hebben
gekregen voor te veel berekende kosten van huur, enz. niet
komen tusschen de namen van personen, die failliet zijn gegaan.
Ik meen, dat daardoor aan het bezwaar van de Commissie
van Finantiën zoude zijn tegemoet gekomen.
De derde bedenking van de Commissie betreft de vraag,
die bij haar gerezen is, of bij contante betaling bij de aan
schaffing van sommige voorwerpenbv. gasmeters, niet goed-
kooper kan worden gekocht dan wanneer zij, gelijk thans,
een tijd na de ontvangst worden betaald? Dit jaar hebben wij
groote sommen moeten besteden voor den aankoop van munt
gasmeters. Deze staan voor een vasten prijs genoteerd in de
fabriek en tegen contante betaling, zoodat indien zij contant
waren betaald, toch dezelfde post daarvoor op de uitgaven
zou hebben gestaan. Maar omdat wij dit jaar een groote af
nemer geweest zijn en het der gasfabriek niet altijd conve
nieerde direct bij levering te betalenis bij onderling overleg
tusschen kooper en verkooper goed gevondenzonder verhoo
ging van kosten den termijn van betaling iets later te stellen.
De vierde vraag is, dat de Commissie gaarne eenige nadere
inlichtingen wenschte te ontvangen omtrent de verzekerings
bedragen; nl. of die wel voldoende kunnen worden geacht in
verband met de werkelijke waarde van gebouwen en voorwer
pen? Een paar jaar geleden zijn de verzekeringen herzien en
op beurspolis gebracht. Toen is een lid van de firma Marin-
kelle, met een deskundige van die firma, op het terrein der
gasfabriek gekomen en hebben alle gebouwenen wat er verder
te assureeren vielhergetaxeerd op de waarde van herbouwing;
en zoo komen ook op de polissen alle gebouwen, die geassureerd
zijn. afzonderlijk voor voor het bedrag, waarvoor zij zijn ge
assureerd. Insgelijks is gehandeld aangaande het meubilair in
de verschillende gebouwen en lokaliteitenen is op de polissen
gestipuleerd in welke gebouwen het meubilair behoort; zoodat,
indien er brand komt in een der gebouwen, dadelijk te zien
is voor hoeveel dat gebouw geassureerd is, en ook het rjieu-
bilair, dat daarin is.
Hiermede meen ik te hebben voldaan aan de vragen der
Commissie van Financiën.
De heer Dkuckek. Ik wensch den heer Juta in de eerste
plaats dank te zeggen voor de inlichtingen die hij ons heeft
willen geven.
Wat betreft de gemengde postenwaaronder van alles
wordt gebracht, zouden wij er inderdaad prijs op stellen,
wanneer die althans werden gesplitst in twee hoofdrubrieken
aan den eenen kant de personenmet wie de fabriek heeft
geaccordeerd, b v. over de terugneming van toestellen of
over een verschil in de rekening; en aan den anderen kant
de personen, met wie de fabriek niet geaccordeerd heeft,
maar die vojrloopig moeten worden afgeschreven wegens
weigering van betalingvoor de eersten is het niet pleizierig
te staan tusschen de wanbetalers, en aan hendie de rekening
nazien, geeft dat geen juist inzicht in den toestand. Wij
hebben de opmerking juist gemaakt, omdat wij op de lijst
personen vondenvan wie het verwondering moest wekken
dat zij zouden zijn wanbetalers. Dat zullen nu wel zijn de
personen met wie geaccordeerd is, maar het is in ieder
geval gewenscht, dat in de rekening de splitsing gemaakt
wordt.
Wat betreft de contante betaling, zou de Commissie er
prijs op stellenwanneer dat punt nog eens bijzonder werd
onderzocht. In den regel toch krijgt men bij contante betaling
de waren goedkooper, en vraagt de kooper daarom; als ik
u contant betaal, wat is dan uw prijs? Ik geloof, dat in
den regel een koopman meer rente van zijn geld kan maken
dan de gemeente. Intusschen een bepaald voorstel valt
op dit punt niet te doen.
De heer Juta. Alleen op het laatste wensch ik nog dit te
antwoorden; Ik wil met genoegen onderzoeken, of we de
gasmeters nog wat goedkooper kunnen krijgen, maar ik
betwijfel sterk ot dat eenig resultaat zal hebben. Want, zooals ik
gezegd heb, de meters hebben een vasten prijs en die prijs
is berekend en staat genoteerd tegen contante betaling, üf
daarop wat had kunnen worden afgedongen ik weet tiet
niet. Maar als weer een groote post moet worden afgesloten,
kan het worden geprobeerd.
De rekening wordt hierna zonder hoofdelijke stemming
goedgekeurd, waarbij de heeren Juta en Zillesen geacht
worden zich buiten stemming te hebben gehouden.
XIX. Vaststelling van het kohier der Plaatselijke Directe
belasting, dienst 1898.
(Zie Ing. St. NE 133).
