34 Redenen waarom hij verzoekt ontheven te worden van de betaling der beide eerste termijnen, aanvangende 1 Septem ber en 1 December van het schooljaar 1895/96. 't welk doende enz. W. H. Van Oordt. N°. 114. Leiden, 21 Mei 1896. Ten aanzien van de hierbij overgelegde bezwaarschriften tegen het 2fl« suppletoir kohier der Plaatselijke Directe Be lasting van 1895, geven wij Uwe vergadering in overweging te beslissen overeenkomstig ons advies, opgenomen in den mede hierbij overgelegden staat en dien ten gevolge af te wijzen de reclames van G. J. Nolst Trenité, J. J. De Wollï en P. A. Harteveld; te verminderen den aanslag van: J. H. van Leeuwen, met1,38 R. Meeuwenberg, met2,06 J. P. Van Beukering, met y> 0,94 Z. Doeleman, met2,50 en E. J. Selier, met37,50 en den aanslag van W. De la Rivière te roieren. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Te Leiden ter Boekdrukkerij van J. J. Groen Zoon.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1896 | | pagina 4