GEMEENTERAAD VA\ LEIDEN. INGEKOMEN STUKKEN. N". 23A. Leiden, den 2 September 1893. De Commissie van Financiën heeft de eer Uwe Vergadering mede te deelen dat zij geene bedenkingen heeft tegen de voorstellen van Burg. en Weth. dd. 31 Augustus en 1 September jl. strekkende tot aankoop van de fabrieksgebouwen en het terrein van de ffrma Barneveld cfc C#. gelegen naast de Stedelijke Gasfabriek, ten behoeve van die fabriek, voor de som van f 18000 en tot verhooging van den aan de begrooting toegevoegdeii post: «Jaarwedde van den con cierge van het Archiefgebouw" met 260, zijnde de bezoldiging van genoemden ambtenaar van 15 Mei tot 31 December 1893. Zjj stelt U derhalve voor den overgelegden suppletoiren staat van begrooling, dienst 1893 ad 19500 (Kosten van aankoop en overdracht van het bovenvermeld terrein) en den staat van af- en overschrijving mede voor den dienst 1893 vast te stellen. Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën. Nu. 236. Leiden, den 4 September 1893. Wij hebben de eer U mede te deelen dat er ook bij ons geene bedenkingen bestaan tegen de inwilliging van het verzoek van mej. P. C. Verpoorten, om ontslag uit hare betrekking van tweede onder wijzeres aan de Meisjesschool le klasse. Wij geven U daarom in overweging haar dat ontslag eervol te verleenen met ingang van 15 October a. s. De betrekkelijke stukken worden U hierbij overgelegd. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Aan den Raad der gemeente Leiden. De ondergeteekende Pieternella Cornelia Verpoorten, geeft met verschuldigden eerbied te kennen, dat zij verzoekt ontslagen te worden uit hare betrekking van 2e onderwijzeres aan de openbare Meisjesschool der Ie klasse, zoo mogeljjk tegen 15 October e. k. 't Welk doende enz. Leiden, 1 September 1893. P. G. Verpoorten. Rembrandstraat 19. Leiden, 4 September 1893. Ter voldoening aan het verzoek, vervat in Uwe apostille van den 2en dezer, heb ik de eer U te berichten, dat bij mij geen bezwaar bestaat tegen de inwilliging van het verzoek om ontslag van Mejuffrouw P. C. Verpoorten tegen den 15den October e. k. Aan HH. Burg. en Weth. Het hoofd van de Openb. school der der gemeente Leiden. 1ste klasse voor Meisjes, M. Jesse. N*. 23 LICHTSTERKTE. Resultaten der waarnemingen aan de Gasfabriek te Leiden van 27 Augustus2 September 1893. N°. Datuin. Uur. Aantal. Gemiddelde Eng. Standkaarsen. 1 Aug. 27 7.15—9.30 7 16.8 2 28 7.15—9.30 8 16.6 3 29 7.15—9.45 7 16.9 4 30 7.15—9.45 8 16.9 5 31 7.15—9.30 8 16.8 6 Sept. 1 7.15—9.45 7 16.6 7 2 7.15—9.30 8 16.8 N°. 238. Leiden, 7 September 1893. Blijkens bericht van het hoofd der Meisjesschool 2e klasse zijn door toeneming van het aantal leerlingen alle schoolbanken op eene na in gebruik en is het om verschillende paedagogische redenen zeer wen- schelyk dat in elke klasse minstens ééne bank over is, wat met het tegenwoordige aantal niet mogelijk is. Bovendien heeft de ondervinding geleerd, dat tegen November zich gewoonljjk nieuwe leerlingen aanmelden, wier ouders zich dan met terwoon in deze gemeente vestigen, terwijl het van het hoogste be lang is, zoowel voor de leerlingen als voor het onderwijs, dat zij, bij eene eventueele aanvraag dadelijk geplaatst kunnen worden. Na overleg met de Commissie van Fabricage achten wij het noodig dat voor de 7 lokalen der school 7 banken worden aangeschaft, waar van de kosten zijn geraamd op f 98. Wjj geven Uwe Vergadering mitsdien in overweging de vereischte gelden voor dit doel beschikbaar te stellen, wordende een staat van af- en overschrijving strekkende tot verhooging van Volgn. 132, der begrooting voor dit jaar, Kosten van het aanschaffen en onderhouden van schoolmeubelen met 98 te vinden door afschrijving van den post voor Onvoorziene Uitgaven, bierhij overgelegd. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 239. Leiden, 7 September 1893. Door de Commissie van Toezicht op de scholen voor Middelbaar Onderwijs is ons medegedeeld dat in den cursus 1893/94 de klassen der Hoogere Burgerschool voor Jongens in niet mindere mate dan het vorige jaar zullen moeten gesplitst worden, op grond waarvan het noodig is dat de heer H. H. Breuning op nieuw voor een jaar als ieeraar in het Hoogduitsch worde aangesteld. Wij geven Uwe Vergadering mitsdien ig overweging ons College te machtigen ook voor den cursus 1893/94 tot de aanstelling van een tijdelijk ieeraar in het Hoogduitsch aan de Hoogere Burgerschool voor Jongens over te gaan, zijnde op de concept hcgrooting voor 1894 een bedrag van f 400 als bezoldiging van dien Ieeraar uilgetrokken. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N". 