GEMEENTERAAD VAN LEIDEN. 1 INGEKOMEN STUKKEN. Leiden, 11 Januari 1886. In verband met de voorwaarden der 41/, percents-geldleening ad ƒ125000, krachtens welke telken jare in de maand Januari de schuldbrieven bij loting worden aangewezen, die met 30 Juni d. a. v. aflosbaar zijn, zal evenals vorige jaren eene beslissing moeten worden genomen aangaande de bestem ming te geven aan de over 1885 ontvangen gelden die voor aflossing van schuld of kapitaalvorming moeten worden besteed. Op de begrooting voor 1885 is voor de jaarlijksche aflossing der 4V2 geldleening bovenbedoeld 4000 uitgetrokken voor Aankoop van Inschrij ving op het Grootboek ƒ12165, als 9315 uit de winst der Gasfabriek, 500 wegens verkoop van eigendommen, 69,30 wegens aflossing door de Kweekschool voor Zeevaart en 2280 wegens in het batig saldo van den dienst 1883 begrepen gelden, afkomstig van geldleening. In plaats van de als gewoonlijk geraamde som van 500 wegens ver koop van eigendommen enz. ontvangen gelden is ter zake werkelijk ont vangen 6881.50, als: van de firma De Koster en Co. voor een gedeelte Binnenvestgracht44 Wegens verkoop van grond aan het Plantsoen van Dr. B. J. Goossens45q W. G. Mansvelt te Wassenaar4140 M. Van der Wal te Leiderdorpjj 1245 1179.— 2271.— C. G. Keij en R. Koekkoek Van de Gemeente-Commissie van het Nederl. Herv. Kerkge nootschap voor een gedeelte der Zijlsingelgracht500. Ch. L. Van Doorn voor een gedeelte halve sloot langs het Haagsche en Delftsche trekpad38. P. Van Roon voor een stukje grond aan de Haarlemmervaart. 12.50 J. Van Veen voor een gedeelte halve sloot langs het trekpad bovengenoemd43 A. N. C. Van Hees voor een gedeelte halve sloot langs den Hoogen Rijndijk21 A. J. Rijshouwer voor idem53' G. Geijer voor afkoop eener recognitien 5. Totaal 6881.50 alzoo 6381.50 meer dan de gewone raming bedraagt, met welk bedrag de bovenvermelde som van 12165 uitgetrokken voor Aankoop van Inschrijving zal moeten worden verhoogd, uitmakende derhalve 18546.50. Daarentegen moeten de volgende uitgaven uit buitengewone ontvangsten worden gedekt, als 20000 krachtens raadsbesluit van 22 Augustus jl. tot uitbreiding van het kapitaal der gemeente in de Bank van Leening £0 8530 kiachtens raadsbesluit van 23 April jl. voor de verbouwing van de Bewaarschool in de Groenesteeg, waarvan de geheele kosten zijn geraamd op ƒ11500, terwijl ƒ2970 zal worden gevonden door afschrijving van het Grootboek van het legaat Van Leijden Gael ad 4500 21 per cents Inschrijving aan de Bewaarschool in de Groenesteeg in der tijd vermaakt. Het totaal bedrag van de uit buitengewone ontvangsten te vinden uit gaven bedraagt alzoo 28530. Van de 4 percents geldleening ad 500000 is op dit oogenblik nog beschikbaar ƒ68210,57. Zooals Uwe Vergadering bekend is, werd bij de vaststelling van het bedrag der te sluiten geldleening bij raadsbesluit van 8 Augustus 1882, mede gerekend op de kosten voor de oprichting van een nieuw schoollokaal, destijds geraamd op ƒ63000, waarvan 70°/ ad f 44100 ten laste van de gemeente zouden komen. Wij achten het niet raadzaam thans tot meerdere aflossing van de 4\ percents geldleening ad 125,000, thans nog bedragende 35,000, over te gaan dan daarvoor op de begrooting voor 1885 is uitgetrokken^ nl. van 4000, omdat bij meerdere aflossing alsdan tot dekking van dé bovenbedoelde uitgaven van 28,530, over een groot deel