51
K°. 169. Leiden, 1 October 1880.
Ter vervulling eener bestaande vacature aan de Openbare school nB. 3
voor minvermogendenhebben wij in overleg met den hoofdonderwijzer
dier school en den districtsschoolopziener eene voordracht opgemaakt ter
benoeming van een hulponderwijzer op eene jaarwedde van /550, als:
1°. J. W.. Vvuysterthans tijdelijk hulponderwijzer aan genoemde
school, 2°. F. J. lilöte, hulponderwijzer en 3°. A. Catlel, tijdelijk hulp
onderwijzer aan de jongensschool 1ste klasse.
Wij nemen de vrijheid Uwe Vergadering te verzoeken alsnu tot eene
benoeming te willen overgaan.
Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz.
N°. 170. Leiden, 28 September 1880.
Ter voldoening aarl artikel 5 van het reglement voor de gémeente-in-
richting voor de opleiding vari Oost-Indische ambtenaren te Leiden, hebben
Curatoren dier Inrichting de eer IJ, ter vervulling van de vacatureont
staande door de periodieke aftreding van een der leden van het Curato
rium, de volgende personen aan te bevelen:
J. Groll, Voorzitter van den Raad van beheer der Ned. Indische spoor
wegmaatschappij en
H. J. BoolOud-directeur van financiën en van burgerlijke openbare
werken in Ned. Indië.
Curatoren voornoemd
Abri den' gemeenteraad. De Kanter, Voorzitter.
P. A. V. D. Lith, Secretaris.
N". 1ST. 2 October 1880
Ondergeteekenden wenschen eenige wijzigingen voor te stellen in de
Ontwerp-Verordeningeu voor de Iloogere Burgerschool voor meisjes. Zij
déèle'n die réjeds 1n,u1HsQhrjftelük mede opdat hunne medeleden die bij het
onderzoek der Ontwerpen teven? kunnen, overwegen, en vooral ook, om
de Commissie yan Toezicht in, de gelegenheid te stellen daarvan vooraf
këpfiis te tjjsipefy en, goo zij eenige bedenking daartegen mocht hebben,
daarvan voor de openbare behandeling mededeeling te doen.,
1° Ontwerp. Art. 2. Daar het van 't,grootste belang is, het getal
scholuren zooveel mogelijk, te beperken, moet geen vak opgenomen wor
den, waarvan de nóodzgkgl,iykheid niet is gebleken. Op grond hiervan,
stellen ondergeteekenden voor het, vak m «schoonschrijven" weg te laten.
Naar hunne meeningzal eene aanbeveling j van de directrice aan de
leeraressen om goed op .iet schrift te letten, voldoende zijn. Ook de
Inspecteur vindt afzonderlijke schnjflessén overbodig.
Art, 21 laatste aliti. Het komt ondergeteekenden niet overbodig voor,
hiétbij" 'le volégèW1,1' dat directrice en leeraresSen (resp. leeraars) het voor
stel omlreht 'tliè^bé^jirdel'ing^doen, terwijl de beslissing daarvoor aan
de Commissie van Tóezttfhf verblijft.
Art. 22. Het komt óndëtigeïëékën(fëhvwenschelijk voor, dat dit regle
ment eerst na de' benoëtbing der directrice gemaakt en zij daarover vooraf
gehoord yvojrde. t
II® Ontwerp. Art. i d. Ondergeteekenden stellen voor te lezen «leera
res of leeraar", opdat de aanstelling van een leeraar niet uitgesloten zij-.
Daar de InspeateUr van oordeel is dat ƒ1600 eene alleszins voldoende
bezoldiging.; woor eene leerares is? en de door de Commissie van Toezicht
voorgestelde wedde van ƒ1800 te laag is voor een leeraar, meenen on->
derget^ekenden dat dejaarv/edde van ƒ1600 moet behouden blijven, ter
wijl voor het geval dat de bendemihg van een-leeraar wenschelijk wordt
geacht, die wedde,tot'het vereischte bedrag kan worden verhoogdwaar
toe de gemeenteraad zich bij Art.'5, de bevoegdheid heeft voorbehouden.
