De Voorzitter. Bij de reeds opgegevene moeten nog enkele boomen gevoegd worden, n.l. drie op den Singel tegenover de Gasfabriekop den Rijnsburgersingel bij de Melkinrichting in plaats van 8 stuks 10; op den Nieuwen Rijn voor n°. 44 een jonge boom, die zwaar ziek is en afge maakt moet worden; een doode boom op de Hooigracht tegenover de Groenesteeg en nog een zware IJpenboom, die zeer gevaarlijk staat, achter de school op het Plantsoen, waarvan de heer Van der Harst hoofd is. De heer Le Poole. Ik zou wel eene enkele inlichting wenschen te ont vangen M. de V. over de voordracht van Burg. en Weth. Ik zie de boomen in twee deelen gesplitst nl. boomen. die alleen weggenomen worden en boomen, die worden gerooid om te ver koop en. Nu doet zich echter de vraag voor, wat geschiedt er met de boomen die niet worden verkocht? De Voorzitter. Ik kan den heer Le Poole ter zijner geruststelling ver klaren, dat al de boomen verkocht worden. De heer Le Poole. Ik zie dit echter niet op de lijst door de Comm. van Fabr. gevoegd tot de voordracht. Eerst lees ik op die lijst een opgave van doode en zieke boomen, om ter rooiing te worden bestemd, en dan volgt onder op pag. 3 van die lijst van doode en zieke boomen eenvou dig dat „voorgesteld wordt ten verkoop: „1 zware IJpenboom." De Voorzitter. Mag ik er den heer Le Poole op wijzen, dat hij de voordracht van Burg. en Weth. over het hoofd ziet, die luidt: „Onder overlegging van nevensgaande stukken geven wij Uwe vergadering in over weging te besluiten tot den openbaren verkoop van de daarbij bedoelde boomen ter rooiing en andere voorwerpen." Dat voorstel is thans aan de ordeniet het prae-advies van de Comm. van Fabricage, hetwelk slechts tot toelichting dient. De heer Le Poole. Dank U, M. de V.! De heer Van der Hoeven. Ligt het nu in het voornemen van Burg. en Weth. op de opengevallen plaatsen nieuwe boomen te planten. Bij de lijst op pag. 4 zie ik daarvan niets vermeld. De Voorzitter. De door U bedoelde opgave op blz. 4 der Ingek. Stuk ken, heeft betrekking op plaatsen welke thans open zijn. Wanneer boomen, als in deze voordracht begrepen, gerooid worden, doen wij dit altijd zoo veel mogelijk. Het is echter zeer lastig om boomen voor aanplant van een eenigszins uitgestrekt terrein te verkrijgen. Jonge boomen worden daarvoor door ons op gunstige plaatsen zoo dicht mogelijk geplant, om die naderhand te kunnen uitdunnen, en zoo een kweekerij op onze eigen hand te verkrijgen. Maar intusschen is het niet altijd mogelijk daarin dade lijk op gewenschte wijze te voorzien. De heer Van der Hoeven. Dit is toch uit het voorstel niet te zien. De Voorzitter. Dit doet er in het gegeven geval weinig toe af, omdat het een zaak is, die van zelf spreekt en tot de gewone werkzaamheden van het Dagelijksch Bestuur behoort. V. Verzoek van J. Boudri, om een stoep te leggen. (Zie Ing. St. n°. 11). Zonder discussie of hoofdelijke stemming toegestaan. VI. Reclames tegen de aanslagen op het eerste suppletoir kohier der plaatselijke directe belasting, dienst 1883. (Zie Ing. St. n°. 12 en 16). Zonder discussie of hoofdelijke stemming wordt de voordracht aangenomen. VII. Staat van af- en overschrijving op de begrooting, dienst 1883. (Zie Ing. St. n°. 13 en 16). Zonder discussie of hoofdelijke stemming vastgesteld. VIII. Voordracht betrekkelijk de voorgenomen vaartverbetering tusschen Vliet en Rijn. (Zie Ing. St. n°. 15). Zonder discussie of hoofdelijke stemming aangenomen. 9°. Derde suppletoir kohier der plaatselijke directe belasting, dienst 1883. Wordt zonder hoofdelijke stemming vastgesteld tot een bedrag van 182.49. Niets meer aan de orde zijnde, wordt de vergadering gesloten. Te Leiden ter Boekdrukkerij van A. W. SIJTHOFF.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1884 | | pagina 2