25 gezondheid van dezen of genen vriend of nabestaande? Stel, er wa9sprake van het al of niet gevaarlijke van het vervoeren van een ons dierbaren ziekeen de geraadpleegde medicus van beroep raadde dat vervoer bepaald af, terwijl een ander persoondie hoegenaamd geen medicus van beroep was, maar die uit liefhebberij wat aan de medicijnen had gedaan, dit ver voer aanraadde. Zouden wij twijfelen? Maar al ware de zaak thans in behandeling, twijfelachtigdan zie ik er nog het nut niet van indat de stad maar altijd afstand doe van wat zij bezit en dat aan een wild vreemde. Kwamen wij waarborgen te kort, de firma Crans C°. zoude ze ons onver plicht niet komen aanbieden, en zeer terecht; ieder boude het zijne. Bij de aanvaarding van mijn lidmaatschap van den Raad heb ik den eed afge legd, dat ik de belangen der gemeente met al mijn vermogen zou voor staan. Ik begrijp, dat daaronder ook moet verstaan worden het niet prijs geven der waarborgen, die de gemeente beeft. Het geval zoude natuurlijk geheel anders zijnindien ik hier zat om de belangen van deze of gene firma met al mijn vermogen voor te staan. Nu is dit bet geval niet en houd ik mij aan bet advies van onzen consulent, den beer Neeb. Ten slotte nog een woord over den zakelijken waarborgdie ons in ruil voor den personeelen wordt aangeboden. Deze zal daarin bestaan dat de onroe rende goederen der maatschappij, gelegen binnen de gemeente Zoeterwoude Oegstgeest en Leidenvoor de richtige uitvoering der concessie enz. enz. aan de gemeente Leiden verbonden worden. Zal dit iets bettekenen dan zullen die goederen hypothecair moeten verbonden worden. Doch waarin bestaan die onroerende goederen? Uit rails, die in den grond liggen, en uit een planken loods en wellicht nog een schuurtje, staande op terrein, dat de maatschappij tijdelijk in recognitie of in opstal heeft, welk terrein niet eens aan de stad Leiden alleen toebehoort, maar als onverdeeld eigen dom aan de steden Leiden, Woerden en Utrecht. Stel nu eens, dat de rails, liggende in de openbare straatvoor hypothecair verband vatbaar zijn wat minstens twijfelachtig is dan zou in geval van executie ons gebeele verbaal neerkomen op wat oud ijzer en eenigc planken. Doch reeds genoeg. Ik zal tegen het voorstel stemmen. De heer Verster. Ik zal ook tegen het gedane voorstel stemmen. Wij moeten ons, dunkt mij, houden aan het advies van onzen stads-consulent. Wanneer de heer Cock, die rechtsgeleerde is. meent dit te moeten doen, dan is dit voor mij, als leek, cene dubbele reden om evenzoo te handelen. In zaken van fabricage zoude een advies van den heer Neeb voor mij minder waarde hebben dan een door de Commissie ad hoe uitgebracht rapport; maar waar sprake is van eene rechtsquaestie hecht ik daarentegen meer aan de meening van onzen consulent, dan aan die der Commissie van Fabricage. De heer Van der Zweep. Als het waar is, wat de heer Cock beweert, dat de goederen of gebouwenwaarop hypotheek zal worden gevestigdniets waard zijn, dan bestaat er ook volstrekt geen bezwaar tegen de inwilliging van het verzoek. De stad risqueert daardoor niets. De heer Cock. Wat men ons als waarborg geven wil, heeft naar mijne overtuiging weinig waardeen daarom wil ik behouden wat wij hebben. Het doet mij leeddat het advies van den heer Neebtwee jaren geleden ingezonden, en waarop men zich thans beroept, niet onder de overgelegde stukken is medegedeeld. Toen gold het de overdracht aan de firma niet aan de Daamlooze vennootschap Philips C#. te Londen. Bij gebreke van dat advies moet ik mij wel behelpen met betgeen ik daarom trent in zijn advies van dit jaar vind. Daaruit meen ik te mogen opmaken dat de heer Neeb in 1878 de overdracht aan Philips C'. slechts heeft aangeraden onder uitdrukkelijke voorwaarde, dat de firma Crans C°. zich verbond aansprakelijk te blijven voor alle verplichtingen en gevolgen uit concessie of exploitatie voortvloeiende. De heer Van der Lith. Ook ik ben van gevoelen dat wij niets uit handen moeten geven. Ik zal volstrekt niet in twijfel trekken de soliditeit van de maatschappijwaaraan de concessie volgens de voordracht nu zou overgaan ik ken haar niet maar wij hadden vroeger op verlangen van de heereo Crans C°. toegestemd, dat de concessie zou overgaan op den heer Philips. Ik weet nu niet, waarom wij dien heer weder zouden verlaten en weder tot