zeer verschillende wijzen aangeboden en verkocht onder den naam van boter, roomboter of natuurboter en dit kwaad is zelfs zoo diep ingedrongen, dat er in ons land is opgericht eene vereeniging tot bestrijding van knoeierijen in den bolerhandel; die tracht in dien handel de eerlijkheid te herstellen door op verschillende wijzen er naar te streven, dat zoowel natuurboter als kunstboter, altijd onder den waren naam worden verkocht. Bij het bestaan van genoemde knoeierijen is het van zeer veel be lang, zoowel voor iederen producent, handelaar als markt, dat zij vertrouwen genieten, dat koopers en consumenten weten bij hen niet te zullen worden bedrogen. Dat vertrouwen, dien goeden naam heeft de Leidsche botermarkt altijd gehad, maar dat vertrouwen en die naam zullen groot gevaar loopen, wanneer het geoorloofd blijft aan dezelfde markt zoowel kunst- als natuurboter aan te voeren. Dat dit schadelijk zou zijn voor de markt zelve behoeft geen be toog, omdat, wanneer zydie hunne waar ter markt brengen, ont dekken dat de koopers de markt niet langer vertrouwengedwongen zullen zijn een andere markt voor hun produkt te zoeken. De Leidsche botermarkt is opgericht om aan de bewoners van de veerijke omstreken dezer stad de gelegenheid te geven hunne boter te verkoopen en de belangen der ingezetenen worden ten zeerste gebaat door den bloei van de marktdoor veel aanvoer en veel handel. Het is voorzeker een gemeentebelang om mede te werkendat die bloei op gcene enkele wijze wordt belemmerd en daarvoor moet het vertrouwen in de Leidsche botermarkt zooveel mogelijk behouden blijven. Daartoe is het noodig, dat het verboden wordt op de gewone Za- terdagsche botermarkt surrogaten van boter aan te voeren. Een der gelijke maatregel zal geene enkele industrie benadeelen omdat kunst boter in Leiden niet wordt gefabriceerd en de handel zich bepaalt tot consumtiehandeldie met eene markt niet te maken heeft. Tel kens als er kunstboter wordt aangevoerd geschiedt dit klaarblijkelijk met het doel om ze voor natuurboter aan den man te brengen en te bedriegen. Dat bedrog, het zij hier herhaald, kan schadelijk zyn voor den goeden naam en het vertrouwen dat de Leidsche markt over het al gemeen geniet en waarom de gevraagde maatregel ten zeerste ge- wenscht is. Het Bestuur der Afdeeling, J. Rinkes Borger, Voorzitter. Leiden, 25 Maart 1886, J. C. Smit, Secretaris. Leiden, 28 April 1886. Aan Heeren Burg. en Weth. der Gemeente Leiden. De Kamer van Koophandel en Fabrieken te Leiden, bij Uwe mis sive dd. 29 Maart jl. n". 268 uitgenoodigd haar advies te willen mede- deelen over het verzoek der afdeeling Leiden van de Hollandsche Maatschappij van Landbouw tot wijziging van de verordening op het gebruik van het Waag- en Boterhuisheeft de eer U daarop het vol- gende te antwoorden. Het Bestuur der genoemde afdeeling verzoekt dat de Gemeenteraad de verordening op het gebruik van het Waag- en Boterhuis in dien zin zal wijzigen, dat genoemd, gebouw des Zaterdagsmorgens tot 12 uren uitsluitend bestemd zal zijn tot het te koop aanbieden en ver handelen van boter en het verboden zal zijn tot dien tijd aldaar sur rogaten van boter, hoe ook genaamd, te koop aan te bieden of aan tc voeren» Dit verzoek is veroorzaakt omdat, volgens het bestuur der genoemde afdeeling, herhaaldelijk vaatjes zoogenaamde kunstboter gevonden worden tusschen de aan de botermarkt aangevoerde vaatjes natuur boter. Aan dit bezwaar is echter reeds vroeger te gemoet gekomen door een gedeelte van het Waaggebouw uitsluitend te bestemmen voor het verhandelen van kunstboter en door van die bestemming te doen blijken door het hoog en in het oogvallend plaatsen van een bord, waarop het woord «kunstboter" geschilderd is. Het blijkt dat van deze gelegenheid geen of zeer zeldzaam gebruik gemaakt wordt, zoodat mag worden aangenomen dat slechts bij uit zondering vaatjes kunstboter in de Leidsche Waag worden aangebo den. Immers de des Zaterdags aanwezige handelaars van natuurboter zouden wel onmiddellijk van de aanwezigheid van vaatjes kunstboter, tusschen de vaatjes natuurboter, kennis geven aan den Waagmeester of andere bevoegde macht, en dit is tot heden niet gebleken. De Kamer meent dus dat er onder deze omstandigheid geen termen zijn om aan het verzoek van adressante te voldoen. Ten einde echter aan het bezwaar, waarop het verzoek van het Bestuur der afdeeling gegrond is, nog meer te gemoet te komen, zoude het aanbeveling verdienen indien de tafels bestemd voor het te koop stellen van vaatjes kunstboter nog meer naar achteren, dus tusschen de pilaren en den achtergevel werden geplaatst, zoodat ze geheel afgescheiden zijn van de tafels waarop de vaatjes natuurboter geplaatst zijn. Het bord waarop het woord «kunstboter" geschilderd is, zoude dan tevens naar achteren moeten verplaatst worden. De Kamer van Koophandel en Fabrieken te Leiden, De Fremert, Voorzitter. N. L. J. Van Büttingha Wichers, Secretaris. N'. HO. LICHTSTERKTE. Resultaten der waarnemingen aan de Gasfabriek te Leiden van 18—24 April 4886. N°. Datum. Uur. Aantal. Gemiddelde Eng. Standkaarsen. 4 April. 18 6.45—7.30 7 48.5 2 19 6.45—7.45 7 18.3 3 20 6.45-7.45 7 18. 4 21 7. —8. 6 49. 5 22 7. —8. 7 19.4 6 23 7. —8. 6 18.3 7 24 7. -8. 6 48.5 Namens de Commissie der Gasfabriek, D. Van der Horst. No. 111. LICHTSTERKTE. Resultaten der waarnemingen aan de Gasfabriek te Leiden van 25 April—4 Mei 4886. N°. Datum. Uur. Aantal. Gemiddelde Eng. Standkaarsen. 4 April 25 7—8 6 47.6 2 26 7—8 7 48. 3 27 7—8 8 47.7 4 28 7-8 8 47.3 5 29 7-8 7 47.6 6 30 7—8 6 18.6 7 Mei. 4 7-8 7 18.9 Namens de Commissie der Gasfabriek, D. Van der Horst. Te Leiden ter Boekdrukkerij van GEBROEDERS MURÉ. Onderwerp: Waaggebouw. 0 0

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1886 | | pagina 3