GEMEENTERAAD VAN LEIDEN.
403
I.MiKKONKV SIl KKEt".
N°. 240. Leiden. 9 October 1897.
Naar aanleiding van het verzoek van H. Timmer, aannemer
van den bouw van bet krankzinnigengesticht, »Endegeest",
om hem de op hem toegepaste korting van 2450.— wegens
de te late oplevering van den eersten en tweeden termijn van
dit werk alsnog te willen uitbetalenhebben wij de eer u te
berichten, dat o. i. alleszins termen aanwezig zijn om gunstig
op dit verzoek te beschikken.
De 4e termijn verviel den 24en Mei 4890; de oplevering
daarvan had plaats den 27en Mei, alzoo 3 dagen te laat. De
2e termijn verviel den 27en Augustus, en de oplevering
daarvan geschiedde den 20en October, alzoo 46 werkdagen te
laat. In het geheel werden dientengevolge 49 x /'50 ƒ2450
van de aannemingssom gekort.
Intusschen heeft die te late oplevering der eerste twee
termijnen geenerlei nadeelige gevolgen voor de gemeente ge
had. De eindoplevering heeft op tijd plaats gehad, het werk
beantwoordt aan alle eischenenwaar het in deze meer in
't bijzonder op aankomt, de gedeeltelijke in gebruikneming
van het gesticht is dientengevolge in geen enkel opzicht
vertraagd. Voorts is de klacht van adressant over de groote
schaarschte van steen in dien tijd alleszins gegrondzoodat
het ons ook daarom billijk voorkomt aan zijn verzoek te
voldoen.
Eindelijk kunnen wij U tnededeelendat ook de Commissie
van Beheer van het Krankzinnigengesticht »Endegeest", wier
advies ten deze door ons werd ingewonnenzich eenstemmig
voor de inwilliging van het verzoek heeft verklaard.
Wij geven u mitsdien in overweging tot de uitbetaling
aan den aannemer H. Timmer van de van de aannemingssom
gekorte 2450.alsnog te besluiten
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Aan den Raad der Gemeente Leiden.
Geeft met verschuldigden eerbied te kennen Hendrik Timmer,
aannemer van het krankzinnigengesticht Endegeest, voor
rekening der gemeente Leidendat op hem wegens over
schrijding van de eerste en tweede tijdsbepaling is toegepast
de bij het bestek bepaalde korting, besommende twee dui
zend vier honderd en vijftig gulden, zegge f2450.
Aangezien dit te laat zijn betrof één gebouw waarvoor we
wegens het destijds totaal gebrek aan steen op schier alle
fabrieken, niet bij machte waren zelfs met opoffering van
belangrijke kosten meer te doen dan is gedaan en de steen
dan ook bij kleine hoeveelheden als 't ware gloeiend uit den
oven is verscheept.
Daar evenwel die overschrijding der tusschentermijnen geen
storing heeft gebracht in de exploitatie van het gesticht,
de eimfople vering op tijd heeft plaats gehad en de geheele
bouw tot volkomene tevredenheid der directie is uitgevoerd,
geven hem niet alleen aanleiding maar vertrouwt hij dat op
zijn verzoek hem deze korting alsnog worde uitbetaaldgun
stig zal worden beschikt.
Oegstgeest, Sept. 4897. IT. Timmer.
N°. 241. Leiden, den 11 October 1897.
De Commissie van financiën heeft de eer Uwe vergadering-
mede te deeleti dat zij geene bedenkingen heeft tegen het
voorstel van Burgemeester en Wethouders dd. 7 October j.l.
(Ing. stukken n°. 236)tot uitbreiding van het bedrijfskapitaal
der Stedel Gasfabriek met ƒ9800 voor den verderen aan
leg van muntgasmeters, onder de in het rapport, vermelde
voorwaarden.
Zij geeft U daarom in overweging tot de vaststelling van
den overgelegde»! suppletoiren staat van begrooting, dienst
1897, tot bovengenoemd bedrag, over te gaan.
Aan den Gemeenteraad. De Comm. van Financiën.
N°. 242. Leiden, den 41 October 4897.
De Commissie van financiën heeft de eer Uwe vergadering
mede te deelen dat zij zich wel kan vereenigen met het voor
stel van Burg. en Wethouders van den 4en October j.l. (Ing.
Stukken n°. 235), tot vaststelling eener verordening, regelende
de heffing van een recht voor het van gemeentewege doen
wegruimen van sneeuw en ijs van den openbaren weg vóór
en langs perceelenmet de verordening op de invordering
van dat recht.
Zij geelt U derhalve in overweging tot de vaststelling van
de bovenbedoelde verordeningen over te gaan.
Aan den Gemeenteraad. De Comm. van Financiën.
N°. 243. Leiden21 October 4897.