een ander moeten komen. Ik zal dus tegen het gedane voorstel stemmen. De heer Goudsmit. Ik kan mij met het gedane voorstel wel vereenigen. Ik vind er geen bezwsar inen men kan des noods den concessionatis op de bezwaren wijzendie de stads-consulent heeft gemaakt. Wil men den heer Crans tegenover de stad aansprakelijk blijven stellendan zal dit naar ik meen, bij den heer Crans geen bezwaar oudervinden en dan kunnen alle moeielijkheden uit den weg geruimd worden. De heer Van der Lith. Als dat zou kunnen geschieden, dat de heer Crans zich aansprakelijk bleef stellen, ja, dan waren wij allen het volkomen eens. Maar ik twijfel er aan, of die heer dat zou willen doen. De heer Goudsmit. Ik geloof niet dat de heer Crans dit zal weigeren. In allen gevalle kan deze overdracht geen schade aan de gemeente berok kenen. Men moet de bezwaren ook niet overdrijven. De heer Cock. Welnu, als de heer Crans zich bereid mocht verklaren de verantwoordelijkheid tegenover de 9tad op zich te nemendan zou ik het met den vorigen spreker volkomen eens zijn; maar ik geloof niet, dat de heer Cran9 daartoe zal te bewegen zijn, want het i9 blijkbaar, dat hij zich van de verantwoordelijkheid bet ft willen ontslaan. De heer Van der Zweep. Ik heb tegen de voorgestelde overdracht volstrekt geen bezwaar. Immers, mocht de nieuwe concessionaris niet aan al de gestelde voorwaarden voldoen dan vervalt de concessie tn gaat alles aan de stad over, die dan zelve de Tramway in exploitatie kan brengen. De heer Cock. Wij zijn nu reeds exploiteur9 van eene gas-onderneming daar heb ik al meer dan genoeg van. En nu zouden wij het ook nog kunnen worden van de middelen van vervoer, van den tramway! De heer De Laat de Kanter. Ik kan niet ontveinzen dat de redevoering van den heer Cock mij zeer teleurgesteld heeft. Ik heb wel eenige schimp scheuten tegen de Commissie van Fabricage gehoordover haar gemis aan rechtskennis, die trouwens geheel misplaatst waren, want de Commissie beeft zelve in haar rapport dat gemis op den voorgrond gesteldmaar datgene waar het eigenlijk op aankomt, nl. argumenten, die ons kunnen overtuigen dat de gemeente eenig gevaar loopt, wanneer de concessie op de Tramway Trust Company wordt overgeschrevenheb ik van den geach- ten spreker evenmin gehoordals ik ze in het advies van den stads consulent heb aangetroffen. En nu is een bloot advies om het verzoek af te wijzen voor ons niet voldoende. Zeer terecht is door den heer Goudsmit aangemerkt dat wij hier niet zitten als automaten en ofschoon de Commissie van Eabricage geen aanspraak maakt op het bezit van rechtskennis, neemt zij toch de vrijheid baar gezond verstand te raadplegen en argumenten te verlangen die iets meer inhouden dan het gezegde dat men nooit weten kan wat er gebeuren zal. Wij zijn zeker met geen profetischen geest bezield, wij kunnen evenmin als iemand anders vooraf zeggen wat er gebeuren zal maar evenmin kunnen-wij on9 eenige schsde voorstellen, welke de ge meente door de overdracht der concessie zoude kunnen lijtien. En de stads consulentmet wien ik de zaak nog persoonlijk besproken heb, wist mij dat evenmin door een voorbeeld op te helderen. De heer Cock bracht als voorbeeld bij een huisdat door een tramwagen werd aangereden en dientengevolge instortte. Behalve nu dat voor dergelijke schade geen waarborg geëischt is, moet ik zeggen dat ik het voorbeeld niet gelukkig gekozen acht; want ik geloof noch aan tramwagens, die zoo sterk zijn dat men er huizen mede omver kan rijden, noch aan huizen die zoo bouw vallig zijn, in deze gemeente, dat zij niet tegen den schok van een tram wagen bestand zouden zijn. Wat nu den waarborg voor de gemeente betreft in het onwaarschijnlijke geval dat de Tramway Trust Company niet aan hare verplichtingen kan voldoenuit hetgeen de heer Cock dienaangaande heeft gezegd blijkt dat hij tegen zijne gewoonte de stukken niet goed gele zen heeft. Hij sprak toch san de afbraak van de houten loods die thans voor remise dient, terwijl wij hebben voorgesteld dat de overdracht niet zoude geschiedenvóórdat de stallen en remisen volgens de overgelegde en goedgekeurde plannen gebouwd waren. Onze waarborg bestaat derhalve in 2000 aan gedeponeerde fondsen, en in de te verbinden waarde der eigendommen, die wij opzettelijk zoo laag mogelijk, voor afbraak, geraamd hebben, en daarmede komen