GEMEENTERAAD VAN LEIDEN.
37
INGEKOMEN STUKKEN.
Leiden, 6 Juli 1885.
N®. OS.
Door den Minister van Binnenlandsche Zaken is ons bij brief van
16 Mei jl. medegedeeld dat door de Wetgevende Macht bij de vaststelling
der staatsbegrooting voor 1885 in beginsel is beslist dat het terrejp der
groote Ruïne tot een park zal worden aangelegd en dat Z. E. zich voorstelt,
ter voldoening aan art. 2 der overeenkomst van 22 November/8 December
1884, voor gemeld doel eene som op de staatsbegrooting voor 1886 te
brengen, met verzoek alsnu het plan van dien aanleg met bestek en raming
ter goedkeuring aan Z. E. te doen toekomen.
Met het oog op het eervol ontslag aan den Gemeente-Architect ver
leend hebben wij aan Z. E. ter zake diligentverklaring verzocht totdat
de nieuwbenoemde titularis in functie zoude zijn getreden, aan wien alsdan
het ontwerpen van een plan zoude worden opgedragen, zoodat eerlang
aan het verlangen van den Minister zal kunnen worden voldaan.
Wanneer alsnu tot de uitvoering van het plan wordt overgegaan zal
de Ruïne met eene schutting moeten worden omheind, terwijl thans eene
schutting is geplaatst in verband met de Academische feesten. Wij achten
het wenschelijk dat de bestaande schutting behouden blijve en te dien
einde door de gemeente van de aannemers van de inrichting van het
Feestterrein worde overgenomen, tot welke overneming de aannemers
bereid zijn voor de som van f 410, waaronder is begrepen het doortrek
ken van de schutting langs het gedeelte dat vrij zal vallen wanneer het
Feestgebouw is afgebroken.
Vermits de kosten verbonden aan het maken van eene nieuwe schutting,
zoodra tot den aanleg van het park wordt overgegaan, uit den aard der
zaak belangrijk hooger zullen zijn dan de thans aangeboden koopsom,
is het, onzes inziens, raadzaam tot den aankoop over te gaan en geven
wij Uwe Vergadering in overweging ons College daartoe te machtigen
tegen den bovenvermelden prijs van f 410.
Een voorstel tot aanwijzing van de noodige gelden zal te zijner tijd
worden ingediend.
Nog zij medegedeeld dat de schutting, na afloop der werkzaamheden
voor den aanleg van het park, eene waarde vertegenwoordigt van f 200.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. «9. Leiden, 17 Juli 1885.
De Commissie van Financiën heeft de eer U te berichten dat het onder
zoek der rekening van het Gereformeerde Minne of Arme Oude Mannen-
en Vrouwenhuis over 188.4 tot geene bedenkingen heeft geleid. Zij stelt
U mitsdien voor deze goed te keuren in ontvangst op de som van 14070,26|,
in uitgaaf op de som van f. 11252.94|, zoodat het dienstjaar oplevert
een batig saldo van f 2817.32; onder bepaling, dat daarvan in de eerst
volgende rekening verantwoording sal behooren te worden gedaan.
Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën enz.
N°., IQO. Leiden, 17 Juli 1885.
Het onderzoek der rekening van de Stedelijke Werkinrichting over het jaar
1884, heeft bij, de Commissie tot geene bedenkingen geleid, weshalve zij
de eer heeft Uwe Vergadering voor te stellen, die rekening goed te keuren,
de ontvangsten op f 16430.49*, de uitgaven op f 16430.49*, sluitende
alzpo quitte.
Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën enz.
N°. tOl. Leiden, 15 Juli 1885.
Met 1 Augustus a. s. verstrijkt de termijn van de huur aan het Rijk
van het IJklokaal op de Aalmarkt, laatstelijk voor den tijd van 5 jaren
verhuurd voor een huurprijs van f 100 per jaar.
