GEMEENTERAAD VAN LEIDEN. 5 INGEKOMEN STUKKEN. f 232.44 129.13® 154.90 193.70 129.13® N°. 7. Leiden, 9 Januari 1882. Wij hebben de eer Uwe Vergadering hiernevens over te leggen een schrijven van H.H. Commissarissen der Bank van Leening waarbij mach tiging wordt verzocht om de daarbij bedoelde over 1881 vrijgevallen som van f 309.70 aan tractement en administratieloon, onder de overge bleven beambten te verdeelen, onder bijvoeging van een nader door Commissarissen overgelegden staat van het bedrag van het administratie- loon waarop dit bij de reorganisatie van de Bank is geraamd en van hetgeen over 1881 aan de verschillende beambten is uitgekeerd. Overtuigd van de billijkheid van het voorstel van Commissarissen, ver eenigen wij ons daarmede ten volle en geven U mitsdien in overweging de gevraagde machtiging te verleenen. Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz. Leiden, 3 Januari 1882. Verschillende omstandigheden, en daaronder in de eerste plaats de vestiging van meerdere zoogenaamde huizen van koop met recht van wederinkoop, zijn oorzaak geweest dat in het laatste halfjaar de inkom sten van onze Bank belangrijk zijn verminderd. Deze vermindering drukt behalve op de inrichting zelve, ook zeer in het bijzonder op hare amb tenaren om dat dezen voor een deel bezoldigd worden uit de opbrengst van het administratieloon en dit loon afneemt naarmate de beleeningen in aantal verminderen. Gelukkig bestaat er op dit oogenblik gelegenheid dit verlies althans gedeeltelijk te dekken omdat ten gevolge van het aan den beambte Mulder verleend eervol ontslag, over 1881 aan traktement en administratieloon eene som is vrijgevallen van f 309.70. Wij wenschen daarom aan Uwe Vergadering machtiging te vragen om deze som onder de overgebleven beambten te verdeelen, in zoodanige verhouding als ons zal blijken de meest billijke te zijn en hen dus, zij het dan ook niet volledig, het verlies te vergoeden, dat zij geheel buiten hunne schuld geleden hebben. Wij vinden te meer vrijheid om U dit voorstel te doen omdat de voorloopige niet aanvulling van de bestaande vacature natuurlijk de dienst voor de overgebleven beambten moeilijker heeft gemaakt en de billijkheid vordert de buitengewone werkzaamheden, welke zij zich moesten getroosten, door eene buitengewone toelage te beloonen. Commissarissen van de Bank van Leening, T. J. Buys, Voorzitter. Aan den Gemeenteraad. W. de Jongh, Secretaris. Bij de reorganisatie van de Bank van Leening te Leiden is het te ont vangen administratieloon begroot op f 3500 's jaars, waarvan aan de beambten zou worden uitgekeerd, als: i) f 630.— 350.— aan den Controleur 18 °/0 dus Onder-Kassier 10 Boekhouder 12 Taxateur 15 2 Klerken ieder 10 Gedurende den dienst 1881 is ontvangen f 2208.66 en uitgekeerd: aan den Controleur f 397.56 420. 525.— 350.— n Onder-Kassier 220.86® Boekhouder 265.10 Taxateur 331.30 Klerken 220.86® zoodat over gemelden dienst minder is uitgekeerd, dan de primitieve be grooting, te weten: aan den Controleur Onder-Kassier Boekhouder Taxateur Klerk ij N°. 8. Leiden, 7 Januari 1882. Ter vervulling der vacature ontstaan door het overlijden van den heer K. De Jong, in leven la onderwijzer aan de school van de 3a klassen®. 1, hebben wij de eer Uwe Vergadering hierbij over te leggen eene voordracht opgemaakt in overleg met den Arrondissements-Schootopziener na inge wonnen advies van het betrokken hoofd der school, dat ter inzage van de leden in de leeskamer is nedergelegd, als: 1°. Cornelis Lambertus Van den Berge, 2°. Pieter De Jong, 3°. Gerardus Bernardus Engeltjes, de beide eersten werkzaam als 2e onderwijzer aan de genoemde school, de laatste 2e onderwijzer aan de school der 4® klasse n°. 1. Onder mededeeling dat aan die betrekking eene jaarwedde van f 1100 is verbonden, nemen wij de vrijheid U te verzoeken tot eene benoeming te willen overgaan. Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders enz. Te Leiden ter Boekdrukkerij van A. W. SIJTHOFF.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1882 | | pagina 1