52 die zich staande de vergadering bereid verklaarde de benoeming te aan vaarden. Als Voorzitter werd met algemeene stemmen gekozen de heer Mr. C. Cock, waarvan hem eveneens zal worden kennis gegeven. d. twee leden van de Commissie van Fabricage. Achtereenvolgens worden herbenoemd de aftredende leden Van der Zweep en Van Dissel. Eerstgenoemde zal van deze benoeming worden in kennis gesteld, terwijl de heer Van Dissel zich bereid verklaarde de be noeming te aanvaarden. VI. Benoeming van twee bestuurders van het Stedelijk Werkhuis. Achtereenvolgens worden herbenoemd de heeren II. C. Hartevelt met 15 stemmen, één briefje was blanco, en H. C. Juta met algemeene stemmen. VII. Benoeming van een derden onderwijzer aan de school der 3de klasse. (Zie Ing. St. n°. 152.) Benoemd wordt de heer J. C. A. Binnendijk met 15 stemmen, één briefje was blanco. De Voorzitter. Ik stel voor nu reeds, in afwijking van het reglement van orde, hetwelk voorschrijft dat de voordracht voor eene benoeming acht dagen ter visie moet hebben gelegen, hetgeen in casu niet heeft plaats gehad, over te gaan tot de benoeming van een concierge aan de Hoo<*ere Burgerschool voor Meisjes. Heeft een der leden daartegen bezwaar Niemand zich daartegen verklarende werd met 15 stemmen benoemd H. Van der Wiel, één stem werd uitgebracht op Teyken. VIII. Verzoek van A. Goudswaard, om ontslag als tweede onderwijzer aan de school 3de klasse n°. 2. (Zie Ing. St. n°. 151). Zonder discussie of hoofdelijke stemming eervol verleend. IX. Verzoek van W. W. Schipper, om ontslag als tweede onderwijzer aan school 3de klasse n°. 2. (Zie Ing. St. n#. 151.) Zonder discussie of hoofdelijke stemming eervol verleend. X. Verzoek van mej. A. W. C. Vermandei, om ontslag als derde onderwijzeres aan de Meisjesschool 2de klasse. (Zie Ing. St. n°. 158.) Zonder discussie of hoofdelijke stemming eervol verleend. XI. Verzoek van C. Blansjaar, ter bekoming van grond aan den Zijlsingel. (Zie Ing. St. n°. 148 en 159.) Zonder discussie of hoofdelijke stemming toegestaan. XII. Voordracht betrekkelijk de inrichting van localiteit in het Inva lidenhuis voor de bewaring van archieven. (Zie Ing. St. n°. 149 en 159) Zonder discussie of hoofdelijke stemming toegestaan. XIII. Verzoek van W. B. A. Van Ilarteveld, om een duiker te leggen door het Delftsche Jaagpad. (Zie Ing. St. n°. 160.) Zonder discussie of hoofdelijke stemming toegestaan. XIV. Voordracht betrekkelijk een bezoek van de stadswerklieden aan de Amsterdamsche Tentoonstelling. (Zie Ing. St. n°. 161.) De heer Driessen. Zoudt U mij even willen inlichten, M. de V., hoe groot het aantal is. De Voorzitter. Ongeveer 60 man. Goedgekeurd zonder hoofdelijke stemming. XV. Verdeeling van den Raad in sectiën. Bij het lot worden de Sectiën samengesteld als volgt: lBte Sectie. De heeren: Hartevelt, Voorzitter. Land, lid der Commissie van Financiën, De Laat de Kanter, lid der Commissie van Fabricage, Driessen, Dercksen, Cock, Bredius, De Goeje, Juta. 2de Sectie. De heeren: Bool, Voorzitter, Damsté, lid der Commissie van Financiën, Van Dissel, lid der Commissie van Fabricage, Van Wensen, Donner, Zaalberg, Le Poole, Zaaijer, Van der Hoeven. 3de Sectie. De heeren: De Fremery, Voorzitter, Knappert, lid der Com missie van Financiën, Van der Zweep, lid der Commissie van Fabricage, De Geus, Scheltema, Verster, De Clercq, Buys, Was. De heer Bool verlaat de Vergadering. XVI. Rekening over 1882 van het Ned. Israëlietisch Armbestuur. (Zie Ing. St. 156.) Zonder discussie of hoofdelijke stemming goedgekeurd. XVII. Rekening van Vrouwen-Kraammoeders. (Zie Ing. St. n°. 