Tegen eene verlenging van de huur wederom voor 5 jaren bestaan bij
ons geene bedenkingen. Intusschen zoude, onzes inziens, na overleg met
den Arrondissements-IJker alhier en den Inspecteur van het IJkwezen te
's Gravephage de tegenwoordige som van f 100 per jaar tot 200 moeten
worden verhoogd, zoowel met het oog op de huurwaarde van het gebouw
als op grond dat iets meer aan het onderhoud van het lokaal zal moeten
worden ten koste gelegd, terwijl thans dat onderhoud in verband met
den lagpn huurprijs uit den aard der zaak tpt het allernoodzakelijkste
moet worden beperkt.
Wij geven Uwe Vergadering mitsdien in overweging, behoudens de
goedkeuring van den Minister van Waterstaat, Handel en Nijverheid, te
besluiten het IJklokaal bovenbedoeld wederom aan het Rijk voor den tijd
vap 5 jaren, ingaande 1 Augustus 1885, te verhuren voor een huurprijs
van f 200 per jaar, onder voorwaarde:
1°. dat alle veranderingen en zelfs verbeteringen die het Rijk aan dit
lokaal mocht hebhen gemaakt en alles wat aard- en nagelvast wordt
aangebrapht bij het einde van den huurtijd het eigendom der gemeente
blijve;
2°. dat de huurprijs zal worden betaald na afloop van elk huurjaar
of zooveel eerder als de huur mocht zijn afgeloopen, op daartoe door het
Bestuur der gemeente in te dienen declaratie
3°. dat de huur wederzijds één jaar te voren kan worden opgezegd
4°. dat de kosten op deze overeenkomst en op dp betalingsstukken
vallende ten laste zijn van de verhuurders.
Tot dusverre kon de huur wederzijds drie maanden te voren wop-
den opgezegd, Naar aanleiding van eene bedenking door den Inspecteur
vap het IJkwezen tegeh deze bepaling gemaakt, zien wij er geen bezwaar
in den opzeggingstermijn tot één jaar te verlengen- Voor het tot dusverre
onwaarschijnlijk geval dat de gemeente de beschikking over hef lokaal
vóór dpn afloop vap den huurtijd mocht noodig hebben, komt ons de
termijn van één jaar vo.or de opzegging niet te bezwarend voor.
Aan dpn Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 102. Leiden, 18 Juli 1885.
Onder overlegging van nevensgaande stukken, hebben wij de eer Uwe
Vergadering mede te deelen dat er ook bij ons geene bedenkingen bestaan
tegen de inwilliging van het verzoek vap K. Banjert, om eervol ontslag
uit zijne tegenwoordige betrekking van 2<*«° onderwijzer aan de Jongens
school 2^e klasse, wegens zijne benoeming tot hoofd der Openbare School
in de gemeente Strijep.
Wij geven U derhalve in overweging het gevraagd eervol ontslag te
verleenen, ingevolge adressants verzoek met ingang van 15 September a.s.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Lèiden.
jffj.gAWMI .ff?*
Aan den Edelachtbaren Raad der gemeente Leiden.
EdelAchtbare Heerenl
De ondergeteekende, K. Benjert, onderwijzer 2a® klasse aan de school
n°. 2 voor Jongens, heeft de eer tegen 15 September e.k. eervol ontslag
te verzoeken uit zijne betrekking, wegens zijne benoeming tot hoofd der
Openbare School in de gemeente Strijen.
't W^elk doende,
Leiden, 17 Jpli 1885. K. Benjert.
Leiden, 18 Juli 1885.
De ondergeteekende, hoofd der Openbare Jongensschool, 2®» klasse, heeft
de eer UEdAchtbare te berichten, dat bij hem geen bezwaar bestaat
tegen de inwilliging van het verzoek, gedaan door den onderwijzer der
2a® klasse, K. Benjert, om tegen den 15den September e.k. eervol uit zijne
betrekking ontslagen te worden.
Den EdelAchtbaren Heer Het hoofd der school,
Burgemeester van Leiden. J. D. Van Wl|pgf, j; «y?
N°. 103. Leiden, 20 Juli 1885.
