67 Züllng van Maandag 15 September I8Ï9, geopend 's namiddags te 2 uren. Voorzitter: de lieer Burgemeester Dr. W. C. Van den Brandeler. Te behandelen onderwerpen: 1*. Benoeming van een hulponderwijzer aan de school n°. 2 voor onver- mogenden. (196) 2». Idem van twee hulponderwijzers aan de school n°. 1 voor minver mogenden. (195) 3*. Idem van een leeraar in de Engelsche taal aan de Hoogere Burger school. (187) 4°. Idem als voren van een leeraar in de Aardrijkskunde. (198) 5*. Verzoek van M. P. Oudshoorn, tot aanplemping van een gedeelte van den Nieuwen Rijn. (184) 6*. Voordracht tot aankoop van eenige voorwerpen voor het Stedelijk Museum. (182 en 185) 7*. Staat van af- en overschrijving op de begrooling voor 1879. (186) 8°. Verzoek van C. Goedeljee, om ontslag als hulponderwijzer aan de Jon gensschool der 2de klasse. (189) 9*. Voordracht betrekkelijk de rioleering van het Ziekenhuis. (190) 10". Verzoek van W. L. Leget, tot aanplemping van een gedeelte van het Galgewaler. (146 en 191) 11°. Idem van de firma Crans C\ ter bekoming van grond voor de paar- den-spoorwegen. (192 en 200) 12*. Voordracht tot overplaatsing van een hulponderwijzer. (193) 13°. Idem tot het doen rooien van eenige hoornen aan den Stationsweg. (197) 14*. Idem tot wijziging van de Verordening betrekkelijk de jaarwedden der leeraren aan de Hoogere Burgerschool (194) 15*. Idem betrekkelijk de tijdelijke voorziening in de vaceerende betrekking van leeraar in de Aardrijkskunde aan de Hoogere Burgerschool. (199) 16*. Vaststelling van het kohier der Plaatselijke Directe Belasting voor 1879 en behandeling van de ingediende bezwaarschriften. Tegenwoordig de heeren Wilhelmy Damsté, Le Poole, Van Hettinga Tromp, Van der Zweep, Suringar, llartcvelt, De Laat de Kanter, De Fremery, Van Wensen, Van ItersonDriessen, Van der Lith De Goeje, StokhuyzenDonner, Cock, Verster, Goudsrait, Juta en Van den Brandeler. De heeren Libreclit Lezwijn en Eigeman gaven kennis verhinderd te zijn de vergadering bij te wonen. De Voorzitter. Alvorens wij tot de behandeling der voor heden aan de orde gestelde punten overgaanstel ik voor den heer Cockdie tegenwoordig is, te beëedigen. De heer Cock legt de gevorderde eeden als lid van den Gemeenteraad af. De Voorzitter. Het verheugt mij zeer, mijnheer Cockdat het ver trouwen der kiezers u op nieuw hier afvaardigde en mij thans in de gele genheid stelt u welkom te heeten in ons midden. Wij wenscben u kracht en gezondheid toe om met dien ijver en nauwgezetheiddie wij zoozeer in u waardeerenu aan de belangen van Leiden te wijden en getuige te zijn van haren voortdurenden bloei. De aanteekeningen van het verhandelde in de zitting van Dinsdag 2 September II. worden gelezen en goedgekeurd. De Voorzitter deelt mede: 1". Dispositie van de Gedeputeerde Staten, van 2/6 September 1819, G. S. n°. 38/1, houdende goedkeuring van het raadsbesluit tot het aangaan eencr tijdelijke geldleening ter voorziening in de behoefte aan kasgeld. 2". Dispositie van de Gedeputeerde Staten, van 8/13 September jl„ G. S. n°. 96/3 en 95/1 houdende goedkeuring der raadsbesluiten van 23 Augustus 1879 tot verhooging der gemeentebegrootingdienst 1879, in ontvangst en uitgaaf met f 13103.26}, en tot voldoening van dat bedrag uit den post: Onvoorziene Uitgaven. Deze worden voor kennisgeving aangenomen. De Voorzitter legt vervolgens over: 1°. Verzoek van A. Rozeboom, te Zoeterwoude, om een duiker te leggen in het jaagpad buiten de Haagbrug. 2°. Verzoek van J. L: Hoos Zoon, om ecne waterloozing te maken in den Zijldijk. 3". Verzoek van J. E. De Keuning, om eene waterloozing te maken in de Van-der-Werfstraat. 4°. Adres van Dr. J. C. Drabbe, houdende verzoek om niet gunstig te beschikken op het verzoek van T. M. Cornelissenom vergunning tot het innemen van gemeentegrond in de Scheepmakerssteeg. Overeenkomstig de voordracht wordt besloten deze te stellen in handen van Burg. en Weth. 5°. Begrooting van inkomsten en uitgaven, dienst 1880, van het Heilige Geest- of Arme Wees- en Kinderhuis. 6°. Idem als voren van de Roomsch Kath. Aimen en het Wees- en Oudeliedenhuis. Overeenkomstig de voordracht wordt besloten deze te stellen in handen van de Commissie van Financiën. 7". Verzoek van de agenten van politie le en 2e klasse, om verhooging hunner jaarwedde. Overeenkomstig de voordracht wordt besloten dit te behandelen bij de begrooting der gemeente. De Voorzitter deelt nog mede dat de heer Mr. C. Cock heeft aangenomen de benoeming tot lid der Commissie voor de huishoudelijke verordeningen en tot lid der Commissie voor de strafverordeningen, alsmede tot curator van het gymnasiumde heer Mr. A. Van Hettinga Tromp die van lid der Commissie van Financiën; de heer Mr. J. E. Goudsmit die van lid der Commissie voor de huishoudelijke verordeningen, cn de heer P. L. C. Driesser. die tot lid van de Commissie van het museum en van Bestuurder van het werkhuis. ZlTTINOYERSI.AO 1879. Aan de orde is: I. Benoeming van een hulponderwijzer aan de school n°. 