GEMEENTERAAD VAN LEIDEN. 25 INGEKOMEN STUKKEN. N®. 45. Leiden, 9 Maai't 1889. De Commissie van Financiën heeft onderzocht het in hare handen gestelde voorstel van Burg. en Wetli. tot aankoop van Nationale Werke lijke schuld ten name der Gemeente, voor een bedrag van hoogstens 25610. Zij veroorlooft zich daaromtrent in de eerste plaats op te merken, dat in dit voorstel reeds eene rechtvaardiging ligt van haar verzet tegen liet aangaan cener eonversieleening voor een bedrag vvn 600000. Dat toch, terwijl eerst enkele maanden geleden eene leening is gesloten tegen een koers van 96 pCt., thans meer dan f 25000 moet worden belegd in boven pari staande schuldbrieven, schijnt haar niet van zuinig financieel beleid te getuigen. Tot aanneming van het voorstel van Burg. en Wetli. zooals het daar ligt, kan de Commissie niet adviseeren. Zij geeft boven aankoop van' inschrijving op het Grootboek de voor keur aan buitengewone aflossing. Deze is voor ie gemeente voordeeliger; immers de Nederlandsche Staatsschuld, die zou moeten worden aangekocht, staat boven pari, terwijl de aflossing zou geschieden a pari. Bij aflossing bespaart de de gemeente dus volle 3| pCt. per jaar van het voor aflossing gebezigde bedrag, bij aankoop van inschrijving trekt zij minder. Bovendien biedt de laatste dit nadeel, dat zij de gemeente aan verlies door daling der koersen blootstelt. Buitengewone aflossing is tegenover de houders der schuldbrieven, ook uit een zedelijk oogpunt, volkomen geoorloofd, nu de leening 1 meden pari is op de markt gebracht en dus aflossing a pari hen eer bevoordeelt dan benadeelt. Mochten te eeniger tijd wat nog niet is te voorzien voor de gemeente uitgaven noodig worden, door buitengewone ontvangsten te dekken en mocht daartoe alsdan het overschot der leening niet voldoende zijn, de gemeente zou aan eene buitengewone aflossing in 1889 het recht ontleenen om aldan de gewone aflossing te beperken of zelfs drie jaren achtereen niet te doen plaats hebben. Ook uit dit oogpunt bestaat er dus tegen buitengewone aflossing geen bezwaar. De Commissie heeft de eer Uwe Vergadering op deze gronden te adviseeren, het voorstel van Burg. en Weth. niet aan te nemen, maar te besluiten. 1°. dat van de pCt geldleening ad ƒ600000 in 1889 zal worden afgelost 33000. 2®. tot verhooging van de begrooting voor 1888 met 13510 door in ontvangst Volgn. 43. Andere ontvangsten niet tot de vorenstaande behoorende met die som te verhoogen, en in uitgaaf Volgn. 167 Aflossingen van geldleeningen ter voorziening ln buitengewone werken te verhoogen met 21000 en Volgn. 181. Aankoop van inschrijvingen op het Grootboek der Nat. Werk. Schuld te verlagen met f 7490. Tot toelichting van de beide laatstgenoemde cijfers zij opgemerkt dat op den post Aflossing van geldleeningen der begrooting voor 1888 nog beschikbaar is een bedrag ƒ4000, zoodat eene verhooging met ƒ21000 voldoende is, om een bedrag van f 25000 te kunnen aflossen, over den dienst 1888. Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën. N°. 46. LICHTSTERKTE. Resultaten der waarnemingen aan de Gasfabriek te Leiden van 3—9 Maart 1889. N°. Datum. Uur. Aantal. Gemiddelde Eng. Stnndkaarsen. i Maart 3 5.15-7.— 7 17.4 2 4 5.15—7.— 8 17.2 3 5 5.15—7.15 7 17.2 4 6 5.15—7.15 8 17.2 5 7 5.15—7.15 7 16.8 6 8 5.15—7.— 8 17.0 7 9 5.15—7.15 8 17.0 N®. 4Ï. Leiden, den 11 Maart 1889. Na overleg met den Voorzitter der Commissie van Fabricage hebben wij de eer U mede te deelen dat er bij ons geen bezwaar bestaat tegen het verleenen van vergunning aan J. Van Schie, om een stoep te leggen op openbaren gemeentegrond vóór de huizen in de Morschtraat n°. 10 en 12. Wij geven U derhalve in overweging de gevraagde vergunning te verleenen onder voorwaarde dat de stoep worde afgesloten met palen en gordingen en niet meer dan één meter buiten den gevel uit springen. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Leiden, 21 Februari 1889. De ondergeteekende verzoekt beleefd aan Uw Edele Achtb. hceren Burg. en Weth. der gemeente Leiden om een stoep en twee palen met ijzers te mogen plaatsen, het laatste om reden, dat er gedurig met wagens wordt overgereden en op of voor gezet, voor het perceel Morschstraat n°. 10 en 12 voorheen Galgstraat. Met achting, Johannes Van Schie, Woonplaats Levendaal n". 172. N°. 48. Leiden, 11 Maart 1889. Naar aanleiding van nevensgaand adres hebben wij de eer U mede te deelen dat M. F. P. Waller Zeper leerling is van de derde klasse der Iloogere Burgerschool voor de vakken wis- en natuurkunde tegen betaling van een schoolgeld van i 40 en dat de adressant reeds sedert lang liet plan had te gaan verhuizen, hetgeen thans spoedig zal geschieden. Er bestaan o. i. alzoo termen in deze de betrekkelijke bepaling van de Verordening op de heffing van schoolgeld toe te passen, zoodat wij Uwe Vergadering in overweging geven aan adressant vrijstelling te verleenen van de betaling van schoolgeld voor zijn zoon, leerling der Iloogere Burgerschool voor Jongens, over het laatste kwartaal van den cursus 1888/89, tot een bedrag van ƒ10, en zulks wegens ver trek van de school op grond van verhuizing vóór 1 Juni 1889. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Aan den EdelAchtbaren Gemeenteraad van Leiden. Ondergeteekende O. P. Waller Zeper te Noordwijk, geeft met ver- schuldigden eerbied te kennen: dat zijn zoon Marius Frans Philip dagelijks de lessen volgt aan de Hoogere Burgerschool te Leiden, dat door verandering van woonplaats en onze verplaatsing naar Loosduinen hij na 1 Juni a. s. de lessen in den Haag aan de Hoogere Burgerschool zal bijwonen; dat ik gaarne door Uw College werd vrijgesteld van betaling van het laatste kwartaal schoolgeld, aanvangende 1 Juni a. s. op grond van verhuizing. 't Welk doende, Noordwijk, 8 Maart 1889. O. P. Waller Zeper. N°. 49. Leiden, 18 Maart 1889. Wij hebben de eer U mede te deelen dat op 16 Maart jl. door ons voor de gemeente is aangekocht het perceel aan de Breestraat n". 60, gelegen naast de Gehoorzaal voor de soin van 6400 en geven Uwe Vergadering in overweging dien aankoop goed te keuren door vast stelling van het hierbij overgelegd concept-besluit. Het bezit van bedoeld perceel, hetwelk geheel wordt ingesloten door de Gehoorzaal, is voor de gemeente van groot belang met het oog op eene eventueele uitbreiding dier localiteit. Tevens stellen wij U voor te besluiten dat de koopsom en de kosten ad 704 zullen worden gevonden uit de Buitengewone ont vangsten, Opbrengst van geldleening, te welken einde een suppletoire staat tot verhooging van de begrooting, dienst 1889,' met 7104 hierbij ter vaststelling wordt aangeboden. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. De Raad der gemeente Leiden. Gezien de artt. 137 en 194 litt. c der Gemeentewet. Heeft besloten tot aankoop van het perceel Breestraat n°. 60 voor 6400, met bepaling dat de koopsom en de kosten zullen worden gevonden uit de Buitengewone Ontvangsten. Aldus gedaan ter openbare vergadering van Aan den Gemeenteraad. N°. 50. Leiden, 18 Maart 1889. Bjj Raadsbesluit van 28 Februari jl. werd aan A. B. Stijger ver gunning verleend tot demping van een gedeelte der Rijnsburgersingel- sloot. Sedert zijn nog verzoeken ingekomen van I. Iraans en van J. D. Kiek van gelijke strekking wat betreft het gedeelte sloot voor de perceelen Rijnsburgersingel n°. 9 en n°. 1, tegen de inwilliging waarvan bij ons evenmin bezwaar bestaat. Na overleg met de Commissie van Fabricage geven wij Uwe Ver gadering alzoo in overweging aan adressanten, behoudens voor zooveel noodig de vergunning van het Hoogheemraadschap van Rijnlaud en van Gedeputeerde Stalen, vergunning te verleenen de gedeelten der Rijnsburgersingelsloot gelegen langs hunne bovenvermelde perceelen voor hunne rekening te dempen en hun den gedeiupten grond tot wederopzeggens in gebruik te geven tegen betaling van een jaar- lijksche recognitie van 35 cent per centiare, onder bepaling dat de rooiing en de uitvoering geschiede op aanwijzing van den Gemeente- Architect, de grond wordt voorzien aan het uiteinde door een be hoorlijke schoeiing ten einde tegen uitzakking te beveiligen, alles met een ijzeren hek wordt afgescheiden, voor voldoenden afvoer van de in het te dempen gedeelte liggende riolen of loozingen wordt gezorgd, tot afvoer van het hemelwater van den singelweg een ijzeren kolk (gemeente-model) met loozing wordt geplaatst overeenkomstig de aan wijzing van den Gemeente-Architect, een en ander ter beoordeeling van Burg. en Weth. en dat de grond alleen tot tuin wordt aangelegd- en gebruikt. Het maken van een kolk is noodig omdat de lengte van het ge dempte gedeelte te groot wordt om zonder deze op voldoende wijze het water van den weg af te voeren. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Aan Edel-Achtbaren HH. Burg. en Weth. der gemeente Leiden. Geeft met verschuldigde hoogachting te kennen I. Imans wonende aan den Rijnsburgersingeln°. 9, dat hij in verband met de verleende vergunning aan den heer A. B. Stijger tot het dempen van een ge deelte sloot aan genoemden singel, nogmaals op zijn verzoek van 9 Juli 1887 aan Burg. en Weth. terugkomt, om mede toestemming te vragen tot het deinpen van het gedeelte sloot voor zijne woning, aangezien de toestand onhoudbaar is, bevestigd door nevensgaand schrijven van Dr. Van Kaathoven. Daar het toch voor hem onmogelijk is, om de aangrenzende eigenaars te dwingen om mede te werken tot demping der geheele sloot, 9

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1889 | | pagina 1