li Kil EE ME IIA AII VAN LEIDEN.
N°.
Datum.
Uur.
Aantal.
Gemiddelde Eng. Standkaarsen
1
Mei
22
7.45-9.15
7
17.0
2
23
7.45—9.15
7
17.3
3
24
7.45—9.30
8
17.5
4
25
7.45-9.15
7
17.6
5
26
7.45—9.30
8
17.5
6
27
7.45—9.30
8
17.5
7
28
7.45 -9.30
8
17.3
INGEKOMEN STUKKEN.
N° I «6. Leiden, 23 Mei 1887.
De Commissie van Financiën heeft de eer Uwe Vergadering te
berichten, dat liet onderzoek der in hare handen gestelde rekening
der verantwoording van de Stads Bank van Leening over 1886, tot
gecne bedenkingen heeft geleid.
Zij stelt U daarom voor die rekening goed te keuren: in ontvangst
ad 373131,58, in uitgaaf ad ƒ353106,06, alzoo opleverende een saldo
van ƒ20025,52, waarvan in de eerstvolgende rekening door HH. Com
missarissen verantwoording zal behooren te worden gedaan.
Verder geeft zij U in overweging het dividend ad 2599,77 in de
gemeentekas te doen storten.
Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën.
N°. tO?. Leiden, 26 Mei 1887.
Blijkens het hierbij overgelegd rapport der Commissie van Fabricage
zal de som van 1600, op Volgn. 103, Onderhoud van huizen, torens,
poorten en dergelijke van de begrooting voor dit jaar uitgetrokken
voor besteigeringherstellen en verven van den stadhuistoren, niet
voldoende wezen, maar zal een bedrag van 1600 meer worden ver-
eischt voor herstellingen waarvan de noodzakelijkheid eerst na de
besteigering kon blijken.
Wij geven Uwe Vergadering in overweging tol de vaststelling over
te gaan van den hierbij gevoegden staat van af- en overschrijving,
strekkende tot verhooging van het bovenaangehaald artikel der be
grooting, dienst 1887, met 1600, te vinden door afschrijving van den
post voor Onvoorziene Uitgaven.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Leiden, 24 Mei 1887.
Op de begrooting van het loopende jaar is onder art. 103 uitge
trokken eene som van 1600 voor het besteigeren, herstellen en
verven van den stadhuistoren, maar eerst na het besteigeren kon een
nauwkeurig onderzoek naar de vereischte herstellingen worden inge
steld. Na de besteigering die bij openbare aanbesteding voor de som
van f 600 is aangenomen, bleek bij dit onderzoek, dat de toestand
over het geheel genomen goed was en in het opgaande werk geen
scheuren zijn ontdekt, maar dat verschillende herstellingen, vooral
wat de loodbedekking betreft, hoog noodzakelijk zijn, waarvan de
kosten worden geraamd op 550 extra, makende met de geraamde
som van f 1000 voor het verfwerk en de voorziene herstellingen,
een bedrag van 1550.
Bij verder onderzoek kwam de toestand van den traptoren in cy-
lindrischcn vorm naast den toren gebouwd, in aanmerking daar het
bovengedeelte van het metselwerk bepaald gevaarlijk kan genoemd
worden, waarvan de herstelling bezwaarlijk kan worden uitgesteld,
die ongeveer 1050 zal kosten.
De Commissie van Fabricage, acht zich dus verplicht voor testellen,
om de bij art. 103 toegestane som met 1600 te verhoogen.
Aan HH. Burg. en Weth. der De Commissie van Fabricage,
gemeente Leiden.
N°. lOS. Leiden, 9 Juni 1887.
Onder overlegging van nevensgaande verzoeken geven wij Uwe
Vergadering in overweging, restitutie van betaald schoolgeld, lager
onderwijs, te verleenen;
1°. aan Jhr. C. J. Strick van Linschoten voor 2 kinderen leerlingen
der Jongensschool Ie klasse, wegens vestiging van het gezin in de
gemeente in April, over het tweede kwartaal 1887, tot een bedrag
van 7.50 over de maand April, terwijl, blijkens overgelegde ge
neeskundige verklaring, de kinderen wegens ziekte eerst in Mei naar
de school konden worden gezonden, en
2®. aan S. Kutsch Lojenga voor één kind, leerlinge der Meisjes
school le klasse, wegens vestiging in de gemeente in Mei over het
tweede kwartaal 1887, tot een bedrag van 5 over de maand April.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Aan den Gemeenteraad van Leiden.
Geeft met verschuldigden eerbied te kennen Jhr. C. J. Strick van
Linschoten
dat hij zich met 15 April van 's Gravenhage metterwoon in deze
gemeente heeft gevestigd;
dat twee zijner kinderen sedert 9 Mei als leerlingen tot de jongens
school le kl. zijn toegelaten;
dat daar hem het verschuldigde schoolgeld voor het bezoeken dier
school, over het 2e kwartaal ten volle is betaald;
dat hij nochtans meentop grond van art. 2 der verordening van
den llen November 1880 (Gemeenteblad n°. 9 van 1882), aanspraak
te kunnen maken op gedeeltelijke teruggave van het behaalde school
geld.
