DONDERDAG 25 JANUARI 1894. negenen al veel te vroeg en niemand denkt er meer aan om 8 uur colleges te geven. Wat hebben wij nu in dit opzicht te wachten van de invoering van den Midden-Europeeschen tijd? Dat men eenvoudig het uur, waarop men zijne werkzaamheden begint, zal verschikken in dien zin dat het verlatingsproces, dat men denkt te verminderen, er nog meer door zal bevorderd worden. Zoo zijn er nog tal van andere bezwaren, die de heer Drucker, naar het mg voorkomt, wat te licht telt, willicht in de vreugde over zjjn herstel. M. d. V.! De tjjd is reeds zoover gevorderd, dat ik het hierbjj zal laten. Ik heb dit alleen in het midden gebracht om mijne adhaesie te betuigen, aan een, naar het mij voorkomt, volkomen logisch voorstel. De Voorzitter. Er zijn nog verschillende heeren, die het woord gevraagd hebben. Ik zou hen wel in overweging willen geven, zich zooveel mogelijk te beperken, met het oog op het reeds zoo ver ge vorderd uur. De heer Fockema Andreae. M. d. V.! Mij naar uwen wensch schikkende, zal ik zoo kort mogeljjk zgn. Ik begin met hulde te brengen aan de geestige bestrjjding van den heer Drucker, maar moet erkennen dat zjjne bestrijding mg in geen enkel opzicht heeft overtuigd, omdat de heer Drucker juist de twee hoofdzaken buiten bespreking heeft gelaten. De heer Drucker kent mij genoeg om te weten dat ik niet zoo kinderachtig ben om mij tegen iets te verzetten, enkel en alleen omdat het uit een ander land komt. Zoo heb ik niets tegen Duitschland, maar zou er toch tegen zgn wanneer hier de Duitschc taal werd ingevoerd in plaats van de Nederlandsche. Zoo ook de tijd waartoe het grootste gedeelte van Duitschland behoort, omdat hij over den meridiaan van Görlitz loopt ik heb dien naam genoemd omdat men dien meridiaan van het begin der beweging af naar die plaats genoemd heeft. Ik ben er tegen dat men ons brengt buiten den gordel, waarin ons land ligt en onder den gordel, waarin Duitschland gelegen is. Wanneer men vóór den gordeltijd is, moet men ook den gordel nemen waartoe men behoort, en niet den gordel waar men buiten ligt. Wil men den gordeltjjd invoeren dan behooren wjj tot den Greenwichtijd, willen wg dien niet invoeren, dan moeten wij behouden den Amsterdamschen tijd maar niet invoeren den Görlitztjjd. Het tweede punt waaromtrent ik van den heer Drucker niets heb gehoord is, of, aangenomen dat wij vroeger moeten opstaan, dit juist door begoocheling moet worden verkregen. Dat is het stelsel van de voorstanders van den Midden-Europeeschen tgd. Denkt men dan werkelijk dat men krachtige, energieke menschen die vroeger willen opstaan daartoe niet anders kan krijgen dan door het verzetten van de klok Dat weten wij immers wel beter. Daar behoeft men geen sleur bij te pas te brengen, want de sleur brengt mede dat men op staat als het licht wordt. Wat wg 's avonds minder zullen verbran den, zullen wij 's morgens meer moeten verbranden omdat de zon toch niet vroeger dan vroeger zal opgaan. Wil men een gordeltijd, laten wij ons dan niet ter wille van het Deutsche Verein rukken uit den gordel waartoe wij behooren. Wil men den gordeltijd niet, laten wij dan onze nationaliteit hoog houden door onzen nationalen tjjd te handhaven. Wil men vroeger gaar\ opstaan, dan zoeke men dit doel niet te bereiken door een dergelijk middel, dat ik klein blijf noemen, maar men geve zelve het voor beeld en predike daardoor voor anderen. De heer Pera. Persoonlijk is het mg vrjj onverschillig welke tjjd zal worden ingevoerd; het verbaast mij alleen dat over een zoo een voudig onderwerp zoo breedvoerig is gesproken. Mjj komt het toch voor dat men