«HEEMRAAD VM LEIDEI 81 INGEKOMEN STUKKEN. N#. 189. Leiden, 5 December 1885. Wij hebbben de eer aan Uwe Vergadering hiernevens ter vaststelling aan te bieden een staat van af- overschrijving op de begrooting, dienst 1885, ten einde enkele artikelen dier begrooting waarvan hot bekend is dat daarop een te kort zal ontstaan, te verhoogen en wel door afschrijving van het benoodigde bedrag ad 12036 van den post voor Onvoorziene Uitgaven. De verhooging der volgnummers 58, 60, 61 en 108 is een gevolg van de herziening dier jaarwedden bij besluit van Ged. Staten van 24 Februari 1885, goedgekeurd bij Kon. Besluit van '11 Maart d. a. v. n°. 4 en bij Kon. Besluit van 18 November 1884 n°. 38. Volgn. 75. Onderhoud van het Raadhuis 125. Op dit artikel zal vermoedelijk een te kort ontstaan tot genoemd bedrag, wegens buitenge wone reparatien aan het leiendak tengevolge van lekkage. Volgn. 89. Onderhoud van wegen en voetpaden f 600. Ten gevolge van eene door aanvaring veroorzaakte schade aan de Spanjaardsbrug onder Leiderdorp die dadelijke herstelling vereischte, is eene uitgave van f 1077 voor buitengewone herstellingen besteed moeten worden. Hiervan komt 1/3 ten laste van Rijnland en 2/3 ten laste van de gemeente. Eene verhooging van het artikel met f 600 wordt vol doende geacht. Volgn. 100. Onderhoud van huizen, torens en poorten f 3248. Het te kort zal ontstaan vooreerst ten gevolge van het raadsbesluit van 19 Maart jl. waarbij de aannemer S. Van Leeuwen om daarbij vermelde redenen is ontslagen van het aanneraings-contract, terwijl daarna tot eene nieuwe openbare aanbesteding is overgegaan en de werken voor een hooger be drag zijn moeten worden gegund. Verder zijn krachtens raadsbesluit van 9 Juli jl. twee hulpkantoren voor de Bank van Leening opgericht, een op het Utrechtsche Veer en een op de Lammermarkt hoek Mare, terwijl de kosten van inrichting op dit artikel moeten worden voldaan. Nog zijn buitengewone werken moeten worden verricht aan den Burg, de Korenbeurs, het Elisabethhof, het Telegraafkantoor, de Aschschuur en den toren van de Waalsche kerk krachtens raadsbesluit van 3 December jl. Eindelijk zijn ter aanvulling van het vereischte getal stoelen in de Gehoorzaal wederom 150 nieuwe besteld, terwijl, niettegenstaande het voornemen had bestaan de kosten daarvoor op de begrooting uit te trek ken, zulks toevalligerwijze is verzuimd en de persoon door wien de be stelling is geschied, in de meening verkeerde dat het gewone bedrag evenals vorige jaren daarvoor op de begrooting voorkwam. Wanneer de bestelde stoelen zijn geleverd dan is het getal voor de behoefte voldoende en kan de verdere aanschaffing worden gestaakt. Wij vertrouwen dat Uwe Vergadering door het artikel met het voorgestelde bedrag alsnog te verhoogen, de gedane handeling met Uwe goedkeuring, zult willen bekrachtigen. Volgn. 113. Onderhoud der brandspuiten 740, wegens kosten van het inrichten van eene bergplaats van de brandladder in de Boomgaard- steeg, krachtens raadsbesluit van 3 December jl. Volgn. 123. Kosten voortvloeiende uit het nemen van maatregelen ten behoeve van den openbaren gezondheidstoestand 250. Wegens buitengewone desinfectie van openbare urinoirs en privaten in de scholen en andere gemeente-gebouwen. Ter zake was slechts 400 voor 1885 uitgetrokken, terwijl dat bedrag op de begrooting voor 1886 tot 800 is verhoogd, in verband met de uitgaven ad 818.14 over 1884. Volgn. 124d. Onderhoud Gymnasium 240. Tengevolge van de ont binding van het aanuemingscontract en een nieuwe aanbesteding tot een hooger bedrag. Volgn. 