DONDERDAG 30 NOVEMBER 1893. 95 Kitting van Donderdag SO November 1893, geopend 's namiddags te twee uren. Voorzitter: de Heer H. C. JÜTA. I)e heer Juta. Door ongesteldheid van onzen Voorzitter neem ik heden het voorzitterschap van den Baad waar. Te behandelen onderwerpen: 1*. Verzoek van J. J. L. Wee en J. Van der Meer Gz. om benoemd te worden tot Makelaars in Margarine. (282 en 315) 2°. Benoeming van een lid van de Commissie van aanslag bedoeld in art. 19 \b en 2 der Wet tot heffing van de belasting op bedrijfs- en andere inkomsten van 2 October 1893 Staatsblad n®. 149). (298 en 310) 3'. Idem van een derden onderwijzer aan de Jongensschool 2de klasse. (309) 4®. Idem van eene derde onderwijzeres aan de Leerschool (309) 5°. Verzoek van J. Boot, ter bekoming van grond bij het Zijlhek. I (280, 305 en 317) 6°. Idem van W. en F. Licrnur, om eenige vergoeding voor de door wijlen hunnen vader opgemaakte plannen voor eene toepassing van het Liernurstelsel in deze gemeente. (307) 7'. Idem van W. en F. Liernur, voornoemd, omtrent het indienen van nadere voorstellen in zake de toepassing van het Liernur stelsel in deze gemeente. (307) 8*. Idem van F. C. C. Bloem, om vrijstelling en terugbetaling van schoolgeld, Middelbaar en Lager Onderwjjs. (308) 9'. Voorstel tot het brengen van eenige wjjzigingen in de Verorde ning van 11 November 1880, regelende de inwendige inrichting der scholen enz. (297 en 311) 10*. Begrooting voor 1894 van het College van Vrouwen-Kraammoe- ders. (312) 11 °- Idem als voren van hel H. G. of Arme Wees- en Kinderhuis. (312) 12®. Idem als voren van het R. K. Armbestuur. (312) 13®. Idem als voren van het R. K. Wees- en Oudeliedenhuis (312) 14®. Idein als voren van het Gereformeerd Minne- of Arme Oude Mannen- en Vrouwenhuis. (312) 15®. Verzoek van J. J. M. De Groot, om vrjjstclling of terugbetaling van schoolgeld, Hoogcre Burgerschool voor Jongens. (313) 16®. Idem van II. Kits van Heijningen, om terugbetaling van school geld Kweekschool voor Onderwijzers of lloogere Burgerschool, voor Meisjes. (314) 17®. Idem van P. Van Ulden, om een brug te leggen over de sloot langs den Hoogen Rijndijk enz. (316) 18®. Idem van de Wed. Th. M. Cornelissen, tot ovcrwulving van een gedeelte der Zoeterwoudsche Singelsloot. (321) 19®. Voorstel omtrent het verpachten van het rein houden der ge meente. (241 en verder overgelegde stukken) 20®. Idem betrekkelijk een onbewoonbaarverklaring van perccelen aan de Brandewijnsgrachl. (319) 21®. Idem betrekkelijk het vioolonderwijs aan de Kweekschool voor onderwijzers en onderwijzeressen. (320) 22®. Idem omtrent de aanbesteding van de kleeding der agenten van politie, enz. (290) 23®. Verzoek van Mr. L. G. Verwer, om eene brug te leggen over de djjksloot langs den Hoogen Rijndijk. (306) Tegenwoordig waren 25 leden, als de heeren: De Sturler, Van Lidth de Jeude, Stadhouder, Kerstens, Hasselbach, De Vries, Van Kempen, De Goeje, Kaiser, Was, üriessen, Dekhuyzen, Zillesen, Du Rieu, Verhey van Wijk, Zaajjer, Van Hamel, Fockema Andreae, Pera, Verster van Wulverborst, Van Hoeken, Le Poole, Drucker, Siegen- beek van Heukelom en Juta. Afwezig waren met kennisgeving de Burgemeester en de heer Van der Breggen wegens ongesteldheid, alsmede de heer Cock. De Notulen van het verhandelde in de vorige Vergadering van 16 November worden gelezen en goedgekeurd. Ue Voorzitter deelt mede dat zjjn ingekomen: I®. Missive van den heer L. C. Quant, houdende kennisgeving dat hij de benoeming tot plaatsvervangend lid van de Commissie van aanslag in zake de bedrijfsbelasting aanneemt. 