Art. 1 e. In het Qorsprqpkeiyk ontwerp,der Commissie) van Toezicht,
waren voor «plant- en dierkunde" 7 uren uitgetrokken, welk getaluze-
ker reeds ruim was berekend, daar men toch geen physiologie van den
mensch en gezondheidsleer onder dit vak wil begrepen zien. Tol nog
toe worden aan de hoogste klassen der meisjesschool le klasse 3 uren
voor dit 'Hraki bftétóëË Mn"êlkri|eval is de bezoldiging dezer leerares in
verhouding lot, den dienst, 'dien zij te bewijzen heelt zeer hoog. De
Commissie' van 'Toezidit erkent'.'dit ook, doch*.meent die zoo hoog teT
moeten' sleli'en, daar de leerares hierin haar bestaan zal moeten vinden.
Ondergeteekenden:' meenën dat indien ;aan deze leerares tevens het on
derwijsman; de. kweekschool en aan de hoogste klassen der meisjesschool
2e kl. wordt opgedragen en zij voor dit onderwijs afzonderlijk wordt'be
zoldigd^ de iwedünJhier Snb e uitgetrokken, gerust tot ƒ900 kan wor
den •yeriJïroderd'je ébdïa tw&itow ej gninaolblog nim ioob hebnovsg
Art. l en l. Ondergeteekendèn stellen voor, deze bepalingen weg te
laten en evenals in Art. 3, 4 en 6 de letters en l te schrappen, en
daarvoor in plaats te stellen: mógwfi
«De bezoldiging en verplichtingen der leeraressen voor hel handteeke-
nen en de^gymnë®,1-^ woj-jdep bij afzonderlijke verordening geregeld."
Art. i li. Overeenkomstig de opmerking tpt Art. 2 yan het Ie Ont-
wefp/sfelföh' ÖHdèrb'èWKedtleh voor, ,déZe alinea te doen vervallen. Yoor
het 'gèviY dit 'uè gfiméërifërtt'ct'd zop wenschen het leervak te behouden,
geven 'zij ih overweging«leerares of leeraar" te lezen.
Art. 3, de letters en l, en in Art. 4, de l weg te laten.
Art. 6, Te Alin. te lezen: pe leerares vermeld onder e, kan tevens
belaèt"'Worden' niet Hét óVidefwijs aan de kweekschool voor onderwijzers
en ofidétWijzë'rpsSen 'én aan dé hoogste klassen der meisjesschool 2e kl.
In aliii. 3, dë letters1'/ en l 'Wég té laten.
51. J. De Goeje.
P. A. V. d. Lith.
N®. i.72. Leiden, 4 October 1880.
In de zitting van 17 Juni j,i. werd mededeeling gedaan van een schrij,
ven .van hel college yap: slads-genee?,-. en „heelkundigen o. m. betrekking-
hebbende op de inrichting van een pare vaccinogène van gemeentewege.
Op onze uitnoodiging zijn daaromtrent door voornoemd college nadere
inlichtingen verstrekt bij missive van 1 October jl.welke missive hier
nevens wordt overgelegd.
Wij hebben gemeend Uwe Vergadering hiervan in kennis te moeten
stellen, terwijl wij U tevens in overweging geven de zaak voorloopig aan
te houden, zullende, zoodra de noodzakelijkheid van de oprichting
van een pare vaccinogène door de gemeente mocht blijken, van die
inlichtingen gebruik kunnen worden gemaakt.
Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz.
Leiden, 1 October 1880.
In antwoord op Uwe geëerde missive van 10 September dezes jaars,
heeft het college van stads-genees- en heelkundigen de eer U mede te
deelen, dat, overeenkomstig haar schrijven van 12 Juni jl.voor
een op te riehten pare vaccinogène gedurende de drie zomermaan
den, behalve de kosten van inrichting der lokalen, stallen, meubilair
enz. jaarlijks zoude benoodigd zijn duizend gulden, aldus berekend:
30 kalverén ƒ10 het stuk 300.
Melk voor dertig kalveren, 12 liter daags, ƒ0,08 de liter 288.
Loon voor een knecht, met de oppassing der kalveren belast 150.
Loon voor het keuren aan den Veearts50.
Schrijfloon aan een daartoe te benoemen persoon100.
Aan Instrumenten, Chemicaliën en varia112.
maakt 1000.
Hiermede vermeenen wij aan Uw verzoek te hebben voldaan.
Namens stads-genees^ en heelkundigen,
A. E. Simon Thomas, Voorzitter.
Dr. Boursse Wils, Secretaris.
N°. 173. Leiden, 5 October 1880.
De Commissie van Financiën maakt geene bedenkingen tegen de in
hare handen, ten fine van onderzoek, gestelde rekening van de plaat
selijke schoolcommissie, over 1879, en heeft de eer U voor te stellen
die goed te ketlren in ontvangst en in uitgaaf ad 150.34.
Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën, enz.
N». 174. Leiden, 4 October 1880.
Reeds meermalen is sprake geweest van eene reorganisatie van den
geneeskundigen diénst der armen in deze gemeente eh tevens door onder
scheidene leden gewezen op de wenschélijkheid dat de genees-en de
heelkundige praktijk aan dezelfde personen zoude worden opgedragen.
In dien zin zijn dan ook reeds tweemalen door Uwe Vergadering besluiten
genomen,
Yooreerst werd in de zitting van 30 December 1878, nadat aan Dr.
G. Zaalberg, eervol ontslag was verleend als stads-geneeskundige, aan
den stadsheelkundige Dr. Jac. Van Kaathoven, op diens verzoek, tevens
de geneeskundige praklyk opgedragen en vervolgens werd in de zitting
van 27 Februari 1879 Dr. H. Boursse Wils benoemd lot stadsgenees-
en heelkundige, ingevolge het aan Dr. Van Kaathoven verleend eervol
ontslag. 1 ijthi ns'i l)i9J88't06fi nsb'fcw Ibx t.;L eoovét t
Thans is wederom in het college eene vacature ontstaandaar Dr.
Ter Laag, in de zitting van 26 Augustus eervol is ontslagen als
stads-geneeskundigezoodat wij gemeend hebben eene reorganisatie aan
Uwe Vergadering te moeten voorstellen en, wel met inachtneming van
de vroeger genomen raadsbesluiten bovenbedoeld, betrekking hebbende
tot eene combinatie van de genees- en heelkundige praktijk.
Yan de tegenwoordige stads-doctoren zyn ook tot de heelkundige prak
tijk bevoegd, behalve Dr. Boursse Wils voornoemd, de heeren Dr.
Weebers en Dr. Van Iperen. Aan die beide laatsten'^oude alzoo mede
kunnen worden opgedragen de heelkundige praktijk in de wijkendie hun
thans voor de geneeskundige praktijk zijn toegewezen, terwijl alsdan
de dienst van de stads-chirurgende' heeren DesertineAalberlsberg en
Longepee zoude moeten worden beperkt tot de wijken voor den genees
kundigen dienst'Toegewezen aan de heeren stads-doctoren Dr. Baert en
Dr. Kisten die welke bestemd is voor den te benoemen titularis. Voor de
bestaande vacature zoude alsdan moeten worden opgeroepen een voorde
genees»,- en de heelkundige praktijk bevoegd persoon, met bepaling dat,
zoodra eene der tegenwoordige betrekkingen van stads-chirurgijn vacant
mocht komen, hem mede de heelkundige praktijk in de hem toegewe
zen buurten wordt opgedragen, in welk geval, zoo noodig, de wijkvër-
deeling van de stads-chirurgen zoude moeten worden gewijzigd.
De jaarwedden zouden naar onze meeningals volgt moeten worden
vastgesteld.
Voor-de genees- en heelkundigen ƒ800; voor de tegenwoordige genees
kundigen ƒ450 en voor de tegenwoordige heelkundigen 430; wat laatst
genoemden betreft, overeenkomende met het tegenwoordig bedrag.
De heeren Weebers, Van Iperen en Boursse Wils zullen alsdan eene
jaarwedde genieten van 800, de heeren Baert en Kist van f 450 en
de heeren Desertine, Aalbertsberg en Longepee hunne tegenwoordige
jaarwedde van 430 behouden. Aangezien de dienst van laatstgenoemden
eenigermato wordt beperkt, bestaan er voor verhooging vari jaarwedde
geen termenhetgeen wel het geval is ten aanzien van de tegenwoordige
geneeskundigen, wier jaarwedde ook in verhouding tot die der heel
kundigen te gering is.
Wij hebben omtrent dit plan het gevoelen ingewonnen van het college
van stads genees- en heelkundigen, wiens rapport hiernevens wordt over
gelegd. Uit dat rapport blijkt dat dit college zich niet wel met ons plan
kan vereenigen, doch wenschelijker acht eene regeling als werd omschre
ven in hun rapport van 25 Februari 1879, medegedeeld in de Raads
zitting van den 27 Februari d. a. v.
Wij hebben met belangstelling van het nader rapport kennis genomen,
doch, hoezeer wij de aangevoerde bezwaren eerbiedigen, zijn wij niet over-
i i iuW 1
Ing. stokken 1880.