(i E E X T K It A A1) VA\ LEIDEN. 17 INGEKOMEN STUKKEN. N®. 67. Leiden, 22 Februari 1892. Ten vervolge op ons rapport van 28 Januari jl. (Ing. Si. n°. .81) betrekkelijk de kosten van den bouw der Gehoorzaal, hebben wij de eer bierbij over te leggen het daarbij bedoeld rapport van den Ge meente-Architect. Aan den Gemeenteraad. Burg, en Weth. van Leiden. Leiden, 4 Januari 1892. Ingevolge Uwe opdracht zal ik trachten de overschrijding van de stichtingskoslen der Gehoorzaal nog eenigszins uitvoeriger toe te lichten daar de bijgevoegde staten voor den leek minder begrijpelijk zijn of in allen geval moeielijk het geheel doen overzien. 1®. Winter schade. De strenge winter overviel ons bij den j bouw enkele weken voor het gebouw onder de kap was. Ware ie voorzien geweest dal de vorst zou aanhouden en zoo hevig j worden, zoo waren de werkzaamheden dadelijk geslaakt. Nu hoopte men echter dal het een spoedig voorbijgaande vóórwinler was en het scheen geraden met kracht door te werken, opdat het gebouw toch nog spoedig onder de kap zou wezen en in hel voorjaar 1891 zou kunnen worden in dienst gesteld, wat èn voor hel publiek aangenamer èn voor 'de stad voordeelig zou zijn geweest. Den aan nemer werd dus gelast de nog resteerende metselwerken met portland- cement te metselen en de stukadoorwerken in de groole zaal voort te zetten. Dit geschiedde en nu was het niet meer dan billijk dat de gemeente de meerdere kosten van portland-ceinent hoven de be schreven tras betaalde en toen de winter aanhield voor verwarming zorgen moest, daar anders al liet stukadoorwerk zou bevroren zijn. Aan cement werd 396, aan verwarming 131.75 uitgegeven, terwijl ƒ107 als schadevergoeding werd betaald voor monteurs welke door hel niet gereed zijn van het gebouw, oponthoud hadden De, gang van zaken was door dezen winter een geheel andere ge worden dan verwacht was en het geheele werk duurde veel langer dan het geval zou geweest zijn als men vóór den winter onder de kap ware gekomen en dan geregeld had kunnen doorwerken. Een noodzakelijk gevolg hiervan was een langduriger extra toezicht, een verhoogde uitgave van 350 meebrengende. 2®. Verwarmingsinrichting. Bij de avant-projets was door de fabrie kanten 12000 opgegeven als kosten van een warm water-verwarming. Met het oog op kanalen en bijkomende zaken werd ƒ15000 hiervoor uitgetrokken 3 verschillende firma's zonden nu de definitieve plannen in. Burg. en Weth. droegen de levering op aan de firma Bacon voor 14000. Echter kwam hier nog veel hij. De souslerreinvloèr ligt hoven water doch de kelder voor de verwarmingstoestellen bleek zooveel dieper te moeten zijn dat waterdicht werk moest worden gemaakt, wat natuurlijk aanmerkelijk meerdere kosten met zich bracht, Een geheel kanaalnct voor den verschen luchttoevoer was noodig. Bij de plannen van de Hainholzer fabriek welke f 15000 zouden kosten, ware vermoedelijk een hesparing op de kanalen mogelijk ge weest, doch daarbij behoorde machinale luchtinpersing met een gas motor als drijfkracht; de vrees bestond echter bij mij dat machinale inrichtingen t» het gebouw altijd stoornis zouden geven; dit blijkt juist gezien daar èn in Musis Sacrum te Arnhem èn in de Harmonie te Groningen de motoren tijdens concerten huilen gebruik moeten worden gesteld. Waar nu zonder machinale drijfkracht de luchtbe weging moest verkregen worden, waren zeer ruime kanalen noodig Hoewel nog herhaaldelijk de kanalen vereenvoudigd zijn, bleef met de ketelhemetseling, de kleppen voor zomervenlilalie en allerlei zaken welke tijdens de uitvoering van metselaar of timmerman werden ge vorderd, nog zooveel te verrichten dat de kosten stegen tot ƒ2l7UO waarvoor een deel als garantie is ingehouden daar het weder nog niet koud genoeg is geweest voor de definitieve beproeving en de vochtig heidstoestand van het gebouw ook nog èn te veel brandstof doet absorheeren èn de trekschoorsleenen nog onvoldoende doet werken. Ter vergelijking zij hier medegedeeld dat de verwarmingsinrichting van Musis Sacrum te Arnhem heeft gekost 30600. 