65 INGEKOMEN STUKKEN. N®. 301. Leiden 10 September 1891. Naar aanleiding van nevensgaand verzoek van F. A. W. Schüdel hebben wij de eer U mede te deelen dat de dochter van adressant, Maria Schüdel, wegens ziekte geflurende de laatste twee kwartalen van den cursus 1890/91 geen lessen aan de Hoogere Burgerschool voor Meisjes heeft kunnen bijwonen Wij geven Uwe Vergadering mitsdien in overweging aan adressant vrijstelling of terugbetaling van schoolgeld te verleenen voor zijne dochter, vroeger leerlinge der Hoogere Burgerschool voor Meisjes, over de laatste twee kwartalen van den cursus 1890/91. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Aan den Gemeenteraad. Geeft met verschuldigde achting te kennen F. A. W. Schüdel, alhier, dat zijne dochter Maria, voor den cursus 1890/91 was ingeschreven als leerlinge der Hoogere Burgerschool voor Meisjes alhier, dat zjj de lessen slechts heeft kunnen volgen tot het einde der maand Februari 1891, doch van 1 Maart tot ultimo Augustus daar aanvolgende door ziekte is verhinderd geworden de school verder te bezoeken, dat het schoolgeld over het 3e kwartaal van den cursus door hem is voldaan tot een bedrag van f 7.50. Reden waarom ondergeteekende zich tot Uwe College wendt met vriendelijk verzoek om teruggave van dat bedrag, alsmede om vrij gesteld te worden van de betaling van het ter zake verschuldigde over het laatste kwartaal. 't Welk doende, Leiden, 7 September 1891. F. A. Wilh. Schüdel. N°. 308. Leiden, 10 September 1891. Onder overlegging van nevensgaande stukken geven wij Uwe Ver gadering in overweging aan Mej. S. T. M. Bakx, eervol ontslag te verleenen als derde onderwijzeres aan de school 3e klasse n®. 4, met ingang van 15 November a. s. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Aan den EdelAchtb. Raad der gemeente Leiden. Ondergeteekende, onderwijzeres aan de school 3e klasse n°. 4, heeft de eer UGdAchtb. te verzoeken, haar, wegens haar aanstaand huwelijk, eervol ontslag te verleenen uit bovengenoemde betrekking met ingang van 15 November a. s. Hoogachtend, UEdAchtb. Dv. Dns., S. T. M. Bakx. Aan HH. Burg. en Weth. der gemeente Leiden. Ter beantwoording Uwer apostille dd. 8 Sept. 1891 heb ik de eer U te berichten, dat tegen de inwilliging van het verzoek van Mejuf. S. T. M. Bakx, 3e onderwijzeres aan de school 3e kl. n°. 4, mijnerzijds geen bezwaar bestaat. Het hoofd der school voornoemd, Leiden, 9 September 1891. II. C. Van der Hetde. N*. 303. Leiden, 14 September 1891. Na overleg met den Voorzitter der Commissie van Fabricage be staat er tij ons geen bezwaar tegen de inwilliging van nevensgaand verzoek van J. P. Rittershaus, Directeur der Albuminefabriek, zoodat wij Uwe Vergadering in overweging geven aan adressant ontheffing te verleenen van de bepaling van art. 221 der Algeraeene Politie verordening voor de plaatsing van het houten loodsje op het terrein der fabriek aan den Rijnsburgersingel. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden, Aan HH. Burg. en Weth. der gemeente Leiden. Geeft met verschuldigden eerbied te kennen de ondergeteekende Johann Peter Rittershaus in zijne kwaliteit van Directeur der alhier gevestigde naamlooze vennootschap Nederlandsche Albuminefabriek, dat hij op het terrein der vennootschap voornoemd ten behoeve van proefnemingen met het verwerken van den afval der fabriek een houten loodsje heeft doen plaatsen, dat dit loodsje maar tijdelijk zal zijn en het voornemen bestaat, hetzelfde binnen eenigen tijd door een steenen gebouw te vervangen. Redenen waarom hij Uw College eerbiedig verzoekt, hem ontheffing te verleenen van het bepaalde in art. 221 alinea 1 der Algemeene Politie- Verordeni ng. 't Welk doende enz., Leiden, 5 September 1891. J. P. Rittershaus. N°. 304. Leiden, 17 Augustus 1891. Wij hebben de eer aan Uwe Vergadering hiernevens aan te bieden een rapport van Curatoren van het Gymnasinm betrekkelijk de be noeming van een leeraar in de oude talen aan bet Gymnasium, ter vervulling van de vacature ontstaan ten gevolge van de benoeming van Dr. L. Punt tot Conrector. Bij het rapport van Curatoren is gevoegd een afschrift van het advies van den Inspecteur der Gymnasia, terwijl bedoelde rapporten met de betrekkelijke stukken der sollicitanten in de Leeskamer ter inzage van de leden zijn nedergelegd. Door Curatoren zijn op de aanbevelingslijst van benoembaren ge plaatst 1°. Dr. H. Van Gelder, leeraar aan het Gymnasium te Breda. 