van het nog van de 4-percents geldleening overgebleven bedrag zoude moeten worden beschikt. Wenschelijker komt het ons voor die gelden zooveel mogelijk beschik baar te houden voor eventueele uitgaven, die uit buitengewone ontvang sten moeten worden gevonden, hetzij voor schoolbouw, hetzij voor andere werken, en de over 1885 ontvangen gelden bestemd voor kapitaalbeleg ging aan te wijzen tot gedeeltelijke dekking van de uitgaven wegens het aan de Bank van Leening verstrekt kapitaal en de verbouwing der Be waarschool. Vermits die uitgaven bedragen 28,530 en de voor beleg ging of aflossing bestemde gelden 18,546.50, zoude alsdan van het beschikbaar bedrag der 4-percents geldleening van 500,000 moeten worden afgeschreven 9983.50, zoodat daarvan zoude overblijven een bedrag van 58,227.07. Door deze bestemming te geven aan de bovenbedoelde kapitalen wordt bovendien dit voordeel verkregen, dat, zoolang over het restant der geldleening niet is beschikt, minder behoefte bestaan zal aan tijdelijke opneming van gelden ter voorziening in de behoefte aan kasgeld, waaraan steeds betrekkelijk aanzienlijke uitgaven zijn verbonden. Kan Uwe Vergadering zich met deze zienswijze vereenigen dan zal in den loop dezer maand tot de uitloting van vier schuldbrieven elk ad 1000 van de 4* percents geldleening ad 125,000 worden overgegaan, aflosbaar op 30 Juni a. s., waarvoor de gelden op de begrooting voor 1885 zijn uitgetrokken, en zal die leening op 1 Juli a. s. nog bedragen f 31,000. Wij geven Uwe Vergadering mitsdien in overweging te besluiten; 1°. dat van het overgebleven bedrag der 4-percents geldleening zal worden afgeschreven 9983.50, en 2°. dat van de 4y2 percents geldleening 4000 zal worden afgelost. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Leiden, 7 Januari 1886. Blijkens nevensgaande stukken is het dringend noodig dat in het onder wijs in de Gymnastiek aan de Hoogere Burgerschool voor Meisjes, de lagere Meisjesscholen l*ta en 2de klasse en de Kweekschool voor onderwij zers en onderwijzeressen, alsmede in het onderwijs in de vrouwelijke handwerken aan de Kweekschool tijdelijk worde voorzien wegens de ziekte van de leerares Mej. A. Risseeuw. Op dien grond geven wij Uwe Vergadering in overweging ons college de vereischte machtiging te verleenen om in de tijdelijke waarneming van bedoelde lessen te voorzien en te dien einde te beschikken over de op de betrekkelijke artikelen der begrooting uitgetrokken gelden. Zoo noodig zal alsdan te zijner tijd een voorstel tot verhooging dier begrotingsarti kelen worden ingediend. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Leiden, 14 December 1885. Wij verkeeren tot ons groot leedwezen in de treurige noodzakelijkheid om U te berichten, dat Mejuffrouw A. Risseeuw, leerares in de gym nastiek aan onze scholen, door eene ernstige ongesteldheid verhinderd wordt, hare lessen te geven. De heeren geneeskundigen, Prof. Huet en r. Treub, vreezen, dat, indien Mejuffrouw Risseeuw haar werk zal kunnen hervatten, dit zeker niet dan na lange en strenge onthouding van elke geestesinspanning zal kunnen plaats hebben. Op grond hiervan verzoeken wij U maatregelen te nemen, om voor- loopig in de behoeften van het onderwijs te voorzien. Het zij ons geoorloofd U voor te stellen de tijdelijke waarneming tot 1 Juli a. s. aan eene bevoegde leerares op te dragen, wanneer