hier heeft te doen met eene uiterst praktische zaak die in nauw verband slaat met de samenleving der volken, zooals deze tegenwoordig bestaat. Terwijl de snelheid van het verkeer, o. a. met de zoogenaamde blikscmtreinen toeneemt en daardoor de behoefte aan eenheid van tjjd dagelijks meer wordt gevoeld, nu zeg ik: laten wij ons ook maar aansluiten bij den Midden-Europeeschen tgd, omdat wij naar die zijde het meeste behoefte aan eenheid van tgd hebben. Naar Engeland kunnen wjj niet anders dan per vaartuig gaan en daarbij komt het op eenige minuten verschil in tijd niet aan. Ik noemde het eene praktische zaak, doch telkens heb ik hooren zeggen, dat de nieuwe regeling aanleiding zoude geven tot verwar ring. Ik weet niet of hel aan mjj ligt, maar ik kan mg niet voor stellen dat deze verandering aanleiding kan geven tot verwarring. Wanneer de staat een bepaalden tijd aanneemt als wettelijken tjjd, zal de oude lijd spoedig alleen in de herinnering bljjven bestaan. En wat het vroeger opstaan betreft, men zal ook zooveel vroeger naar bed gaan; de rusttijd blijft dus volkomen gelijk, zoodat de be zwaren daartegen aangevoerd, niet bestaan, en ik mg alleen moet verwonderen over de complicaties die men maakt over een zaak, die op zich zelf zoo eenvoudig is. De heer Drucker. Ik ben verplicht met een enkel woord te ant woorden. In de eerste plaats den heer Zaaijer, die mij in overweging heeft gegeven mij omtrent sommige punten nog eens nader te beraden. Over welke punten heeft hij niet gezegd. Ik kan hem de verzeke ring geven dat ik ik mag gedwaald hebben in hetgeen ik zeide in ieder geval wat ik gesproken heb, goed overwogen had. Nu nog een paar woorden tot den heer Fockema Andreae. Hg heeft betoogd dat de menschen die in Nederland den Midden-Euro peeschen tjjd verlangen, het principe zelf verlaten en inconsequent worden In het hoofdpunt. Naar ik mij voorstel is de zaak zoo. Volgens het principe sluit men zich aan bjj één gordel, maar bjj welken gordel men zich aan sluit, daarbij blijft het principe onaangetast. Voor vele landen zelfs zou dit niet zijn uit te maken. Duitschland bijvoorbeeld ligt in ver schillende gordels, evenals Oostenrijk. Waarom men het principe niet zou aannemen, wanneer men in Nederland medeging met den Mid- liggen. Wanneer wjj eenheid van recht kregen zou dit niets wezen, maar wanneer wij het Duitsche recht aannamen, wel degeljjk. Wjj kunnen den nationalen tjjd kiezen of den gordeltijd maar geen derden. De heer Kaiser. Ik geloof dat wij op die wijze nooit tot een resultaat zullen komen. De quaestie is geheel anders. Wanneer wij de zaak beschouwen zooals zjj in den aanvang is opgevat, was er geen quaestie van om in Nederland den Greenwichtijd in te voeren, maar juist om de moei lijkheden die vele spoorwegmaatschappijen ondervinden, door het aannemen van een anderen dan den gebruikelijken spoortijd, wensch- ten zij zich aan te sluiten bij den Midden-Europeeschen tjjd. En dit alleenlijk omdat het verkeer met Duitschland veel grooter is dan met Engeland. Het verkeer met Engeland geschiedt met schepen, waarbjj het minder op den juisten tijd aankomt, met Duitschland echter met treinen, en daarbij hangt soms alles af van enkele minuten. Dat is de eenige reden. Frankrijk en Spanje hebben beiden hun eigen tijd behouden, alleen om nationale redenen. Wanneer het echter waar is wat de heer Drucker zeide, dat wjj moeten hebben een internationalen tjjd, omdat thans vele andere zaken reeds internationaal geregeld zjjn dan voeren we dit dunkt mjj te ver. Ik wensch onzen Amsterdamschen tjjd zoo niet prjjs te geven, om dat de spoorwegen