66 vallen zal ik met de Commissie van Financiën medegaan, te meer daar ook ik van oordeel ben dat onder de gegeven omstandigheden bijzondere zuinig- i beid is aangewezen. Zoo zie ik b. v. geen reden om het traktement van den custos in de Lakenhal te verhoogen. Zijne bezoldiging komt mijmet 1 het oog op de eiscben aan den titularis te stellen hoog genoeg voor. Ik wensch in één woord te individualiseeren. Het voorstel van de Commissie van Financien wordt met 13 tegen 5 t stemmen verworpen. Voor stemden: de heeren Hartevelt, Juta, Van Hettinga Tromp, Du Eieu en Van der LjAh. No. 63 wordt hierop goedgekeurd. No. 64 wordt aldus goedgekeurdJaarwedden van de ambtenaren en bedienden der gemeente-secretarie 1006Ö. No. 65. Jaarwedden van den concierge en van de boden. Het voorstel van de Commissie van Financiën, om dezen post met 50, uitgetrokken voor de verhooging van de wedde van den derden bode, te verminderenwordt verworpen met 11 tegen 7 stemmen. Voor stemden: de heeren Hartevelt, Juta, Van Hettinga Tromp, Wil- helmy Damsté, Du Eieu, Cock en Van der Lith. Nos. 66 en 67 worden aldus goedgekeurd: Jaarwedde van den klokkenist en klokluider f 300; Idem van de keurders, wegers, meters, rooimeesters en dergelijke 900. No. 68. Jaarwedden van de sluiswachters brugwachters en dergelijke 8550. Door den heer De Fremery is hieromtrent een voorstel ingediend. Dat voorstel luidt als volgt: »De ondergeteekende heeft de eer den Raad voor te stellen om voor- loopig, tot eene nadere regeling zal vastgestetd zijn, alsnu voor bruggelden op de begrooting te boeken Op Volgn'. 9 in ontvangst 8250.— op Volgn'. 68 in uitgave 3460.—. Toelichting. Om te voldoen aan art. 113 en 114 van de gemeentewet moet in de eerste plaats de ontvangst bij de bruggen, in de conceptregeling.sub a en b vermeld, geboekt worden in verhouding van de opbrengst over 1877 zijnde Z' 1662.70 j stel, zooals de Commissie van Financiën raamt 1700.— waarbij gevoegd moet worden de vermoedelijke ontvangst bij de overige bruggen, die tot dusverre niet zijn verantwoord, is 1550. te zamen alzoo f 3250. als vaste loonen zijn in vorige jaren geboekt 1910, voeg hierbij de loonen die tot dusverre niet geboekt| zijn ad1560. alzoo te zamen 3460. dan zal, volgens deze raming, de uitgave. - 2l°: meerder bedragen dan de vermoedelijke ontvangst. Vindt deze regeling uwe goedkeuringdan zal de ontvangst op Volgn'. 9 verminderen met 5350. en de uitgave vermeld op Volgn'. 68 met 5090. De heer De Fremery. Het zal nauwelijks noodig zijn dit voorstel toe te lichten. Het is een gevolg van mijne raeeninguitgebracht in de vorige raadsvergadering, waarin ik deed uitkomen, dat, afgescheiden van de wijze van ontvangst, eene wettelijke regeling door gewijzigde boeking mogelijk was. Hierop steunt mijn amendement, alles blijft in statu quo tot dat werkelijk zal beslist zijn of de bruggelden op andere wijze zullen worden ontvangen. Ofschoon ik niet was voor het voorstelin de vorige vergade ring behandeldmeende ik dat de Raad wellicht gezind zou zijn om bij de begrooting de leemte, waarop gewezen is, door betere boeking weg te ne men. Op dien grond steunt mijn voorstel. De heer Van der Lith. Ik weoschte den geachten Wethouder te vragen, waarop zijne berekening van de inkomsten en uitgaven steunt. Ik meende dat men daaromtrent geene bepaalde zekerheid kon hebben. Nu wil hij wel eene som op de begrooting brengenmaar mij ontbreken de gegevens, waarop dat cijfer gebouwd kan worden. De heer De Fremery. In de vorige vergadering heb ik reeds ontwik keld op welke gronden ik kan aannemendat de geraamde ontvangsten ook de vermoedelijke zijn. Ik had eene voorloopige raming gemaakt en later de ontvangst doen opnemen bij alle brugwachters en de slotsom was, dat de eindcijfers nagenoeg overeenstemmen. De brugwachters wisten dat, indien zij onware opgaven dedendaarop zou worden gelet bij de nieuwe regeling. Ik vertrouw