27
Zifting van Donderdag 17 Mel 1888.
geopend, 's namiddags te twee uren.
Voorzitter: de Meer Burgemeester L. M. DE LAAT DE KANTER.
Te behandelen onderwerpen:
1°. Benoeming van een Regent van het Gereformeerd Minne- of Arme
Oude Mannen- en Vrouwenhuis. (79)
2°. Idem van een derden onderwijzer aan de school 3de klasse
n°. 3. (82)
3°. Idem van een derde onderwijzeres aan de school 4de klasse
n'. 2. (95)
4°. Verzoek van J. C. A. Binnendijk, om ontslag als derde onderwijzer
aan de school 3de klasse n". 3. (78)
5°. Verzoek van P. Van der Meer en andere handelaren in brandstoffen
omtrent de wijze van den verkoop en aflevering van de cokes der
Gasfabriek. 181)
6°. Idem van R. Koekkoek, ter bekoming in gebruik van eene strook
grond aan het Plantsoen. (83)
7". Idem als voren, om twee bruggen te mogen leggen over de
Zoeterwoudsche singelsloot. (83)
8®. Idem van J. D. B. Brouwer, om twee steenen pilasters te mogen
plaatsen aan den Middelweg. (84)
9°. Voorstel tot wijziging van de verordening op de heffing en invor
dering van eene belasting voor plaatsen op de onderscheidene
markten. (85 en 94)
10°. Verzoek van J. G. G. Oudegeest, om terugbetaling van schoolgeld,
lager onderwijs. (86)
11®. Idem van A. J. Verbrugge, om vrijstelling van de betaling van
schoolgeld, Hoogcrc Burgerschool voor Jongens. (87)
12'. Idem als voren van Mevrouw Van Cattenbureh, Gymnasium. (87)
13". Idem als voren van Mevrouw C. J. Heintz, Gymnasium. (90)
14®. Voorstel betrekkelijk de overneming in erfpacht van duingrond
ten behoeve van de Leidsche Duinwater-Maatschappij. (91)
15°. Verzoek van P. De Wekker, om een stoep te leggen aan de
Kraaierstraat. (92)
16°. Idem als voren van J. W. Boehmer aan de Raamsteeg. (92)
17°. Idem van Aug. Emmerich, om vrijstelling van de betaling van
boeten wegens te late oplevering van bruggen. (40 en 56)
18°. Rekening van den Schuttersraad over 1887. (77)
19°. Idem van het Gereformeerd Minne- of Arme Oude Mannen- en
Vrouwenhuis. (97)
Tegenwoordig waren 25 leden, als de hoeren: Le Poole,
Van Reenen, Fockema AndreaeVan Hamel, Schneither, Alma,
Zaaijer, Du Rieu, Juta, Zillesen, Van Butlingha Wichers, Knappert,
Bool, Was. Kaiser, De Goejc, Hasselboch, Zaalberg, Koctser, Tieleman,
Cock, De Sturlcr, Verstcr van Wulverhorst, Van der Hoeven en de
Voorzitter.
Afwezig was met kennisgeving de heer Driessen.
De Notulen van het verhandelde in de vorige Vergadering van 19
April worden gelezen en goedgekeurd.
De Voorzitter deelt inedc dat zijn ingekomen:
1°. Dispositie van de Gedep. Staten van Zuid-Holland dd. 17/19
April jl., B. n°. 1020, (3e afd.) G. S. n°. 78, ten geleide van het goed
gekeurd Raadsbesluit tot het onder de hand verhuren aan den Kerke-
raad der Ned. Herv. gemeente van het gebouw de Armenkerk voor
den tijd van 5 jaren tegen den huurprijs van 25 'sjaars.
2°. Idem als voren dd. 17/20 April jl, B. n°. 1004, (3e afd.) G. S.
n°. 76/2 tot het doen van af- en overschrijving op de begrooting,
dienst 1888, ad 300 (kosten uitbreiding personeel voor het Her-
halings-onderwijs).
3". Missive van de Ged. Staten van Zuid-Holland, dd. 24/27 April jl.
B. n°. 1101 (3e afd.) G. S. n°. 50 ten geleide van het goedgekeurd
kohier van de Plaats. Directe Belasting, dienst 1888.
4°. Missive van den Minister van Binnenl. Zaken, dd. 19 April jl.
n°. 1214', afd. O, houdende mededeeling dat voor het jaar 1888 ten
behoeve van het Gymnasium een rijks subsidie van 8602 is
verleend.
5°. Idem als voren dd. 11 Mei j!. n°. 1379, afd. O, houdende mede
deeling dat het Raadsbesluit tot benoeming van Dr. J. S. G. Gleuns
tot leeraar aan het Gymnasium wordt goedgekeurd.
6°. Missive van Dr. J. S. G. Gleuns, dd. 4 Mei, houdende kennis
geving dat hij de benoeming tot leeraar aan het Gymnasium aanneemt.
7°. Kennisgeving van de heeren Dr. D. De Loos en Dr. J. G. Van
der Sluys dat zij de op hen uitgebrachte benoeming tot lid van de
Sted. Werkinrichting aannemen.
Worden voor kennisgeving aangenomen.
De Voorzitter legt vervolgens over:
1°. Verzoek van H. Peltenhurg e. a. in zake eene verlaging van de
Verversbrug.
Wordt gesteld in handen van Burg. en Weth.
2°. Verslag over 1887, omtrent den toestand van het Gymnasium.
Wordt opgenomen in het Gemeenteverslag, dat wordt gedrukt en
aan de leden toegezonden.
3°. Verzoek van mej. M. E. De Visser, om ontslag als derde onder
wijzeres aan de school 4e klasse n°. 1.