toch hun internationalen tjjd kunnen bljjven be houden. Die kunnen wellicht door onderlinge geljjke aanwijzing der minuten ernstige gevaren voorkomen. Waarom dus verandering te brengen in een tijd waarmede ieder rustig burger tevreden is? De heer Drucker. Twee woorden sleehts. Een tjjd voor de ge- heele wereld kan men niet verkrjjgen. Dat is natuurlijk onmogeljjk. Doch daarom kan men toch zjjn voor eene internationale regeling, voor zoover die mogelijk is. Ondanks hetgeen ik heb aangevoerd bljjft de heer Fockema Andreae den Midden-Europeeschen tjjd noemen den Duitschen tijd. Ik zou voorstellen voortaan dien tjjd te noemen: den Duitsch-Oostenrijksch- Noorweegseh-Zweedsch-Italiaansch-Zwitserschen tijd. Dat is of zal althans binnen kort de juiste naam zjjn. Of het verstandig is dien tjjd hier in te voeren bljjft de heer Kaiser ontkennen, hjj vindt den Amsterdamschen tijd zooveel mooier. Hjj zegt, dat deze met zooveel moeite verkregen is. Dit laatste moge, astronomisch gesproken, juist zijn, juridisch zeker niet, want juri disch hebben wij nu allerlei tjjd in Nederland. Dat er geen eenheid van tijd verkregen is, dat is juist de misère. Het voorstel van Burg. en Weth. in stemming gebracht, wordt aan genomen met 15 tegen 6 stemmen. Tegen stemden de heeren: Fockema Andreae, Siegenbeek van Heu- kelom, Kaiser, Du Rieu, Zaaijer en Van Lidth de Jeude. De behandeling van de verder aan de orde gestelde punten wordt aangehouden en de vergadering gesloten. Te Leiden ter Boekdrukkerij van Gebroeders Moré. den-Europeeschen tijd, zie ik niet in. In dit opzicht vind ik steun bij den heer Kaiser. Deze geachte spreker toch heeft gezegd, dat het principe van het nieuwe denkbeeld is, dat de klokken overal dezelfde minuten aanwijzen, alleen met een verschil van uren. Welnu, dit gebeurt wanneer wjj den Midden-Europeeschen tijd aannemen. De heer Fockema Andreae zeide, dat wjj flink handelen zouden, door de menschen te overreden vroeg op te staan. Ik ben begonnen inet te zeggen, dat rajjn uitgangspunt niet is, de menschen tot vroe ger opstaan te brengen, maar dat ik dit beschouw als een gelukkig gevolg van de aanneming van den Midden-Europeeschén tijd. In zoover ga ik met den heer Van Kempen mede. Wjj staan voor een dilemma, dat op die manier het geinakkeljjkst is op te lossen en verkrijgen wij daarmede nu tevens dat de menschen vroeger opstaan, welnu dan is dit nog des te beter. Laten wjj ons niet te veel voorstellen van dat denkbeeld om de menschen door overtuiging tot vroeger opstaan te brengen. Hiertoe zou zoo veel energie noodig zjjn, als wij misschien wel individueel voor ons zeiven kunnen hebben, maar toch niet over een geheel land algemeen kunnen verspreiden. Verzetten wij daarentegen de klokken, dan gaat alles van zelf, wij hebben dan geen bijzondere energie noodig. Het standpunt van nationale eer kan ik in deze zaak niet begrjjpen. Wjj hebben toch ook het metrieke stelsel, de post en tal van andere internationaal geregelde zaken, wellicht in de toekomst een interna tionaal recht, terwjjl toch nooit iemand zich hierdoor in zjjn natio nale eer beleedigd zag. De heer Fockema Andreae. Slecht twee woorden M. d. V., opdat men niet zoude meenen dat wjj ons door dergelijke onjuiste verge- Ijjkingen lieten vangen, als die welke de heer Drucker gebruikt heeft. Hij heeft gesproken over een postorganisatie over geheel Europa, over een metriek stelsel enz. Er is geen sprake van één wereldtijd, maar van een gordeltijd. Nu is de vraag zullen wjj ons aansluiten bjj een gordel, waarin wij niet

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1894 | | pagina 11