GEMEENTERAAD VAN LEIDEN. 3 INGEKOMEN STUKKEN. N#. ft- Leiden, 8 Januari 1884. De Commissie van Financiën heeft geene bedenkingen tegen de door Burg. en Weth. ingediende suppletoire staten van begrooting en staat van af- en overschrijving op de begrooting dienst 1883. Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën, enz. N°- 6. Leiden, 8 Januari 1884. Naar aanleiding van de voordracht van Burg. en Weth. betrekkelijk de uitbetaling der jaarwedde van den overleden adjudant-onderofficier der schutterij hebben wij de eer U mede te deelen dat er ook, onzes inziens, alleszins termen bestaan om in dit geval een kwartaal der jaarwedde aan de weduwe uit te betalen, zoodat wij tegen het verleenen van de gevraagde machtiging geene bedenkingen hebben. Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën, enz. N°- Leiden, 8 Januari 1884. Naar aanleiding van het nader voorstel van Burg. en Weth. in zake de Kweekschool voor Zeevaart (Ingek. St. 1884 n°. 1), meent de Com missie van Financiën het volgende te moeten opmerken. Bij haar rapport van 21 December noemde zij het in de eerste plaats onraadzaam „in de vastgestelde regeling wijziging te brengen zoo kort nadat zij is tot stand gekomen, terwijl sedert geene omstandigheden zijn voorgevallen, die tot eene wijziging aanleiding zouden moeten geven." Zij verklaart nog steeds dit beginsel juist te achten. In de tweede plaats maakt zij zich eene andere voorstelling dan Burg. en Weth. omtrent de in 1879 gesloten overeenkomst. Zij konde daarin geene geldleening zien. De bedoelde gelden hadden wel gestrekt ten voor- deele van de Kweekschool, en aan de Kweekschool werden dus in rekening gebracht de renten van de ten haren behoeve besteede gelden. Maar de Kweekschool was voor dat kapitaal zelf niet debitrice geworden van de gemeente, en nimmer zoude van haar de teruggave van dat kapitaal kunnen worden verlangd. De gemeente was eigenares van den grond, dien zij tegenover de circa 7000 aanplempingskosten verkregen had. Het ligt voor de hand dat daarmede echter voor de gemeente een risico bleef. Het was onzeker of wanneer eens de overeenkomst een einde nam, de grond werkelijk 7000 zou waard zijn, of dus niet de gemeente aan kapitaal verloor.Dit was ongetwijfeld het motief van het amende ment dat de jaarlijksche bijdrage van 4'/2 op 5y2 percent bracht. Inden loop der jaren zoude de gemeente eene som verkrijgen die, gekapitaliseerd, zou kunnen opwegen tegen het bedrag dat de gemeente gevaar liep door de aanplemping te verliezen. Niemand zal ontkennen dat bij elk jaar het risico voor de gemeente zou verminderen, en dat na lange jaren de ge meente zelfs belangrijk voordeel van deze operatie zoude kunnen erlangen. Doch Uwe Commissie meende dat het Raadsbesluit duidelijk sprak en dat nog in lange jaren het punt niet was gekomen waarop de gemeenfb voor het bedoelde risico gedekt was. Burg. en Weth. geven ons echter de verzekering, dat wij ons „eene ge heel verkeerde voorstelling maken van hetgeen zij hebben voorgedragen." Door de „minder juiste redactie" van het in 1879 aangenomen amende ment en van het daarop gevolgde Raadsbesluit is dit laatste uitgevoerd op eene wijze waarop men behoort terug te komen. Wij hebben ons de 1 percent jaarlijksche rente voor te stellen als eene soort van aflossing: de Kweekschool moet worden beschouwd alsof zij circa ƒ7000 schuldig was, inzoover dat zij elk jaar 1 percent van dat bedrag moet aflossen, en voor het vorige jaar 4*/j percent rente betaalt. Indien nu Uwe Commissie zich omtrent de bedoeling van het Raads besluit van 1879 vergiste wat zij gaarne wil aannemen dan mag zij zich niet meer verzetten tegen het gewijzigde voorstel van Burg. en Weth., dat strekt om het verzuim van vroeger te herstellen. Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën, enz. N°. 8. Leiden, 10 Januari 1884. Wij hebben de eer aan Uwe Vergadering hiernevens overteleggeneen voorstel van de Commissie van Fabricage strekkende om het Raamland onder Leiderdorp wederom voor den tijd van 5 jaren ingaande 1 Januari 1884 in gebruik te geven met het recht van opstal aan de firma's Jan Zuurdeeg en Zoon c. s., voor de som van f 432 's jaars en onder de be staande voorwaarden, en geven U in overweging dienovereenkomstig te besluiten. De bestaande voorwaarden zijn de volgende: 1°. dat de houders van het recht van opstal bevoegd zijn om de af maaiing van het grasgewas of het beweiden van het land ten hunnen voor- deele te verpachten; 2°. dat zij verplicht zijn om de