61 N'. SAS. Leiden, 8 September 1893. Mijne Heeren! Naar aanleiding van de door mij in de Raadszitting van den 8 Juni jl. mondeling gedane inededeeling heb ik de eer bij deze het voorstel te doen, om in de Verordening betrekking hebbende op de benoeming van ambtenaren, de bepaling op te nemen «dat zij met hun gezin moeten wonen binnen de gemeente Leiden." Ik ga daarbjj uit van de meening dat er voldoende aantal, en ge schikte buizen binnen de grenzen onzer stad aanwezig zijn om de betrokken ambtenaren behoorlijk te kunnen huisvesten; zijn de mij verstrekte opgaven juist dan staan er 52 zulke huizen ledig, maar, al mochten er ook niet genoeg woningen zijn om allen 250 buitenwonende ambtenaren op te nemen, toch acht ik het daartoe te nemen besluit zeer billijk en gewenscht in het belang van den bloei der stad en in het voordeel der medeingezetenen, lerwjjl dan tevens voldoende zou blijken (hetgeen ik voor injj niet betwijfel) of uitzetting van de grenzen der gemeente Leiden gewenscht is. Wel is er volgens mededeeling van het Dagelijksch Bestuur aan mij verstrekt, den 18 October 1845, door den Raad der gemeente Leiden ingevolge art. 109 van het Stedelijk Rcgeerings-Reglement een besluit genomen dat alle Stedelijke ambtenaren hunne voornaamste inwoning zullen moeten hebben en houden binnen deze stad, de ervaring heeft evenwel geleerd dat dit besluit of zeer gebrekkig of in 't geheel niet is gehandhaafd. Een en ander heeft mij aanleiding gegeven bovengenoemde voorstel te doen om meergenoemd besluit in de Verordening op te nemen. Aan den Gemeenteraad Hoogachtend Dw medelid, van Leiden. P. J. Van Hoeken. N°. 244. Leiden, 11 September 1893. Wjj hebben de eer Uwe Vergadering hiernevens ter vaststelling over te leggen een suppletoiren staat van begrooting, dienst 1893, strekkende tot verhooging van Volgn. 42 dier begrooling «Andere ontvangsten niet tot de vorenstaande behoorende" met 5000 en Volgn. 191 «Aankoop van inschrijving op het Grootboek der Nat. Werkel. Schuld" tot geljjk bedrag, een en ander ten einde in de begrooting te regelen de belegging van het legaat van 5000 door wijlen den heer P. Du Rieu Jr. aan deze gemeente ten behoeve van het Museum in de Lakenhal vermaakt. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. K'. 245. Lichtsterkte. Resultaten der waarnemingen aan de Gasfabriek te Leiden van 39 September 1893. N*. Datum. Uur. Aantal. Gemiddelde Eng. Standkaarsen. 1 Sept. 3 7.9.15 7 16.6 2 4 7.9.15 8 16.4 3 5 7.8.30 7 16.8 4 6 7.9.30 8 16.8 5 7 7.9.15 7 16.6 6 8 7.9.15 8 16.6 7 9 7.9.30 8 16.8 N*. 246. Leiden, 14 September 1893. In verband met de in werking treding op 1 October a. s. van de Verordeningen op de keuring van vee, vlecsch, visch en ooft is het noodig dat gelden worden beschikbaar gesteld voor de jaarwedden der ambtenaren en voor de aanschaffing van verschillende benoo- digdheden. Krachtens de Raadsbesluiten van 22 Juni en 13 Juli jl. worden aangesteld een Inspecteur van de vee- en vleeschkeuring op eene jaarwedde van 1600 en 5 pCt. van de opbrengst der keurloonen van vee en vleesch, 9 a 10 keurmeesters voor vee en vleesch van welke 7 5 8 op eene jaarwedde van 60 en 2 op eene jaarwedde van 75, en bovendien gezamenlijk 2 pCt. van de opbrengst der keur loonen op vee en vleesch, alsmede een keurmeester van visch en ooft op eene jaarwedde van f 500. De door ons benoemde luspecteur van de vee- en vleeschkeuring, D. A. De Jong Jzn., Rijks-Veearts te Oudshoorn, is, met het oog op de vele voorbereidende werkzaamheden in verband met de invoering van de keuring, in functie getreden op 1 Augustus jl. terwijl de keurmeesters voor vee en vleesch, waartoe benoemd worden de Rijks ambtenaren werkzaam bij de accijnzen en de alsnog te be noemen keurmeester van visch en ooft in functie zullen treden op 1 October a. s. Voor jaarwedden en bovenbedoelde emolumenten bestaande in een deel van de opbrengst der keurloonen zal alzoo voor dit jaar be- noodigd wezen een bedrag van 1000. Voor de aanschaffing van verschillende benoodigdheden zal worden vereischt een bedrag van 795, als voor slempels en brandijzers enz. ongeveer 330, voor drukwerk, papier enz. ongeveer 250, voor meubilair ongeveer 125 en voor de inrichting van het vleeschlokaal ongeveer 90. Aangaande de inrichting van een laboratorium voor het microsco pisch onderzoek zal een nader voorstel worden ingediend, zoodra het daaromtrent ingesteld wordend onderzoek, ook aangaande eene geschikte iocaliteit, is afgeloopen. Wij geven Uwe Vergadering alsnu in overweging de bovenom schreven gelden tot een gezamenlijk bedrag van 1795 op de be grooting voor dit jaar beschikbaar te stellen, wordende hierbij over gelegd een suppictoirc staat van begrooting strekkende tot verhooging van Volgn. li, opbrengst der wik- weeg- en keurloonen met 750 en Volgn. 