GEMEENTERAAD VAN LEIDEN,
29
INGEKOMEN STUKKEN.
N°. SO. Leiden, 13 April 1891.
Wij hebben de eer U hierbij over te leggen een ver/.oek van den
Bibliothecaris der Rijks-Universiteit alhier omtrent de overdracht van
boekwerken der I. Instelling aan de Bibliotheek met hel
daarover ingewonnen advies van Curatoren der genoemde Instelling.
Tegen de inwilliging van hel verzoek beslaan evenmin als bij
Curatoren bij ons College bezwaren.
Wij geven Uwe Vergadering mitsdien in overweging:
1°. de boekwerken bedoeld sub 1 en 2 van hel schrijven van den
Bibliothecaris, na de opheffing der 0.1. Instelling aan de Rijksbihliothcek
af te staan en
2°. ons College te machtigen aan den Minister van Koloniën te
verzoeken de sub 3 bedoelde boekwerken na de ophelling der In
stelling te willen zenden aan de Bibliotheek der Ryks-Universitejl
alhier.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en WTeth. van Leiden.
Leiden, 24 Maart 1891.
Naar aanleiding van hel besluit op 5 Maart 11. door den Gemeente
raad genomen betreffende de opheffing van de gemeentelijke Instelling
tol opleiding van Oost-Indische Ambtenaren heb ik de eer mij tol
UEA te wenden wegens de door het Gemeentebestuur aan de Uni-
versiteils-Bibliolheek in bruikleen gegeven boeken, welke het Ministerie
van Koloniën aan die Instelling zendt.
Ik neem bij dezen de vrijheid aan UEA in overweging te geven
1®. alle in bruikleen afgestane werken in eigendom aan de Univer-
siteils-Bibliotheek af te staan, omdat de Bibliotheek door ze terug te
geven beroofd zou worden van tijdschriften, die vaak geraadpleegd
worden, zoodat een groot ongerief zou ontslaan, terwijl de gemeente
geenc koloniale boekerij bezit en die ook niet zal aanleggen;
2". de overige boeken, die de gemeente bezit en in het gebouw
der Instelling zijn, aan de Universileits-Bibliotheek over te dragen;
3°. aan het Departement van Koloniën te verzoeken na het eindigen
van den loopenden cursus de geschenken, w elke de Instelling ontving,
aan de Universileits-Bibliotheek te willen zenden, omdat anders een
twintigtal vervolgwerken eensklaps zoude geslaakt worden, waarvan
het Departement toch een exemplaar ter beschikking heeft. Slechts
een drietal zou ik hiervan uilzonderen, daar het Departement daarvan
ook een exemplaar aan de Bibliolhpek zendt; d. i. de Regen- en
Magneelische Waarnemingen, en het Jaarboek van het Mijnwezen.
Aan WelEdA. Fill. Burg. en De Bibliothecaris.
Weill, van Leiden. Dr. W. N. Du Rieu.
Leiden, 9 April 1891.
In antwoord op Uw schrijven van 27 Maart jl. n". 267, hebben wij
de eer U mede te deelen, dat wij gaarne het voorstel en verzoek
van den Bibliothecaris der Rijks-Universiteit, U gedaan bij zijne Missive
van 24, Maart jl. n°. 104, ondersteunen. Bedoelde Missive gaat hierbij
terug.
Aan HH. Burg. en Weth. Curatoren der Gemeente-inrichting tol
van Leiden. opleiding van U. I. Ambtenaren.
De Kanter, Voorzitter.
J. A. Van Hamel, Secretaris.
S*. 90
LICHTSTERKTE.
Resultaten der waarnemingen aan de Gasfabriek te Leiden van
5—11 April 1891.
Nc.
Datum.
Uur.
Aantal.
Gemiddelde Eng. Slandkaarsen.
1
April
5
6.30—8.30
7
16.4
2
6
6.30—8.30
8
16.0
3
7
6.30—8.15
7
16.0
4
8
6.30—8.30
8
16.2
5
9
6.30—8.30
7
16.0
6
10
6.30—8.45
8
16.0
7
11
6.30—8.30
8
16.0
N®. 91. Leiden, 16 April 1891.
Naar aanleiding van nevensgaand verzoek van E. Van Loon, hebben
wij de eer U mede te deelen dat diens zoon J. P. Van Loon op 31
Maartjl. de Hoogere Burgerschool heeft verlaten aangezien adressant
zich metterwoon heeft moeten verplaatsen door een beroep als predi
kant naar elders, en dat ecne dochter van adressant leerlinge dei-
Meisjesschool le klasse die school iu April heelt verlaten.
Er beslaan alzoo termen gunstig op het verzoek te beschikken, op
grond waarvan wij Uwe Vergadering in overweging geven aan adres
sant wegens vertrek uit de gemeente
1®. vrijstelling of terugbetaling te verleenen van schoolgeld voor
zijn zoon, leerling der Hoogere Burgerschool voor Jongens over het
laatste kwartaal van den cursus 1890/91
2°. terugbetaling te verleenen van schoolgeld voor zijne dochter
leerlinge der Meisjesschool le klasse over de laatste twee maanden
van het tweede kwartaal 1891, tot een bedrag van f 10.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Aan den EdelAchtb. Raad der gemeente Leiden.
