56
gelde leverantie van gas door gebrek aan de noodige gasbergruimte be
langrijke storing zoude moeten ondervinden.
Bovendien zal de hier bedoelde grond na verloop van korter of
langer tijd voor uitbreiding der gasfabriek moeten worden ingenomen.
Het is alzoo noodzakelijk dat het pclroleumpakhuis worde verwijderd
en het gebruik van den grond aan de belanghebbenden wordt opge
zegd, ten einde het gevaar worde opgeheven en de grond wederom
ter vrije beschikking kunne worden gesteld van Commissarissen der
Gasfabriek.
De heer Creyghtondie ten vorigen jare een verzoek had ingediend
ter bekoming van meer grond voor uitbreiding van de petroleuin-
bergplaats doch later dat verzoek heeft ingetrokkenis door ons reeds
op een en ander opmerkzaam gemaakt, terwijl hem is medegedeeld
dat de plaats ongeschikt is om voortdurend voor berging van petro
leum te worden gebezigd en dat alzoo hem het gebruik van den grond
zal moeten worden opgezegdwaarop door hem is te kennen gegeven
dat een ander voor dit doel meer geschikt terrein zal worden gezocht.
Verder is krachtens Raadsbesluit van 16 October 1873 mede een
gedeelte van het Raamland voor de oprichting van een petroleum-
bergplaats in gebruik gegeven aan de firma Weduwe Van Haansbergen
en Dutilh en de Weduwe Kreps. Deze grond is echter gelegen aan
de andere zijde van het Raamland en op aanmerkelijken afstand van
den gashouder, zoodat dit pakhuis geen brandgevaar oplevert. Bij
evenlueele uitbreiding van de Gasfabriek, b. v. wanneer de oprichting
van een nieuwen gashouder noodig mocht blijken zoude echter ook
dat gedeelte van het Raamland ter beschikking van Commissarissen
der Gasfabriek moeten worden gesteld.
Hoezeer alzoo eene spoedige ontruiming van laatstbedoeld pakhui»
niet 'noodig is, zullen echter belanghebbenden zich moeten voorbe
reiden op de mogelijkheid dat binnen korter of langer tyd door hen
in eene andere gelegenheid tot berging van petroleum zal moeten
worden voorzien.
Wij geven Uwe Vergadering alsnu in overweging het gebruik van
den grond van het Raamland krachtens de bovenaangehaalde Raads
besluiten aan de firma Verkouw dl Stokhuizen en J. L. Creyghton in
gebruik gegeven voor de oprichting van een petroleumpakhuis op te
zeggen met dien verstande dat vóór 1 Januari 1887 de grond moet
zijn ontruimd.
Voor de inrichting van eene bergplaats blijft dan voldoende tijd
beschikbaar, terwijl de beslissing omtrent de opzegging van het ge
bruik van den grond aan de firma Weduwe Van Haansbergen
Dutilh en de Weduwe Kreps, voorloopig kan worden aangehouden.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N'. 132. Leiden, 20 Mei 1886.
Op 28 Januari jl. heeft plaats gehad de openbare verhuring van de
twee huizen op de Aalmarkt n°. 5 en 6, voor den tyd van drie jaren,
ingaande 1 Mei 1886.
De huur van het huis n°. 5 is alstoen gegund aan den eenigen
inschrijver J. Brummelkamp voor 300 per jaar, terwijl voor bet
huis n°. 6, tot 1 Mei jl. verhuurd aan P. Du Croix voor 300geene
inschrijving was ingekomen.
Thans heeft de heer P. A. Van Aken, Ingenieur-Administrateur der
Leidsche Duinwater-Maatschappij, verzocht het huis te huren voor
ƒ300 per jaar en voor den lijd van drie jaren in te gaan 1 Augus
tus a. s.
Vermits tegen de inwilliging van dit verzoek bij ons in gcenerlei
opzicht bedenkingen bestaan, geven wij Uwe Vergadering in over
weging bet huis op de Aalmarkt, n°. 6, te verhuren aan P. A. Van
Aken voor de som van 300 per jaar, en zulks voor den tijd van
drie jaren, in te gaan 1 Augustus 1886 met de bevoegdheid aan
huurder en verhuurder om de huur ten allen tijde te doen eindigen
mits daarvan minstens zes maanden te voren kennis gevende.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N'. 133. Leiden, 20 Mei 1886.