157.) Zonder discussie of hoofdelijke stemming goedgekeurd. XVIII. Rekening van het R. K. Wees- en Oudeliedenhuis. De heer van Wensen verlaat voor eenige oogenblikken de vergadering. De rekening wordt daarna zonder discussie of hoofdelijke stemming goedgekeurd. XIX. Rekening van het R. K. Armbestuur. (Zie Ing. St. n°. 155.) Zonder discussie of hoofdelijke stemming goedgekeurd. De heer Van Wensen neemt zijne plaats wederom in. XX. Rekening van het H. G. of Arme Wees- en Kinderhuis. De heer Hartevelt verlaat voor eenige oogenblikken de vergadering. De rekening wordt daarna zonder discussie of hoofdelijke stemming goedgekeurd. XXI. Rekening van het Stedelijk Werkhuis. De Voorzitter. Deze rekening zal ook nu tot eene volgende vergade ring moeten worden aangehouden, aangezien twee leden de vergadering moeten verlaten en het aantal alsdan niet voldoende is om besluiten te nemen. Verlangt nog een der leden het woord? De heer Damsté. Ja, M. de V. Met genoegen heb ik uit de nieuwsbladen vernomen, dat ook B. en W zich welwillend belast hebben met het ontvangen der giften welke men zal willen afzonderen voor de groote ramp, welke op Java heeft plaats gehad. Ik zou echter wel de vraag willen doen aan B. en W. of het niet doel matiger zou wezen een collecte langs de huizen te doen houden mag men ten minste de berichten in de bladen gelooven, dan is de ramp van dien aard, dat veel hulp, maar ook spoedige hulp noodzakelijk zal zijn. Ik zou daarom B. en W. in overweging willen geven om zoo spoedig mogelijk, b. v. op aanstaanden Maandag eene collecte langs de huizen te houden. De heeren. der gebuurten hebben zich bij dergelijke gelegenheden altijd bereidvaardig getoond, zoodat m. i. van dien kant geene bezwaren zullen gemaakt worden. De Voorzitter. B. en W. zullen zeer gaarne het denkbeeld van den heer Damsté in overweging nemen en het resultaat daarvan zal later blij ken. Uit den aard der zaak is het onmogelijk nu reeds eene beslissing daaromtrent te nemen en ik geloof daarenboven niet dat deze quaestie in den Gemeenteraad thuis behoort. Mijn persoonlijk gevoelen op dit oogen- blik is, dat wij niet overhaast te werk moeten gaan, daar wij uit de dagbladen hebben gezien, dat Z. K. H. de Prins van Oranje zich aan het hoofd heeft gesteld van eene commissie. Willen wij nu met vrucht werk zaam zijn voor de geteisterde streken van Indië, dan moeten wij m. i. naar een aangegeven plan handelen. Wij hebben ons intusschen bereid verklaard giften te ontvangen, welke men voor dat doel zou willen af zonderen, maar zullen nu eerst moeten afwachten welke maatregelen ge nomen worden door de Hoofd-Commissie, welke verzoeken tot medewer king door deze aan de verschillende gemeenten zullen worden gedaan. Ik twijfel niet of wij zullen binnen weinige dagen een dergelijk verzoek krij gen, en dan zal het aan onze zijde niet aan den noodigen ijver en lust ontbreken om zooveel mogelijk te helpenwij rekenen bij zulk eene ge legenheid nooit tevergeefs op de welwillendheid van velen en speciaal op de heeren der gebuurten, die steeds met de meeste bereidwilligheid dat gene hebben gedaan, wat noodig was tot het welslagen van deze of gene zaak. De heer Damsté. Dank U, Mijnheer de Voorzitter. Niets meer aan de orde zijnde, wordt de vergadering gesloten. Te Leiden ter Boekdrukkerij van A. W. S1JTHOFF.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1883 | | pagina 2