3 Zitting van Donderdag 27 Januari 1887. geopend 's namiddags te twee uren. Voorzitter: de Heer Burgemeester L. M. DE LAAT DE KANTER. Te behandelen onderwerpen: 1°. Verzoek van Dr. W. Rutgers van der Loeff, om continuatie als Stads Genees- en Heelkundige. (6) 2°. Voorstel betrekkelijk de belegging van gelden over het dienst jaar 1886. (3 en 9) 3'. Verzoek van G. Van Eeden Sr. te Noordwijk, om een waterstoep en een vlot te leggen aan de Haarlemmertrekvaart. (7) 4°. Idem van J. C. Spaargaren te Oegstgeest, om een aanlegplaats te maken en een hek te plaatsen nabij de Kwaakbrug. (7) 5". Idem van G. Van Eeden, ter bekoming van grond aan de Haarlemmertrekvaart. (7) 6'. Idem van J. C. Spaargaren, tot bekoming in eigendom van het visclihuisje op de Aalmarkt. (7) 7®. Idem van W. F. A. Marijt en H. De la Rie, ter bekoming van grond aan den Zuidsingel. (7) 8®. Idem van gebr. Smittenaar, tot het leggen van eene brug over de Zijlsingelsloot. (7) 9°. Voorstel tot verkoop van boomen ter rooiing. (7) 10°. Idem betrekkelijk de verhuring van het huis op de Aalmarkt. (8) Tegenwoordig waren 24 leden, als de heerenDriessen, Was, Kaiser, De Goeje, Vos, Knappert, Van Buttingha Wichers, Van Hoeken, Le Poole, Van Reenen, Fockema Andreae, Land, Alma, Zaaijer, Du Rieu, Bredius, Juta, Krantz, Bool, De Fremery, Zaalberg, Verster van Wul- verhorst, Van der Hoeven en de Voorzitter. De notulen van het verhandelde in de vorige vergadering worden gelezen en goedgekeurd. De Voorzitter deelt mede, dat zijn ingekomen: 1*. Dat op 13 Januari jl. heeft plaats gehad de opneming van de boeken en de kas van den gemeente-ontvanger, waarvan proces verbaal is opge maakt dat ter inzage in de leeskamer is nedergelegd en in afschrift is gezonden aan de Ged. Staten. De Voorzitter legt vervolgens over: 1°. Verzoek van J. Van Stolk Jr., om afschrijving van plaats, directe belasting, dienst 1886, wegens verandering van woonplaats. 2°. Verzoek van M. Lagerenberg, om vergunning tot het leggen van een vaste brug over en een schoeiing te plaatsen in de Witte Singelsloot. Wordt gesteld in handen van Burg. en Weth. 3°. Supplet. staat van begrooting, dienst 1886, van het Gereformeerd Minne- of Arme Oude Mannen- en Vrouwenhuis. Wordt gesteld in handen van de Commissie van Financien. 4°. Adres van werkeloozen om maatregelen te nemen tot verschaffing van werk enz. Dit adres luidt aldus: Motie voorgesteld en aangenomen door de Werkeloozen op hun vergadering van 24 Januüri 1887 gehouden in de Stads-Gehoorzaal te Leiden en gericht aan' 't Edel-Achtbaar Bestuur der stad Leiden als volgt: Edel-Achtbare Heeren De vergadering van werkeloozen overwegende dat door de wanver houdingen in de Maatschappij, de daaruit vloeiende werkeloosheid niet te weêrhouden is, dat die toestand onhoudbaar is, en daar de werkman geen bedelaar is, en mag zijn, maar steeds werken wil voor zijn on derhoud, stelt voor: 1®. om van gemeentewege direct werk te ver schaffen, zooals het dempen van stinkgrachten, die schadelijk zijn voor de gezondheid des volks in 't algemeen; 2°. om bruggen te herstellen die thans niet doelmatig zijn voor het passeerende volk en vervoer tuigen; 3°. om arbeiderswoningen te laten bouwen en die te verhuren tegen den kostenden prijs, daarbij te bepalen een normalen arbeidsdag en 't loon om als mensch van te kunnen bestaan4°. een wet in 't leven te roepen op den arbeid, en het vaststellen van een normalen arbeidsdag van 8 uur, door die wet. Dit zijn eenigszins enkele middelen tot indirecte hulp en om de werkeloozen direct ter hulp te komen, verlangen zij middelen om van te kunnen leven, en ten slotte, daar men in 't geluk? lees ongeluk verkeert te Leiden een Stadsbank van Leeniüg te bezitten, wordt ten spoedigste verlangt van stadswege teruggave, zonder betaling van beleengelden van alle goederen bestemd tot dekking van het menschelijk lichaam, zoowel voor den nacht als voor den dag. De Commissie der Werkeloozen, Namens de werkeloozen, C. Kleerens. De Blansjaar. W. Van Putten. J. De Wolf. P. Kouwenberg. C. Keerens, Gortestraat n°. 54 te Leiden. Wordt gesteld in handen van Burg. en Weth. Nog wordt medegedeeld. 1°. Dat de inrichtingen bedoeld bij art. 179 litt. u der Gemeentewet door Burg. en Weth. zijn bezocht en dit bezoek tot geene opmerkingen heeft aanleiding gegeven. 