Blykens nevensgaand rapport van de Commissie van Fabricage zijn
eenige herstellingen noodig in de woning van den Directeur der
Kweekschool voor onderwijzers en onderwijzeressenHoofd der leer
school, waarvan de kosten worden geraamd op ongeveer ƒ700. Ver
mits door de aangegeven veranderingen aan de bestaande bezwaren
kan worden te gemoet gekomen en daardoor eene verbouwing on-
noodig wordt, die eene uitgave van ongeveer 1900 zoude vorderen
en waarvan het gevolg zoude wezen dat de woning tijdelijk buiten
gebruik zoude moeten worden gesteld, vereenigen wij ons met bet
voorstel der Commissie en geven wij Uwe Vergadering in overweging
tot de voorgestelde herstellingen te besluiten en den post Volgn 144
der begrooting voor dit jaar, Kosten der Kweekschool voor onderwij
zers met 700, te verhoogen, te vinden door afschrijving van den
post voor Onvoorziene uilgaven.
De staat van af- en overschrijving wordt hierbij ter vaststelling
aangeboden.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Leiden, 18 Mei 1886.
Van den Directeur der Kweekschool voor Onderwijzers en Onderwijzeressen
komen van tyd tot tijd klachten in over den toestand der muren en
den ondraag'lijken stank in zijne woning op de Oude Vest. Bij een
gehouden onderzoek is gebleken dat de zij- en achtergevels zijn op-
gelrokken zonder trasraam en van zacbten steen, die vocht opzuigen
zoodat het behangsel steeds loslaat en vochtplekken zichtbaar zijn.
Een afdoende maatregel zou zijn, om de bedoelde muren geheel
af te breken en opnieuw op te bouwen van beter materiaal, maar
daarvoor zullen de kosten ongeveer 1900 bedragen, waaronder be
grepen zyn, die voor het behangen der kamers en veranderen van den
schoorsteen in de suite, terwijl onvermijdelijk is, dat bel huis voor
eenigen tyd onbewoonbaar wordt.
Een minder kostbaar middel van herstel zou zijn, het brengen van
een gemetselde laag van isolecrstcendie het voortdurend optrekken
van vocht van den grond verhindert, en den muur in de suite waar
het gebrek zich het meest vertoont door eene beschieting en het
maken van een tweetal kasten aan het oog te onttrekken, waarvan
de kosten worden geraamd op f 510.
Daarenboven kan de stank in de voorkamer die vermoedelijk ont
staat door het gebrek aan lucht onder den vloer, verdwijnendoorden
steenen vloer, welke onder den houten ligt, te doen zakken en de
opening, door de noodige roosters van lucht te voorzien en dien vloer
met Chloorzink te bestrijken, waarvan de kosten worden geraamd op
175.
Ue Commissie van Fabricage acht zich derhalve verplicht voor
te stellen, de som voor onderhoud der Kweekschool voor dit jaar
met 700 te verhoogen.
Aan lleeren Burg. en Weth. De Commissie van Fabricage,
der gemeente Leiden.
N°. 134. Leiden, 31 Mei 1886.
Wij nemen de vrijheid aan Uwe Vergadering een staat over te leggen
van de posten der begrooting voor 1885, welke gebleken zijn niet
voldoende te wezen ter bestrijding van de vereischle uitgaven tot een
totaal bedrag van 2600.86*.
Wij stellen U voor daarin te voorzien door afschrijving van den post
voor onvoorziene uilgaven.
Tot toelichting zij het volgende opgemerkt:
Volgn 75. Onderhoud van het Raadhuis 267.80*. De kosten voor
het ontdoen van den gevel van het Raadhuis van zijn verflaag hebben
89.60* meer bedragen dan daarvoor op de begrooling was uitge
trokken, terwijl de werkzaamheden aan de vestibule en gangmuren
in de woning van den concierge eene meerdere uitgaaf van 18.50
hebben vereischt.
