0
Leiden, 18 Februari 1880.
Onder overlegging van nevensgaande stukken hebben wij de eer Uwe
Vergadering mede te deelen dat wij geen bezwaar hebben tegen de in
williging van het door den heer Mr. C. C. N. Krom gedaan verzoek,
om eervol ontslag uit zijne betrekking van leeraar in de Staatsweten
schappen aan de noogere burgerschool alhier.
Wij geven u derhalve in overweging hem dat ontslag te verleenen
en zulks overeenkomstig de verordeningen met ingang van 5 April a. s.
of zooveel vroeger als zijn opvolger in functie zal kunnen treden.
Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz.
Aan den Raad der Gemeente te Leiden.
Geeft met verschuldigden eerbied te kenneii Mr. C. C. N. Krom,
leeraar in de Staatswetenschappen aan de hoogere burgerschool
dat hij benoemd is lot archivaris in Noord-Brabant, en mitsdien ver
zoekt ontslagen te worden uit zijne betrekking aan de hoogere burger
school met ingang van 1 Maart a. s.
'tWelk doende enz.
Leiden, 5 Februari 1880. C. C. N. Krom.
Leiden, 10 Februari 1880.
Aan Burgemeester en Wethouders der Gemeente Leiden.
In antwoord op uwe missive van 5 Februari jl. n°. 122, waarbij in
onze handen is gesteld het hierby teruggaande request van Mr. C. C. N.
Krom, benoemd archivaris in Noord-Brabant, waarbij door hem met
ingang van 1 Maart e. k. ontslag wordt verzocht als leeraar in de Staats
wetenschappen aan de hoogere burgerschool alhier, hebben wij de eer
te adviseeren dat aan genoemden leeraar een eervol ontslag uil zijne
betrekking worde verleend, overeenkomstig de bestaande verordening,
in te gaan met 1 April e. k.of zooveel vroeger als de opvolger in
dienst zal kunnen treden.
De Plaatselijke Commissie van toezicht op de scholen
voor middelbaar onderwijs.
Namens haar,
N. L. J. Van Buttingha Wichers, Secretaris.
Leiden, 13 Februari 1880.
In antwoord op uw schrijven van 12 Februari jl. n°. 143, heb ik de
eer te berichten dat bij mij tegen een eervol ontslag van den heer
Mr. C. C. N. Krom geen bedenking is, maar dat dit ontslag volgens
de verordeningen eerst zal kunnen ingaan den 5en April (niet den len
zooals de commissie adviseert, noch den len Maart zooals de heer
Krom verzoekt), tenzij zyn opvolger eerder kunne in functie treden.
Aan Beeren Burg. en De Inspecteur van het middelbaar onderwijs,
Welh. van Leiden. Steyn Parvé.
N*. 34. Leiden, 13 Februari 1880.
De Commissie van Financiën, geene bedenkingen hebbende tegen den
in hare handen gestelden staat van af- en overschrijving op de begrooting
voor 1879 van hel Gereformeerd Minne- of Arme Oude Mannen en
Vrouwenhuis alhier, heeft de eer u voor te stellen dien goed te keuren.
Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën, enz.
'®- Leiden, 17 Februari 1880.
Wij hebben de eer U mede te deelen dat wij geen bezwaar hebben
tegen hel door W. H.'Hasselbach gedaan verzoek, om eervol ontslag uit
zijne tegenwoordige betrekking van hulponderwijzer aan de openbare
lagere school n°. 2 voor minvermogenden.
Wij geven Uwe vergadering alzoo in overweging hem dat ontslag te
verleenen, en zulks ingevolge zijn verzoek met ingang van 15 Maart a. s.
De betrekkelijke stukken worden hierbij overgelegd.
Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz.
Leiden, 16 Februari 1880.
De ondergeteekendehulponderwijzer aan de openbare school n°. 2
voor minvermogenden, heeft de eer UEd. te verzoeken hem tegen 15
Maart a. s. eervol ontslag uit die betrekking te verleenen.
Hoogachtend,
Aan Burgemeester en Wethouders UEd. dienslv. Dien.,
der Gemeente Leiden. W. 11. Hasselbach.
