ZATERDAG 12 DECEMBER 1896.
95
Zitting Tan Zaterdag 12 December 1896,
geopend 's namiddags te half vier uur.
Voorzitter: de heer Mr. F. WAS, Burgemeester.
Te behandelen onderwerpen:
1°. Benoeming van een tweeden onderwijzer aan de school der
3e klasse n°. 1. (282)
2°. Voorstel tot continuatie van Mejuffr. S. M. Van Iperen in
de betrekking van Stads-vroedvrouw. (283)
3°. Voorstel tot onveranderde vaststelling van de verordeningen
op de heffing van keurloon van vee en vleesch en van
visch en van die tot invordering (284)
4°. Verzoek van D. Fortuin te Sassenheim om vrijstelling van
de betaling van schoolgeld Kweekschool voor onderwij
zers. (285)
5°. Derde Suppletoir kohier der plaatselijke directe Belasting,
dienst 1896. (286)
Tegenwoordig waren 18 leden, als de heeren: Driessen,
Siegenbeek van Heukelom Kaiser, De Goeje, Van Dissel,
Van Kempen, Egbert de Vries, Van Hoeken, Stadhouder,
Van Rhijn, Pera., Van Hamel, Verheij van Wijk, Hasselbach,
Du RieuZillesenDekhuyzenJuta, alsmede de Burgemeester,
Voorzitter.
Afwezig de heeren: Drucker, Zaaijer, Cock, De Sturler,
Kroon, Kerstens, Fockema Andreae, Van Lidth de Jeude en
Verster van Wulverhorst.
De Notulen van het verhandelde in de vorige Vergadering
van 3 December worden gelezen en goedgekeurd.
De Voorzitter deelt mede, dat zijn ingekomen:
1°. Missive van de Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland,
dd. 30 November3 December jl., B. N°. 3666 (3e afd.) G. S.
n°. 38, ten geleide van de goedgekeurde Gemeentebegrooting
voor den dienst 1897.
2°. Dispositie van de Ged. Staten van Zuid-Holland, dd.
30 November—4 December j 1., B. N°. 3897 (3e afd.) G. S.
n°. 83/1, ten geleide van het goedgekeurde raadsbesluit van
22 October j.l., tot overname in eigendom van de provincie
van een gedeelte grond aan de Haven.
3°. Missive van de Ged. Staten van Zuid-Holland, dd. 30
November5 December jl., B. N°. 3597 (le afd.), houdende
mededeeling dat bij Koninkl. Besluit van 13 November jl N°. 30
aan Mejuffr. M. Jesse, eervol ontslagen hoofd der Meisjesschool
le klasse een pensioen is toegekend'ad ƒ1394, ingegaan
16 Augustus 1896.
4°. Missive van den heer Mr. J. A. F. Coeberghhoudende
mededeeling dat hij de benoeming tot lid van het bestuur
van het Stedelijk Museum aanneemt.
5°. Dispositie van de Ged. Staten van Zuid-Holland, dd.
811 December jl.B. N°. 3983 (3e afd.) G. S. n°. 3, ten
geleide van het goedgekeurd raadsbesluit van 3 December j.l.
tot onderhandsche verhuring van het gebouwvroeger gediend
hebbende tot drukkerijgelegen achter het perceel Nieuw-
steeg 10, aan P. J. Burgersdijk en G. I). Niermans
6°. Missive van de Ged. Staten van Zuid-Holland, dd. 7/10
December jl., B. N°. 4010 (3e afd.) G. S. n°. 10/1, ten geleide
van het goedgekeurde 2e Suppletoir kohier der plaats, directe
belasting, dienst 1896.
Worden voor kennisgeving aangenomen.
De Voorzitter legt vervolgens over:
1°. Adres van J. A. Van der Valk Bouman, houdende ver
zoek om terugbetaling van Schoolgeldlager onderwijs.
2°. Nadere bezwaarschriften van I. Boudry en I Plantfeber
tegen hunnen aanslag in de plaats, directe belasting, dienst 1896.
Worden gesteld in handen van Burg. en Weth.
3°. Begrooting dienst 1897 van het R, K. Armbestuur en
van het R. K. Wees- en Oudeliedenhuis.
Wordt gesteld in handen van de Commissie van Financiën.
Aan de orde is:
I. Benoeming van een tweeden onderwijzer aan de School
der 3e klasse n°. 1.
(Zie Ing. St. n°. 282)..
De Voorzitter. Mag ik de heeren De Vries, Zillesen en
Dekhuyzen verzoeken met mij het stembureau uit te maken
De uitslag der stemming is dat met 17 stemmen benoemd
wordt de heer P. C. Schreuder.
Een briefje was in blanco.
II. Voorstel tot continuatie van Mejuffrouw S. M. Van Iperen
in de betrekking van Stads-vroedvrouw.
(Zie Ingek. St. n°. 283).
Wordt met 17 stemmen als zoodanig gecontinueerd1 briefje
was in blanco.
De Voorzitter. Ik dank de heeren stemopnemers voor hunne
welwillende medewerking.
III. Voorstel tot onveranderde vaststelling van de veror
deningen op de heffing van keurloon van vee en vleesch en
van visch en van die tot invordering.
(Zie Ing. St. n<>. 284.)
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aan
genomen.
IV. Verzoek van D. Fortuin te Sassenheim, om vrijstelling
van de betaling van schoolgeld, Kweekschool voor Onderwijzers.
(Zie Ing. St. n°. 285.)
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming conform
het voorstel van Burg. en Weth besloten.
V. Derde Suppletoir kohier der plaatselijke directe Belasting,
dienst 1896.
(Zie Ing. St. n°. 286.)
De Voorzitter. Ik wenschte dit punt in eene besloten Ver
gadering te behandelen.
Niemand verder het woord verlangende, wordt de Open
bare Vergadering geslotenen veranderd in eene met gesloten
deuren.
Te Leiden, ter Boekdrukkerij van J. J. Groen Zoon.
0