dus op hunne opgaven, omdat die opgaven overeen komen met de vroegere raming. Zeker is de ontvangst^ op geen enkelen post; want de cijfers worden altijd geraamd en de rekening zal altijd met de begrooting verschillen. Dat vooraf dus geene juiste cijfers zijn op te geven mag geen aanleiding zijn om mijn voorstel af te wijzen. De heer De Laat de Kanter. Tot mijn leedwezen kan ik met mijn geachten collega niet medegaan. Een mijner bezwaren tegen den bestaanden toestand is dat hij onwettig is. Volgens artt. 113 en 114 der gemeentewet moet de ontvanger al de inkomsten ontvangen en moeten door hem al de betalingen uit de gemeentekas geschieden. Nu kan ik niet meegaan met het voorstel om door eene fictie den schijn te geven of dit werkelijk gebeurt. Wordt dit voorstel aangenomen, dan zullen evenmin als tot nu toe de ontvangen bruggelden in de kas der gemeente gestort, maar zal alleen aan den tegenwoordigen onwettigen toestand een mantel van wettigneid omgehangen worden. De heer De Fremery. Ik wensch nog even te antwoorden, om te doen uitkomen dat de voorstelling, die nu aan de zaak gegeven wordt, niet strookt met de mijne. De gelden, op het kantoor van den ontvanger gebracht, moeten als traktement worden uitbetaaldeven als dit sinds jaren plaats heeft met de ijkloonen. De ontvanger neemt ze op staten van inning over, en betaalt ze als traktement weder uit aan den ijkmeester. Het juiste cijfer, dat ontvangen zal worden, is in deze ook bij de raming niet bekend. De heer De Laat de Kanter. Het komt mij voor, dat deze wijze van aan de wet te voldoen meer schijn dan werkelijkheid is. Over het voorstel van den heer De Fremery staken de stemmen (9 tegen 9 stemmen), zoodat de beslissing hierover, zoomede over art. 68, wordt aangehouden tot eene volgende vergadering. Voor stemden: de heeren Le l'oole, Wilhelmy Damste, De l'remery, Du Rieu, Cock, Verster, Sclieltema, Driessen en de Voorzitter. Tegen stemden: de heeren Van ItersonVan Wensen, Hartevelt, Do Laat de Kanter, Juta, Suringar, Van Hettinga Tromp, d'Aumerie en Van der Lith. Nos. 69—71 worden aldus goedgekeurd: Jaarwedde vau den archivaris 600; Schrijfloonen 950; Reis- en verblijfkosten 250. Afdbeling II. Andere kosten van dagelijksclt bestuurniet behoorende tot de voorgaande afdeeling. Nos. 7287 worden aldus goedgekeurd: Kosten van licht en brand stollen 1200; Schrijf- en bureaubehoeften 350; Druk- en bindwerk 1700 Briefporten, vrachtloonen en andere kleine nitgaven f 250; Kosten van het onderhouden en schoonhouden van het gebouw of vertrekbestemd voor de vergadering van den Raad en van Burg. en Weth., mitsgaders voor de Secretarie der gemeente 1700; Onderhoud en aankoop van meu belen voor die gebouwen of vertrekken 700; Kosten voor verteringen ten behoeve van het huishoudelijk bestuur, bureau van stemopneming en van commissiën 300; Idem van het aanleggen en bijhouden der register» van den burgerlijken stand 950; Idem van het aanleggen en bijhouden van de dubbelen der leggers en plans van het kadaster Nihil; Idem vair de bevolkingsregisters f 300Idem van de kiezerslijsten en van het uitoefenen der kiesverrichtingen 150; Idem van abonnement op het Staatsblad Provinciaalblad en dagbladen 200; Idem van uitgifte van liet gemeente- nieuws- of dagblad 850; Idem van zegels van registers, rekeningen enz. 850; Vergoeding van schrijfloonen, knechtsloonen en andere kleine uit gaven aan de heeren der gebuurten 1000; Onderhoud en aankoop van voorwerpen van waarde of belangrijk voor de oudheidkunde en de geschie denis der kunst 400. No. 88. Bezoldiging van den concierge in het museum van schilderijen en oudheden in de Lakenhal 400. IDe Voorzitter. Door de Commissie van Financiën is voorgesteld dit artikel met 100 tè verminderen. Ik moet echter opmerken dat 400, celijk door Burg. en Weth. is uitgetrokken, waarlijk niet eene te huoge bezol diging kan geacht worden voor iemand, die eene