Redenen waarom hij tot Uwe vergadering het eerbiedig verzoek
richt, hem wel teruggave le willen verleenen van hetgeen door hem
over het loopende kwartaal te veel werd betaald.
't Welk doende,-
Leiden, 24 Mei 1887. Sthick v. L.
Aan den Gemeenteraad van Leiden.
Geeft met verschuldigden eerbied te kennen Salvus Kutsch Lojenga,
doopsgezind predikant te dezer stede,
dat hg zich 15 Mei aan zijne gemeente alhier heeft verbonden;
dat hij niet eerder in de gelegenheid was zijn dochtertje le plaatsen
op de school van Mej. Jesse;
dat de plaatsing op die school tusschentijds dus niet willekeurig,
maar afhankelijk was van de omstandigheden, onafhankelijk van
zijnen wil;
dat hij zijn dochtertje echter niet gaarne langer van onderwijs
verstoken liet blijven;
dut hij 't evenwel bezwaarlijk vindt voor de resteerendc anderhalve
maand van 't loopend kwartaal de gehccle som voor 't volle kwartaal
verschuldigd te betalen;
dat hij zich daarom tot UEdcI-Achlb. wendt met 't beleefd maar
dringend en naar zijne meening billyk verzoek om hem de helft van
't reeds betaalde schoolgeld alsnog te restitueeren.
't Welk doende enz.,
Leiden, 24 Mei 1887. Uw. dw. dr.,
S. Kutsch Lojenga.
N°. IO®. Leiden, den 28 Mei 1887.
Wij hebben de eer U mede te deelen dat er ook bij ons geene
bedenkingen bestaan tegen de inwilliging van het verzoek van den
heer Johannes Petri, om tegen primo September a. s. eervol ontslagen
te worden uit zijne betrekking van eersten onderwijzer aan de school
der 4e klasse n®. 2.
Wij geven U derhalve in overweging bedoeld eervol ontslag tegen
genoemd tijdstip te verleenen
Dc betrekkelijke stukken worden hierbij overgelegd.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weill, van Leiden.
Aan den Gemeenteraad van Leiden.
Geeft met verschuldigden eerbied te kennen Johannes Petri, onder
wijzer le klasse aan de openbare school 4e klasse n°. 2,
dat hjj wegens vijf en zestigjarigen ouderdom en veertigjarigen
dienst, tegen primo September 1887, beleefdelijk eervol ontslag ver
zoekt uil zjjne betrekking.
't Welk doende,
Leiden, 26 Mei 1887. Uw Onderd. Dienaar,
J. Petri.
Leiden, 28 Mei 1887.
Bij dezen heb ik dc eer U te berichten, dat mijnerzijds geene be
zwaren bestaan tegen de voldoening aan het verzoek van den heer
Johannes Petri, om wegens vjjf en zestigjarigen leeftijd en veertig
jarigen dienst tegen primo September 1887 eervol ontslagen te wor
den uit zijne betrekking van eersten onderwijzer aan dc openb. lag.
school 4e kl. n°. 2.
Het hoofd der openb. lag.
Aan HH. Burg. en Weth. der school 4e kl. n®. 2,
gemeente Leiden. J. M. Prins.
IS". IIO. Leiden, den 2 Juni 1887.
De Commissie van Financien heeft de eer Uwe Vergadering mede
te deelen dat er bij haar geene bedenkingen bestaan tegen de inwil
liging van het verzoek van de firma Jaeger Co. tot het in eigen
dom bekomen van een gedeelte aangeplempt water ter grootte van
70 centiaren, zijnde een gedeelte van het kadastrale perceel n°. 884
van den Vestwal bij de voormalige Marepoort. Zij geeft U derhalve
in overweging bedoeld gedeelte aangeplempt water aan de genoemde
firma in eigendom af te staan tegen den door Burg. en Weth. voor-
geslelden prijs van 0.50 per centiare en tegen betaling van de
kosten van overdracht.
Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financien.
N°. Kil.
LICHTSTERKTE.
Resultaten der waarnemingen aan de Gasfabriek te Leiden van
22—28 Mei 1887.
Dit beteekent: Wanneer men 5 cubic feel 141.6 Liters
per uur van zulk gas verbrandt, in een Sugg's London Argand Stan
dard burner n°. 1, met 24 gaatjes, een licht wordt verkregen, dat in
sterkte gelijk staat met 17.0, 17.3 enz. Standaardkaarsen, waarvan
elke kaars 20 grains 7.8 grammen Spermaceti per uur verbrandt.
Namens de Commissie der Gasfabriek
D. Van der Horst.