3®. Voorzieningen wegens bodemtoestand enz. Vóór het opmaken van het bestek werd de grond voor den nieuwen bouw besterad, onder zocht door het hier en daar graven van putten. Hierbij bleek een goede kleilaag aanwezig te zjjn; dit gevoegd bij het feit dat ook de oude Gehoorzaal zoogenaamd »op staal" gefundeerd was, gaf van zelf aan dat die wijze van bouwen ook hier zou kunnen gevolgd worden. By het maken der fundamentsleuven bleek echter dat men, vermoe delijk reeds sinds de tijden van het Kalhrijnegasthuis, bij de ver schillende verbouwingen de beerputten, riolen en kelders in den grond had gelaten en waarschijnlijk er steeds nieuwe bijgemaakt. Dit kon natuurlijk zoo niet blijven. De talrijke beerputten vol beer werden geledigd en met zand, in water geplempt, gevuld of wel overwelfd, in allen geval zoo voorzien dat er met een gerust hart verder op kon worden gebouwd. Met de oude riolen en keldérs werd in hoofdzaak op dezelfde wijze ge handeld, doch werd ook meermalen het riool plaatselijk geheel vol- gemetseld, ten einde een beteren voet voor het daarop komende met selwerk te verkrijgen. Op andereplaatsen, voornamelijk aan de achter zijde waren, vermoedelijk door lekke riolen en onvoldoende afvloeiing, moerasachtige plekken ontstaan; daar moest al de derrieachlige grond uitgegraven en de fundeering zooveel dieper worden gelegd; op één laats was het zelfs geraden door balken een kunstmatige voet aan et metselwerk te geven. Ware dit alles vooruit bekend geweest zoo zou ik den bouw op staal niet hebben durven ondernemen en een houten fundeering zou zijn voorgeschreven, waardoor de bouw kosten aanzienlijk zouden zijn gestegen. Een rooster-fundeering on der het geheele gebouw zou ƒ7000 meer gekost hebben, terwijl het opruimen van putten enz. toch niet vermeden zou zijn geworden. Nn meende ik het gevaar van te groote ongelijke zettingen en eventueel nog voorkomende plaatselijke zakkingen alleen te kunnen onschadelijk maken door een sterke verankering, waardoor het gebouw meer één geheel werd en ik achtte het geraden de zuinigheid bij het te gebruiken ijzer niet te zeer te doen spreken. Met voldoening mag ik er dan ook op wijzen dat het resultaat zeer bevredigend is geweest. Geen scheuren welke tot verrassing of schrik aanleiding konden geven hebben zich voorgedaan. De eenige scheuren die geconstateerd zijn, waren bijna met mathematische zekerheid te voorspellen en hebben dan ook met de soliditeit niets te maken, d. i. 1°. de aanhechting aan het school Aalmarkt; dat ge bouw gaf natuurlijk niet mede, toen het metselwerk van de Gehoor zaal «inklonk" of «zette'' en zoo ontstond tijdens den bouw een scheurtje op den hoven-corridor op het punt van aanhechting; deze werking was echter van korten duur, want de scheur, dichtgemaakt in September, vertoonde zich later nagenoeg niet weder; 2®. Kleine scheuren in het metselwerk boveu de corridor-tochtdeuren; dit met- selwerk vormt de verbinding tusschen het hooge middengebouw en de lagere zijgebouwen; het eerste klinkt natuurlijk evenredig aan de meerdere hoogte, meer in en de verbindingstukjes ondergingen hiervan de gevolgen; dit was uit den aard der zaak te verwachten en be duidt niets, daar men deze stukken metselwerk als vullingen zonder constructieve beteekenis kan beschouwen. Uat ik dan ook op deze scheuren wijs, doe ik alleen volledigheidshalve en om met te meer voldoening te kunnen wijzen op afwezigheid van meer beleekencnde scheuren bij een dergelijken ondergrond eigenlijk te verwachten. Deze slechte ondergrond had op meerdere onderdeelen invloed. De kappen waren vrij licht ontworpen; nu moest bijzonder gewaakt worden dat geen spatten te vreezen zou zijn en daarom werden deze onderdeelen sterker geconstrueerd, er werd meer hout in gebracht en derhalve meer kosten gemaakt. 