betrekking zoo belangrijk als deze bekleedt. Inderdaad toch zijn schatten van een roemrijk verleden van Leiden aan hem toevertrouwd. Deze post aan het museum is niet gemakkelijk en kan werkelijk niet door een ieder worden bekleed. Wij hebben de ondervinding opgedaan, gedurende de jaren dat deze titularis werkzaam is, dat hij op eene lofwaardige wijze de belangen van deze kost bare verzameling behartigt en onverpoosd werkzaam is tot het restaureeren en instandhouden der onder hem berustende voorwerpen. Het zou Commis sarissen zeker veel leed doen, als de Raad er niet toe zou kunnen besluiten die 100 verhooging toe te staan. Zij toch hebben het volste vertrouwen in den concierge, die bij verschillende gelegenheden blijken gaf van nauw- gezette zorg en waakzaamheid. De heer d'Aumerie. Ik wenschte wel to vragen mijnheer de Voorzitter, of dezen man bij zijne aanstelling het uitzicht is gegeven dat hij mettertijd verhooging van traktement zou kunnen verkrijgen. De Voorzitter. Neenbepaald uitzicht is hem daarop niet gegeven. Maar hij staat gelijk met ieder ambtenaar in zoover deze uitzicht heeft op verhoogingook met het oog op bet duurder worden der levensmiddelen. De beer d'Aumerie. En heeft hij de aanmerking gemaakt dat zijn traktement te gering was? Heeft hij zelf om verhooging gevraagd? De Voorzitter. Hij heeft er wel verschillende malen Commissarissen over gesproken en zij vonden dat zijn verzoek hoogst billijk was. De beer Driessen. Bij hetgeen gij gezegd hebt, mijnheer de Voor zitter! wil ik nog dit voegen, dat men wel eens beweerd heeft dat deze man behalve zijn traktement nog vrij veel inkomsten had uit de fooien die hij ontvangt. Maar dit is niet het geval. Het bedrag aan fooien dat hij ontvangt is zeer gering. Verleden jaar is het slechts een enkelen keer ge beurd f o. a. toen de Keizer van Brazilië liet Museum bezocht heeft bij eene bagatel fooi gekregen. De fooieu moet men dus werkelijk niet in aan merking nemen. Het voorstel der Commissie van Financiën, orn dezen post met ƒ100 te verminderen wordt hierop inet 10 tegen 8 stemmen aangenomen. Tegen stemden: de heeren Van Wensen, De Laat de Kanter, Suringar, Wilhelmy Damsté, De Fremery, d'Aumerie, Driessen en de Voorzitter. De heer Van lleukelom komt ter vergadering. No. 88, aldus gewijzigd, wordt goedgekeurd. No. 89 wordt aldus goedgekeurd: Bezoldiging van den gemeente-veearts f 400. De stemming over Hoofdstuk I wordt wegens het staken der stemmen 1 over nommer 68 tot eene volgende zitting aangehouden. 1 Hoofdstuk II. Kosten voor werken en inrichtingen tot open- BAREN DIENST BESTEMD. No. 90. Onderhoud van straten en pleinen 11000. De heer De Laat de Kantbr. Mijnheer de VoorzitterDe Commissie van Fabricage en later het college van Dagelijksch Bestuur hebben den i post van 1000 voor besproeiing van straten alleen op de begrooting ge- I bracht, omdat twee jaar geleden de toen voor dat doel uitgetrokken post is- geschraptdaar het grachtwater voor de besproeiing gebezigd zoo slecht was dat men meende dat deze meer nadeel voor de gezondheid zou opleveren dan nut stichten. Niet omdat wij zulke groote voorstanders zijn van besproeiing hebben wij thans wederom het voorstel gedaanmaar alleen 3 om den Raad de gelegenheid te geven eene beslissing te nemen of hij thans eene besproeiing met duinwater wenschelijk acht. De heer Van Iterson. Ik ben vroeger tegen de straatbesproeiing ge- weest op de gronden door den heer De Kanter zoo even herinnerd. Thans zijn mijne bezwaren vervallen en zal ik voor den post stemmen. Nu wij goed water hebben komt het mij zeer wenschelijk voor des zomers de straten n wat op te frissehen en het stof eenigszins aan baiiden te leggen. It De heer Hartevelt. Ik hoop integendeel dat deze post van /'1000 voor straatbesproeiing niet op de bcgrooting zal blijven. Zeer zeker acht

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1878 | | pagina 3