De heer Drucker. M. d. V., ik wenschte wel eene vraag
te doen aan B. en W., naar aanleiding van het slot van
het voorstel aan den Raad. Daar wordt gezegddat ter ver
eenvoudiging van de berekening iets meer zal worden
geheven dan eigenlijk noodig is Nu kunnen B. en W. beter
nagaan, of het voor de administratie hier op het stadhuis
bepaald noodig is, die vereenvoudiging in de berekening te
maken. Ik voor mij ben daarvan niet overtuigd: wanneer
b. v het percentage gesteld wordt op 2.95 of 2.97, dan is
dunkt mijdie berekening ook niet zoo moeielijk. Liep dat
in de lOOOOsten of 'lOOOOOsten, dan ware het iets anders;
doch heft men 2.97%, dan is de becijfering zeer eenvoudig;
men berekent tegen 3%, en trekt daarna een honderdste
daarvan af; zoodat ik geloof, behoudens nadere inlichtingen,
dat het wel wenschelijk is, het percentage iets lager te
stellen dan 3%.
De Voorzitter. Het juiste percentage is 2.953, en nu is er
geen enkele reden voor omwanneer wij toch in decimalen
afdalenniet het juiste cijfer te nemen. Nu zal de heer Drucker
toegeven, dat het bij een 8000- a 9000- tal aanslagen, die het
kohier telt, van beiang is of moet worden vermenigvuldigd
met 3 of met 2.953. Wanneer wij nemen 2.95%, dan wordt
ontvangen ƒ201384.23, d. i. 215.77 minder dan geraamd is;
heffen wij 2.96, dan wordt f 466.88 meer geheven; berekenen
wij 3%, dan hebben we het cijfer, waaraan men ongeveer
gewoon is de geheele zaak is toch eene raming en vol
gens die raming komt er meer in kas/'3197.52. En aangezien
de geheele zaak nu toch eene raming ismag het wel wenschelijk
worden geacht ook voor het gemak van de administratie een
beetje te zorgen. Dat meerdere werk zou zoo onbeduidend niet
zijn, en de hoogere belastingopbrengst zou er misschien toe
kunnen leiden dat een volgend jaar een lager percentage kan
worden gehevende meerdere opbrengst toch wordt niet weg
geworpen en zal het batig saldo van de rekening weder ver-
hoogen. Ik zou er dus nogal bezwaar tegen hebben.
De heer Drucker. Ik kan begrijpen, dat men uit een oog
punt van becijfering er tegen opzien zou. het percentage te
stellen op 2.953, daar dat omslachtige rekensommen geeft.
Maar wanneer we nemen 2.95, dan is de uitrekening gemak
kelijk en 2.97% is nog gemakkelijker; dus kan ik het groote
bezwaar daartegen niet inzien.
De Voorzitter. Vooreerst is niet juist wat u zegt, daar in
uw systeem precies het juiste cijfer moet worden genomen,
al komen wij tot repetenten; en in de tweede plaats krijgen
we met 2.95% minder dan geraamd is, hetgeen zeer gevaar
lijk is ik reken altijd liever wat naar mij toe. U zegt, het
is heel gemakkelijk te berekenen, 2.95% of 2.97%; ja, als
dat over één post moet worden berekend; maar als dat over
9000 posten moet geschieden, waarbij dan nog de kinderaftrek
moet worden gedaan, dan hangt het er in. Wij hebben altijd
dit systeem aangenomen, dat wanneer wij konden heffen 2.9%,
wij dan niet zouden heffen 3%, want dan gaat het iets beduiden
maar een marge tusschen 2.953 en 3%, beteekent niet veel,
dat baat de belastingschuldigen niets en geeft een groot onge
mak in de administratie. De zaak is en blijft toch altijd eene
raming, dus wat doet het er toe.
Maakt de heer Drucker er een voorstel van? Het is geen
principieele kwestie; alleen zal het wat meer last geven aan
de ambtenaren.
De heer Drucker. Ik stel dan voor te heffen 2.97%; uit
de discussion zal den ambtenaren blijken, waarom ik juist dat
voorstel, voor zoover zij daarop niet zelf zouden komenvoor
iederen gulden van den aanslag, tegen 3% berekend, zou 1
cent worden afgetrokken.
Dit voorstel, voldoende ondersteund, wordt daarop in stemming
gebracht en verworpen met 12 tegen 7 stemmen.
(De heer P. J. van Hoeken had de vergadering verlaten.)
Tegen stemmen de heeren Korevaar, Van Hamel, Juta, Den
llouter, Van Rhijn, Kaiser, Van Dissel, J. P. J. Driessen,
Stadhouder, Siegenbeek van Heukelom, De Goeje en Pera
Voor stemmen de heeren L. Driessen, Drucker, A. J. Van
Hoeken, Fockema Andrese, Zillesen, üekhuyzen en Van Lidth
de Jeude.
Het voorstel van B. en Ws. wordt vervolgens zonder hoof
delijke stemming aangenomen.
De Voorzitter. Alvorens de vergadering te doen overgaan
in eene zitting met gesloten deuren wensch ik de mededeeling
te doen, dat wij op dit oogenblik moeilijk eene leening kunnen
aangaan om de bekende redenenen dat het daarom noodig
is het kasgeld te vermeerderen. Wij hebben op dit oogenblik
reeds uit de kas f 193.000— uitgegeven voor werken, waar
voor wij hadden moeten leenen het toegestane kasgeld bedroeg
f 200.000—, dus zullen wij ter voorziening in de behoefte