113 De Voorzitter. Gij vergist u; ik heb niet gezegd, dat het weer ongunstig was, maar lang niet zoo gunstig als in 1886 het geval was, toen tal van inenschcn van buiten kwamen, ook gedeeltelijk uitgelokt door bel nieuwe van het feest. Tusschen den heer Drucker en mij schijnt een verschil van opvat ting te hestaan omtrent zedelijke verplichting: ik geloof dat ik ge noegzaam heb toegelicht waarom naar mijn gevoelen zoodanige ver plichting hier bestaat. De heer Siegeisbeek van Heukelom. M. d. V.! Ik moet mijne excuses maken aan den heer Drucker. De door mij bedoelde verklaring staat niet in het advies van de Commissie van Financiën, maar in het stuk van Burg. en Welh. wordt over dit punt gespróken. De Voorzitter. Als ik mij niet vergis en den heer Juta goed verstaan heb, dan heeft hij de uitbreiding aan de uitdeeling gegeven genoemd als »een van" de oorzaken van de grootere uitgave. De heer Siegenbeek van Heukelom. Er staat positief in het advies van Burg. en VVeth. te lezen: »Dat tekort vindt zijn oorzaak in de grootere uitbreiding die de uitdeeling van brood, haring, tabak en bier heeft verkregen, doordien zich veel meer stadgenoolen voor de ontvangst dezer giften dit jaar hadden aangemeld.'' Daar juist wensch ik tegen op te komen, en door weigering de commissie in de noodzakelijkheid te brengen, om aan die uitdeeling een grens te stellen. Zij zal daardoor wel lijdelyk in eene moeilijk- beid geraken, maar 't is beter dat de commissie zelf de middelen vindt om lot beperking der uitdeeling te komen, dan dat wij aan die commissie op deze wijze als hel ware een ongelimiteerd crediet geven. De Voorzitter. Veroorloof mij, u te zeggen, dal gij verbazend overdrijft. Wij wensehen geen ongelimiteerd crcdiet te geven; daar van kan wel allerminst sprake zijn na de thans gevoerde discussion. Wij wensehen alleen dat de Baad de zedelijke verplichting nakome waartoe hij zich stilzwijgend heeft verbonden. Ik meen, dat de Com missie een krachtigen wenk voor de toekomst heeft gekregen, en dus voor het vervolg wel zal zorgen dat zij met hare middelen toekomt. De beraadslagingen worden alsnu gesloten: Het voorstel wordt daarna in stemming gebracht en verworpen met 17 tegen 8 stemmen. Vóórstemden de heeren: Juta, Zillesen,l)e Goeje, Driessen, Schneither, De Slurler, ïieleman en Zaaijer. VI. Supplctoire staat op de gemcentebegrooting, dienst 1891 (Kosten van stormschade.) (Zie Ing. St. n°. 269 en 273.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming goedgekeurd. VII. Voorstel in zake de benoeming van een gemachtigde en het verleenen van crediet. voor de bijwoning van de vergadering van gasfabriekdirecteuren, enz. in verband met den koolteerverkoop. (Zie Ing. St. n°. 271.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming goedgekeurd. VIII. Ontwerp-verordening voor de Commissie voor het Uud-Archief, met onlwerp-instruclie van den Archivaris. (Zie Ing. St. n°. 249.) De heer üu Rieu. Ik heb alleen drie kleine amendementen voor te dragen, welke meer betrekking hebben op den stijl dan op de hoofdzaak der artikelen. De Voorzitter. In de artikelen? De heer Du Rieu. Ja, M. d. V.! De Voorzitter. Dan kunnen die bij de betreffende artikelen be handeld worden. De algemeene beraadslagingen worden gesloten. Zonder beraadslaging of hoofdelijke sicmming worden eerst de artikelen en daarna de gehecle Verordening goedgekeurd. Aan de orde is alsnu de instructie voor den Archivaris. Art. 1 wordt goedgekeurd. Art. 2. De heer