wij nog tot ongeveer het dubbele der som, welke wij noodig zouden hebben, indien de straten in haren vorigen toe stand teruggebracht moesten worden. Men vergt-te ook niet dat, toen wij de concessie aan de firma Crans C. verleenden, wij zeer goed wisten dat zij de zaak niet met haar eigen kapitaal tot stand zoude brengen aan haar werd de voorkeur gegevenomdat wij zekerheid hadden dat zij over de noodige kapitalen konde beschikkenen na de herhaalde teleurstellin gen, als gevolg van de vroeger verleende concessiën, gaf die zekerheid den doorslag. En wanneer wij nu vragenof die firma beantwoord heeft aan de verwachtingen, welke wij er van koesterden, dan kan het antwoord niet anders dan bevestigend zijn. De onderneming werkt uitstekend en ieder is tevreden, terwijl de directie zich beijvert alles te doen, wat in het belang van het publiek is. In het voile vertrouwen dat de concessie op hun naam zoude worden overgeschreven, wanneer zij redenen van tevre denheid gaven, hebben de geldschieters dan ook met ruime hand de noodige middelen verstrekt, en het is mijne persoonlijke meening dat het in strijd met do goede trouw is, die overschrijving thans te weigeren, zonder eenig ander motief dan dat men nooit weten kan wat er zal gebeuren. Verwerpt de Raad echter ons voorsteldan zal men wellicht moeielijkheden in het leven roepen, die bij goedkeuring zeker niet kunnen voorkomen. Met htt oog op de uitvoering der concessie tot nu toedoor de firma Crans C#. als gemachtigden van de Tramway Trust Company, bestaat er onzes inziens geene enkele reden om deze te wantrouwen. De heer Cock. Ik had toenmaals volstrekt de voorwetenschap niet, dat de firma Crans C°. de haar verleende concessie zou overdragen. Er i9 hier geen quaestie van goede of kwade trouw. Wij hebbeu met de firma Crans C°. een contract gesloten, en wel een schriftelijk contract, waarin geen woord voorkomt van eene verplichting om in de voorgestelde overdracht toe te 9teramen. Laten beiden, zoowel wij als de firma Crans C°.elk zijne verplichtingen nauwlettend nakomendaarin bestaat de goede trouw. Met al wat buiten het contract ligt, heeft noch goede noch kwade trouw iets te maken. De heer De Laat de Kanter. Ik meen als reker te kunnen stellen, dat de Raad de concessie aan de firma Crans O. verleendeomdat men overtuigd wa9dat zij de noodige kapitalen tot uitvoering van de onder neming zoude verkrijgen, terwijl zij, die vroeger concessie erlangden, bij ondervinding bleken daartoe niet in staat te zijn. De ondervinding heeft doen zien dat die overtuiging op goede gronden steunde. De heer Van der Lith. Ik zou gaarne wenschen te weten waarom de heeren Crans C°. de overdracht niet willen doen aan de heeren Philips, zooals oorspronkelijk het plan was. De heer De Laat de Kanter. De heeren Philips C°. zijn ook leden van de Tramway Trust Company te Londen. De heer De Goeje. Ik betreur het dat de hh. Crans Co. het ver zoek tot vermindering der waarborgsom aan het tegenwoordige hebben laten voorafgaan. Want, zoo ik mij niet vergis, heeft de Gemeenteraad het eerstgenoemde verzoek vooral daarom toegestaanomdat hunne firma alle bewijzen van soliditeit heeft gegeven. Bij omgekeerde volgorde zou de Raad vermoedelijk besloten hebben, om indien de overdracht op eene andere firma of maatschappij was goedgekeurdde vermindering der waar borgsom uit te stellentot evenzeer de soliditeit der nieuwe contractanten zou gebleken zijn. Maar de vraag, waar m. i. thans alles op aankomt, is deze: het «as aan de hh. Crans Co. vergund de concessie en exploitatie van den paardenspoorweg over te dragen op de firma Philips St Co. Zal nu, indien in plaats van deze firma de Tramway Trust Company gesteld wordt, de aansprakelijheid der hh. Crans Co. tegenover de gemeente dezelfde blijven? Van het antwoord op deze vraag liangt het af, of ik voor of tegen het voorstel van Burg. en Weth. zal stemmen. De heer Cock. Naar het mij toeschijnt is het niet twijfelachtig of de firma Crans C°. zalwordt het voorstel aangenomengeheel huiten verantwoordelijkheid zijn. Alles gaat op de Tramway Trust Company over, alle rechten en niet minder alle verplichtingen. En het is daartegen dat ik mij moet verklaren. l)e Voorzitter. De Raad heeft reeds in het laatst van het jaar 187$

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1880 | | pagina 7