2®. Dr. P. De Koning, te Dordrecht. 3°. P. M. Bolderman, candidaat in de letteren te Leiden Wij geven Uwe Vergadering alsnu in overweging tot eene benoeming over te gaan. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 205. Leiden, den September 1891. De Commissie van Financiën heeft de eer U mede te deelen, dat zij geene bedenkingen heeft op den in hare handen gestelde supple- toiren staat van begrooting, dienst 1891, van het H. G. of Arme Wees- en Kinderhuis alhier, strekkende om het batig saldo der rekening van 1890 aan te wenden tot geldbelegging. Zij neemt derhalve de vrijheid U voor te stellen dezen staat goed te keuren. Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën. N°. 301» Leiden, 16 September 1891. Naar aanleiding van nevensgaand verzoek van de Wed. F. Van Teutem geven wij Uwe Vergadering in overweging aan adressantc wegens vestiging in de gemeente, terugbetaling te verleenen van schoolgeld, lager onderwijs, voor hare dochter leerlinge van de Meisjes school le klasse over de maanden Juli en Augustus tot een bedrag van f 10. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Aan den Gemeenteraad van Leiden. Geeft met verschuldigden eerbied te kennen Dorothea Wilhelmina Maria Mulié, weduwe van Frederik Van Teutem wonende te Leiden. Dat bare dochter Emma Augusta sedert 1 September 1891 gebruik maakt van het onderwijs op de Meisjesschool le klasse. Daar zij in Augustus 11. uit Nederlandsch-Indië is teruggekeerd heeft haar dochter niet vroeger van het onderwijs gebruik kunnen maken. Reden waarom zij zich wendt tot UEd. met het verzoek dat aan haar restitutie mag worden verleend voor het betaalde schoolgeld van de maanden Juli en Augustus een bedrag van f 10. 't Welk doende, Leiden, 10 September 1891. UEd. Dienstw. Dienaresse, D. W. M. Van TeutemMulié. N®. 307. Leiden, 8 September 1891. Onder overlegging van nevensgaande verzoeken geven wij Uwe Vergadering in overweging terugbetaling van schoolgeld, lager onderwijs wegens vestiging in de gemeente met I September jl. te verleenen aan: de Wed. Dr. G. C. SteynisNoordziek voor eene dochter, leer linge der Meisjesschool le klasse en een zoon leerling der Jongens school le klasse over de maanden Juli en Augustus, tot een bedrag van 15 en aan de Wed. H. C. De Graaf, voor een zoon, leerling der Jongensschool 2e klasse over de maanden Juli en Augustus tot een bedrag van f 2.66 Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Aan den Gemeenteraad van Leiden. Geeft met verschuldigden eerbied te kennen Mevrouw de Wed. Dr. G. C. SteynisNoordziek, dat zij zich met 1 September 1891 metterwoon in deze gemeente heeft gevestigd; dat twee harer kinderen sedert dien tijd als leerlingen tot de Jongens- en Meisjesschool le klasse zijn toegelaten; dat door haar het verschuldigde schoolgeld van het eerste kwartaal 1891/92 ten volle is betaald; dat zij nochthans meent, op grond der Verordening van 18 October 1887 (Gembl. n°. 1 van 1888) aanspraak te kunnen maken op gedeeltelijke teruggave van het betaalde school geld. Redenen waarom zij tot Uwe Vergadering het verzoek richt haar wel teruggave te willen verleenen van hetgeen door haar over het loopende kwartaal te veel werd betaald. 't Welk doende, Leiden, 7 September 1891. Mevr. de Wed. Dr. G. C. Steynis—Noordziek. WelEdele Heeren! De ondergeteekende verzoekt beleefdelijk restitutie van 2 maanden schoolgeld betaald voor haren zoon Alfurt De Graaf, daar zij sedert 1 September zich hier heeft gevestigd. Met Hoogachting, Leiden, 8 September 1891. Wed. H. C. De Graaf, Hooigracht 106. N#. 308. Leiden, 9 September 1891. Wij hebben de eer U mede te deelen dat in de Leeskamer ter inzage van de leden is nedergelegd een plan voor de oprichting van een Archiefgebouw met Concierge-woning op den Vestwal tusschen den Vliet en de Kaiserstraat, waarvan de kosten zijn geraamd op f 40000, waarvoor door de erven van wijlen den heer A. J. Krantz

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1891 | | pagina 33