Du Rieu. In dit artikel komt een woord voor, dat aan stoot geeft. Er slaat n!. in: Hij zal in den regel dagelijks in de archieflokalen moeten aanwezig zijn" enz. Ik wenschte, dal het zóó zou zijn: »in één van de archief-lokalen" en dal is mjjns inziens ook de bedoeling van de Commissie geweest. Wij moeten ook spreken van de archief-lokalen en niet van archief- gebomv, want zooals men weet, zal het archief in verschillende ge bouwen geborgen zijn. Deze opmerking omvat ook art. II, en ik hoop, dat Burg. en Welh, mijn amendement wel zullen willen overnemen De Voorzitter verklaart namens het Dagelijksch Bestuur het amen dement van den heer Du Rieu over te nemen, waarna het artikel 2, aldus gewijzigd, zonder hoofdelijke stemming wordt goedgekeurd. Vervolgens worden de arlt. 39 ongewijzigd goedgekeurd. Art. 10. De heer Du Rieu. Ook over dit artikel wenschte ik een kleine opmerking te maken. De bedoeling is geweest, dat hij, als: »in geval van lekkage of in andere ongevallen moest voorzien worden", de noodige maatregelen moet nemen. De Voorzitter neemt, namens het Dagelijksch Bestuur, dit amen dement van den heer Du Rieu over, waarna het artikel, aldus ge wijzigd, wordt goedgekeurd. Art. 11. De heer Fockema Amdreae. M. d. V.! Ik zou willen voorstellen uit dit arlikel te doen vervallen de woorden »of bij den concierge". Toen deze Verordening werd ontworpen, dacht men, dat de woning voor een concierge niet het archiefgebouw één geheel zou gaan uilmaken; nu dat het geval evenwel niet is, behoeft deze bepaling betreffende de concierge's woning ook niet gemaakt te worden. Mocht men naderhand den concierge nog het gebruik van petroleum willen verbieden, dan kan deze bepaling er altijd nog worden bijgevoegd. De Voorzitter. Ik zie er geen overwegend bezwaar in dit amen dement over te nemen. Als wij den concierge de verplichting op leggen om gas te branden, dan zou daaruit volgen dal wij hem vry licht moeten geven. Art. I 1, aldus gewijzigd, wordt thans goedgekeurd. Daarna wordt de instructie zonder hoofdelijke stemming goed gekeurd. Het gehcele ontwerp wordt vervolgens zonder hoofdelijke stemming aangenomen IX Voorstel betrekkelijk de verpachting van het buffet in de Ge hoorzaal en de vaststelling van hel tarief voor de verhuring. (Zie Ing. Sl. n°. 220.) De heer Zillesen. M. d. V.! Nu er van de zijde van het Dage lijksch Bestuur geen nader voorstel is ingediend tot verlaging van de tarieven, blijkt daaruit dat Burg. en Weth. 't beter achten, dat het initiatief tot een dergelijk voorstel van een der leden van den Raad uitgaat. Immers ik geloof niet te veel te zeggen als ik beweer dat de wenschelijkheid van verlaging algemeen erkend wordt, niet alleen door de leden van den Raad, maar ook door het College van Dagelijksch Bestuur. Om in deze den gulden middelweg te kiezen is niet gemakkelijk, want aan den eenen kant moet rekening gehouden worden met de grootc kosten van daarslelling van het gebouw, en aan den anderen kant met de draagkracht van de Vereenigingen die er gebruik van zullen maken, en de noodzakelijkheid om het gebruik van het ge bouw zoo algemeen mogelijk te maken. Ik wensch thans kortelijk de verschillende lokalen, welke voor een prijsverlaging in aanmerking komen, te bespreken. 