84 natuurlijk geheel af van de plaats waar de grond gelegen is. "Voor grond, midden in de stad gelegen, kan men b. v. f 5 per centiare rekenen, doch wanneer het, zooals hier, een strook grond geldt, waaraan niemand iets heeft, dan kan men met een veel lager prijs volstaan. De heer Bredius. M. de V. 1 Ik heb deze vraag gedaan omdat onlangs in diezelfde buurt grond verkocht is voor f 5 per centiare en men dezen grond voor ongeveer f 1.20 de centiare verkoopen wil. Dit is een zeer groot verschil. Ik ben zelf den grond gaan zien en nu komt het mij voor, hoewel ik het natuurlijk mis kan hebben, dat tusschen dezen grond en dien, welke voor eenige jaren verkocht is niet het minste verschil bestaat. Nu geef ik toe dat de appreciatie van een stuk grond zeer moeilijk is, omdat de waarde daarvan voor den een soms veel grooter kan zijn dan voor den ander. Deze prijs heeft echter mijn aandacht getrokken, omdat hij werkelijk bijzonder laag is. De Voorzitter. Mag ik den heer Bredius opmerkzaam maken op den geheelen inhoud van het voorstel van Burg. en Weth. Daaruit blijkt toch dat wat het gedeelte grond, door de Grofsmederij in eigendom te ver krijgen betreft, deze inrichting verplicht zal zijn een gedeelte van haar terrein af te staan, den grond af te graven en van een behoorlijke schoeiing te voorzien, terwijl ook het vaarwater daar langs door haar op de vereischte diepte zal moeten gehouden worden. Door het voordeel, dat de gemeente op die wijze verkrijgt zal de koopprijs tot ver boven de f 2.50 per centiare stijgen. Overigens hebben wij voor het afstaan van gemeentegrond tamelijk vaste regels. Wordt n. 1. een gedeelte van de openbare straat aan den publieken dienst onttrokken, om aan een particulier in eigendom te worden afgestaan, dan stellen Burg. en Weth. daarvoor een prijs van f 5 voor. De prijs bij verkoop van water wordt gewoonlijk gesteld op f 0.50 per centiare. Zoo zijn er verschillende omstandigheden die op den prijs van invloed zijn. Overigens geloof ik niet dat deze schikking in het nadeel der gemeente is. Het voorstel van Burg. en Weth. wordt hierop zonder hoofdelijke stem ming aangenomen. XVII. Staat van af- en overschrijving op de gemeente-begrooting dienst 1884. Onderhoud van scholen en meubelen. (Zie Ing. St. n°. 169 en 180). Het voorstel van Burg. en Weth. wordt hierop zonder hoofdelijke stem ming aangemomen. XVIII. Idem als voren tot verhooging van den post. „Maatregelen in het belang van den openbaren gezondheidstoestand." (Zie Ing. St. n°. 179). De heer Zaalberg. M. de V.Ik wensch voor te stellen dit nommer van de agenda voor korten tijd uit te stellen. Eerstdaags zal door de ver- eeniging van de geneeskundigen dezer stad tot den Baad het verzoek worden gericht om, met het oog op de cholera, die thans in Frankrijk en, zooals sommige beweren, ook reeds in Engeland heerscht, die maat regelen, in het belang van den openbaren gezondheidstoestand te nemen, die zij meenen dat noodig zijn om dien gevreesden vijand, zoo mogelijk te weren en, mocht hij de gemeente binnengeslopen zijn, met alle kracht te kunnen bestrijden. Ten einde nu niet tweemalen over dezelfde quaestie te moeten spreken, zou ik wenschen dat dit punt van de agenda behandeld werd, wanneer wij kennis zullen genomen hebben van de maatregelen, welke de genees kundigen ons zullen voorstellen te nemen ter bestrijding van de cholera. De Voorzitter. De voorstellen, waarvan de heer Zaalberg sprak, zijn heden bij Burg. en Weth. ingekomen en hebben bij hen reeds een punt van overweging uitgemaakt. Ik zie echter geen reden om daarvoor de behandeling van dit punt der agenda uit te stellen. Welke gevolgen de voorstellen van de geneeskundigen zullen hebben is thans nog niet te zeg gen, evenmin wanneer de te nemen maatregelen zullen kunnen worden uitgevoerd. Omtrent dit alles is men nog in het onzekere. Het is thans echter zaak om te zorgen dat de post: „Maatregelen in het belang van den openbaren gezondheidstoestand", niet uitgeput