2®. Missive van den Minister van Binncnlandsche Zaken dd. 18 November jl. N°. 5955, afd. O., houdende medcdceling dat het Raads besluit van 26 October jl. tot regeling van de jaarwedde van den leeraar in de Engelsche taal aan het Gymnasium wordt goedgekeurd. 3®. Missive van de Ged. Staten van Zuid-Holland dd. 20/24 No- vember jl. B, N°- 3622, (3e afd.) G. S., n°. 18, ten geleide van de goedgekeurde begrooting der gemeente voor den dienst 1894. Worden voor kennisgeving aangenomen. De Voorzitter legt vervolgens over: 4®. Verzoek van M. Zijnen de Gier, om vrijstelling van de betaling van plaatselijke directe belasting, dienst 1893. 5®. Verzoek van den heer H. Van Druten te Rijnsburg, om ver mindering van schoolgeld voor het bezoeken der Kweekschool voor- onderwijzers en onderwijzeressen door zijne doehter Margarelha Giis- bertha. Worden gesteld in handen van Burg. en Weth. 6®. Verzoek van J. J. L Wee en J. Van der Meer Gz., om aange steld te worden tot makelaars alleen voor het artikel: «margarine". Wordt behandeld bij punt 1 der agenda. 7®. Missive van den heer J. A. Van Hamel, houdende mededecling dat hij de benoeming tot lid der Commissie van aanslag in zake de bedrijfsbelasting niet kan aannemen op grond dat dat lidmaatschap onvereenigbaar is met het ambt van Notaris. Wordt behandeld bij punt 2 der agenda. 8°. Verzoek van de Wed. A. Hartevelt Jr., om vrijstelling van de betaling van schoolgeld, Hoogere Burgerschool voor Jongens. Wordt gesteld in handen van Burg. en Weth. 9®. Verzoek van Mej. S. Winkler, hoofd der Meisjesschool 2de klasse, om een verlof van 7 maanden buiten bezwaar van de ge meentekas. De Voorzitter. Ik zal den Secretaris nu eerst verzoeken het adres met het schrijven voor te lezen. Dit verzoek is van den volgenden inhoud: Aan den Edel Achtb. Heer Burgemeester van Leiden. De ondergeteekende, hoofd der openbare Meisjesschool 2de klasse, heeft de eer U mede te deelen, dat dringende familieomstandigheden hare tegenwoordigheid in Indië noodzakelijk maken. Met bescheidenheid doch met aandrang verzoekt zij daarom een verlof van zeven maanden, van 1°. Januari—1°. Augustus 1894, buiten bezwaar van de gemeentekas. Zij verklaart gaarne bereid te zijn, het, door haar te genieten tractement, af te staan aan hare plaatsvervangster. Leiden, 27 November 1893. S. WiNKLER. Leiden, 27 November 1893. Naar aanleiding van mjjn verzoek om verlof van 1°. Januari tot 1°. Augustus 1894, neem ik de vrijheid U voor te voor te stellen de volgende maatregelen te nemen, om, gedurende mjjne afwezigheid den geregelden gang van het onderwjjs te bevorderen. Daar aan Mej. Van Amerom als eerste onderwijzeres, plaatsvervang ster van het hoofd der school, mijne taak tjjdclijk wordt overge dragen, kan zij niet geregeld al de lessen barer klasse waarnemen. Het grootste gedeelte der lessen in de 8ste klasse kan opgedragen worden aan Mej. Fischer, op 't oogenblik belast met eene afdeeling der 4de