Wij hebben de eer U mede te deelen dat wegens expiratie
van den huurtijdmoet worden overgegaan tot de verhuring
van de landerijen nabij het Krankzinnigengesticht Endegeest,
door de gemeente in den loop van 1897 aangekocht, kadastraal
bekend als Gemeente Oegstgeest Sectie E nos. 1695, 1696,
4697, 44, 42, 43, 44, 46, 49, 54 en 52, te zamen groot
47 HA. 62 A 11 cA.
Deze landerijen zijn thans in twee partijen verhuurdeene
partij aan C. L. \an der Wilk, landbouwer te Oegstgeest
voor 1006.— per jaar, tot Kerstmis 1897 en eene partij
aan Jac. De Groot, bouwman te Oegstgeest, voor 382.50
per jaar, tot 31 October e. k. Deze laatste huur is bij den
aankoop van de betrekkelijke perceelen land overgenomen.
Door genoemde huurders C. L Van der Wilk en Jac. De
Groot is aan ons college een aanbod gedaan om de genoemde
perceelen land van de gemeente te huren voor den tijd van
vijf jaren, ingaande met Kerstmis van dit jaar voor eenjaar-
lijkschen huurprijs van resp. f 1000 en 382.50.
Vermits naar ons oordeel bij eene openbare verhuring be
zwaarlijk eene hoogere som zoude kunnen worden bedongen,
stellen wij Uwe Vergadering voor in dezen niet tot eene open
bare verhuring over te gaanmaar de bedoelde landerijen
het eene ter grootte van 13 HA. 11 A. 74 cA., waaronder is
begrepen een gedeelte thans in gebruik bij het Krankzin
nigengesticht, te verhuren aan Cornelis Leendert Van der
Wilk, bouwman, wonende te Oegstgeest tegen een huur
prijs van 4000 per jaar, en het andere ter grootte van
4 HA. 50 A. 40 cA. te verhuren aan Jac. De Groot, bouw
man te Oegstgeest, tegen een huurprijs van 382.50 per
jaar, beide voor den tijd van 5 jaren, ingaande met Kerstmis
van 4897. onder bepaling dat de gemeente bevoegd is de
huur tusschentijds geheel of gedeeltelijk te doen eindigen
of stukken uit, het verhuurde te nemen, mits daarvan ten
minste zes maanden te voren aan de huurders kennis gevende,
in welk geval de huursom in evenredigheid zal worden ver
minderd voorts onder voorwaarde dat de gemeente buizen
kan doen leggen in het verhuurde, zonder dat de huurders
deswege eenige schadeloosstelling of vermindering van huur
kunnen doen gelden en wijders onder de gewone voorwaarden,
ook thans in de huurcontracten opgenomen.
Wij kunnen IJ mededeelen dat Van der Wilk en De Groot
voorn, zich bereid hebben verklaard onder deze voorwaarden
de huur te aanvaarden.
Aan den Gemeenteraad. Burg en Weth. van Leiden.
No. 244. Leiden, den 45 October 4897.
Onder overlegging van bijgaande stukken, hebben wij de
eer Uwe Vergadering mede te deelen dat er ook bij ons
geene bedenkingen bestaan tegen de inwilliging van het ver
zoek van Mejuffrouw J. C. Schütt, om ontslag uit de betrek
king van leerares in de handwerken aan de Hoogere Burger
school voor Meisjes.
Wij geven U derhalve in overweging haar het gevraagd
ontslag eervol te verleenen met ingang van 1 Januari 4898,
zooals door haar wordt verzocht.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
's-Gravenhage14 October 1897.
In antwoord op Uwe Missive van 9 October 4897 n°. 4350,
heb ik de eer LJ te berichten, dat tegen het verleenen van
bovenbedoeld eervol ontslag geene bedenkingen bestaan.
De Inspecteur van het Middelbaar Onderwijs,
A. F. Van Aken.
Aan H. H. Burgemeester en Wethouders van Leiden.
Leiden, 8 October 4897.
In antwoord op Uw schrijven van 2 Oct. jl. (n°. 1310), en
onder terugzending van het daarbij gevoegde verzoek van
Mej. Schütt om eervol ontslag tegen 1 Januari a. s. uit hare
betrekking aan de Hoogere Burgerschool voor Meisjes, hebben
wij de eer U mede te deelen dat bij ons tegen de inwilliging
van dat verzoek geen bezwaar bestaat.
Namens de Commissie van Toezicht
op het Middelbaar Onderwijs,
J W. Muller, Secretaris.
Aan Heeren Burgemeester en Wethouders van Leiden.
Aan den Raad der Gemeente Leiden.
Geeft met verschuldigden eerbied te kennen de onderge-
teekende, leerares aan de Hoogere Burgerschool voor Meisjes
alhier, dat zij ontslag uit hare betrekking verzoekt tegen
1 Januari 1898 wegens vertrek naar Indië.
't Welk doende,
Leiden, 4 October 4897. J. C. Schütt.