121 N°. 31». LICHTSTERKTE. Resultaten der waarnemingen aan de Gasfabriek te Leiden van 28 November—4 December 1886. Datum. Uur. Aantal. Gemiddelde Eng. Stnndkaarscn. Nov. Dec. 28 4.15-5.30 29 4.6.— 30 4.6.15 1 4.6.15 2 4.6.— 3 4.6.— 4 4.6.15 7 8 8 7 7 8 8 18.4') 17.5 16.9 17.4 16.8 17.5 17.7 Dit beteekent: Wanneer men 5 cubic feet 141.6 Liters per uur van zulk gas verbrandt in een Sugg's London Argand Stan dard burner n°. 1 met 24 gaatjes, een licht verkregen wordt, dat in sterkte gelijk staat met 18.4, 17.5 enz. Standaardkaarsen, waarvan elke kaars 20 grains 7.8 grammen Spermaceti per uur verbrandt. Namens de Commissie der Gasfabriek, D. Van der Horst. N°. 319. LICHTSTERKTE. Resultaten der waarnemingen aan dc Gasfabriek te Leiden van 511 December 1886. N°. Datum. Uur. Aantal. Gemiddelde Eng. Standkaarsen. Dec. 5 6 7 8 9 10 11 4. 4.- 4.- 4.— 4.- 4.- 4.- -5.30 -6.15 6.- -6.30 fl.15 -6.— 7 7 8 8 7 8 8 18.5') 17.7 17.3 16.6 16.8 18.3 17.3 Dit beteekent: Wanneer men 5 cubic feet 141.6 Liters per uur van zulk gas verbrandt in een Sugg's London Argand Stan dard burner n°. 1 met 24 gaatjes, een licht verkregen wordt, dat in sterkte gelijk staat met 18.5, 17.7 enz. Standaardkaarsen, waarvan elke kaars 20 grains 7.8 grammen Spermaceti per uur verbrandt. Namens de Commissie der Gasfabriek D. Van der Horst. N'- 320. Leiden, 16 December 1886. Ten gevolge van het overlijden van den Hoogleeraar Dr. A. E. Simon Thomas, is de betrekking van Praelector in de verloskunde alhier vacant geworden, omtrent de vervulling waarvan wij het advies hebben verzocht van de Faculteit van Geneeskunde. Blijkens het hierbij overgelegd rapport is door de Faculteit met de meeste welwillendheid aan ons verzoek voldaan, terwijl wij ons met den inhoud daarvan geheel kunnen vereenigen. Wij geven Uwe Vergadering alsnu in overweging tot de benoeming van een Praelector in de Verloskunde met ingang van 1 Januari a. s, te gaan. Aan den Gemeenteraad. over Burg. en Weth. van Leiden. Leiden, 13 December 1886. In antwoord op Uw schrijven d°. 25 Nov. II. N°. 879 omtrent dc vacature van het Praclectoraat in de Verloskunde door het overlijden van den Hoogleeraar Dr. A. E. Simon Thomas, heeft de Faculteit van Geneeskunde de eer U mede te deelen, dat zij meent dat voor die be trekking, uit den aard der zaak, en met het oog op hel Verloskundig on derwijs aan de Universiteit, dc nieuwbenoemde Hoogleeraar in de Verlos kunde Dr. H. Treub, alhier, alleen in aanmerking kan komen en dat zij derhalve adviseert ZEd. voor die betrekking aan den Gemeenteraad voor te dragen. Aan Burg. en Weth. van Leiden. De Faculteit van Geneeskunde, T. Zaaijer, Voorzitter. G. D. L. Huet, Secretaris. N'. 331. Leiden, 16 December 1886. Door Regenten van de R. C. armen en het Wees- en Oudeliedenhuis is voorgesteld eenige wijzigingen te brengen in het Reglement dier instellingen, waaromtrent het advies van de Commissie voor de Huis houdelijke Verordeningen door ons is ingewonnen, terwijl blijkens de hierbij overgelegde stukken Regenten geen bedenkingen hebben tegen de wijzigingen door de Commissie voorgesteld. Wij geven Uwe Vergadering alsnu in overweging: De derde zinsnede van art. 1 der Verordening van 11 Augustus 1864 houdende Reglement voor het Armbestuur en het Wees- en Oudeliedenhuis der Roomsch Calholieken, (Gemeenteblad ne. 10 van dat jaar) gewijzigd bij Verordening van 15 April 1871 (Gemeente blad N®. 10 van dat jaar) te wijzigen als volgt: In het Wees- en Oudeliedenhuis worden opgenomen, verzorgd en verpleegd: 1*. minderjarige, wettige, ouderlooze kinderen binnen deze ge meente verblijf houdende, op vertoon der daartoe noodige bewijzen; 2°. minderjarigen, op contract, met Regenten door de verzorgers dier kinderen aan te gaan. 3". personen, die met geene mogelijkheid in hun eigen onderhoud kunnen voorzien en in den regel den ouderdom van 60 jaren hebben bereikt. Art. 2. Het bestuur wordt gevoerd door ten minste vier en ten hoogste acht Regenten.1' Art. 3. De Regenten worden door den Gemeenteraad, op voordracht van het Bestuur dezer instellingen, benoemd, geschorst en ontslagen. Wanneer het Bestuur benoeming van een of meer Regenten boven het minimum noodzakelijk acht, dient het eene voordracht in van twee personen, waaruit de keuze geschiedt. Zoodra het aantal Regenten tot drie is gedaald, moet die voordracht binnen twee maanden worden ingediend. In art. 4 weg te laten het woord »Regentessen." Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Aan den Raad der Gemeente Leiden. Regenten van de R. L. Armen en het Wees- en Oudeliedenhuis al hier, geven met verschuldigden eerbied te kennen: Dat zij, door verschillende omstandigheden daartoe geleid, hoofd zakelijk door de vermindering van het aantal weezen, ten gevolge van verpleging in het huisgezin en in andere gestichten, alsook door de vereenvoudiging in de armenadministratie, ten gevolge van de wet van 1 Juni 1870, Staatsblad N°. 85, eene wijziging wenschcn voor te stellen in art. 2 van de verordening van den 11 Augustus 1864, Ge meenteblad N". 10, en dat artikel te lezen. "Het bestuur wordt gevoerd door minstens drie en hoogstens acht Regenten." pat zij vermeenen het beheer over deze instellingen van liefdadig heid, veilig te kunnen voortzetten zonder medewerking van dames Regentessen; omdat onder leiding van de Directrice van het gesticht, en met behulp van eene speciaal daarvoor aangewezen vrouwelijke suppoostevoldoende in de opvoeding der meisjes kan worden voorzien. Uat zij om bovengenoemde redenen, en door eigene ervaring, een bepaald getal van acht Regenten onnoodig achten; en overtuigd zijn dat ook een minder aantal voldoende in staat is, om zoowel het ad ministratief, als inwendig beheer, naar de bestaande voorschriften te regelen en te besturen. Dat zij verder voorstellen in verband met de wet van 1 Juni 1870, Staatsblad N°. 85, in artikel 1 te lezen. In het Wees- en Oudeliedenhuis worden opgenomen, verzorgd en opgevoed. Ie. minderjarige, wettige, ouderlooze kinderen binnen deze ge meente verblijf houdende, op vertoon der daartoe noodige bewijzen; 2e. minderjarigen, op contract, met Regenten door de verzorgers dier kinderen aan te gaan. 3e enz. Het is noodig voor de in paragraaf 2 genoemde minderjarigen, geene bepaalde som als minimum voor de opname aan te duiden, daar zich meermalen gevallen voordoen, dat het bestuur in de noodzakelijkheid is, om onverzorgde en verwaarloosde kinderen, tijdelijk al dan niet tegen betaling op te nemen. Art. 3. te lezen. De Regenten worden door den Gemeenteraad, op voordracht van het bestuur dezer instellingen, benoemd, geschorst en ontslagen. Voor elke vacature bestaat de voordracht uit twee personen, waaruit de keuze zal geschieden. In art. 4 weg te laten de woorden, »en Regentessen.'' Adressanten richten mitsdien tot UEdel Achtbaren het bescheiden en dringend verzoek om in de Verordening van den 11 Augustus 1864, Gemeenteblad N3. 10, gewijzigd bij de Verordening van den 15 April 1871, Gemeenteblad N°. 10, de hierboven gevraagde wijzigingen aan te brengen, met het doel om deze Gemeente-instellingen, wier nuttige strekking door elk weldenkende zal moeten worden erkend, ook voor de toekomst te verzekeren; en te bevestigen het doel harer stichting, omschreven in het octrooi van de Edel Mogende Staten van Holland en West-Friesland 13 Juli 1737, mét de daarbij bevolen superinten- dentie aan Burgemeesteren en Regeerders der stad Leiden, en wat door dezen is aanvaard bij hun besluit van 28 April 1758. 't Welk doende Regenten voornoemd, Leiden, den 16 November 1886. L. C. Quant, Voorzitter. J. J. Van Heeswijk, Secretaris. Leiden, 10 December 1886. Met terugzending van de stukken, gevoegd bij Uwe missive van 20 November 1886 N°. 861, hebben wij de eer U mede te deelen, dat wij ons over het algemeen met de voorstellen van Heeren Re genten kunnen vereenigen. Alleen hebben wij eenige bedenking tegen de voorgestelde wijziging van artt. 2 en 4. Terwijl het bestaande art. 2 voorschrijft, dat het bestuur gevoerd wordt door acht Regenten en vier Regentessen, wenschen Regenten, dat dit artikel aldus gewijzigd wordt: "Het Bestuur wofdt gevoerd door minstens drie en hoogstens acht «Regenten." Het gevolg van die wijziging kan zijn, dat het bestuur, tot het minimum van drie Regenten gedaald, bij ontstentenis van een hunner, tijdelijk bij twee Regenten berust. Dit achten wij bij zulk een ge wichtige administratie niet wenschelijk. Wij geven daarom in overweging art. 2 aldus te lezen: «Het Bestuur wordt gevoerd door ten minste vier en ten hoogste nacht Regenten." Evenmin kunnen wjj ons onvoorwaardelijk vereenigen met de voor- N®. 9

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1886 | | pagina 5