4°. Idem van J. Bolt, tot demping van een gedeelte Zijlsingelsloot.
5°. Idem als voren van F. Van Kampen.
6°. Idem van van Dr. W. C. Van Manen, om restitutie van betaald
schoolgeld voor zijn pupil II. Machicls, leerling van het Gymnasium.
7". Idem van de firma R. M. Bcuth ds Zonen tot overbouwing van
de Zegersteeg.
8°. Verzoek van Bs. Den Hoed te Zoeterwoude, tot het leggen van
een brug over de sloot langs den Hoogcn Rijndijk.
9°. Idem van de Wed. Reiners, lot het leggen van eene brug over
de Rijnsburgersingelsloot.
10°. Idem van de afdeeling Alfen en Omstreken der IIoll. Maatsch.
van Landbouw omtrent de bepalingen der politieverordening ten
aanzien van den boterhandel.
Worden gesteld in handen van Burg. en Weth.
Nog wordt medegedeelt.
1°. Dat, ingevolge Raadsbesluit van 4 Juni 1863, volgens den
rooster, de Commissie voor de Loting bij de Schutterij dit jaar zal zijn
samengesteld uit de leden C. G. Tieleman en Mr. F. Was, terwijl de
leden J. A. Van Hamel en A. L. De Sturler de Commissie van Onder
zoek bij de Schutterij zullen uitmaken en dat ingevolge hetzelfde
Raadsbesluit al de overige Raadsleden als plaatsvervangers zijn aan
gewezen.
2°. De loting heeft plaats des voormiddags, op een dag in het laatst
van Juni; de Commissie van Onderzoek houdt twee zittingen, de eene
omstreeks half Juni, de andere omstreeks half Juli, beide des namid
dags le 6 uren.
3°. Dat thans f 40.000 is belegd in prolongatie bij de Leidsche Bank.
Aan de orde is alsnu:
I. Benoeming van een Regent van het Gereformeerd Minne- of Arme
Oude Mannen- en Vrouwenhuis.
(Zie Ing. St. n°. 79.)
De Voorzitter. Mag ik de heeren Fockema Andreae, Alma en
Van Hamel verzoeken met mij het stembureau uit le maken?
De uitslag der stemming is dat met 22 stemmen wordt benoemd,
de heer M. J. Eigeman de heer C. II. Pleyte bekwam 2 stemmen.
II. Idem van een derden onderwijzer aan de school 3e klasse n°. 3.
(Zie Ing. St. n°. 82.)
Boenoemd wordt met 23 stemmen de heer Pieter Cornelis Schreuder,
één briefje was in blanco.
III. Idem van een derde onderwijzeres aan de school 4e klasse n°. 2.
(Zie Ing. St. n°. 95.)
Benoemd wordt met 23 stemmen Mej. Johanna Hendrika Peléén
briefje was in blanco.
De Voorzitter. Ik dank de heeren stemopnemers voor hunne wel
willende medewerking.
IV. Verzoek van J. C. A. Binnendijk, om ontslag als derde onder
wijzer aan de school 3e klasse n°. 3.
(Zie Ing. St. n*. 78.)
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming tegen 15 Mei
een eervol ontslag verleend.
V. Verzoek van P. Van der Meer en andere handelaren in brand
stoffen omtrent de wijze van den verkoop en aflevering van cokes der
Gasfabriek.
(Zie Ing. St. n°. 81.)
De heer Cock. Slechts een enkel woord, M. d. V.Ik zal stemmen
vóór de conclusie zooals die door Burg. en Weth. is vastgesteldmaar
ik wil niet geacht worden mij te vereenigen met af de beschouwingen
die in het Rapport van de Commissie van de Gasfabriek voorkomen.
Daar ik echter tot dezelfde conclusie kom, acht ik 't overbodig in
breedvoerige besprekingen hierover te treden,
(De heer Van der Hoeven komt ter Vergadering.)
De lieer Juta. Met de conclusie van de rapporten van Burg. en
Weth. en van de Commissie voor de Gasfabriek, dat bij den verkoop
van de cokes de belangen van de gemeente moeten op den voorgrond
staan, zal zich zeker iedereen kunnen vereenigen, immers met alle
onderwerpen, de gemeentebelangen rakende, moet zulks 't geval zijn.
Maar 't zou mij leed doen wanneer door dit besluit van den Raad
naderhand de kleinhandelaren in hun bedrijf zoodanig belemmerd
zouden worden, dat zij het zouden moeten opgeven. Daarom wcnschte
ik aan Burg. en Weth. een verzoek te doen, nl., om die menschen
met wat zachtheid te behandelen, zoodat hun broodwinning niet met
ondergang worde bedreigd.
De Voorzitter. Een kort woord in antwoord aan den heer Juta.
Ik geloof dat ik zou kunnen volstaan met te verwijzen naar dat ge
deelte van het Rapport der Commissie van de Gasfabriek, waarin
wordt aangetoond dat te Leiden de gemiddelde prijs van de cokes
nog 4 centen lager is dan in den Haag; dus wel een bewijs, dat hier
de neiging niet bestaat om den prijs buitengewoon hoog op te
drijven.
Wij moeten echter de zaak in haar geheel nemen. Wij exploiteeren
een Gasfabriek; een van de producten dier fabriek is cokes. Wij
moeten de geheele onderneming op zoodanige wijze beheeren, dat
alle belanghebbenden dat zijn al de ingezetenen er alle voor
deden van trekken.
Wij gaan daarmede, zooals in ons rapport is aangetoond, met overleg
te werk en doen niet wat men noemt »tirer le diable par la queue",
want in den Haag maakt men gemiddeld 4 centen meer, zooals ik
reeds zeide, en wjj zouden dus nog hoogere prjjzen kunnen bedingen.