Leiden, 17 Februari 1880.
Ter voldoening aan Uwe apostille van gisteren, n°. 358, heb ik de
eer U te berichten, dat er bij mij geen bezwaar bestaat legen het ver-
leenen van een eervol ontslag aan den hulponderwijzer W. 11. Hasselbach
tegen 15 Maart a. s.
De hoofdonderwijzer der openbare school
n°. 2 voor minvermogenden,
N. Brouwer.
Aan den heer Burgemeester van Leiden.
37. Leiden, 18 Februari 1880.
Onder overlegging van bijgaande stukken, hebben wij de eer Uwe
Vergadering mede te deelendat wij geene bedenkingen hebben tegen
het verleenen van de door J. D. Kiek gevraagde vergunning tot het leggen
van eene brug over de sloot langs den Rijnsburgersingel.
Wij geven U derhalve in overweging dat verzoek toe te staan onder de
door de Commissie van Fabricage voorgestelde voorwaarden.
Aan den Gemeenteraad. Burgemeester en Wethouders, enz.
Aan den Raad der Gemeente Leiden.
Geeft met verschuldigden eerbied te kennen, J. D. Kiek photograaph,
wonende binnen deze Gemeente op de Turfmarkt n°. 7.
Dat hij door aankoop eigenaar is geworden van een stuk gronds ge
legen aan den Rijnsburgersingel achter de woning van den kleerenbleeker
Klamer.
Dat hij door toegang tot dien grond te verkrijgen, gaarne wenscht te
leggen een brug over de singelsloot.
Weshalve hij zich wendt tot den Raad dezer Gemeente, met verzoek
hem daarvoor de noodige concessie te willen doen uitreiken.
't Welk doende,
Leiden, 20 Januari 1880. j. d. Kiek.
Leiden, 11 Februari 188Ó.
De Commissie van Fabricage heeft de eer op het request van J. D.
Kiek te berichten, dat bij haar geen bezwaar bestaat legen het ver
leenen van de gevraagde vergunningdie reeds van het Hoogheemraadschap
van Rijnland, bij beschikking van den 17 Januari dezesjaars, verkregen
is, om eene brug te leggen over de sloot langs den Rijnsburgersingel,
tot toegang naar zijn eigendom aldaar, mits de doorvaart wijd te niet
minder dan 3.20 meters en de hoogte niet lager dan 35 centimeters
boven AP. worde, de plaatsing geschiede onder toezicht van den Ge
meente-architect en tegen betaling van eene recognitie van f 1.50'sjaars,
ten behoeve van de gemeente.
Aan HH. Burgemeester De Commissie van Fabricage, enz.
en Wethouders.
w Leiden, 16 Februari 1880.
Zooals aan Uwe Vergadering is medegedeeld heeft de firma Crans en C°.
concessie aangevraagd voor den aanleg en de exploitatie van een stoomtram
van Kalwijk aan Zee naar Leiden en zich tevens tot de besturen der
betrokken gemeenten gewend ter bekoming van eene rentegarantie over
het benoodigd kapitaal als in hel adres nader is omschreven.
Ingevolge Uwe opdracht zijn wij ter zake in overleg getreden met de
besturen der gemeenten Katwijk, Rijnsburg en Oegslgeesl en daaruit is
ons gebleken dat eerstgenoemde gemeente bereid is eene renleg.irantie
te verleenen van 4 pCt. over een kapitaal van f 65000 lot een maximum
jaarlijks van f 2500, indien de gemeente Leiden dit ook doetterwijl de
beide andere gemeenten, hoezeer bereid de zaak te steunen, geen termen
hebben gevonden eene rentegarantie op zich te nemen. De betrekkelijke
raadsbesluiten zijn in de leeskamer ter inzage van de leden nedergelegd.
Wij hebben het tevens van belang geacht het gevoelen in te winnen
van de Kamer van Koophandel en Fabrieken, wier rapport mede hierbij
wordt overgelegd.
