L 1$ r dan rm mijnentwil opofferingen moeten getroosten P Met dergelijke bepaling in het contract zal de huurprijs niet dan zeer miniem kunnen zijn. De Voorzitter. Als het bezwaar van den lieer Van Iterson aan mijne woorden is ontleend zeg ik dat ik met discrete menschen bedoel hen die zwijgen kunnen zelfs als zij het tikken van het toestel hebben leeren verstaan. Wat zijne verdere aanmerkingen betreftmoet ik opmerken dat het hier eene zaak geldtwaarmede niet alleen liet Kijk gemoeid i9. Ons aller wensch toch is zeker, dat onze telegrammen niet publiek worden. De heer Van Iterson. Dat zijn individueele belangen geen belangen der gemeente. De gemeente behoeft niet te zorgen voor de bewaring van het geheim der telegrammen. Dat ligt buiten bare roeping. De heer De Laat de Kanter. Dan ware bet misschien wenschelijk, ten einde allen twijfel weg te nemen, de omschrijving te wijzigen, meer bepaald in dezelfde woorden als. in de vorige veirgaderiog zijn gebezigd. De bedoeling toch is geene andere dan dat de huur kan worden opgezegd als de boven woners den geregelden gang van den dienst verstoren. Dit voorstel is opgemaakt in den geest van liet besluit, in de vorige vergadering genomen. Daarin is nedergelegd de wensch van den Minister van Financiën, dat bij verhuring die voorwaarde in acht genomen zou worden. De geheele quaestie der gunning, door den Raad of door Burg. en VVeth.vervalt, als niet deze speciale voorwaarde aan de verhuring verbonden wordt. Juist omdat die voorwaarde zooveel moeielijkheiil opleveren kan, stelden wij voor dat de Raad de gunning aan zich zoude houden. De heer Van Iterson. Juistmaar de gunning door den Raad was niet noodig als in de verbuur conditiën deze bepaling wordt opgenomen. Wij toch zullen niet gunnen, als de huurders ons niet fatsoenlijk toeschijnen. Eens gegundmoeten wij ook de gevolgen van dwaling voor onze rekening nemen en niet de menschen maar op slag uit het huis zetten. Ik stel voor deze passage uit de voorwaarden te schrappen. De heeren Verster qo Hartevelt ondersteunen dit voorstel. De heer De Laat de Kanter. Het blijkt dus, mijnheer de Voorzitter, nu het op de uitvoering aankomt, dat men opziet tegen hetgeen men zelf besloten heelt. De heer Van Iterson. Herhaaldelijk heb ik reeds lust gevoeld eene discussie te entameeren met den beer De Kanter over zijne appreciatie van hetgeen in de vorige vergadering is geschied. Maar daar liet blijkt dat de lieer De Kanter zoo speciaal en zoo volhardend van opvatting i9, ontbreekt mij de moed daartoe. Ik wil er mij dus alleen toe bepalen te verklaren dat van glles wat hij gezegd heeft over de vorige vergadering ik mij niets aantrek en niets aanneem. De heer Van Hetti.nga Tromp. Over het vroeger gezin is toch nooit geklaagd. De Voorzitter. Het was de directeur zelf, die er woonde. De heer Van Hettinqa Tromp. Het Rijk wil bedaarde menschen, even als de familie van den directeur, die bestond uit man vrouw cn kinderen. De heer Hartevelt. In de vorige vergadering is door den heer De Kanter bet verlangen geuit, dat niet door Burg. en Weth., maar door den Raad de huur gegund zou worden, omdat hij meende dat op dat college te zware verplichting werd gelegdindien het moest oordeelen over de buurders> die zich zullen aanmelden, met name of dat stille, ordelijke men schen zijii. Niettegenstaande eene kleine oppositie is aan dien wensch vol daan. Ik begrijp niet dat men nog meerder waarborgen wilin eenem. i. onaanneembare voorwaarde, alsof er geen ander stil en ordelijk gezin in Leiden te vinden is dan dat van de familie Kokzhoorn. De heer Db Laat de Kanter. Kokshoorn I Die naam is in de geheele discussie niet genoemd. De heer Hartevelt. Maar wel in de vorige vergadering. De heer De, LaaT DB, Kanter. Wij volharden hij ons voorstelomdat wij de moeieljjkheid inzien te bepalen wat stille, ordelijke menschen zijn. Maar wij zien er niet tegen op onordelijke menschendie den dienst verstoren de huur op te zeggen. Ik hecht overigens voor mij zeiven al zeer weinig aan de