67, Jaarwedden van de keurders enz. met gelijk bedrag en van een staat van af- en overschrijving strekkende tot verhooging van Volgn. 67 voormeld met 250 en van Volgn. 106, Kosten van toezicht en van invordering der plaatselijke belastingen met 795 te vinden door afschrijving van den post voor Onvoorziene Uitgaven. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N'. 247. Leiden, 15 September 1893. De Commissie van Financiën heeft de eer Uwe Vergadering te be richten dat zij geene bedenkingen heeft tegen de in hare handen gestelde rekeningen over het jaar 1892 van: a. het college van Vrouwen-Kraammoeders, in ontvangst ad 2440.27, in uitgaaf ad ƒ2119.48, met een batig saldo van 320.79; b. het Heilige Geest of Arme Wees- en Kinderhuis, in ontvangst ad 45543 51 in uitgaaf ad 45541.38 met een batig saldo van 2.13}, blijvende alsnog te verhalen 4; c. het Roomsch Katholiek Wees- en Oudelicdenhuis, in ontvangst ad 18647.27, in uilgaaf ad 18642.40, met een batig saldo van 4.87; d. het Roomsch Katholiek Armbestuur, in ontvangst ad ƒ10333.64}, in uilgaaf ad 10329.13, met een batig saldo van f 4.51}. En stelt U voor die rekeningen goed te keuren, onder bepaling dat de batige saldo's en hetgeen nog te verhalen is, in de eerst volgende rekening zal worden verantwoord. Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën. N*. 248. Leiden, 14 September 1893. Na overleg met de Commissie van Fabricage hebben wij de eer U mede te deelen dat geen bezwaar bestaat tegen de inwilliging van nevensgaand verzoek van J. Van Klaveren en G. Van der Lee, zoodat wij Uwe Vergadering in overweging geven: 1°. aan adressanten vergunning te verleenen om voor hunne rekening de sloot voor hunne perceelen aan den Haarlemmerweg n#. 20 en 21 te dempen; 2'. den door de demping verkregen grond tot wederopzeggens in gebruik te geven, onder voorwaarde dat de grond door een ijzeren hek worde afgesloten, twee kolken worden gemaakt met eene loozing van 20 centimeters wijde verglaasde Engelsche aarden buizen, alles voor rekening van adressanten te maken en te onderhouden en eene jaarlijksche recognitie worde betaald van ƒ0.03} per centiare gedempte grond en van 1.50 voor de loozing. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Aan HH. Burg. en Weth. der gemeente Leiden. Geven met verschuldigden eerbied te kennen, de ondergeteekenden J. Van Klaveren en G. Van der Lee: 1'. dat zy gaarne zoo spoedig mogelijk wenschen over te gaan tot demping van de sloot voor hunne perceelen Haarlemmerweg n*. 20 en n'. 21. 6 2». den daardoor verkregen grond in gebruik te mogen hebben. 3*. het aangeplempte af te sluiten door het plaatsen van een ijzeren hek, waarvoor zij beleefd Uwe toestemming verzoeken. 't Welk doende, Leiderdorp, 8 September 1893. J. Van Klaveren. G. Van der Lee. N°. 249 Leiden, 15 September 1893. Wij hebben de eer U mede te deelen dat Volgn. 134, Kosten van verlichting en verwarming en van het schoonhouden der lokalen van de begrooting voor dit jaar niet toereikend zal zjjn voor de behoeften en zulks met het oog op hetgeen thans reeds ter zake is uitgegeven. Voor de verschillende scholen is alsnog benoodigd: Vuur en licht, Meisjesschool 2e klasse 50, school 3e klasse n°. 2/100, school 3e klasse n°. 3, 50 en school 4e klasse n". 2 25. Schoonhouden der lokalen, Jongensschool Ie klasse ƒ25, Meisjes school 25, Meisjesschool 2e klasse 50, School 3e klasse n°. 2, f 65, school 3e klasse n°. 4 ƒ25, school 4e klasse n«. 2 25, te zamen 440. Wü geven Uwe Vergadering mitsdien in overweging bedoeld artikel met genoemd bedrag van 440 te verhoogen door afschrijving van den post voor Onvoorziene Uitgaven, wordende een staat van af- en overschrijving hierbij overgelegd. Aan den -Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N". 250. Leiden, 15 September 1893. Wij hebben de eer Uwe Vergadering mede te deelen dat de op de begrooting voor 1893 op Volgn. 124 VI «Kosten van de parallel- klassen" uitgetrokken som niet toereikende is gebleken met bet oog op de plaats gehad hebbende splitsing van sommige klassen der Hoogere Burgerscholen, zoodat op dit artikel een tekort zal ontstaan van 266.68. Wij geven U mitsdien in overweging den bedoelden post te ver hoogen met 267, te vinden door afschrijving van de Onvoorziene Uitgaven, waartoe een staat van af- en overschrijving, dienst 1893, ter vaststelling hiernevens is gevoegd. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. T 2

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1893 | | pagina 3