GEMEENTERAAD VAN LEIDEN. Marie J. Scheffer, 45 IS«EK«HEH STUKKEN. N°. 151. Leiden, 29 Juni 1896. Naar aanleiding van de in onze handen gestelde voordracht van Burg. en Weth. van 22 Juni j.l. (Ing. St. n°. 446), hebben wij de eer het, volgende te rapporteeren. Met het voorstel tot aankoop van een strook grond aan de Wielmakerssteeg, waardoor tot opruiming van ongezonde huisjes wordt medegewerkt en in een dicht bevolkte buurt een pleintje wordt gevormd, kunnen wij ons ten volle ver eenigen. Het komt ons evenwel voor, dat het vereischte be drag niet uit leening behoort te worden gevonden, maar uit de gewone middelen dient te worden gedekt. Wel is waar strekt de uitgaaf ten nutte der gemeente in dien zin, dat ze den gezondheidstoestand verbetert. Doch productief, zóó dat eene evenredige waarde of bate wordt verkregen, is ze niet. En het bedrag der uitgaaf wettigt geenszins, ze over vele jaren te verdeelen. Het komt ons voor, dat dergelijke uitgaven in het belang der openbare gezond heid behooren te worden betaald in het jaar, waarin ze worden gedaan. Wij adviseeren U dus, aan te nemen het voorstel tot aan koop van een strook grond aan de Wielmakerssteeg op de voor waarden, in de voordracht van Burg. en Weth. omschreven en Burg. en Weth uit te noodigen een nader voorstel te doen tot dekking der uitgaaf uit de gewone middelen van 1896. Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën. N°. 152. Leiden, 29 Juni 1896. Wij hebben de eer U mede te deelen, dat Mej. H.J. Prinsen, hoofd der bijzondere school voor Meisjes alhier, welke inrich ting met het einde van den loopenden cursus wordt opgeheven, zich bereid heeft verklaard eenige schooltafels en kasten aan de gemeente over te doen. Uit een ingesteld onderzoek is geblekendat de gemeente gebruik kan maken van 16 schooltafels, getaxeerd op 9,20 per stuk en 3 kasten, te zamen getaxeerd op 34. Wij geven Uwe Vergadering mitsdien in overweging ons College tot den aankoop van bovenbedoeld schoolmeubilair te machtigen voor een som van 181 20. te voldoen uit den post Volgn. 130 dei: begrooting van dit jaar, Kosten van het aan schaffen en onderhouden van schooïmeubelen. Zoo noodig zal alsdan te zijner tijd een voorstel tot verhooging van het be trekkelijk artikel der begrooting worden ingediend. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. NE 153. LICHTSTERKTE. Resultaten der waarnemingen aan de Gasfabriek te Leiden van 14-20 Juni 1896. 1 Juni 14 7.45—9.30 7 16.8 '2 15 7.45-9.45 8 16.4 3 16 7.45-9.45 7 16.6 4 17 7.45-9.30 8 16.6 5 18 7 45—9.45 7 16.8 6 19 7.45—9.45 8 16.4 7 20 7.45—9.45 8 16.8 No. 154. Leiden, 9 Juli 1896. Krachtens het raadsbesluit van 14 October 1886 (Gem.blad n°. 1 van 1887) is het schoolgeld van het Gymnasium en de Hoogere Burgerscholen verschuldigd over een geheel jaar en is het schoolgeld, wanneer leerlingen in den loop van den cursus tot de school worden toegelaten of de school verlaten over den geheelen cursus verschuldigd, tenzij de Gemeente raad, in bijzondere gevallen bepaalt, dat het schoolgeld eerst zal ingaan met het begin van het kwartaal, waarin de toe lating, of slechts verschuldigd zal zijn tot het einde van het kwartaal, waarin het vertrek van den leerling plaats heeft. Vermits derhalve geen vrijstelling van schoolgeld kan wordep verleend van een gedeelte van een kwartaal, geven wij Uwe Vergadering in overweging afwijzend te beschikken op nevens gaand verzoek van P. J. Van 't, Hooft. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Aan den Edel Achtbaren Raad der Gemeente Leiden. Edel Achtbare Heererr!, Met gepasten eerbied geeft ondergeteekende Pieter Johannes Van 't Hooft kennis, dat. zijn zoon Jan, sedert 20 Juni j.l. de Hoogere Burgerschool, met kennisgeving aan den Directeur, heeft verlaten, aangezien hij eene betrekking van industriëelen aard aanvaard heeft (die juist vacant was), daarom verzoekt ondergeteekende beleefd teruggave van j van het laatst be taald kwartaal. Hoogst aangenaam zoude het ondergeteekende zijn indien UEdel Achtbare hierop gunstig adviseerdet. UEd. Dw Dienaar, P. J. Van 't Hooft. Leiden. 30 Juni 1896. Heerengracht 48. N°. 155. Leiden 9 Juli 1896. Uit een door de Commissie van Fabricage ingesteld onder zoek is gebleken, dat de rioleering in de Speksteeg aan de Langegracht in geheel onvoldoenden toestand verkeert en dat ook in het belang van de gezondheid dringend verbetering wordt gevorderd. De kosten dier rioleering worden begroot op ƒ90, terwijl daarvoor geen gelden op de begrooting voor dit jaar beschik baar zijn gesteld. Wij geven Uwe Vergadering mitsdien in overweging de noodige machtiging te verleenen tot verbetering van de rioleering in de Speksteeg, zullende te zijner tijd, zoo noodig, een voorstel worden ingediend tot verhooging van het betrek kelijk artikel der begrooting. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 156. Leiden, 13 Juli 1896. Wij hebben de eer U hiernevens over te leggen het ver zoek van Mejuff. M. J. Scheller, om ontslag uit de betrekking van derde onderwijzeres aan de school der 4de klasse n°. 2, met het daaromtrent ingewonnen rapport van het hoofd dier school. Ons met dat rapport kunnende vereenigen, geven wij Uwe Vergadering in overweging aan adressante het gevraagd ont slag eervol te verleenen,. met ingang van 15 Augustus a. s. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Leiden, den 10 Juli 1896. Ter voldoening aan het verzoekvervat in Uwe apostille van 9 Juli 11. N°. 3391 heb ik bij dezen de eer U te berichten, dat bij mij geen bezwaar bestaat om Mejuffrouw Maria Johanna Scheller tegen 15 Augustus e. k. op de meest eervolle wijze ontslag te verleenen als onderwijzeres aan de Openbare lagere school 4de klasse N°. 2 alhier. Gaarne getuigt ondergeteekende dat Mejuiïr. Scheller ruim zeven jaren met de meeste opgewektheid, toewijding en veel tact aan de school is werkzaam geweest ën haar heengaan een verlies voor de inrichting is. Het hoofd dei' O. S. IV n» 2, Aan lleeren P. Dikshoorn. Burgemeester en Wethouders der Gemeente Leiden. Aan den Raad der gemeente Leiden. Edelachtbare- Heeren Ondergeteekende, Maria Johanna Scheller, onderwijzeres aan de Openbare Lagere School der 4de KI. N°. 2 heeft de eer, uit hoofde harer benoeming tot onderwijzeres te Amsterdam UEd. Achtb. eervol ontslag te vragen uit hare tegenwoordige betrekking, ingaande den 15den Augustus a. s. 't welk doende Van UEd. Achtb. de dienstwillige dienaresse, Leiden, 9 Juli 1896. Morschsingel 401. N°. DATUM UUR. AANTAL. Gemiddelde Eng. Stand kaarsen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1896 | | pagina 1