125e. Middelbaar onderwijs, diverse uitgaven tot dit artikel behoorende f 190. De verhooging is noodig vooreerst voor kosten van geplaatste oproe pingen in de Nieuwsbladen ter zake van vacatures en vervolgens voor vergoeding van kosten wegens tijdelijke huisvesting elders, tengevolge van het voorkomen van besmettelijke ziekten, krachtens machtiging ver leend bij raadsbesluit van 21 November 1878. Volgn. 132. Kosten van instandhouden van schoollokalen en onderwijzers woningen f 1080, wegens de verhoogde aannemingssom ten gevolge van de ontbinding van het vorig aannemingscontract. Volgn. 135. Kosten van het aanschaffen en onderhouden der school boeken, leermiddelen en schoolbehoeften 830, wegens de aanschaffing van gymnastiektoestellen, krachtens raadsbesluit van 19 November jl. Volgn 149. Onderstand, vervoer en verplegingskosten, mitsgaders die van geneeskundige hulp aan arme en doortrekkende personen, 200. In 1884 is ter zake uitgegeven 1600, terwijl voor 1885 slechts ƒ1400 is uitgetrokken. Tot heden is wegens de vele behoeften waarin moet wor den voorzien reeds ongeveer f 1350 uitgegeven. Wij vertrouwen dat eene verhooging van f 200 voldoende zal wezen voor dit jaar. Volgn. 163. Pensioenen, Lijfrenten en Wachtgelden 502, wegens het pensioen verleend bij dezerzijds besluit van 4 Juni jl., met ingang van 1 Juli d. a. v. aan den eervol ontslagen gemeente-architect J. W. Schaap. Volgn. 168. Kosten van openbare vermakelijkheden en feesten en voor het uitsteken van vlaggen f 120. Op dit artikel is een som van f 263 besteed voor het aankoopen van vlaggen, terwijl tot dusverre aan huur werd uitgegeven ongeveer f 80, zoodat de aankoop in het financieel belang der gemeente is Volgn. 174. Uitkeering aan het Rijk voor het aandeel in de kwade posten wegens de Directe Belastingen f 1301. Blijkens Prov. Blad n°. 52 van dit jaar bedraagt dit aandeel 7800.95^ terwijl ter zake op de begrooting slechts was uitgetrokken f 6500. Volgn. 180. Kosten van insinuatien, notarieele acten en andere kleine uitgaven f 710. Op dit artikel zal vermoedelijk een tekort tot genoemd bedrag ontstaan wegens de kosten van het opnemen van gelden ter voor ziening in de tijdelijke behoefte aan kasgeld en den aankoop van Inschrij ving op het 3-percents Grootboek. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 190. Leiden, 7 December 1885. Naar aanleiding van het bij de behandeling van de begrooting voor 1886 in de sectiën te kennen gegeven verlangen ten aanzien van het visschen in de Singelgrachten, geven wij Uwe Vergadering in overweging te besluiten dat in de voorwaarden voor de aanstaande verhuring van de visscherij in de wateren der gemeente niet worden opgenomen de Singelgrachten, zoodat alsdan het visschen met den hengel ongehinderd kan geschieden en dat met vischnetten ophoudt. Bij de laatste verpachting is voor de visscherij in de Singelgrachten bedongen een bedrag van 49.50 per jaar. Tevens stellen wij voor in de voorwaarden der visscherij op te nemen de bepaling dat wanneer door het Gemeentebestuur vergunning wordt verleend tot aanplemping of tot het doen van uitdiepingen, de schade loosstelling daarvan aan de pachters der visscherij uit te keeren door Burg. en Weth. wordt bepaald en dat de pachters met de beslissing van dat college moeten genoegen nemen. Door zoodanige bepaling zal worden voorkomen dat de belanghebbenden aan wie eene vergunning als bovenbedoeld is verleend, wellicht ver plicht zouden worden tot de betaling van eene hoogere schadevergoeding dan in billijkheid zonde mogen worden gevorderd. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 191. Leiden, 7 December 1885. Nu tengevolge van de in de zitting van 3 December jl. genomen be slissing is bepaald dat de Gemeentelijke Inrichting voor de opleiding van Oost-Indische Ambtenaren behouden blijft, zal nog een besluit moeten worden genomen aangaande ons voorstel bij de begrooting voor 1886 ingediend tot aanstelling van een leeraar voor eene der Polynesische talen, waaromtrent de beslissing bij de vaststelling der begrooting met het oog op het aanhangig voorstel der leden Mr. J. T. Buys, Dr. E. F. Van Dissel en H. C. Juta, is aangehouden. Wij geven Uwe Vergadering, met verwijzing naar het in de Memorie van Toelichting op het betrekkelijk artikel der begrooting aangevoerde, alsnu in overweging te besluiten, dat het onderwijzend personeel aan de Gemeentelijke Inrichting voor de opleiding van O.-I. ambtenaren zal wor den vermeerderd met één leeraar voor eene der Polynesische talen op eene jaarwedde van 1000. Bij aanneming van dit voorstel behoeft het betrekkelijk artikel der begrooting niet te worden verhoogd, aangezien bij de vaststelling van Volgn. 145 reeds op de bedoelde uitgave van 1000 is gerekend. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 192. Leiden, 7 December 1885. In onze handen werd gesteld een schrijven van Burg. en Weth., dd. 29 October II., houdende voorstel om gunstig te beschikken op het ver zoek van de Leidsche Duinwater-Maatschappij tot bekrachtiging van het besluit, door de algeraeene vergadering van aandeelhouders genomen, om eene geldleening aan te gaan van 100.000, rentende 4| percent. Onbekend als wij waren met de financieele gesteldheid van de Maat schappij, kwamen de motieven waarop het genomen besluit steunt en die vermeld staan in het verslag van de directie aan de algemeene vergade ring van aandeelhouders, ons niet zoo duidelijk voor als noodig was om ons te overtuigen, dat het sluiten van de bedoelde geldleening ook in het belang zoude zijn van de gemeente. Wij hebben daarom nadere inlich tingen verzocht en dit verzoek heeft geleid tot eene mondelinge confe rentie met heeren Directeuren, die ons, met de meeste welwillendheid alle gewenschte inlichtingen hebben verstrekt. Dank zij dit onderhoud, zijn wij tot de overtuiging gekomen, dat Leiden door het sluiten van de leening werkelijk zal worden gebaat, omdat ettelijke uitgaven, die tot nog toe op de jaarlijksche rekening voorkwamen en dus drukten op de som, welke als dividend kon worden uitgekeerd, nu over verschillende jaren zullen worden verdeeld. Heeren directeuren hebben ons dan ook uitdrukkelijk verklaard, dat het sluiten van de leening er in geen geval toe zoude leiden, dat onze gemeente ook nog in 1886 en volgende jaren gelden zou hebben op te brengen tot aanvulling van het minimum-dividend aan aandeelhouders gewaarborgd, maar veeleer reeds in het volgende jaar op eene kleine uitkeering als aandeel in de gemaakte winst zou mogen rekenen. Onder deze omstandigheden vinden wij ons geheel onbezwaard om met Burg. en Weth. aan Uwe Vergadering voor te stellen het besluit tot het aangaan eener geldleening door Uwe goedkeuring te bekrachtigen. Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën, J. T. Buys. Le Poole. 11. C. Juta. Te Leiden ter Boekdrukkerij van A. W. SIJTHOFF.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1885 | | pagina 1