het mogelijk is eene geschikte sollicitante te vinden. Wij hopen in de eerste helft van het volgende jaar de noodige gegevens te verzamelen ten einde U een nader voorstel te doen. Wij hebben den eersten Juli genoemd, omdat met dien dag de vacantie der Gymnastieklessen begint. De Directrice van de Hoogere Burgerschoool voor Meisjes, M. Engelmann. De Hoofden der Openbare Lagere Scholen voor Meisjes, M. Jesse, S. Winkler. .De Directeur der Kweekschool voor Aan heeren Burg. en Weth. Onderwijzers en Onderwijzeressen, der gemeente Leiden. j. a.. Van Dijk. Leiden, 31 December 1885. Aan Burgemeester en Wethouders der gemeente Leiden. In antwoord op uwe missive van 17 December jl. n®. 885, waarbij ons advies wordt verzocht over een bij ingekomen voorstel tot tijdelijke voorziening in het Gymnastiekonderwijs gedurende de ziekte van Mejuf frouw Risseeuw, hebben wij de eer U te berichten dat het ook ons ge- wenscht voorkomt in de waarneming der Gymnastieklessen aan de Hoo gere Burgerschool voor Meisjes te voorzien, door deze tot 1 Juli a. s. aan eene bevoegde leerares, indien deze te vinden is, op te dragen. De Plaatselijke Commissie van toezicht op de scholen voor Middelbaar Onderwijs, H. Kern, Voorzitter. N. L. J. Van Buttingha Wichers, Secretaris. Leiden, 14 December 1885. Ten gevolge eener ernstige ongesteldheid van Mejuffrouw A. Risseeuw leerares in de Vrouwelijke Handwerken aan de Kweekschool voor Onder wijzers en Onderwijzeressen ben ik tot mijn leedwezen verplicht U voor te stellen tijdelijk in de behoeften van dit onderwijs te voorzien. Voor deze tijdelijke waarneming komt naar mijne bescheidene meening het meest in aanmerking Mejuffrouw J. Sparnaay, kweelinge der Kweek school en leerares in de Vrouwelijke Handwerken aan de Rijksnormaalschool te Katwijk. Wanneer deze tijdelijke waarneming met 1 Januari a. s. begint en 1 aanV0lgende eindiSt' dan zal ziJ eene buitengewone uitgaaf van f 200 vorderen. Dit cijfer eischt eenige toelichting. Mejuffrouw Risseeuw genoot tot heden voor dit vak slechts eene jaarwedde van 300. Daar zij aan de beide laagste klassen gezamenlijk onderwijs gaf, beschikte zij over niet meer dan b uren wekelijks. /.er,eeniging d'er klassen heeft echter groote bezwaren, zoodat het wenschelijk is, over de 8 uren, waarop is gerekend, te beschikken. De directeur der Kweekschool, J. A. Van Dijk. 's-Gravenhage, 46 December 1885. ïk heb de eer U hierbij de stukken terug te zenden mij toegezonden bij Uwe missive van 45 December 11. N®. 877, en U te berichten dat tegen de goedkeuring van de daarin vervatte voorstellen bij mij geene bedenking bestaat. Aan heeren Burg. en Weth, De Schoolopziener in het district van Leiden. 's-Gravenhage, W. Van Marken. N°' Leiden, 7 Januari 1886. Onder overlegging van nevensgaande stukken geven wij Uwe Vergade ring in overweging aan F. E. Feld tot wederopzeggens vergunning te verleenen tot het maken van een keldergat voor zijn perceel in de stoep langs de Kapelsteeg, onder de door de Commissie van Fabricage voorge stelde voorwaarden. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Den WelEd. Heeren Burgemeester en Wethouders. WelEd. Heeren De ondergeteekende F. E. Feld, Maarsmanssteeg hoek Kapelsteeg, ver zoekt vergunning tot het maken van een kelderingang aan de zijde der

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1886 | | pagina 1