4®. Belendende gebouwen enz. Bij het afbreken van hel bestaande bleek de toestand van de YVaalsche kerk slecht, ja zelfs zorgwekkend te wezen. Er teekende zich een sterke werking in dit oude gebouw, zoo zelfs dat een gaspijp daarin in tweeën spiong De aannemers hadden veel kosten om ongelukken te voorkomen; dit is natuurlijk voor hunne rekening, doch ook de gemeente verkreeg aanmei kelijke extra uilgaven. Zou b. v. de achtergevel Waalsehe kerk zijn bekleed en dan levens eindmuur kleine zaal worden, nu moest een afzon derlijke 1' steens muur opgetrokken, evenzoo moesten de zijmuren verzwaard van af de fundeering. Ook aan de school en de verhuurde huizen op de Aalmarkt waren verschillende voorzieningen te treffen. Voorts was gerekend dat de muren van de voormalige koffiekamer zouden kunnen behouden blijven en hoogcr opgetrokken. Bij het werk bleken echter deze muren voor een groot deel uit twee dikten te beslaan zonder verband, derhalve afgebroken en nieuw opgebouwd te moeten worden. 5°. Het rabitzwerk behoort tot de in het buitenland gepatenteerde zaken en heette een geheim. De vertegenwoordiger voor Nederland voerde vóór de aanwijzing verschillende onderhandelingen over den prijs welke ik op de aanwijzing mededeelde. Later kwamen er kwesties over hel al of niet afslukadooren voor. den opgegeven prijs, over vrijstaande en niet vrijstaande rabitzwanden, over verbindings middelen van de rabitz-lambriseering en de stijlen ter bevestiging van den orkeslwand. Het zou zeker onbillijk geweest zijn de aan nemers geheel de schade te laten lijden, voortvloeiende uit onvolledige of minder juiste opgaven van den leverancier aan de directie en na langdurige onderhandelingen werd het naar billijkheid den aannemers te vergoeden deel in de extra kosten op ongeveer 700 vastgesteld, waardoor de schade door de aannemers op dit rabitzwerk geleden nog 1100 bleef bedragen. 6°. Be overhaasting waarmede het bestek werd opgemaakt Mogelijk wordt tegen deze hoofdoorzaak van bet ontstaan der bij rekening aangevoerd, dat toch reeds vóór het voorstel omtrent den houw in den Raad werd behandeld, de begrooling was opgemaakt. Dit is echter altijd meer een globale raming; de juiste begrooting kan eerst gemaakt worden als leekening en bestek in hoofdzaak zijn vastgesteld. De wijze van werken is gewoonlijk deze: Een avant-projet wordt geteekend en naar die leekening, derhalve zonder beschrijving of bestek, wordt een begrooting gemaakt. Zijn de gelden toegestaan, zoo worden de definitieve teekeningen ge maakt en het bestek in minuut opgesteld. Naar dit bestek met de teekeningen wordt dan de definitieve begrooting gemaakt; blijkt dan dat deze hooger wordt dan het gevoteerde bedrag, zoo wordt het bestek herzien, nagegaan wat bezuinigd kan worden en het geheel eerst ter vaststelling aangeboden, wanneer de overtuiging is ver kregen dat het werk voor de uitgetrokken som te maken is. Nog zuiverder wordt de rekening indien de voornaamste détails vóór de besteding gereed zjjn, zooals bij de laatslgebouwde scholen gedeeltelijk het geval was. Voor het nieuwe archiefgebouw zullen nagenoeg alle détails van beteekenis vóór de besteding gereed zijn. Bij de Gehoorzaal kon deze goede manier van werken niet gevolgd worden. Wilde men het gebouw nog vóór den winter 1890/91 onder den kap en in Maart 1891 in exploitatie zien, zoo moest de besteding zoo snel mogelijk op het Raadsbesluit volgen. In gewone gevallen ware het nog mogelijk geweest vóór het Raadsbesluit het bestek ge reed te maken, doch de onzekerheid omtrent het bouwterrein ver hinderde dit. Dadelijk na bet Raadsbesluit werd het bestek opgemaakt en afge drukt en de besteding gehouden. Tijd voor een definitieve begrooting was er evenmin als voor het nauwkeurig uittrekken (zooals anders geschiedt) van alle stukken hardsteen en zandsteen, van alle ijzer, zink en lood of berekening van wat verschillende ijzeren binten en andere deelen zouden te dragen hebben en hoe derhalve hun af metingen moesten zijn. Alles werd zoo goed mogelijk geschal. Ware tijd geweest voor kalme berekeningen, zoo zou dadeljjk

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1892 | | pagina 3