Naar de meening van dat college bezit de onderneming de noodige
levensvatbaarheid en zullen uit dit verbeterd communicatiemiddel genoeg
zame voordeelen voor die gemeente, ook wat handel en nijverheid be
treft, voortvloeien om aan de concessionarissen krachligen steun bij het
tot stand komen van deze zaak te verleenenal ware hel ook dal
daartoe van wege de gemeente eene kleine Bnancieele opoffering of de
mogelijkheid tot dit laatste, gevorderd werd.
Met de Kamer van Koophandel zijn wij er van overtuigd dal eene
verbetering van de communicatie met Katwijk en tusschenliggende
plaatsen, ook voor onze gemeente van groot belang is te achten, daar
het bezoeken van Katwijk met dé bestaande vervoermiddelen aan velerlei
bezwaren onderhevig is. Bovendien is hel te verwachten dal Katwijk,
bij de totstandkoming van de stoomtram, in bloei zal toenemen en het
zal wel geen betoog behoeven dat van eene vermeerdering van den
bloei van Katwijk, vooral als badplaats, voor Leiden belangrijke voor-
deelen het gevolg zullen zijn.
Wij zijn alzoo van oordeel dat het plan van concessionarissen ook
door deze gemeente zooveel doenlijk behoort te worden ondersteund
en dat, ten einde de totstandkoming mogelijk te maken, de toezegging
van eene rentegaranlie tot een niet te hoog bedrag alleszins is te recht
vaardigen, met hel oog op de belangen van de gemeente die bij de
zaak zijn betrokken.
Uit dien hoofde zien wij er geen bezwaar in een diergelijk besluit te
nemen, als door den Raad der gemeente Kalwijk is voorgesteld, waarin
tevens eenige voorwaarden zijn opgenomen, die onze volle goedkeuring
wegdragen en met enkele wijzigingen en aanvullingen zouden kunnen
worden overgenomen.
Wat aangaat het Verzoek, dat in de kosten van opneming en in kaart
brengen van hel werk, eene bijdrage van ƒ200 worde, verstrekt, komt
het ons voor, dat voor het verleenen van eene zoodanige toelage uit de
gemeentekas geen aanleiding bestaat; de Raad van Katwijk heeft dan
ook besloten, dat in bedoelde kosten door die gemeente niet zal worden
bijgedragen.
Wij stellen Uwe Vergadering alzoo voor: 1°. aan de firma Crans (6 Co.
voor den aanleg en de exploitatie van een stoomtram van Kalwijk aan
Zee naar Leiden tot de Beestenmarkt concessie te verleenen, voor zoo
veel deze gemeente betreft, mits in acht worden genomen de door ons
college te geven voorschriften, ten aanzien van de uitvoering der zaak.
2°. Ten behoeve van de sub 1°. bedoelde onderneming eene rentegarantie
te verleenen van vier procent 'sjaars, over een kapitaal van 65000
tot een maximum van f 2500 per jaar, onder de volgende bepalingen-
a. deze rentegarantie wordt verleend gedurende 25 jarenzij gaat in
op den dag, dat de baan in exploitatie wordt gebracht en loopt van
jaar tot jaar;
b. wanneer de opbrengst gedurende vijf achtereenvolgende jaren meer dan
5 procent per jaar bedraagt, zal de renlegarantie gedurende de daarop vol
gende jaren, telken jare met één procent worden verminderd.
c. De rentegaranlie vervalt, zoodra de stoomtram ophoudt te bestaan
wanneer de exploitatie niet aanvangt binnen één jaar na de dagteekening
der concessie en wanneer, zonder goedkeuring van Burg. en Welh. van
Katwijk en Leidenafgeweken wordt van het thans voorloopig vastgesteld
aantal reizen, nl. 15 des zomers en 10 des winters heen en terug.
Wanneer de aanleg en oprichting mochten blijken meer dan 200 000
'e,.™n gekost, zal op de jaarlijksche rekening niet meer 'dan
f 1250 voor aflossing en renten van dat meerdere worden geleden.
De jaarlijksche rekening en balans behoeft, om te worden vastgesteld
de goedkeuring van Burg. en Welh. van Katwijk en van Leiden?
Ing. stokken 1880.