rondom het Raamland liggende slooten behoorlijk schoon te houden, op te maken en buiten alle schouwing te houden en voor hunne rekening te onderhouden het groote gangpad; voorts te gedoogen de bestaande bekende en onbekende servituten van overpad enz. grootendeels kenbaar aan de dammen, brughoofden, loopplan ken enz., der aanbelende tuingronden en landerijen, de petroleumpakhuizen enz. alsmede dat Burg. en Weth. zoodanig gedeelte van het niet met op stallen bezette Raamland afnemen, als zij om deze of gene reden noodig mochten hebben of ter bebouwing uitgeven, waarvoor de houders van het recht van opstal in dat geval eene vermindering van de door hen te betalen jaarlijksche som zullen genieten, berekend tegen twee cents per centiare. 3°. dat geene nieuwe opstallen mogen worden geplaatst zonder goed keuring van Burg. en Weth 4°. dat vóór het eindigen van den termijn van vijf jaren waarvoor het recht van opstal is verleend, de door de opstalhouders geplaatste opstal len moeten zijn weggeruimd, tenzij uitstel daartoe door Burg. en Weth. is vergundin gebreke waarvan de opstallen zonder waardevergoeding, waarvoor nu voor alsdan afstand wordt gedaan, het eigendom worden van de eigenaars van den grond. Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders van Leiden. Leiden, 8 Januari 4884. De Commissie van Fabricage heeft de eer voor te stellen, om aan de firma's Jan Zuurdeeg en Zoon, J. Scheltema Jansz. en H. J. Van Wensen, dekenfabrikanten alhier, wederom voor den tijd van vijf jaren, ingaande den ls'en Januari 1884 met het recht van opstal, in gebruik te verleenen een gedeelte van het Raamland, onder de gemeente Leiderdorp gelegen, thans groot 2 hectaren, en 46 aren volgens het kadaster sectie A n°. 2543 tegen f 432 's jaars, op dezelfde voorwaarden, als het bestaande contract, volgens raadbesluit van den 23sten Januari 1879: Aan Heeren Burg. en Weth. De Commissie van Fabricage, der gemeente Leiden. Leiden, 10 Januari 1884. De Commissie van Financiën heeft geene bedenkingen tegen de voor gestelde continuatie van het gebruik van het Raamland. Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën enz. N°. 9. Leiden, 10 Januari 1884. Onder overlegging van nevensgaande stukken geven wij Uwe Vergade ring in overweging te besluiten tot den openbaren verkoop van de daarbij bedoelde boomen ter rooiing en andere voorwerpen. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Leiden, 8 Januari 1884. De Commissie van Fabricage heeft de eer hierbij over te leggen eene lijst van doode en zieke boomen, om ter rooiing in het openbaar te worden verkocht, met twee oude straatmakersschuiten, een vletschuit, een oude stoomketel, een partij oud ijzer, brandhout en rommel, waartoe de machtiging van den Gemeenteraad wordt vereischt. De beplanting der opene plaatsen, ook door de rooiing der bedoelde boomen ontstaande, zal voorloopig kunnen geschieden, zonder verhoo ging der voor de aanschaffing van boomgewas voor 1884 toegestane gelden, terwijl later zal blijken of daartoe verhooging wordt vereischt. Aan Heeren Burg. en Weth. De Commissie van Fabricage, der gemeente Leiden. LIJST van doode en zieke boomen, voorgesteld om te doen rooien, benevens opene plaatsen, waar vroeger boomen stonden. Straten. N°. Getal. Soort v. boomen. Omschrijving v. d. toestand. Geerengracht Binnenvestgr.(Tevelshof.) Zijdgracht Garenmarkt hoek Raamst. Raamsteeg St. Jacohsgracht School Gortestraat Zonneveldsteeg Nieuwe Rijn Stille Rijn Apothekersdijk Beestenmarkt Nieuwe Beestenmarkt Morschsingel Rijnsburgersingel Id. L. Melkinrichting. Maresingel Id bij de Gasfabriek Langegr. Militair Tehuis Oude Rijn Middelweg Hooigracht Israëlietische begraafpl. I.eiderd. weg (Lage zijde) Hooge rijndijk 10 12 16 20 24 26 30 32 34 38 40 44 ongen. 25 3 13 31 41 8 ongen. 13 20 10 11 ongen. 22 34 1 18 ongen. 38 2 22 40 42 12 46 ongen. ïpenboom Lindeboom Ypen Kastanje Linden roode Kastanje Ypen Kastanje dunne Ypenboom Lindenboom zware Ypen dunne Ypen dunne Ypen Kastanje Linden Ypen bijna dood. geheel 5 doode, 3 bijna doode boomen. bijna dood. geheel dood (dunne boom). (dunne boom.) bijna geheel bijna geheel W dood. staat gevaarlijk. half dood en gevaarlijk, zeer slecht, de kop afgewaaid, dood. staan alle scheef, dood. bijna dood, gevaarlijk, hol. dood. aangevraagd te rooien, dood. de kroon afgewaaid. Ten verkoop wordt voorgesteld Ruïnelaan b/d Garenmarkt I zware Ypenboom 1 in zeer scbeeven toestand

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1884 | | pagina 1