93
■13
ongelukkigen weg hebben ingeslagenom onze uitgaven door middel van
geldleeuingen te bestrijden, maar het gaat toch niet aan om eene geldleening
aan te gaan voor zulke kleinigheden als waarvan hier sprake isnamelijk
een stuk of wat wachthuisjes; ik zou bijna gezegd hebben schilderhuisjes,
want veel meer is het niet. Ik ben zeer bevreesd dien weg te bewandelen
om voor allerlei kleine uitgaven geldleeningen te sluiten. Heeft men geen
geld meer beschikbaar op den post van onvoorziene uitgaven der loopende
begrootingwelnu men stelle de zaak een maand uit en brenge ze op den
dienst 1881. Het is intusscben best mogelijk, dat hier alleen van geld
leenen wordt gesproken om de begrooting op het papier te doen sluiten en
alzoo de goedkeuring van de Ged. Staten te verkrijgen, terwijl Burg. en
Weth. met genoegzame zekerheid voorziendat de zaak bij het eindigen
van het dienstjaar door af- en overschrijving zal kunnen gevonden worden.
In dat geval vervalt mijn bezwaar. Ontvang ik echter die verzekering niet
en mocht het dus werkelijk de bedoeling zijn deze uitgave door eene geld
leening te bestrijdendan zou ik mij er tegen moeten verklaren.
De Voorzitter. Ik meen den vorigen spreker te moeten antwoorden,
dat er op dit oogenblik op geen andere wijze dan op de voorgestelde in
de zaak is te voorzien. Wij hebben onlangs op dezelfde wijze de noodige
gelden voor het verbouwen der localen in het voormalige Nosocomium toe
gestaan. Het spreekt van zelf, dat wij niet voor elke uitgave eene afzon
derlijke geldleening zullen sluitenmaar dat er later eene geldleening zal
worden aangegaan tot bestrijding van verschillende uitgaven, waartoe de
Baad successivelijk besloot. Én alvorens over het bedrag eener geldleening
te beschikkenzullen wij toch bij den Baad moeten komen om aan te
toonen wat daaruit moet worden bestreden.
De heer Cock. Het blijkt uit het gegeven antwoord duidelijkdat de
uitgaven benoodigd voor deze zaak geheel of gedeeltelijk door het leenen
van geld zullen gedekt worden; althans de door mij gevraagde verzekering
heb ik niet ontvangen. Tot mijn leedwezen zal ik dus moeten tegen
stemmen. Maar waarom de zaak niet uitgesteld? Er is waarlijk zoo'n
haast niet bijen dan zal men zijn toevlucht niet behoeven te nemen tot
eene geldleening.
De Voorzitter. De Baad heeft besloten dat de brugwachterswoningen
vdór 1 April a. s. zouden worden opgericht. Tot de uitvoering van dat
besluit strekt dit voorstel. Het is mogelijk dat er later gelegenheid zal
gevonden worden om zonder geldleening in deze uitgave te voorzien. Is
dat het gevaldan kan het nu te nemen besluit gewijzigd worden.
De heer Cock. Er is in allen gevalle nog tijd genoeg om vódr 1 April
aanstaande nieuwe huisjes te doen bouwen. Eerst op dien datum treedt de
nieuwe regeling in werking. Men make reeds nu alles gereed voor de
aanbesteding en schrijve die uit tegen primo Januaridan heeft de aanne
mer nog drie maanden voor zichen de uitgave wordt betaald uit den
dienst 1881, waarop de geheele post van onvoorziene uitgaven nog be
schikbaar is.
In omvraag gebracht, wordt het voorstel van Burg. en Weth. aangeno
men met 12 tegen 5 stemmen.
Tegen stemden: de heeren Cock, Dercksen, Donner, Scheltema en Verster.
VIII. Verzoek van G. Brandsenter bekoming van grond.
(Zie Ing. St. no. 213.)
Wordt met algemeene stemmen toegestaan.
IX. Voordracht tot tijdelijke vermeerdering vap het hulppersoneel aan
de school n°. 1 voor minvermogenden.
(Zie Ing. St. no. 215 en 222.)
Wordt met algemeene stemmen aangenomen.
X. Verzoek van T. Strangers om een stoep te
te maken.
(Zie Ing. St. no. 216.)
Wordt zonder hoofdelijke omvraag toegestaan.
leggen en een kelderraam
XI. Verzoek van J. A. Bernard, om een brug te leggen.
(Zie Ing. St. no. 217).
Wordt zonder hoofdelijke stemming toegestaan.
XII. Verzoek van de Hollandsche spoorweg-maatschappij ter bekoming
van een uitweg op den Bijnsburger straatweg.
(Zie Ing. St. n°. 218.)
Wordt zonder hoofdelijke stemming toegestaan.
XIII. Suppletoire staat van begrootingdienst 1880, wegens de bijdragen
van het Bijk in de kosten van het lager onderwijs.
(Zie Ing. St. nos. 220 en 222.)
Wordt met algemeene stemmen goedgekeurd.
XIV. Staat van af- en overschrijving op de begrooting, dienst 1880.
(Zie Ing. St. no. 223.)
Wordt met algemeene stemmen goedgekeurd.
XVI. Voordracht van Commissarissen der Bank van LeeniDgbetrek
kelijk eene verlenging der tarieven.
(Zie Ing. St. no. 224.)
Wordt met algemeene stemmen aangenomen.
De Voorzitter. Zoo niemand meer bet woord verlangtwordt de
openbare vergadering gesloten en veranderd in eene zitting met gesloten
deuren.
Zitting van Dinsdag 7 December 1880.
geopend 's namiddags te 4 uren.
Voorzitter: de heer Burgemeester L. M. De Laat de Kanter.
Ie behandelen onderwerp-.
Adres aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal in zake de Buïne. (226)
Tegenwoordig 14 ledennl. de heeren Van WensenDriessenVan der
Lith, De Goeje, Zaalberg, Du Bieu, Scheltema, De Clercq, Van der
Zweep, Wilhelmy Damsté, Juta, Bredius, Hartevelt en De Laat de Kanter.
De Voorzitter. Ik stel voor, wegens het late uur waarop de vergadering
is bijeengekomenhet lezen der notulen van de laatstgehouden zitting tot
de volgende vergadering uit te stellen.
Dienovereenkomstig wordt besloten.
De Voorzitter, Aan de orde is het adres aan de Tweede Kamer der
Staten-Generaal in zake de Ruïne. Dat adres, door de daartoe benoemde
Commissie opgesteldis aan de leden rondgedeeld. Verlangt een der leden
over dat adres nog het woord te voeren? Zoo niet, dan stel ik voor het
adres bij acclamatie goed te keuren.
Dienovereenkomstig wordt besloten.
De heer Van der Lith. Een enkel woord, mijnheer de Voorzitter!
Er zullen toch zeker exemplaren van het adres gedrukt worden voor de
leden der Tweede en ook der Eerste Kamer?
Het ligt in ons plan exemplaren van het adres te zenden
beide kamers en aan den Minister van Binnenlandsche
De Voorzitter.
aan de leden der
Zaken.
Er blijft mij nu nog alleen over den dank der vergadering te betuigen
aan de Commissie voor de wijze waarop en den spoed waarmede zij het
adres heeft ontworpen, zoodat het nog heden kan verzonden worden, naar
ik wensch met goede vrucht.
Niemand meer het woord verlangendesluit de Voorzitter de vergadering.
Te Leiden ter Boekdrukkerij van J. C. DRABBE.