Geeft met verschuldigden eerbied te kennen E. Van Loon, predikant
te Sassenheim, dat hij door zijn vertrek naar elders zich verplicht
ziel op 31 Maart zijn zoon Johan Potter de Hoogere Burgerschool en
in April zijne dochter Fenna de school 1e klasse voor uitgebreid
lager onderwijs te doen verlaten.
Reden waarom hij beleefd verzoekt ontheven te worden wat den
eerste belieft van de betaling van het schoolgeld over het laatste
kwartaal van hel schooljaar 1890/9i en wat de laatste aangaat van
de betaling over de maanden Mei en Juni.
't Welk doende,
Sassenheim, 11 April 1891. E. Van Loon, Predikant.
Nu. 92. Leiden, 16 April 1891.
Wij hebben de eer U mede te deelen dat de pacht van de opbrengst
der bruggelden aan de Spanjaardsbrug, bij proces-verbaal van open
bare verpachting van 23 Januari 1888 gegund aan Pieter Komen
onder Leiderdorp voor de som van 630 per jaar met 1 Mei a. s. is
geëindigd.
Vermits ten gevolge van de vernieuwing der Spanjaardsbrug bij
Raadsbesluit van 2 April jl. een gewijzigd tarief voor de heffing van
bruggeld is vastgesteld, waarvoor concessie aan de Regeering is aan
gevraagd, kan thans geene nieuwe verpachting plaats hebben.
Wij zijn met den pachter voorloopig overeengekomen de pacht nog
met drie maanden te verlengen op grond waarvan wij Uwe Verga
dering in overweging geven de opbrep^st van de bruggelden aan de Span
jaardsbrug voor deu tijd van drie maanden, ingaande 1 Mei 1891 le
verpachten atm den tegenwoordigen pachter P. Komen voornoemd,
onder de bestaande voorwaarden.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N® 93. Leiden, den 16 April 1891.
Onder overlegging van nevensgaande stukken hebben wij de eer
Uwe Vergadering mede te deelen dat er ook bij ons geene beden
kingen bestaan legen de inwilliging van het verzoek van G. J. Klok
man, om ontslag uit zijne betrekking van tweeden onderwijzer aan
de openbare Jongensschool 2e klasse.
Wij geven U derhalve in overweging hem hel ontslag eervol te
verleenen met ingang van 15 Mei e. k.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Aan den Raad der gemeente Leiden.
EdelAchlbare Heeren!
Wegens zijne benoeming tot hoofd eener inrichting voor uitgebreid
lager onderwijs te Kinderdijk verzoekt de ondergeteekende bij dezen
beleefdelijk eervol ontslag uil zijne"betrekking als 2e onderwijzer
der openbare Jongensschool 2e klasse alhier, in te gaan zoo mogelyk
den 15en Mei e. k.
Met verschuldigden eerbied noemt hij zich
Uw dienslv. dienaar,
Leiden, den 14cn April 1891. G. J. Klokman.
Aan den EdelAchtb. Heer Burgemeester van Leiden.
De ondergeteekende heeft de eer UEd. Achtbare te antwoorden,
dat er bij hen» geen bezwaar bestaat tegen de inwilliging van het
verzoek van den onderwijzer G. J. Klokman, om eervol ontslag uit
zijne betrekking op 15 Mei e. k.
Het hoofd der openbare Jongensschool 2c kl.
Leiden, 15 April 1891. J. D. Van Wijk.
N'. 94. Leiden, 17 April 1891.
Naar aanleiding van nevensgaand verzoek van den Kapitein der
Infanterie, E. Van Rijssen, geven wij Uwe Vergadering in overweging
aan adressant wegens vestiging in de gemeente met 1 Februari jl.
terugbetaling van schoolgeld, lager onderwijs, te verleenen, voor één
kind, leerlinge der Meisjesschool le klasse en één kind leerling der
Jongensschool le klasse over de maand Januari jl. tot een bedrag
van f 7.50.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Aan den Raad der gemeente Leiden.
Geeft met verschuldigden eerbied te kennen:
E. Van Rijssen, Kapitein der Infanterie, wonende Plantsoen 41, dat
hij zich met 1 Februari dezes jaars metterwoon in deze gemeente
heeft gevestigd
dat twee zijner kinderen sedert dien tijd als leerlingen tol de
Jongens- en Meisjessehool le klasse zijn toegelaten,
dal door hem het verschuldigde schoolgeld voor hel bezoeken dier
scholen voor het le kwartaal ten volle is betaald.
dat hij nochthans meent op grond der Verordening van 13 October
1887 (Gemeenteblad n®. 1 van 1888) aanspraak te kunnen maken op
gedeeltelijke teruggave van het betaalde schoolgeld.
Redenen waarom hij tot Uwe Vergadering het verzoek richt om
hein teruggave te willen verleenen van hetgeen hem over het le
kwartaal te veel is betaald.
't Welk doende enz.,
Leiden, 15 April 1891. E. Van Rijssen.
Te Leiden ter Boekdrukkerij van Gebroeders Mure.