2 voor on ver mogenden. (Zie Ing. St. no. 196.) De heeren Le Poole, Van Hettinga Tromp en Van der Lith worden door den Voorzitter uitgenoodigd met hem het stembureau uit te maken. De Voorzitter. Er zijn voor heden twae of drie benoemingen aan de ordewaaromtrent geen acht dagen sedert de indiening van de voordracht zijn verloopengelijk bij het reglement van orde is bepaald. Ik wensch echter uwe vergaderiog voor te stellendeze benoemingen nog beden af te doendaar zij spoedeischend worden geacht. Dienovereenkomstig wordt besloten. Wordt benoemd F. M. G. Harting, hulponderwijzer te Delft, met 15 stemmen. Er waren 4 blanco-biljetten ingeleverd. De heer Juta komt ter vergadering. II. Benoeming van twee hulponderwijzers aan de school n°. 1 voor minvermogenden. (Zie Ing. St. n9. 195.) Worden benoemd: A. F. J. Vinkesteynhulponderwijzer te Halfweg, en D. J. De Koff, hulponderwijzer te Heemstede, de eerste met 16, de tweede met 15 stemmen. Bij de eerste stemming waren 4 en bij de tweede 3 blanco-biljetten ingeleverd. Bij de tweede stemming werd een stem uit gebracht op D. Goslings. III. Benoeming van een leeraar in de Engelsche taal aan de Hoogere Burgerschool. (Zie Ing. St. n°. 187.) Wordt benoemd D. Goslings, candidaat in de letteren, leeraar aan de hoogere burgerschool te Delftmet algeraeene stemmen. IV. Benoeming van een leeraar in de Aardrijkskunde. (Zie Ing. St. no. 198.) Wordt benoemd Dr. G. J. Dozy, leeraar aan het gymnasium te Arnhem, met 19 stemmen. Er was 1 blanco-biljet ingeleverd. V. Verzoek van M. P. Oudshoorn, tot aanplemping van een gedeelte van den Nieuwen Rijn. (Zie Ing. St. n°. 184.) Met algemeene stemmen wordt overeenkomstig het voorstel van Burg. en Weth. besloten. VI. Voordracht tot aankoop van eenige voorwerpen voor het Stedelijk Museum. (Zie Ing. St. n°. 182 en 185.) Wordt met algemeene stemmen goedgekeurd. VII. Staat van af- en overschrijving op de begrooting voor 1879. (Zie Ing. St. n#. 186.) Wordt met algemeene stemmen goedgekeurd. VIII. Verzoek van C. Goedeljee, om ontslag als hulponderwijzer aan de jongensschool der 2de klasse. (Zie Ing. St. n°. 189.) Dit ontslag wordt zonder hoofdelijke stemming eervol verleend. IK. Voordracht betrekkelijk de rioleering van het Ziekenhuis. (Zie Ing. St. n°. 190.) De heer Van Iterson. Ik wensch naar aanleiding van deze zaak eene vraag te richten tot den Voorzitter der Commissie van Fabricage. Het is niet onbekend aan de meeste leden dezer vergaderingdat eenige jaren ge leden hier een plan aanhangig is gemaakt tot verandering der rioleering in het gedeelte der stad begrepen tusschen het Galgewater, de Beestenmarkt en de Binnenvestgracht. Toen is dat plan hangende gebleven tot mijn groot genoegen. Nu wenschte ik te vragen of door de ontworpen verande ring in de uitloozing van bet Ziekenhuis die zaak kans heelt voor goed voorloopig althans, van het tapijt te verdwijnen, of dat toch nog eene andere rioleering in dat gedeelte der stad noodig wordt gekeurd. De heer De Laat de Kanter. In antwoord op de gedane vraag kan ik mededeelen dat het in October, zoo ik mij wel herinner, twee jaar gele den zal zijn dat de Commissie van Fabricage met een plan gereed wa9, zooals door den heer Van Iterson wordt bedoeldora het in te dienen zoo dra uitvoering zou zijn gegeven aan het plan betreffende de rioleering van het Ziekenhuis. Zoodra nu dit laatste, waarvan bij deze voordracht sprake is, zal zijn uitgevoerd, zal het voorstel der Commissie van Fabricage spoe dig den Raad kunnen bereiken. De heer Van Iterson. Het is jammer dat wij niet in de gelegenheid gesteld zijn om van dat plan kennis te nemen. De Voorzitter. Het plan is indertijd gepubliceerd. Het i9 althans toen ter tafel gebracht. De heer De Laat de Kanter. Dit plan niet. De heer Van Iterson. Neendat was een ander plnn. De heer De Laat de Kanter. Het voorstel door mij bedoeld is niet hetzelfde van vroeger, maar een gewijzigd plan. Het strekt om de verdere rioleering in de Binnenvestgracht geheel te doen ophouden. Het had geen nut daarvan vroeger mededeeling te doen, zoolang het Ziekenhuis in de overwulfde Binnenvestgracht bleef rioleeren. Als dit ophoudt, zal het ook voor de gemeente tijd zijn de rioleering in de Binnenvestgraclit te doen ophouden. Het plan, waarvan ik spreekdat van de Commissie van Fabri cage nl., strekt daartoe; het had echter geen nul of liever het daarmede

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1879 | | pagina 1