246. Leiden, 7 September 1893. In de Raadszitting van 13 Juli jl. werden in behandeling genomen het verzoek van B. M Duyser, pachter van het buffet der Gehoorzaal om vermindering der pacht en ons voorstel tot verlaging van het tarief van verhuring. Alstoen werd mededeeling gedaan van een nader ingekomen adres van den pachter, waarbij om daarbij vermelde redenen werd verzocht het verzoek om pachtvermindering als niet gedaan te beschouwen en adressant zich bereid verklaarde om over eene eventueele verpachting van de zaal en bloc in onderhandeling te treden. Na discussie werd in bovengenoemde Raadszitting aangenomen eene door den heer Was voorgestelde motie luidende: De Raad het wen- scheljjk achtende dat een onderzoek worde ingesteld naar de moge lijkheid van eene verhuring of verpachting van de Gehoorzaal en bloc, onder waarborg van de rechten der gemeente, noodigt Burg. en Weth. uit in onderhandeling te treden met den tegenwoordigen pachter hetzij over ontbinding, hetzij over wjjziging van het be staande contract en besluit de behandeling van het aanhangig voor stel uit te stellen. Ter voldoening aan die opdracht zjjn wij met den pachter in overleg getreden omtrent de som die door hem zoude kunnen worden geboden, wanneer de lokalen door hem werden verhuurd en alzoo de buursom ten zijnen voordeele kwam. De pachter heeft ons daarop bericht dat door hein wordt aange boden eene som van 5500 per jaar (de tegenwoordige pachtsom van het buffet bedraagt 3510 'sjaars) met dien verstande dat het uitbouwen van het orchest en podium en het wegnemen daarvan, de meterhuur met bediening der Sunburners en de verwarming b(j elke verhuring komen voor rekening van de gemeente en dat de tegenwoordige huur der verschillende lokalen als maximum blijft gehandhaafd. Afgezien van de vraag of het wel geraden is tot eene verpachting en bloc over te gaan, kwam ons de geboden som te gering voor met het oog op de gelden voor de verhuring der verschillende lokalen door den pachter te ontvangen, zijnde in 1892 f 2075 ter zake ontvangen. Inmiddels zjjn wjj na rijp beraad niet van overtuiging veranderd en meenen dat in de thans gevolgde wjjze van exploitatie der Gehoorzaal geene verandering moet worden gebracht. Het komt ons voor dat het Gemeentebestuur de beschikking moet blijven behouden over de ver huring der lokalen, overeenkomstig het voor de verhuring vastgesteld tarief en dat zulks niet aan een pachter mag worden overgelaten. Wel is waar kan men in een eventueel contract voor eene verpachting en bloc verschillende bepalingen opnemen, waarbij de beschikking over de lokalen aan den pachter in enkele gevallen wordt ontnomen, doch zoodanige bepalingen zullen, onzes inziens, in de uitvoering tot velerlei moeielijkheden aanleiding geven, tenzjj ze zoo algemeen zijn gesteld dat geen pachter de pacht onder die voorwaarden zoude willen aanvaarden. Bovendien zal eene verpachting en bloc, waarbij de pachter alleen gebonden is aan een maximum en alzoo de bevoegdheid heeft om geheel naar willekeur de lokalen tegen een lager bedrag of wel gratis te verhuren, ook voor den pachter tal van bezwaren opleveren. Hij zal lastig gevallen worden met vele aanvragen om vermindering van huur en bij toestemming aan den een en weigering aan den ander be schuldigd worden met partijdigheid in deze te werk te gaan. De voordeelen wellicht aan eene verpachting en bloc verbonden wegen daategen o. i. niet op, en het laat zich aanzien dat in vele gevallen het publiek de bemiddeling, want meer zal het toch niet kunnen zijn, van het Dagelijksch Bestuur zoude inroepen, terwijl door eene verlaging van het tarief van verhuring als door ons werd voor gesteld aan de bestaande bezwaren kan worden te gemoet gekomen. Wanueer toch het tarief met 40 of 50 pCt. wordt verlaagd dan wordt het bedrag van de huur betrekkelijk laag en zal het den pachter gemakkelijk vallen door een gedeelte van de huur of de geheele huur voor zijne rekening te nemen, tal van vereenigingen, die thans geen gebruik maken van de Gehoorzaal, wederom daarheen te lokken en zoodoende zijn debiet als pachter van het buffet aanzienlijk te ver meerderen. Op grond van het vorenstaande meenen wij alzoo dat geene ver andering moet worden gebracht in de wijze van verpachting van het buffet der Gehoorzaal, terwijl wij wat de verlaging van het tarief der verhuring betreft verwjjzen naar ons voorstel van 29 Junijl. (Ing. Stukken n'. 171) dat door de meerderheid van ons College wordt gehandhaafd. De Voorzitter blijft volharden bij zijn in de zitting van 13 Juli jl. medegedeeld voorstel om den prijs te verminderen met 50 pCt. en mitsdien het tarief vast te stellen op de helft van het bestaand bedrag. Wij geven Uwe Vergadering mitsdien in overweging: 1°. te besluiten dat niet verder in onderhandeling zal worden getreden over eene verpachting van de Gehoorzaal en bloc. 2°. de voorwaarden van verhuring der Gehoorzaal te wjjzigen als door ons in ons bovenaangehaald rapport van 29 Juni jl. werd voor gesteld, met dien verstande dat door ons gedeeltelijk wordt overge nomen het door den beer Drucker in de zitting van 13 Juli jl. gedaan 3 9 9

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1893 | | pagina 1