Onder verwijzing naar nevensgaand rapport van de Commissie van
Fabricage, geven wij Uwe Vergadering hi overweging om afwijzend te
beschikken op het verzoek van C. J. Leembruggen, ter bekoming in eigen
dom vap een strook gemeentegronds aan den Vestwal,
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Aan den Raad der gemeente Leiden.
Geeft met verschuldigden eerbied te kennen de ondergeteekende, Cornells
Johannes Leembruggen, fabrikant alhier, dat hij in eigendom wenscht
te bekomen een gedeelte yan den Vestwal gelegen aan de voormalige
Marepoort, gemeente Leiden, sectie A n°. 668 770, op de hierbij ge
voegde kadastrale teekening aangegeven ter grootte van 513 M*.
'tWelk dpende, enz.
Leiden, 21 Mei 1885. C. J. Leembruggen.
Leiden, 14 Juli 1885.
De Commissie van Fabricage heeft de eer, op het request van, den
fabrikant C. J. Leembruggen, te berichten dat daarbij de eigendom ver
langd wordt van eene strook gemeentegronds op den Vestwal langs de
Binnenvestgracht bij de Reijneveststeegsbrug, ter grootte van 513 centiaren,
dat uit het verzoekschrift niet blijkt tot welk einde of met welke bestem
ming die eigendom gevraagd wordt en reeds daarin bezwaar ligt, om
den toegangsweg naar de begraafplaats, het Papegaais Bplwerk, te ver
smallen; dat bovendien de genoemde Binnenvestgracht, die langs de Stede
lijke Gasfabriek en de Begraafplaats aan de voormelde Heerenpoort loopt
en uitwatert in de Oude Heerengracht, reeds op sommige gedeelten is
gedempt en vroeger of later zou kunnen worden besloten, ook die gracht
te beginnen bij dp Mare te dempen, gelijk geschied is met de Binnen
vestgracht van de Mare tot de Morschpoort, en dat derhalve de afstand
in eigendom van de bedoelde strook gronds, binder zou kunnen opleveren
bij de beschikking of bestemming van den door demping verkregen grond
aldaar.
Op dien grond vindt de Commissie van Fabricage geen Vrijheid, om
op het gedaan verzoek gunstig te adviseeren.
Aan Heeren Burg. en Weth. De Commissie van Fabricage,
der gemeente Leiden.
N°. 104. Leiden, 23 Juli 1885.
Onder overlegging van bijgaande stukken hebben wij de een Uwe Ver- f
gadering mede te deelen dat er bij ons tegen de inwilliging van het
verzoek van den heer F. J. G. W. Leers, om eervol ontslag als lid der
Commissie van toezicht op de scholen voor Middelbaar Onderwijs geene
bedenkingen bestaan.
Wij geven Uwe Vergadering derhalve ig qyeywegjng het geyj-gagi
eeryol ontslag te verleenen, onder dankbetuiging voor de doqp djpn heer
in de genoemde betrekking app de gemeente belangeloos bewezen diensten.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Aan Burgemeester en ^ethbnders der gemeepjte Leiden,
heeft de eer kennis te gevpn F. J. G. W. Leers, dat hij op 1 Augustus a.mo>.
de gemeente metterwoon zal verlaten om zich te Oosterhout ie vestigen;
verzoekende hij op grond van dien zijn ontslag als lid der Commissie.,
van toezicht op de scholen van Middelbaar Onderwijs; waartoe hij bij
Raadsbesluit van 27 December 1883 is bepoemd.
Met Hoogachting,
Leiden, 9 Juli 1885. jj F. Leers.
v if j V/ Ali'*; 'HAV I f
Leiden, 11 Juli 1885.
Aan Burgemeester en Wethouders der gemeente Leiden.
Onder terugzending van het schrijven van den heer F. J. G. W. Leers,
waarbij wegens verandering van woonplaats ontslag als lidionzer Commissie
wordt verzocht, hebben wij de eer U in overweging te geven, aan den