klasse. Mejuffrouw Fischer bezit de hoofdacte en bevoegdheid tot het geven van onderwijs in het Engelsch, zoodat aan haar met gerust heid het onderwijs in de 8ste klasse kan worden toevertrouwd. Mej. Fischer was te Viissingen gewoon les te geven aan oudere leerlingen. Verder zou tijdelijk aangesteld kunnen worden als derde onder wijzeres om les te geven in de afdeeling van Mej. Fischer Mej. G. N. Bader, aspirant-onderwijzeres, die al meermalen b(j ontstentenis eerie afdeeling der 4de klasse heeft waargenomen. Aan den Edel Achtbare Heer Het Hoofd der openbare Meisjes- Burgemeester van Leiden. school 2de klasse, S. Winkler. De Voorzitter. Dit verzoek gaat vergezeld van een schrijven van den Burgemeester dal de heeren allen bekend is. Ik stel voor om omtrent het verzoek nu dadeljjk eene beslissing te nemen. Daartoe wordt besloten. De beraadslaging wordt geopend. De heer Du Ried. M. d. V.! Ik heb er bezwaar in om het verzoek van adressante toe te staan. Ik vind het bedenkeljjk om het hoofd eener school zulk een lang verlof te verleenen en zal daarom legen de inwilliging van het verzoek stemmen. De heer De Goeje. Ik zou het onheusch vinden om Mej. Winkler hel verlof te weigeren wanneer hare tegenwoordigheid in lndie we gens dringende familieomstandigheden vereischt wordt. Zy heeft al- tjjd getoond haar taak zoo consciëntieus op te vatten, dat zy met een dergelijk verzoek niet bij den Raad zou komen, tenzjj by bepaalde noodzakelijkheid. Bovendien zal volgens haar voorstel op voldoende wjjze voor de belangen der school gezorgd worden. De heer Dekhuyzen. Met een enkel woord zou ik ook gaarne het verzoek van mejuffrouw Winkler willen steunen en dit niet alleen op de gronden, reeds door den heer De Goeje aangegeven, maar ook zou ik er nog speciaal op willen wijzen dat toch werkelijk iemand er niet toe zal overgaan zulke belangrijke reiskosten op zich te nemen en zich daarenboven van de gewone inkomsten te berooven, zonder daarvoor zwaarwichtige redenen te hebben. Ik heb bovendien nog een andere reden om het woord te vragen. Ik wensch namelijk de aandacht van de Raadsleden te vestigen op het verschil tusschen het voorstel van Burg. en Weth. en de aan vrage, die mej. W inkier zelve heeft gedaan, om het verlof te verleenen buiten bezwaar voor de gemeentekas. Zij geeft in haar begeleidend schrjj ven eenige regelingen aan, voor de vervanging gedurende hare afwezigheid. Wanneer wij nu echter de rekening hiervan opmaken, komt men tot de conclusie, dat volgens recht en billykheid toch een niet onbelangrijke bate in de gemeentekas zoude vloeien. Ik meen daarom, dat w(j verder mogen gaan en van die omstan digheden geen voordeel moeten trekken. Wanneer wij het lijdelijke hoofd het salaris van een hoofd der school uitkeeren, een tijdelijke eerste onderwijzeres benoemen, mejuffrouw Fischer volgens het voor stel van mej. Winkler aanstellen en als tijdelijke 2e onderwijzeres bezoldigen en de aspirant-onderwijzeres tijdelijke derde onderwijzeres aanstellen, alles ten koste van het traktement van mejuffrouw Winkler, dan zou er 262.50 overblijven die in de gemeentekas zouden vloeien Hiervoor nu bestaan, naar mijn bescheiden meening, geen termen,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1893 | | pagina 1