1". De Groole zaal. Volgens mijn opinie is het tarief voor dit lokaal nog het meest billijk voorgesteld. De Vereenigingen, welke van deze zaal gebruik maken (als de Commissie voor Volksbijeen komsten, de Maatschappijen voor Toonkunst, de Onderoificieren-Ver- ecniging, lellen een groot aantal leden en beschikken in den regel over eene vrij ruime kas. Bovendien, nu de zaal zooveel grooter is geworden, is hel gevojg, dat het aantal leden van dergelijke Ver eenigingen waarschijnlijk zal toenemen, daar men over meer ruimte kan beschikken, zoodat, door de grootere ontvangsten, men zich ook ecnige meerdere uitgaven getroosten kan. Er wordt thans een prijs van 60 voorgesteld. Misschien zou 't beter zijn dit bedrag terug ie brengen tot f 50; inaar dat kan ik zoo niet beoordeelen; in 't algemeen kan ik mij, wat dit punt betreft, wel vereenigen met het voorstel van Burg. en Weth. Hetzelfde slaat ook op wat de verpachting van den Foyer betreft. Deze moet dienen tot het geven van diners, bals, enz., dat is meer een »objet de luxe". En als iemand nu een diner of een bal geeft, kan hij geen bezwaar hebben om een behoorlijk defraiement te be talen voor huur van de zaal. Het aangevoerde geldt echter niet wat aangaat de verpachting van de bovenzaal en van de beide receptie-kamers. Ik zou willen voor stellen de pacht van de bovenzaal belangrijk te verlagen; zij kan thans niet meer menschen bevatten dan de oöde (en toen betaalde men slechts 6!); zij moet dienen voor hel houden van vergade ringen, van lezingen, kamermuzick-uitvoeringen op bescheiden voet, enz.; de Vereenigingen welke daar samenkomen, kunnen zich geene groole uitgaven veroorloven, daar die te veel drukken op de alge meene onkosten. Ik wil hier betreffende de groote zaal nog bijvoegen, dat de vorige pachter mij heeft medegedeeld dal, wanneer de groote zaal aan burger- vereenigingen verhuurd werd, in den regel eene overeenkomst aan gegaan werd; de pachter nam dan de huur of een gedeelte daarvan voor zijn rekening, en bij sommige vereenigingen zorgde hij ook voor hel licht; hij maakte zijne kosten dan goed uit de meerdere op brengst van het buffet, en de Vereeniging kreeg de entree's. Wat de bovenzaal betreft, die zelfs cenigszins kleiner is dan vroe ger, zoo zal de ontvangst van de buffetten natuurlijk ook minder bedragen; dit zal van zelf drukken op de algemeene onkosten, en ik vrees dat de Vereenigingen welke er anders gebruik van zouden maken, thans door den prijs zullen afgeschrikt worden en naar een ander lokaal zullen gaan, bijv, naar de St. Jozefsgezellen-Vereeniging of naar Vondelhoven, enz waar zij voor veel minder kunnen slagen. Dit geldt ook voor de receptie-kamers, waar slechts vergaderingen van een klein aantal personen kunnen gehouden worden. Vroeger behoefden die slechts 6 te betalen, en volgens het nieuwe tarief zou dat f 20 bedragen, een prijs welke inderdaad veel te bezwarend voor hen is. Ook voor deze kamers zal, mijns inziens, de prijs ver laagd moeten worden, daar die personen anders naar andere lokalen gaan. Bovendien zou op die manier het doel, waarmee de stad de Gehoorzaal gebouwd heeft, niet bereikt worden. Ik heb daarom de eer voor te stellen de huur van de boven zaal terug te brengen van bet cijfer van f 20 lot 10, en wat aan gaat de receptie-kamers waarvan de huur van 5 uur 's namiddags op f 20 wordt voorgesteld, die te bepalen op f 6. Indien wij de tarieven zoo verlagen, zuilen wij niet alleen han delen in het belang van de Vereenigingen bier ter slede, maar ook in het belang van de zaak zelve, daar het gebruik der onderscheiden zalen dau zoo algemeen mogelijk zal kunnen worden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1891 | | pagina 3