Bovendien hebben bijzondere uitbreidingen aan gasleidingen en andere
herstellingen een extra uilgaaf van ƒ159.70 veroorzaakt, tengevolge
waarvan een tekort aanwezig is.
Volgn. 89. Onderhoud van wegen en voetpaden f 203.26. Het ont
stane tekort is een gevolg van de buitengewone werkzaamheden welke
door den aannemer van het onderhoud van den Zijldijk en Leider-
dorpschcnweg met bijbehoorende gebouwen zijn verricht, alsmede van
de meerdere kosten van herstelling wegens bekomen schade door aan
varing der Spanjaardsbrug, waarvoor in de Raadsvergadering van 24
December 1885 een bedrag van ƒ600 is toegestaan.
Volgn. 90. Onderhoud van wandelplaatsen en plantsoenen ƒ189.40.
Buitengewone herstellingen van banken en gemaakte uitbreiding aan
de volière, zoomede uitbetaling van extra arbeidsloonen hebben eene
meerdere uitgaaf op dit artikel veroorzaakt.
Volgn 97. Kosten voor het verstrekken van en den aanleg voor duin
water ƒ94.55'. Het plaatsen van meerdere drinkkranen dan aan
vankelijk was bepaald heeft een tekort op dit artikel tengevolge
gehad.
Volgn. 100. Onderhoud van gebouwen ƒ22181*. Bij Raadsbesluit
van den 24 December 1885 is dit artikel verhoogd met 3248ten
einde te voorzien in het ontstane tekort, vooreerst tengevolge van de
hoogere som welke bij eene nieuwe gehouden aanbesteding van het
dagelijksch onderhoud der gebouwen is bedongen, vervolgens door
de inrichting van twee hulpkantoren voor de Bank van Lcening
en eiudelyk voor de uitvoering van buitengewone werken aan
enkele gemeente-eigendommen. Nu die werkzaamheden en leverin
gen hebben plaats gehadblijkt dat de kosten daarvan de raming
hebben overschreden, waarom eene aanvulling op den post met
221.81' noodig is.
Volgn. 101a. Dag- en weekgelden der werklieden in dienst der
gemeente mitsgaders verdere kosten der fabricage 506.84. Door de
lang gevoelde behoefte aan uitbreiding van personeel zijn in den laatsten
tijd een groot aantal losse werklieden in dienst genomen, waardoor
de op de begrooling uitgetrokken gelden niet toereikend zijn om in
die behoefte te voorzien. Ook zijn in dit jaar meerdere arbeidsloonen
uit dit artikel moeten gevonden worden welke anders ten laste wer
den gebracht van de artikelen waarvoor gewerkt was, op welke arti
kelen dan ook in evenredigheid minder is uitgegeven. Een en ander
heeft eene overschrijding van de geraamde som ten gevolge gehad.
Aan arbeidsloonen is betaald f 17724.48' en aart bureaubehoeften is
uitgegeven 474.35* samen ƒ18198.84, terwyl een bedrag van 17692
was geraamd.
Volgn. 106. Kosten van toezicht en van invordering der Plaatselijke
belasting ƒ113.91. Het tekort op dezen post is ontslaan tengevolge
van de aan de waagwerkers verleende toelage ter tegemoetkoming
in de kosten van aanschaffing en onderhoud van wagens, gereed
schappen enz, waartoe in de Raadsvergadering van 20 November 1884
werd besloten.
Volgn. 107. Vergoeding aan het Rijk van 2j tenhonderd van het
onzuivere bedrag der opcenten ten behoeve der gemeente geheven
op de grond- e^n personeele lasten ƒ16.82. Hiervoor is op de be
grooting toegestaan 2250, terwijl te dier zake aan liet Rijk ver
schuldigd is f 2266.82, zoodat de post met 16.82 zal moeten
worden verhoogd.
Volgn. lil. Onderhoud der wachthuizen mitsgaders licht-en brand
stoffen voor dezelve ƒ17.48'.
De aanschaffing van verschillende benoodigdheden ten dienste van
het onderhoud heeft de raming overtroffen. Op de begrooling is slechts
een bedrag van ƒ900 uitgetrokken, terwijl ter zake in 1884 is uit
gegeven ƒ1133.73'. Voor 1886 bedraagt de raming ƒ1100.