2°. Dat thans ƒ20.000 in prolongatie is belegd bij de Leidsche Bank. 3°. Dat de verkiezing van een lid van den Gemeenteraad ter ver vulling van de vacature ontslaan ten gevolge van het overlijden van den heer H. C. Hartevelt zal plaats hebben op Dinsdag 22 Februari a. s en dat in het hoofdbureau zitting zullen hebben de HH. dr. G. Zaal berg en dr. M. J. De Goeje en in het hulpbureau de heer P. Alma Lz. als voorzitter en de heeren dr. T. Zaaijer en dr. P. J. Kaiser als leden. Aan de orde is alsnu: I. Verzoek van Dr. W. Rutgers van der Loeff, om continuatie als stads- genees- en heelkundige. (Zie Ing. St. n°. 6.) De Voorzitter. Mag ik de heeren Was, Kaiscr en Verster uitnoo- digen met mij het stembureau te willen uitmaken? Dr. W. Rutgers van der Loeff, wordt gecontinueerd met 22 stemmen zijnde één briefje in blanco. De Voorzitter. Ik dank de leden van het stembureau voor de ge nomen moeite. II. Voorstel betrekkelijk de belegging van gelden over het dienst jaar 1886. (Zie Ing. St. n°. 3 en 9.) De Voorzitter. De Commissie van Financiën heeft geen beden kingen tegen dit voorstel. Zij heeft reeds rapport uitgebracht, dat thans echter nog in proef staat. Mag ik den heer Secretaris ver zoeken dat rapport voor te lezen? Na voorlezing van het rapport wordt dit punt zonder discussie of hoofdelijke stemming goedgekeurd. De heer Van der Hoeven komt ter Vergadering. III. Verzoek van G. Van Eeden Sr. te Noordwijk, om een waterstoep en een vlot te leggen aan de Haarlemmertrekvaart. (Zie Ing. St. n°. 7.) Zonder discussie of hoofdelijke stemming goedgekeurd. IV. Idem van J. C. Spaargaren te Oegstgeest, om een aanlegplaats te maken en een hek te plaatsen nabij de Kwaakbrug. (Zie Ing. St. n°. 7.) De heer Fockema Andreae. M. d. V.! Naar aanleiding der conditie die het Dag. Bestuur sub. c. voorstelt aan deze vergunning te ver binden en luidende: »dat door ieder wordt betaald een recht van één gulden 'sjaars ten behoeve van de eigenaars der Haarlemmertrek vaart," heb ik een kleine opmerking. Ik zou nl. willen voorstellen om in plaats van »de eigenaars der Haarlemmertrekvaart" te lezen »de Gemeente Leiden", aangezien wij niet kunnen bedingen ten be hoeve van een derden. De Voorzitter. Bij het Dag. Bestuur bestaat geen bedenking tegen uw voorstel. Ik neem het derhalve over. Thans wordt dit punt zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd. V. Idem van G. Van Eeden, ter bekoming van grond aan de Haar lemmertrekvaart. (Zie Ing. St. n®. 7.) Zonder discussie of hoofdelijke stemming goedgekeurd. VI. Idem van J. C. Spaargaren, tot bekoming in eigendom van het vischhuisje op de Aalmarkt. (Zie Ing. St. n®. 7.) Zonder discussie of hoofdelijke stemming afwijzend beschikt. VIL Idem van W. F. A. Marijt en H. De la Rie, ter bekoming van grond aan den Zuidsingel. (Zie Ing. St. n°. 7.) De Voorzitter. Naar aanleiding van een opmerking, die ons ge maakt is, wensch ik eene kleine opheldering te geven. Oorspronkelijk werd het hier bedoelde stukje grond, zooals uit de stukken blijkt, in gebruik gegeven aan zekeren Voswinkel in het jaar 1824; en tot vóór korten tijd was het in het gebruik bij zekeren C. Blom. De wijze waarop die grond in den loop der tijden in andere handen en ten slotte in die van Blom overging is niet volkomen regelmatig, want niettegenstaande de vergunning tot gebruik aan Voswinkel personeel was gegeven als eigenaar van het daar naast gelegen stuk grond, ging dit stukje grond stilzwijgend over in handen van de verschillende eigenaars van het huis en den grond waarvan Voswinkel oorspron kelijk eigenaar was. Zoo is het ook laatstelijk in gebruik geweest bij den bedoelden C. Blom. De tegenwoordige eigenaars van het huis en erf, de adressanten wier request wij nu behandelen, komen nu bij den Raad met het verzoek om dit stukje grond in eigendom te mogen bekomen, dat door verschillende vorige eigenaars feitelijk doch niet op regelmatige wijze in gebruik was genomen. Het komt Burg. en Weth. voor dat dit verzoek ingewilligd kan worden. De heer Van Hoeken. M. d. V.! Niet om deze voordracht te be strijden heb ik het woord gevraagd, maar om aan te toonen hoe on gelijk hier de prijs voor aangevraagde gronden wordt bepaald. Op 8 Januari 1879 vraagden mijn firmanten en ik 408 centiaren grond van de gedempte Minnebroersgracht, waarna bij Raadsbesluit van 13 Februari d. a. v. ons die grond werd afgestaan voor 5 per centiaren. Inmiddels is door ons in een eenvoudig, maar niet minder duidelijk request aangetoond, dat die koopprijs in verhouding van andere af gestane gronden ons te hoog voorkwam. Dat mocht ons echter niets baten. Burg. en Weth. grondden hun eisch voornamelijk daarop, dat die gronden niet geschikt en niet gevraagd waren tot het bouwen ven woonhuizen, die in de personeele belasting konden worden aan-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1887 | | pagina 1