voorwaarde, ofschoon ik natuurlijk tegen het amendement zal stem men. Wij zijn van de verantwoordelijkheid af, Als de bewoners den dienst van den telegraaf verstoren, komt dit voor rekening van den Raad. De Voorzitter. De zaak is nu van alle kanten beschouwd. De beer Van Iterson heeft voorgesteld de geheele bijzondere voorwaarde weg te laten. Dat voorstel, voldoende ondersteund, zal ik nu in stemming brengen. In stemming gebracht, wordt dit voorstel aangenomen met 12 tegen 7 stemmen. Tegen stemden: de heeren Suringar, Van Wensen, De Laat de Kanter, Librecht, LezwijnDriessenDe Fremery qn de Voorzitter. Het aldus geamendeerde voorstel van Burg, en Weth. wordt hierop niet algemeene stemmen aangenomen. De Voorzitter. Eindelijk stellen Burg. en Weth. voor openbaar te verhuren het lokaal aan de Hooglandsche kerk. De heer Kbantz. Er is in de voorwaarden een opzeggings-termijn van zes maanden gesteld. Maar de tijd is dan na te kort, daar het lokaal met 1 Mei verhuurd is. De heer De Laat de Kanter. Dat is niet geheel juist. Het huur contract is een schriftelijk contract. Maar binnenstijds hebben beide partijen bet recht 6 maanden vooraf de huur op te zeggen. Het voorstel van Burg. en Wetb. wordt hierop in stemming gebracht en met 15 tegen 4 stemmen aangenomen. Tegen stemden: de heeren Wilhelmy Damsté, Van Hettinga Tromp, d'Aumerie en Le Poole. IX. Rekening van de Kamer van Koophandel en Fahrieken over 1877. (Zie Ing. St. n". 87.) De leden der Kamer, tevens leden van den Raadverlaten de zaal. I) rt-K.ning wordt met algemeene stemmen aangenomen. De Voorzitter. Verlangt nog iemand het woord P De heer Verster. Ik wensehte nog wel eene vraag te doen. Tot mijn leedwezen heb ik op de laat9te oproepingsbriefjes voor deze vergadering gemist de vermelding van het aires van Steenhuizen. Ik weet niet of er overwegend bezwaar bestaat, om dat adres aan de orde te stellen. De adressant kan intusscben niet beginnen met de uitoefening van zijne in dustrie. Het rapport van de Commissie van Fabricage, in afwijzenden zin uitgebracht, i9 reed9 gedrukt, daarin kan derhalve de oorzaak der vertra ging niet liggen. Het is zeer wenschelijk dat bij eene beschikking ont- vange, in welken zin dan ook; want hij kan dan, zoo noodig, naar eene andere gelegenheid omzien. De heer De Laat de Kanter. Ik moet beginnen met eene onjuistheid van den heer Verster te releveeren. Het rapport van de Commissie van Fabricage kau nog niet gedrukt zijn, aangezien er nog geen rapport over die zaak is uitgebracht. Het verzoek van Steenhuizen hangt samen met een ander voorstel, dat bij Burg. en Weth. in behandeling is, en van den loopdien dat voorstel nemen zalkan voor een groot deel liet besluit van de Commissie van Fabricage over het verzoek van Steenhuizen afhangen. Wij zullen als de termijn van twee maanden die volgens het Reglement van Orde verloopen mag om een advies uit te brengen op een in onze handen gesteld verzoek, verstreken is, zonder de zaak in behandeling te kunnen brengendaarvan mededeeling doen aan den Raad en diligent-ver- klaring verzoeke». De heer Verster. De termijn van twee maanden was mij bekend. Het was dan ook geenszins mijne bedoeling het Dageiijkscl» Bestuur in mora te stellen maar alleen om den adressant niet buiten noodzakelijkheid te laten wachten. Wat het rapport betreft, waarvan de heer De Laat de Kanter het bestaan ontkent, kan ik stellig verklaren een rapport van de Commissie van Fabricage te hebben gelezen, waarbij zij de inwilliging van het verzoek ontraadt op grond van de verontreiniging van liet singelwater. De heer De Laat de Kanter. Dat kan juist zijn. Zoodanig rapport is gedrukt. Maar er is een iater verzoek van Steenhuizen inge.komen met hetrekking tot eene andere plaats, niet dezelfde als vroeger. Daaromtrent kan de heer Verster nog geen rapport gelezen hebben, want het is nog niet uitgebracht. De vergadering wordt hierop gesloten. Te Leiden ter Boekdrukkerij van J. C. DEABBE,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1878 | | pagina 8