rake. De zaak, door den heer Zaalberg ter sprake gebracht, is van anderen aard. De heer Zaalberg. Dan wensch ik, M. de V., voor te stellen, om dezen post met f 500 te verhoogen. Wanneer wij toch zien dat de vroeger aan gevraagde gelden, alleen door de ontsmetting van openbare urinoirs en privaten in scholen en andere gemeentegebouwen en door de buitengewone desinfectie van een huis van verkoop met het recht van wederinkoop, waarin besmettelijke ziekte was uitgebroken, niet toereikende zijn, dan zal de thans aangevraagde som zeer zeker ook onvoldoende wezen tot desin- fectatie van andere verkoophuizen of huizen deze gemeente toebehoorende waarin besmettelijke ziekten kunnen voorkomen, en wanneer nog meerdere maatregelen ten behoeve van den openbaren gezondheidstoestand zullen genomen worden. Meenen Burg. en Weth. echter dat het nu aangevraagde bedrag hiervoor voldoende is, dan zal ik er vrede mede hebben. De Voorzitter. Ik kan thans moeilijk verklaren of deze som voldoende zal zijn of niet. De aanvullingssom moet slechts dienen voor gewone uit gaven; mochten er zich echter buitengewone omstandigheden voordoen, dan zullen Burg. en Weth. bij den Raad moeten komen met het voorstel tot eene nadere verhooging van den post. De heer Damsté. M. de V.! Ik zou den heer Zaalberg in overweging geven om tot eene richtige afdoening van zaken, dezen post thans te laten behandelen. De Voorzitter. Doet de heer Zaalberg thans nog een bepaald voorstel De heer Zaalberg. Neen, dank U M. de V. Het voorstel van Burg. en Weth. wordt hierop zonder hoofdelijke stemming aangenomen. XIX. Eerste Suppletoir Kohier der Plaatsel. directe belasting, dienst 1884. (Zie Ing. St. n«. 177). Zonder discussie of hoofdelijke stemming vastgesteld. XX. Verzoek van P. J. Van Hoeken, om ontheffing van de firma Gebr. Van Hoeken van de verplichting tot de levering van houtwaren. (Zie Ing. St. n». 178). Zonder discussie of hoofdelijke stemming toegestaan. XXI. Ontwerp-verordening op het verleenen van pensioenen aan ge meente-ambtenaren en bedienden. (Zie Ing. St. 235 van 1883 en 57, 79 en 86 van 1884). De Voorzitter. Op verzoek van de speciale Commissie die zich wel met het samenstellen van een ontwerp-verordening op het verleenen van pensioen aan gemeente-ambtenaren en bedienden heeft willen belasten, stel ik voor dit punt thans niet te behandelen, omdat die Commissie heden niet voltallig is. De heer Van der Hoeven. M. de V.! Zou de datum voor de behan deling niet reeds nu kunnen vastgesteld worden 7 De leden zouden zich dan beter en ter rechter tijd hiervoor kunnen voorbereiden. Eergisteren ontving ik de agenda, waaruit bleek dat dit belangrijke punt heden in behandeling zou komen. Ik ben toen dadelijk de op de leeskamer ter inzage liggende stukken gaan doorlezen, doch vond daar zulk een stapel documenten, dat de tijd tot behoorlijke voorbereiding mij heeft ontbroken. Het zou dus voor mij en, ik geloof ook, voor vele andere leden zeer aangenaam zijn, wanneer thans reeds bepaald kon worden, dat de pen sioenregeling b. v. vandaag over acht dagen weder in behandeling zal komen. De Voorzitter. Ik kan mij bezwaarlijk verbinden om heden over acht dagen weder eene vergadering uit te schrijven. Wanneer echter een vijfde gedeelte der leden op dien dag een vergadering verlangt, zal ik daaraan natuurlijk ingevolge de gemeentewet voldoen. Ik geloof echter dat daartoe thans geen aanleiding bestaat, omdat de heer Van der Hoeven in ieder geval gelegenheid zal hebben zich behoorlijk te praepareeren. Wel wil ik beloven aan het Dagelijksch Bestuur een voorstel te doen om de pensioenregeling bij de eerstvolgende vergadering op de agenda te plaatsen. Thans wordt op voorstel van den Voorzitter zonder hoofdelijke stem ming tot uitstel der behandeling van n°. XXI besloten. Niets meer aan de orde zijnde, wordt de vergadering gesloten. Te Leiden ter Boekdrukkerij van A. W. SIJTHOFF.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1884 | | pagina 8